DROPS Alaska
DROPS Alaska
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
DROPS Vienna
DROPS Vienna
91% mohair, 9% polyester
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS SS24
DROPS 79-26
Vest:
Maat: S - M - L - XL - XXL
Afmetingen:
Bovenwijdte: 90-100-110-120-130 cm
Taille: 82-92-102-112-122 cm
Zoom: 96-106-116-126-136 cm
Materialen: DROPS Alaska van Garnstudio,
850-950-1050-1150-1250 gr nr. 01, ecru
en gebruik: DROPS Vienna van Garnstudio
50-50-50-50-50 gr nr. 21, ecru
DROPS breinld 5mm en 5.5mm, of de maat die u nodig heeft voor de juiste steekverhouding.

Muts:
Maat: S/M - M/L
Materialen: DROPS Alaska van Garnstudio,
150-150 gr nr. 02, gebroken wit
DROPS breinld en DROPS sokkenbreinld 5mm, of de maat die u nodig heeft om de juiste steekverhouding te krijgen. Brei een proeflapje!.

Sjaal:
Afmetingen: ca. 16 x 110 cm.
Materialen: DROPS Snow van Garnstudio
150 gr nr. 17, beige/blauw print
DROPS breinld 10 mm, of de maat die u nodig heeft om de juiste steekverhouding te krijgen. Brei een proeflapje!

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alaska
DROPS Alaska
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
DROPS Vienna
DROPS Vienna
91% mohair, 9% polyester
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

VEST:

Steekverhouding: 16 st x 20 nld met breinld 5.5 mm in tricotst = 10 x 10 cm. Gebruik eventueel grotere of kleinere naalden om de juiste steekverhouding te krijgen. Brei een proeflapje!

Boordst: * 4 r, 4 av *, herhaal van * - *.

Tips voor het meerderen (voor de kraag): meerder 1 st naast de 24 st boordst door 2 st uit 1 st te breien – brei de gemeerderde st gaandeweg mee in boordst (= 4 r, 4 av).

Achterpand: Zet 78-86-94-102-110 st op met breinld 5mm en Alaska. Brei de boordst als volgt:
Nld 1 (goede kant):
Maat S, L en XXL: 1 r (kantst in ribbelst), * 4 r, 4 av *, herhaal van * - *, eindig met 4 r en 1 r (kantst in ribbelst).
Maat M en XL: 1 r (kantst in ribbelst), * 4 r, 4 av *, herhaal van * - *, eindig met 4 av en 1 r (kantst in ribbelst).
Nld 2 (goede kant):
Maat S, L en XXL: 1 r (kantst in ribbelst), * 4 av, 4 r *, herhaal van * - *, eindig met 4 av en 1 r (kantst in ribbelst).
Maat M en XL: 1 r (kantst in ribbelst), * 4 r, 4 av *, herhaal van * - *, eindig met 4 av en 1 r (kantst in ribbelst).
Wissel bij een hoogte van 6 cm naar breinld 5.5 mm en tricotst.
Minder vanaf een hoogte van 11-12-13-14-15 cm 5 x 1 st aan weerskanten op elke 5 cm = 68-76-84-92-100 st. Meerder vanaf een hoogte van 37-38-39-40-41 cm 3 x 1 st aan weerskanten op elke 5 cm = 74-82-90-98-106 st.
Kant bij een hoogte van 54-55-56-57-58 cm af voor de armsgaten aan weerskanten in elke 2e nld: 1 x 4 st, 0-0-1-1-2 x 3 st, 1-2-2-3-3 x 2 st en 2-3-4-5-4 x 1 st = 58-60-60-62-66 st. Kant bij een hoogte van 72-74-76-78-80 cm de middelste 14-16-16-16-18 st af voor de hals. Kant in de volgende nld nog 1 st af aan beide halskanten = 21-21-21-22-23 st resteren voor elke schouder. Kant af bij een hoogte van 74-76-78-80-82 cm.

Linker voorpand: Zet 57-61-65-69-73 st op met breinld 5mm en Alaska.
Brei boordst als volgt (het begin van de nld is de zijkant):
Nld 1 (goede kant):
Maat S, L en XXL: 1 r (kantst in ribbelst), * 4 av, 4 r *, herhaal van * - *, eindig met 4 av en 4 st ribbelst.
Maat M en XL: 1 r (kantst in ribbelst), * 4 r, 4 av *, herhaal van * - *, eindig met 4 st ribbelst.
Nld 2 (goede kant):
Maat S, L en XXL: 4 st ribbelst, 4 r, * 4 av, 4 r *, eindig met 1 r (kantst in ribbelst)
Maat M en XL: 4 st ribbelst, * 4 r, 4 av*, eindig met 1 r (kantst in ribbelst)
Brei 6 cm boordst, en wissel dan naar breinld 5.5. mm en tricotst maar blijf de 24 st op de middenvoor in boordst en ribbelst breien. Minder in de 1e nld gelijkmatig verdeeld 2-3-3-3-4 st boven de st in tricotst = 55-58-62-66-69 st.
Minder vanaf een hoogte van 11-12-13-14-15 cm aan de zijkant zoals beschreven voor het rugpand en meerder vanaf een hoogt van 37-38-39-40-41 cm aan de zijkant zoals beschreven voor het rugpand = 53-56-60-64-67 st.
Lees het onderstaande eerst goed door voordat u verder gaat:
Kraag: Meerder vanaf een hoogte van 50-52-54-55-56 cm 16 x 1 st naast de 24 st van de middenvoor voor de kraag – zie de tip voor het meerderen- afwisselend in elke 2e en 4e nld.
Armsgat: Kant bij een hoogte van 54-55-56-57-58 cm af voor het armsgat zoals beschreven voor het rugpand.
Hals: Kant bij een hoogte van 74-76-78-80-82 cm de buitenste 21-21-21-22-23 st af voor de schouder en zet de resterende 40 st voor de kraag op een hulpdraad.

Rechter voorpand: Zet op en brei zoals het linker voorpand, maar in spiegelbeeld.

Mouwen: Zet 42-42-50-50-50 st op met breinld 5mm en Vienna. Brei 2 nld ribbelst, wissel naar Alaska. Brei boordst als volgt:
Nld 1 (goede kant): 1 r (kantst in ribbelst), 2 av, * 4 r, 4 av *, herhaal van * - *, eindig met 4 r, 2 av, 1 r (kantst in ribbelst).
Nld 2 (goede kant): 1 r (kantst in ribbelst), 2 r, * 4 av, 4 r *, herhaal van * - *, eindig met 4 av, 2 r, 1 r (kantst in ribbelst).
Brei bij een hoogte van 10 cm 2 nld ribbelst met Vienna. Wissel hierna naar breinld 5.5 mm en Alaska en ga verder met de boordst als volgt – op de goede kant: 1 r (kantst), 2 r, * 4 av, 4 r *, herhaal van * - *, eindig met 4 av, 2 r, 1 r (kantst).
Meerder vanaf een hoogte van 12 cm 8-10-8-10-12 x 1 st aan weerskant op elke 5-3½-4½-3-2½ cm – brei de gemeerderde st in tricotst = 58-62-66-70-74 st. Kant bij een hoogte van 49-48-46-44-43 cm af voor de mouwkop aan weerskanten in elke 2e nld: 1 x 4 st, 3-2-2-2-2 x 2 st en 1-5-6-8-9 x 1 st, en kant hierna aan weerskanten steeds 2 st af tot een hoogte van 57 cm, kant vervolgens nog 1 x 3 st af aan weerskanten. Kant de resterende st af, het werk heeft een hoogte van ca. 58 cm.

Afwerking: Sluit de schoudernaden.

Kraag: Neem st op van de goede kant als volgt: zet de st van de linkerkraag op breinld 5.5mm, neem 20-22-22-22-24 st op langs de achterhals en zet de st van de rechterkraag op de breinld = 100-102-102-102-104 st. Brei 2 nld ribbelst over alle st, en meerder in de 1e nld gelijkmatig verdeeld 16-14-14-14-12 st boven de 20-22-22-22-24 st die opgenomen werden langs de achterhals = 116 st. Brei vervolgens 4 cm boordst over alle st (maar brei 4 st aan weerskanten van de voorkanten in ribbelst), brei 1 nld r op de goede kant, brei nog 1 nld r en kant af. Zet de mouwen in het vest. Sluit de zij- en mouwnaden met de kantst als naadtoeslag.
Franje: Bevestig franjekwasten langs de kraag en langs de voorbiezen tot 20 cm vanaf de onderkant van het vest aan beide voorkanten, met een tussenruimte van 5 cm. 1 franjekwast = knip 2 draden Vienna en 4 draden Alaska met een lengte van 35 cm, voeg ze samen, vouw ze dubbel en haal de lus door de buitenst st en trek de uiteinden erdoor.

Ceintuur: Zet 16 st op met breinld 5.5 mm en Alaska. Brei alle nld als volgt (zowel op de goede kant als op de verkeerde kant): 1 st afh, 1 r, * 2 av, 2 r *, herhaal van * - *, eindig met 2 av. Kant af in patroon bij een lengte van ca. 120-130 cm.




MUTS:

Steekverhouding: 17 st x 22 nld in tricotst = 10 x 10 cm

Oorklep: Zet 5-5 st op en brei ribbelst. Meerder na 1 nld 4-4 x 1 st aan weerskanten in elke 2e nld en dan 4-5 x 1 st in elke 4e nld = 21-23 st – maak de meerderingen door 1 omsl te maken naast de 2 buitenste st aan weerskanten, en brei deze omsl in de volgende nld verdraait. De oorklep meet ca. 8-9 cm. Leg het werk terzijde en brei nog een oorklep.

Muts: Zet oorklep op de nld, zet 18-19 nieuwe st op (= achterkant) en zet de andere oorklep op dezelfde nld = 60-65 st. Brei 4 nld ribbelst heen en weer over alle st, en meerder 2 x 1 st aan weerskanten in elke 2e nld. Zet in de volgende nld 26-27 st op tussen de oorkleppen voor de voorkant en ga verder in het rond breien = 90-96 st. Zet de muts op de sokkenbreinld en brei rond vanaf het middenachter – meet het werk verder vanaf hier. Brei 6 nld ribbelst over alle st, en wissel dan naar tricotst. Brei bij een hoogte van 9 cm 1 nld av, 3 nld r en 1 nld av en brei verder in tricotst tot de vereiste afmetingen. Zet na de laatste av nld (het werk heeft een hoogte van ca. 11 cm) 6 merkdraden in het werk met een tussenruimte van 15-16 st tussen elke merkdraad. Minder vervolgens op de goede kant 11-12 x 1 st bij elke merkdraad door 2 st r samen te br in elke 2e nld en dan in elke 4e nld: 3-3 x 1 st = 6 st resteren. Brei nog 2 nld, knip het garen af en rijg de draad door de overgebleven st, trek stevig aan en hecht af. De muts heeft aan de voorkant een hoogte van ca. 27-28 cm.

Vlechten: Bevestig 1 vlecht aan de onderkant van elke oorklep en 1 aan de bovenkant van de muts. 1 vlecht = knip 12 draden met een lengte van 70 cm. Vouw de draden dubbel en haal de lus door de 2 nld aan de onderkant van de oorklep, haal de uiteinden door de lus. Verdeel de draden in 3 strengen van 8 draden en maak losjes een vlecht en leg een knoop in het uiteinde. Herhaal dit bij de andere oorklep en aan de bovenkant van de muts – trek aan de bovenkant de lus door de bovenste nld.




SJAAL:

Steekverhouding: 9 st x 18 nld ribbelst = 10 x 10 cm.

Sjaal: Zet losjes 14 st op. Brei ribbelst tot een lengte van 110 cm, kant af.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 79-26

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (13)

country flag Biggi wrote:

Hallo nochmal, ich stricke in Masche 25 eine rechts und eine rechts verschränkt, richtig ? LG

06.03.2021 - 07:48

DROPS Design answered:

Liebe Biggi, ja genau, dieses Video zeigt, wie man 2 Mal die selbe Masche strickt. Viel Spaß beim stricken!

08.03.2021 - 07:35

country flag Biggi wrote:

Hallo ihr lieben. Welche Masche genau muss ich für den Kragen aufnehmen ? Ich kann ja nicht im Wechsel vier rechts ist links bleiben wenn ich irgendwo innerhalb der 24 maschen zwei maschen in eine stricke. Hilfe bitte, ich steh auf dem Schlauch

06.03.2021 - 07:15

DROPS Design answered:

Liebe Biggi, die Zunahmen für den Kragen stricken Sie innerhalb die 24 Maschen = die 25. Masche wird zweimal gestrickt (bei der nächsten Zunahmen wird die 26. Masche zweimal gestrickt usw) und diese Zunahmen werden fortlaufend ins Bündchen gestrickt - also nach und nach wird sich das Bündchen 4 M re, 4 M li weiter gestrickt, wenn die 16 Zunahmen fertig sind, haben Sie 4 Mal mehr das Bündchen gestrickt . Viel Spaß beim stricken!

08.03.2021 - 07:34

country flag Monica wrote:

Sono arrivata a fare le maniche e mi chiedo se 58 cm di manica, considerato che se ne risvoltano 10, non sia troppo corto. Se volessi allungarla devo aggiungere dei ferri prima o dopo la serie di aumenti? Grazie

30.11.2016 - 15:50

DROPS Design answered:

Buongiorno Monica, se vuole fare le maniche più lunghe, aggiunga dei ferri prima degli aumenti. Buon lavoro!

30.11.2016 - 16:05

country flag Paola wrote:

Lo spazio per scrivere i commenti e/o domande è troppo corto: si possono digitare solo un certo numero di caratteri, e diventa difficile porre le domande con queste limitazioni.

05.11.2016 - 16:59

country flag Paola wrote:

Per le maniche. Tutte le m. di aum le faccio tutte sul lato del dir, ma aumentando di tot volte, 8 volte,ad un certo punto mi ritrovo tipo: 1 viv a leg, 4 m di aum a dir, lavorazione coste, 4 m aum dir, 1 viv leg. La parte finale della manica, su entrambi i lati, a m rasata, diventa molto più grossa di larghezza di una costa (quando andrò a cucire i due bordi della manica avrò due lati a dritto grandi come la costa e quindi non ci sarà l'alternanza). E' giusto?

05.11.2016 - 16:58

DROPS Design answered:

Buongiorno Paola. Sì è corretto come ha scritto: le m aumentate vengono lavorate a maglia rasata. Buon lavoro!

05.11.2016 - 18:32

country flag Paola wrote:

Sono al 12 cm della manica, quando bisogna iniziare a fare gli aumenti. Ma mi domando: visto che siamo partiti con la maglia di vivagno , la maglia di aumento, dove la metto? Per esempio, partendo con il ferro, se faccio: maglia vivagno legaccio, maglia di aumento, lavorazione ferro a coste, maglia di aumento, maglia di vivagno a legaccio, sbaglio? Grazie mille.

23.10.2016 - 08:18

DROPS Design answered:

Buongiorno Paola. È corretto. Aumenta dopo / prima le m vivagno. Buon lavoro!

23.10.2016 - 08:30

country flag Kim wrote:

Het is mij niet duidelijk aan welke kant van de 24 boord steken, ik moet gaan meerderen voor de kraag. Moet ik voor de vier ribbel steken meerderen of voor de boord steken? Mvg

24.11.2015 - 14:24

DROPS Design answered:

Hoi Petra. Je meerdert naast de 24 boordsteken. Niet middenvoor maar naast de boordsteken.

25.11.2015 - 14:48

Diane wrote:

Est-ce que la grosseur des aiguilles proposées pour vos patron sont en mm

16.02.2014 - 21:06

DROPS Design answered:

Bonjour Diane, tout à fait, la taille des aiguilles est indiquée en mm, système métrique habituel pour la taille des aiguilles en France. Bon tricot!

17.02.2014 - 10:17

Céline wrote:

Bonjour je suis rendu a la fin de mon bonnet et lorsque vous dite de 1 maille a toute les 4 rangs 3 foir et cela égale 6maille, est ce que cela veux dire 6 mailles entre marqueur ou 6 maille en tout merci

26.10.2012 - 16:51

DROPS Design answered:

Bonjour Céline, à la fin du bonnet, vous placez 6 marqueurs et vous diminuez 1 m à droite de chaque marqueur 11-12 fois tous les 2 rangs, puis 3 fois tous les 4 rangs. vous avez 6 marqueurs, donc vous diminuez 6 m à chaque tour de diminutions. Bon tricot !

30.10.2012 - 12:01

Céline wrote:

Merci beaucoup j ai tres bien compris

23.10.2012 - 01:19