DROPS Delight
DROPS Delight
75% wol, 25% polyamide
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS SS24

Evening Plum

DROPS vest van ”Delight” - gebreid in verschillende richtingen. Maat S - XXXL.

DROPS 126-7
DROPS design: Model nr. DE-027
--------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal: DROPS DELIGHT
350-350-400-450-500-550 gr. kleur nr. 14, paars/groen mix
DROPS RONDBREINLD (80 cm) 3 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 24 st x 32 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS BUFFELHOORNKNOOP, nr. 535:
3 stuks.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Delight
DROPS Delight
75% wol, 25% polyamide
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht.

TIP VOOR HET BREIEN:
Bij de keerpunten in het werk: haal om een gaatje te voorkomen als u keert midden in het werk de eerste st recht af, trek de draad aan en ga verder.
--------------------------------------------------------

VEST:
Wordt in delen gebreid in verschillende richtingen. De pijlen in het telpatroon geven de breirichting aan.

ONDERKANT VAN HET LIJF:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld zodat alle st op de nld passen. Zet 67 st op (inclusief 2 kant st aan iedere kant) met rondbreinld 3 mm en Delight. Brei tricotst heen en weer op de nld met 2 RIBBELST - zie boven – aan iedere kant. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Brei bij een hoogte van 21-23-25-27-30-33 cm - pas zo aan dat de volgende nld aan de goede kant is – verkorte toeren als volgt (eerste nld = goede kant) - Zie TIP VOOR HET BREIEN:
Brei 20 st, keer het werk en brei de teruggaande naald.
Brei 40 st, keer het werk en brei de teruggaande naald.
Brei 60 st, keer het werk en brei de teruggaande naald.
Brei alle st, plaats een markeerdraad in de laatste st (geeft de zijkant aan), keer het werk en brei de teruggaande naald.
Brei 60 st, keer het werk en brei de teruggaande naald.
Brei 40 st, keer het werk en brei de teruggaande naald.
Brei 20 st, keer het werk en brei de teruggaande naald.

Ga verder in tricotst heen en weer over alle st (ga verder met 2 ribbelst aan iedere kant). Brei bij een hoogte van 42-46-50-54-60-66 cm vanaf de markeerdraad aan de zijkant - pas zo aan dat de volgende nld aan de goede kant is - verkorte toeren op dezelfde manier als hiervoor. Ga na de verkorte toeren verder in tricotst heen en weer over alle st (ga verder met 2 ribbelst aan iedere kant). Kant bij een hoogte van 21-23-25-27-30-33 cm vanaf de tweede markeerdraad losjes af. Het werk meet nu ongeveer 84-92-100-108-120-132 cm langs de korte kant en ongeveer 93-101-109-117-129-141 cm langs de lange kant (= onderkant van het vest).

BOVENKANT VAN HET LIJF:
Begin aan de rechterkant van het werk langs de korte kant en neem st op aan de goede kant in de tweede van de 2 ribbelst (gebruik een haaknld) als volgt: * Neem 1 st op in iedere van de eerste 3 ribbelst, sla 1 ribbelst over *, herhaal van *-*. Ga verder in tricotst heen en weer gebreid op de nld vanaf middenvoor met 1 ribbelst aan iedere kant.

Pas TEGELIJKERTIJD in de eerste nld het aantal st aan naar 198-216-238-258-286-316 st. Brei bij een hoogte van 11-12-13-14-15-16 cm vanaf waar de st opgenomen zijn de volgende nld als volgt:
Brei 47-51-57-61-67-75 st (= voorpand), kant 6-6-6-8-10-10 st af voor het armsgat, brei 92-102-112-120-132-146 st (= achterpand), kant 6-6-6-8-10-10 st af voor het armsgat en brei de overgebleven 47-51-57-61-67-75 st (= voorpand). Brei nu de voorpanden en het achterpand apart verder.

ACHTERPAND:
= 92-102-112-120-132-146 st. Kant af voor de armsgaten aan het begin van iedere nld aan iedere kant als volgt: 1-1-2-3-5-7 x 2 st en 1-3-5-5-6-7 x 1 st = 86-92-94-98-100-104 st. Ga verder in tricotst tot werk 28-30-32-34-36-38 cm meet vanaf waar de st zijn opgenomen. Kant nu de middelste 28-30-30-30-32-32 st af voor de hals en brei iedere schouder apart verder. Kant 2 st af langs de hals in de volgende nld = 27-29-30-32-32-34 st over voor iedere schouder. Kant af bij een hoogte van 30-32-34-36-38-40 cm vanaf waar de st opgenomen zijn (het hele achterpand is ongeveer 56-58-60-62-64-66 cm hoog).

RECHTER VOORPAND:
= 47-51-57-61-67-75 st. Kant af voor het armsgat aan het begin van iedere nld aan de zijkant als beschreven voor het achterpand = 44-46-48-50-51-54 st. Ga verder tot een totale hoogte van 20-22-22-24-24-26 cm. Kant nu af voor de hals aan het begin van iedere nld vanaf middenvoor: 1 x 4 st, 4 x 2 st en 5-5-6-6-7-8 x 1 st = 27-29-30-32-32-34 st over voor iedere schouder. Ga verder tot een totale hoogte van 30-32-34-36-38-40 cm vanaf waar st opgenomen zijn - pas aan het achterpand aan - en kant losjes af.

LINKER VOORPAND:
Als het rechter voorpand, maar in spiegelbeeld.

MOUW:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld.
Zet 58-60-60-62-64-64 st op (inclusief 1 kant st aan iedere kant) met rondbreinld 3 mm en Delight. Brei 8 nld ribbelst en ga verder in tricotst. Meerder bij een hoogte van 10-10-10-8-7-6 cm 1 st aan iedere kant en herhaal dit meerderen in totaal 12-14-17-18-20-24 keer als volgt: MAAT S: elke 11e nld, MAAT M: elke 9e nld, MAAT L en XL: elke 7e nld, MAAT XXL: elke 6e nld en MAAT XXXL: elke 5e nld = 82-88-94-98-104-112 st. Kant bij een hoogte van 50-49-48-47-45-44 cm af voor de mouwkop aan het begin van iedere nld aan iedere kant als volgt: 1 x 4 st, 2 x 3 st, 2-3-3-4-4-4 x 2 st en 1-2-2-3-6-8 x 1 st, dan 2 st aan het begin van iedere nld tot het werk ongeveer 56 cm meet voor alle maten. Kant nu 3 st af aan het begin van de volgende 2 nld en kant de overgebleven st af.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden dicht. Naai de mouwnaden dicht in de kant st. Naai de mouwen in het lijf.

HALS:
Neem aan de goede kant ongeveer 100 tot 140 st op rond de hals met rondbreinld 3 mm en Delight. Brei 6 nld ribbelst heen en weer op de nld en kant alle st af.

RAND AAN DE ONDERKANT VAN HET LIJF:
Neem afwisselend 1 en 2 st op in iedere ribbelst aan de onderkant van het lijf met rondbreinld 3 mm en Delight. Brei ribbelst heen en weer op de nld en pas TEGELIJKERTIJD het aantal st aan naar 228-246-266-286-314-342 in de eerste nld. Kant losjes af als de rand 2 cm meet.

LINKER VOORBIES:
Neem ongeveer 116-120-120-124-126-130 st op langs het linker voorpand met rondbreinld 3 mm en Delight – LET OP: als u meer of minder st opgenomen heeft, kunt u dit aanpassen in de eerste nld. Brei ribbelst heen en weer op de nld en kant losjes af als de voorbies ongeveer 2 cm meet.

RECHTER VOORBIES:
Brei als de linker voorbies. Maak TEGELIJKERTIJD na 1 cm 3 knoopsgaten gelijkmatig verdeeld. 1 KNOOPSGAT = kant 2 st af en zet 2 nieuwe st op in de volgende nld. Plaats het onderste knoopsgat in de overgang net onder de buste (waar st opgenomen zijn voor de bovenkant van het lijf) en de anderen met ongeveer 4-6 cm tussen ieder knoopsgat. Naai knopen op de linker voorbies.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 126-7

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (51)

country flag Caroline Quidoz wrote:

Bonjour J’aimerais que l’ouvrage mesure 65 cm de largeur dans le bas (taille xxl) et 55 cm dans le haut (environ la taille xl) au lieu de 60 cm (xxl). Donc obtenir 20 cm de longueur de raccourci total au lieu de 10 cm. Tout en gardant sensiblement la même longueur totale pour la veste au complet. J’ai très peu d’expérience avec le fonctionnement des rangs raccourcis, mais je comprends vite. Pouvez-vous me recommander des ajustements d’instructions.

17.02.2022 - 03:50

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Quidoz, nous ne sommes malheureusement pas en mesure de pouvoir adapter chacun de nos modèles à chaque demande, merci de bien vouloir contacter votre magasin - même par mail ou téléphone - pour toute assistance individuelle et personnalisée. Merci pour votre compréhension. Bon tricot!

17.02.2022 - 10:29

country flag Nathalie wrote:

Désolé j'ai relu le patron , ce serait plutôt 2 rangs et pas 7 de différence ( car on tricote sur toutes les mailles place le marqueur et retour) lorsque l'on place le marqueur qui ferait une différence de longueur sur les deux parties du devant (bas) ce qui n'est pas calculer au premier 27 cm ? Donc ,si je fais 2 rangs de plus lorsque j'atteint le 27 cm sur la dernière partie du devant les deux parties serait t'elles plus égales?

09.05.2018 - 20:18

DROPS Design answered:

Bonjour Nathalie, les 2 devants doivent avoir la même longueur - cf réponse ci-dessous. Bon tricot!

10.05.2018 - 09:11

country flag Nathalie wrote:

Bonjour je suis à tricoter la partie bas du dos et des devants,(XL) il me semble que les deux parties du devant ne correspondent pas car on calculent 27 cm et à partir de là on fait les rangs raccourcis , tandis que la dernière partie , 27 cm ,inclus les rangs raccourcis? donc j'aurai un panneau du devant plus long de 7 rangs

09.05.2018 - 19:26

DROPS Design answered:

Bonjour Nathalie, le 1er marqueur se situe après les 27 cm + 6 rangs = le marqueur se place dans le 7ème rang. pour le 2ème devant, on tricote 6 rangs après celui avec le 2ème marqueur et on tricote 27 cm = les 2 devants seront bien égaux. Bon tricot!

10.05.2018 - 09:09

country flag Annette Poggel wrote:

Ist wirklich die Maschenzahl von 67 beim unteren Teil für alle Grössen gleich? ich habe gerade begonnen, und es sieht so schmal aus. Danke für Ihre Hilfe

03.01.2018 - 17:46

DROPS Design answered:

Liebe Frau Poggel, das untere Teil wird quer gestrickt und misst 26 cm in allen Größen (siehe Maßnahmenskizze). Viel Spaß beim stricken!

04.01.2018 - 13:19

country flag Trees wrote:

Als ik met de hals begin,vanaf waar moet ik meten.vanaf het armsgat of vanaf de ophaalsteken. Er staat 26 cm hoogte.

20.06.2015 - 11:26

DROPS Design answered:

Hoi Trees. Er staat in het patroon: Ga verder tot een totale hoogte van 20-22-22-24-24-26 cm. Dus je meet vanaf de onderkant van het werk.

23.06.2015 - 12:27

country flag DROPS Design wrote:

Liebe Sylvia, das Modell îst aus der angegebenen Wolle gefertigt und sieht so aus, wenn Sie der Anleitung folgen.

31.01.2014 - 16:17

country flag Sylvia wrote:

Schade, die Abbildung zeigt nicht das Original, die Streifen werden sehr viel schmaler, da ja über mehr als 250 Maschen gestrickt wird im Oberteil. Schade Schade....das man sich auf die Bilder nicht verlassen kann. So wird das Gesamtbild nicht so schön werden.

31.01.2014 - 09:33

country flag Hanne Gunnertoft wrote:

Hej. Tusind tak for svar ang. Huller. Jeg mangler nu kun ærmer og forstår hvad Anita W. Længere nede mener: at det er underligt at trøjen på billedet ikke er strikket efter opskriften, da farverne på øverste stykke ellers ville være ens på begge sider, op til ærmegab? Er der på computer ændret på farverne?

13.10.2013 - 22:14

country flag Greet Van Doren wrote:

Ik vind het raar dat het onderlijf met een rondbrei naald moet gebeuren. Het zijn toch niet zoveel steken? Het bovenlijf daarentegen zijn wél heel veel steken. En hier ga je niet met een rondbreinaald werken? Of toch wel? Het lijkt mij allemaal nogal ingewikkeld beschreven. Of ben ik verkeerd?

12.10.2013 - 23:58

DROPS Design answered:

Hoi Greet. Er wordt alleen met een rondbreinaald gebreid - heen en weer. In Scandinavië wordt er eigenlijk bijna altijd op rondbreinld gebreid - ook heen en weer (en het zijn van oorsprong Noorse patronen). Maar je kan vaak gewoon rechte naalden gebruiken als er ruimte genoeg is op de nld en als je dat prettiger vindt.

14.10.2013 - 11:24

country flag Hanne Gunnertoft wrote:

Hej. Jeg får grimme huller i forbindelse med forkortede pinde, synes ellers jeg har fulgt anvisning på instruktionsfilm?

09.10.2013 - 12:30

DROPS Design answered:

Hej Hanne. Tit saa bliver hullerne mindre/forsvinder de, naar du har vasket jakken förste gang. Men du kan ogsaa pröve at lave de forkortede pinde med et omslag - pröv at se her:

09.10.2013 - 15:22