DROPS Paris
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 1.30 € /50g
DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 63.70€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Jane Austen

Gebreide DROPS trui in tricotst met capuchon en gehaakte randen van 1 draad ”Paris” of 2 draden “Alpaca”. Maat S-XXXL. DROPS design: Model nr. W-386.

DROPS 120-1
--------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal: DROPS PARIS van Garnstudio,
650-700-800-850-950-1050 gr. kleur nr. 30, denimblauw
50 gr voor alle maten, kleur nr. 17, naturel
OF gebruik: DROPS ALPACA van Garnstudio,
600-700-750-800-900-1000 gr. kleur nr. 6347, grijspaars
50 g voor alle maten, kleur nr. 0100, eco naturel.

DROPS breinld zonder knop en RONDBREINLD (80 cm) 5 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 17 st x 22 nld in tricotst met 1 draad Paris of 2 draden Alpaca = 10 x 10 cm.
DROPS RONDBREINLD (80 cm) 3.5 mm – voor de ribbelst.
DROPS HAAKNLD 4 mm – voor de gehaakte randen.
--------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Paris
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 1.30 € /50g
DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 63.70€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

--------------------------------------------------------
RIBBELST (in de rondte): brei 1 nld recht, brei 1 nld av.

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld): brei alle nld recht.

TIP VOOR HET METEN:
Vanwege het gewicht van het garen kunt u het werk het beste meten terwijl het hangt, anders wordt het te zwaar tijdens het dragen.
--------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------

LIJF:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinld.
Zet 204-216-232-248-264-284 st op met rondbreinld 5 mm en 1 draad Paris denimblauw of 2 draden Alpaca grijspaars. Brei 2 nld RIBBELST – zie boven – en ga verder in tricotst over alle st. Zie TIP VOOR HET METEN! DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Ga bij een hoogte van 36 cm voor alle maten verder met rondbreinld 3.5 mm. Plaats 2 markeerders in het werk, 1 aan het begin van de nld en 1 na 102-108-116-124-132-142 st. Brei nu 14 nld ribbelst en brei TEGELIJKERTIJD de eerste nld als volgt: 11-14-18-22-28-33 ribbelst, 2 st recht samen over de nld tot er 11-14-18-22-28-33 st over zijn voor de eerste markeerdraad, 22-28-36-44-56-66 ribbelst, 2 st recht samen over de nld tot er 11-14-18-22-28-33 st over zijn voor de tweede markeerdraad en ribbelst over de overgebleven 11-14-18-22-28-33 st = 124-136-152-168-188-208 st. Brei na 14 nld in ribbelst, 1 nld tricotst en meerder TEGELIJKERTIJD 12 st gelijkmatig voor alle maten na ongeveer iedere 9-10-11-12-14-16 st (zorg dat u 6 st meerdert aan iedere kant van beide markeerders) = 136-148-164-180-200-220 st. Wissel terug naar rondbreinld 5 mm en brei door in tricotst. Brei bij een hoogte van 45-46-47-48-49-50 cm de volgende nld als volgt: 31-34-38-42-47-52 tricotst, 6 ribbelst, keer het werk en ga nu verder heen en weer gebreid op de nld, 6 RIBBELST – zie boven, tricotst over de overgebleven st en zet 6 nieuwe st op middenvoor = 142-154-170-186-206-226 st.
Ga verder in tricotst met 6 ribbelst aan iedere kant middenvoor. Kant TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 45-46-47-48-49-50 - 6 st af voor de armsgaten aan iedere kant (= 3 st aan iedere kant van elke markeerdraad) en brei de voorpanden en het achterpand apart verder.

LINKER VOORPAND:
= 34-37-41-45-50-55 st. Ga verder met afkanten voor de armsgaten aan het begin van iedere nld vanaf de zijkant: 1-2-3-4-6-8 x 2 st en 1-1-2-3-4-4 x 1 st = 31-32-33-34-34-35 st. Zet bij een hoogte van 58-60-61-63-64-66 cm (pas zo aan dat laatste nld aan de verkeerde kant is) de 6 ribbelst middenvoor op een hulpdraad voor de hals. Kant nu af voor de hals aan het begin van iedere nld vanaf middenvoor: 1 x 5-6-6-6-6-7 st, 2 x 2 st en 1 x 1 st = 15-15-16-17-17-17 st over voor iedere schouder. Kant af bij een hoogte van 64-66-68-70-72-74 cm.

RECHTER VOORPAND:
Als het linker voorpand, maar in spiegelbeeld. LET OP! Zorg dat de laatste nld voor de hals aan de verkeerde kant is zoals op het linker voorpand.

ACHTERPAND:
= 62-68-76-84-94-104 st. Kant af voor de armsgaten aan iedere kant als beschreven voor het voorpand = 56-58-60-62-62-64 st. Ga verder in tricotst. Kant bij een hoogte van 62-64-66-68-70-72 cm de middelste 24-26-26-26-26-28 st af voor de hals en brei iedere schouder apart verder. Kant 1 st af langs de hals aan elke kant in de volgende nld = 15-15-16-17-17-17 st. Kant af bij een hoogte van 64-66-68-70-72-74 cm.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden dicht.

CAPUCHON:
Neem 64-68-71-71-78-78 st op (inclusief de st op de hulpdraden) met rondbreinld 5 mm en 1 draad Paris denimblauw of 2 draden Alpaca grijspaars. Brei 4 nld ribbelst heen en weer op de rondbreinld en brei de volgende nld aan de goede kant als volgt: 6 ribbelst, tricotst over de volgende 20-22-23-23-26-26 st, * 1 omsl, 1 tricotst *, herhaal van *-* in totaal 12-12-13-13-14-14 keer en eindig met 20-22-23-23-26-26 tricotst en 6 ribbelst = 76-80-84-84-92-92 st –brei de omsl av achter in de st in de teruggaande naald. Ga verder in tricotst met 6 ribbelst aan iedere kant. Kant af bij een hoogte van 34-34-35-35-36-36 cm. Vouw de capuchon dubbel en naai deze samen aan de bovenkant.

MOUWEN:
Worden in de rondte gebreid op breinld zonder knop.
Zet 42-44-46-48-50-50 st op met breinld zonder knop 5 mm en 1 draad Paris denimblauw of 2 draden Alpaca grijspaars. Brei 2 nld ribbelst. Plaats een markeerdraad aan het begin van de nld = midden onder de mouw. Ga verder in tricotst. Meerder bij een hoogte van 6 cm 1 st aan iedere kant van de markeerdraad. Herhaal dit meerderen elke 4-2.5-2.5-2-1.5-1 cm in totaal 6-8-9-10-12-14 keer = 54-60-64-68-74-78 st. Kant bij een hoogte van 30-29-29-28-27-25 cm (LET OP! minder cm voor de grootste maten voor een grotere mouwkop en bredere schouders) 6 st af midden onder de mouw (= 3 st aan iedere kant van de markeerdraad) en brei de mouw verder heen en weer op de nld, kant TEGELIJKERTIJD af voor de mouwkop aan iedere kant aan het begin van iedere nld: 2-2-2-2-3-3 x 2 st, 3-5-6-7-7-9 x 1 st en dan 2 st aan iedere kant tot het werk 38-38-39-39-40-40 cm meet. Kant nu 1 x 3 st af aan iedere kant en kant de overgebleven st af. Naai de mouwen in het lijf.

GEHAAKTE RAND:
Haak een rand langs de onderkant van de trui met haaknld 4 mm en 1 draad Paris naturel of 2 draden Alpaca eco naturel als volgt: 1 v, * 4 l, 1 stk in de eerste l, sla 2 cm over, 1 v *, herhaal van *-*, en eindig met 1 hv in de eerste v. Haak een gelijke rand rond de mouwranden, rond de capuchon en langs de split. Zet de rechterkant van de split vast achter de linkerkant met 1 kleine st.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 15.11.2010
LIJF:...na 14 nld in ribbelst, 1 nld tricotst en meerder TEGELIJKERTIJD 12 st gelijkmatig voor alle maten na ongeveer iedere 9-10-11-12-14-16 st (zorg dat u 6 st meerdert aan iedere kant van beide markeerders) = 136-148-164-180-200-220 st. Wissel terug naar rondbreinld 5 mm en brei door in tricotst...

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 120-1

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (206)

country flag Carol wrote:

Guten Abend Ich hänge bei der Kapuze fest. Ich verstehe nicht ganz, wie ich die 71 Maschen verteilt aufnehmen muss (Grösse L). Ich habe 12 M von den Hilfsnadeln, 26 M abgenommen am Rückenteil. Je 11 M pro Vorderteilseite PLUS noch die je 2 cm um auf die Totalhöhe zu kommen. Wie muss ich die 71 M aufnehmen? Danke und lG

04.08.2023 - 20:22

DROPS Design answered:

Liebe Carol, dann fassen Sie ca 5/6 Maschen auf diese 2 cm, dh beidseitig zwischen den abgketteten Maschen vorne am Hals über Schulter bis die 26 M vom Hals am Rückenteil; so haben Sie: 6+11+5+26+6+11+6=71 Maschen. Viel Spaß beim stricken!

07.08.2023 - 09:27

country flag Margret wrote:

Hallo,hab ich nach den 36 cm nach der 1.Krauripperunde mit den Abnahmen wirklich nur noch 136 M(bei Gr.M) auf der Nadel,ist das nicht viel zu eng??

25.03.2023 - 19:42

DROPS Design answered:

Liebe Margret, so haben Sie 80 cm Umfang für die Taille (siehe Maßskizze), es wird dann für den Brust zugenommen. Viel spaß beim stricken!

27.03.2023 - 09:13

country flag Nancy Villiard wrote:

"répartir 12 augmentation toutes les 11 m. Veiller à augmenter 6m. De chaque côtés de chacun des 2 marqueurs" Je dois augmenter 6 mailles en plus des 12 augmentation ou les 6 sont elles comprises dans les 12 augmentation ? Merci

06.02.2023 - 03:36

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Villiard, la formulation doit être modifiée effectivement, vous devez augmenter 12 mailles au total, en augmentant après environ chaque 11ème maille (en taille L) - et en veillant à bien augmenter autant de mailles de chaque côté des marqueurs pour que ces augmentations soient bien réparties (= 6 pour le devant et 6 pour le dos). Bon tricot!

06.02.2023 - 10:24

country flag Nathalie De Failly wrote:

Bonjour, pour la capuche, s’agit il d’une seule augmentation au milieu dos de la capuche, tous les 2 rangs. ? Merci d’avance pour la réponse ! Nathalie

13.04.2021 - 21:53

DROPS Design answered:

Bonjour Nathalie, pour la vapuche, on n'augmente qu'une seule fois 12, 13 ou 14 mailles selon la taille et on tricote la capuche sur les 76-80-84-84-92-92 mailles obtenues sans plus augmenter, en jersey avec 6 mailles point mousse de chaque côté jusqu'à ce qu'elle mesure 34-34-35-35-36-36 cm de hauteur totale. Bon tricot!

14.04.2021 - 07:27

country flag Nathalie De Failly wrote:

Après 36 cm, je suis le modèle M et ne tombe pas sur le même nb de mailles. 7 en plus. Il faut tricoter au point mousse et les diminutions à l’endroit ? Pour la suite, faut il continuer en alternant point mousse et pont endroit . Je suis perdue . Merci pour votre aide .

06.04.2021 - 17:27

DROPS Design answered:

Bonjour Mme De Failly, vous tricotez 14 tours point mousse (7 côtes mousse - voir cette vidéo), au 1er de ces tours (un tour en mailles endroit), tricotez: 14-m point mousse, tricotez les m suivantes ens 2 par 2 à l'endroit jusqu'à ce qu'il reste 14m avant le 1er marqueur, 28 m point mousse, tricotez les m suivantes ens 2 par 2 à l'endroit jusqu'à ce qu'il reste 14m avant le 2ème marqueur, et point mousse sur les 14- dernières m = 136 m. Bon tricot!

07.04.2021 - 07:13

country flag Inger wrote:

Jeg strikker denne opskrift i str xl og er nået til hvor arbejdet måler 48 cm. I opskriften står der, at jeg nu skal strikke 42 masker i glatstrik, 6 masker retstrik og så vende arbejdet og strikke tilbage igen. Men de 6 masker der skal slås op. ?. Skal de slås op lige efter jeg har vendt arbejdet og har strikke de 6 masker retstrik ? Vh Inger

31.01.2021 - 11:36

DROPS Design answered:

Hej Inger, du strikker 42 masker glatstrik, 6 masker retstrik (= de 6 midterste masker foran), vender, 6 masker retstrik, hele vejen rundt til den anden side i glatstrik og slår 6 masker op sidst på pinden (som skal ligge bagved de første 6 masker retstrik du strikkede). God fornøjelse!

03.02.2021 - 14:39

country flag Ari wrote:

Sind Ihre Produktbilder geschützt?? Ich möchte darauf hinweisen, dass genau dieses Foto in einem Onlineshop namens silkbers zu finden ist, wo der Pullover (angeblich) verkauft wird. Der Produktname auf silkbers ist "Hellblau Lässig V-Ausschnitt Strickpullover". Es scheint ein illegaler Shop zu sein, wenn man das Impressum betrachtet... Nur falls Sie das weiter verfolgen möchten, vielleicht findet sich noch mehr Bildmaterial von Ihnen in diesem Shop. LG, Ari

12.01.2021 - 23:37

country flag Doris wrote:

Wenn ich bei der Armkugel die Abnahmen mache und dann zum Schluss immer 2 Maschen abkette bis ich bei 39 cm bin, habe ich aber weit mehr Maschen als nur noch 6. Was habe ich da falsch verstanden?

03.10.2020 - 20:58

DROPS Design answered:

Liebe Doris, wenn die Ärmel 39 cm misst, sind es mehr Maschen als 6 übrig, aber am Anfang der 2 nächsten Reihen ketten Sie jetzt 3 Maschen und dann bei der nächsten Hinreihe ketten Sie alle Maschen ab. Viel Spaß beim stricken!

05.10.2020 - 10:07

country flag Doris Litz wrote:

Hallo, ich noch mal. Fehler gefunden, nur 1 M abketten, nicht 17!! 17 sollen dann übrig bleiben und das stimmt dann auch. Wer lesen Kann ... Danke noch einmal für die tolle Anleitung Lg Doris Lietz

23.07.2020 - 12:50

country flag Doris Lietz wrote:

Hallo Ihr Lieben, Ich bin vorne bis zu den Schultern gut klar gekommen. Es bleibt nach Abnahme des Ausschnittes aber nur 1 Mache übrig. Wie soll ich mit 1 Mache bis 74 cm weiter hochstricken? 35 M, wenn der Armausschnitt fertig ist -6 stillgelegte -7, -4, -17 = 1 Masche? Ich mache erst einmal hinten weiter, vielleicht kommt noch eine Erleuchtung. Ich freue mich auf ihre Antwort, denn es ist ein schönes Stück, jetzt schon Lg Doris Lietz

23.07.2020 - 12:40

DROPS Design answered:

Liebe Doris, Sie dürfen zuletzt nicht 17 Maschen abnehmen, sondern nur 1 Masche, denn 17 ist die Angabe der restlichen Maschen auf der Nadel! Also 35 -6 -7 -4 -1 = 17 Maschen übrig. Gutes Gelingen weiterhin!

24.07.2020 - 10:20