DROPS Merino Extra Fine
DROPS Merino Extra Fine
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 7.20€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Cotton Patch

DROPS sokken zijdelings gebreid met braambes patroon van ”Merino Extra Fine”. DROPS design: Model nr. ME-018.

DROPS 119-32
--------------------------------------------------------
Maat: 35/37 - 38/40 - 41/43
Voetlengte: 22 - 24 - 27 cm
Pijplengte: 12 - 12 - 14 cm
Materiaal: DROPS MERINO EXTRA FINE van Garnstudio,
100-100-150 gr. kleur nr. 01, naturel.

DROPS BREINLD 4 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 21 st x 28 nld in braambes patroon = 10 x 10 cm.
--------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Merino Extra Fine
DROPS Merino Extra Fine
100% wol
vanaf 3.60 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 7.20€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

--------------------------------------------------------
RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht.

TIP VOOR HET BREIEN:
Als u keert midden in het werk, haal dan de eerste st recht af, trek de draad stevig aan en brei de teruggaande naald. Doe dit om een gaatje te voorkomen in de overgang.

PATROON:
Zie telpatroon M.1. Het telpatroon geeft de goede kant van het werk weer. Eerste nld = goede kant. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

TIP VOOR DE AFWERKING:
De tenen moeten goed dichtgemaakt worden, plaats daarvoor een draad in de buitenste lusjes van de buitenste st bij de teen en laat de draad het werk volgen. Gebruik deze draad om de steken bij de teen samen te trekken.
--------------------------------------------------------

SOKKEN: Wordt heen en weer gebreid van midden onder de voet, over de bovenkant voet en terug naar midden onder de voet.

Brei als u mindert en meerdert voor de hiel ook verkorte toeren over de teen st als volgt: Keer om de nld richting de teen (dus iedere 4e nld) het werk als er nog 8-10-12 st over zijn en brei de teruggaande naald - zie TIP VOOR HET BREIEN! De teen is aan het begin van de nld gezien vanaf de goede kant.

DENK OM DE STEKENVERHOUDING!

Zet 68-74-84 st op met nld 4 mm en Merino. Ga verder als volgt aan de goede kant: 52-58-64 ribbelst, 16-16-20 st in M.1. Plaats een markeerdraad na st nr. 42-48-54 aan de goede kant. Ga zo verder in patroon en minder TEGELIJKERTIJD in nld 5 voor de hiel als volgt (denk om de verkorte toeren over de teen st): 2 st recht samen aan iedere kant van de markeerdraad om de nld in totaal 10 keer = 48-54-64 st. Ga verder als volgt aan de goede kant (brei geen verkorte toeren over de teen st): 8-10-12 ribbelst (= teen), M.1 over de overgebleven st. Ga zo verder tot het werk 13-15-17 cm meet vanaf de laatste mindering – LET OP: gemeten in het midden van de minderingen.

Brei nu 32-38-44 ribbelst en 16-16-20 st in M.1. Meerder voor de hiel als volgt (brei verkorte toeren over de teen st): Plaats een markeerdraad na st nr. 32-38-44 aan de goede kant. Meerder 1 st aan iedere kant van de markeerdraad om de nld in totaal 10 keer - meerder door 1 omsl te maken, brei in de volgende nld de omsl achter in de st en brei de gemeerderde st in ribbelst = 68-74-84 st. Brei 4 nld over alle st met 52-58-64 ribbelst en 16-16-20 st in M.1. Zet alle st op een hulpdraad. Maak nog 1 sok.

AFWERKING: Maas de st van de hulpdraad samen met de st van de opzetnld. De naad komt onder de voet en langs de achterkant van de pijp. Trek de draad van de teen aan en zet vast.

Telpatroon

symbols = recht aan de verkeerde kant
symbols = brei 3 st in 1 st als volgt: 1 st av, 1 omsl, 1 st av
symbols = brei 3 st av, haal de eerste st over de 2 laatste st, haal de tweede st over de laatste st = 1 st over.
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 119-32

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (41)

country flag Moira wrote:

Hello, could you please help me understand the set of 16 stitches for M1. It says to knit on wrong side in the chart oh, but I don't understand that because I'm still on the right side? Could you please advise right from the start? (After cast on) Continue as follows from RS: 52-58-64 garter sts, 16-16-20 sts in M.1. Insert a marker after st no 42-48-54 from RS. Thank you, I LOVE Drops!

02.03.2021 - 17:07

DROPS Design answered:

Dear Moira, on first row you are working from right side of sock: 52-58-64 sts in garter stitch, and 16 or 20 sts as shown in M.1,: *Work 3 sts in first st (= P1, YO, P1), P3 sts, psso 1st st then 2nd st over last st = 1 st remain*, repeat from *to* a total of 8 or 10 times. From WS knit all stitches (= the 16-20 sts of M.1) and the remaining sts (garter stitch). On next row from RS work 3rd row in M.1 over the last 16-20 sts: *P3 sts, psso 1st st then 2nd st over last st , (P1, YO, P1) in next st* repeat from *-* and knit remaining sts. Hope this will help, happy knitting!

03.03.2021 - 06:52

country flag Nicole wrote:

Ich habe Probleme mit M1. Die erste Reihe habe ich gestrickt, wie angegeben von der Vorderseite. Die nächste Reihe ( also die Rückreihe) zeigt laut Diagramm (x im Kästchen) "re. Von der Vorderseite ". Mir ist unklar, wie ich diese Maschen stricken soll, weil ich mich doch auf der Rückseite befinde.

18.01.2021 - 15:20

DROPS Design answered:

Liebe Nicole, hier sollte es "recht bei den Rückreihen" sein, eine Korrektur erfolt so bald wie möglich. D.h. bei den Rückreihen (= Rückseite) stricken Sie alle Maschen in A.1 rechts. Viel Spaß beim stricken!

18.01.2021 - 15:27

country flag Diana wrote:

I have done a lot of patterns but l just can't figure it out. Is there a way you can explain the first paragraph a different or other way? I love the slippers and would like to make them. Thank you for any help.

16.10.2019 - 18:07

DROPS Design answered:

Dear Diana, work 4 rows with: 52-58-64 sts garter st, 16-16-20 sts as in M.1, on 5th row (= from RS), start decrease on each side of the marker for the heel. At the same time, you will work short rows for toe: every 4th row (= every other row from WS), work until 8-10-12 sts in garter st remain and turn (= short rows). Hope it helps, happy knitting!

17.10.2019 - 09:51

country flag Odeth wrote:

El patrón no lo veo claro en la parte del talón gracias

21.09.2019 - 04:39

DROPS Design answered:

Hola Odeth. El talón lo formamos trabajando disminuciones (2 puntos juntos de derecho a cada lado del marcapuntos) un total de 10 veces.

17.10.2019 - 19:45

country flag Kamila wrote:

Hello, what kind of cast on was used in this pattern?

14.09.2019 - 19:21

DROPS Design answered:

Dear Kamila, you can use here the continental method or a provisional cast on for the kitchener stitches. Happy knitting!

16.09.2019 - 09:24

country flag Lyly wrote:

Je ne comprends pas les explications concernant les rangs raccourcis de la pointe : au 6e rg, sur l\\\'env du travail, on ne tricote pas les 8 dernières mailles pour la taille S ? Combien de fois doit-on laisser ces mailles en attente ? Je ne comprends absolument pas comment faire la pointe du chausson.les rgs raccourcis se font sur l\\\'endroit ou l\\\'envers du travail ?

08.04.2019 - 23:30

DROPS Design answered:

Bonjour Lyly, les rangs raccourcis pour la pointe vont se tricoter en commençant sur l'envers: tricotez le rang jusqu'à ce qu'il reste 8 m (= pointe), tournez et tricotez le rang suivant sur l'endroit (diminuez sur l'endroit si besoin), tournez et tricotez le rang suivant sur toutes les mailles, tournez et tricotez le rang suivant sur toutes les mailles - n'oubliez pas les diminutions si besoin - continuez ainsi, les 8 m de la fin du rang ne sont simplement plus travaillées = rangs raccourcis; cf vidéo. Bon tricot!

09.04.2019 - 09:24

country flag Emmah wrote:

Min socka har väldigt dålig passform (stor) från hälen och hela vägen upp på skaftet. Resten av socken sitter perfekt. Vad har jag gjort för fel?

26.12.2018 - 17:35

DROPS Design answered:

hei Emmah. Denne modellen er en del løsere rundt ankelen enn tradisjonelle sokker, du kan se det på bildet også om du ser etter. Så den skal være sånn. Om du gjerne vil ha den strammere kan du feks prøve å feste et bånd som du kan knyte rundt ankelen? God fornøyelse.

08.01.2019 - 14:44

Erica wrote:

I\'m stuck again 😞 I\'m doing the middle size. Continue until piece measures 15cm. I\'ve done that but no idea how to do the next paragraph: work 38 garter st and 16 sts of m1 and increase for heel. I don\'t know which sue is the heel! I have 44sts of pattern and a separate 10sts of garter stitch for the toe...

13.12.2018 - 13:38

DROPS Design answered:

Dear Erica, when piece measures 15 cm from the last dec, work now: the first 38 sts seen from RS in garter st and the last 16 sts in M.1, now increase for heel on each side of the marker placed in the 38th st from RS. Happy knitting!

13.12.2018 - 14:40

Erica wrote:

Im confused about how to p into same stitch. Pattern = p1, yo, p1 all in same stitch but my sts are decreasing. I did p1, yo and then I slipped the yo onto other needle and purled that. Where am I going wrong?!

07.12.2018 - 11:39

DROPS Design answered:

Dear Erica, y ou have to work the same stitch a total of 3 times, purl next stitch on the left needle without dropping this off the needle, make a YO on right needle, then purl the same stitch on left needle one more time and drop it from left needle = you should have now 3 sts on the right needle. The next 3 sts will be purled together = the number of stitches keep constant. Happy knitting!

07.12.2018 - 11:59

country flag Dufour Arlette wrote:

Je reviens vers vous, je vous ai posée une question hier je tenais a vous dire qu'après avoir fait et refait j'ai trouvée ,je vous remercie Mme Dufour

27.09.2018 - 08:22