DROPS Alpaca Classic
DROPS Alpaca Classic
100% alpaca wol
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS SS24

Alpine Twist Set

DROPS muts met kabels en halswarmer met kabels en knoop aan de voorkant van ”Classic Alpaca” of "Puna".

DROPS 114-5
DROPS design: Model nr. AC-004.
--------------------------------------------------------
Maat: Eén maat
Materiaal: DROPS CLASSIC ALPACA
Kleur nr. 0100, naturel:
MUTS: 100 gr.
HALSWARMER: 150 gr.

Of gebruik:
Materiaal: DROPS PUNA van Garnstudio.
Kleur nr. 01, naturel:
MUTS: 100 gr.
HALSWARMER: 150 gr.

MUTS:
DROPS BREINLD ZONDER KNOP en RONDBREINLD (40 cm) 4 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 21 st x 28 nld in tricotst = 10 x 10 cm.

HALSWARMER:
DROPS BREINLD 4 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 21 st x 28 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS Parelmoer knopen, nr. 540: 1 stk.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alpaca Classic
DROPS Alpaca Classic
100% alpaca wol
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht.
PATROON:
Zie telpatroon M.1 en M.2. De telpatronen geven de goede kant van het werk weer.
--------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------
MUTS:
Eerst wordt de onderkant heen en weer gebreid op de nld, neem dan st op aan een kant en ga verder in de rondte voor de bovenkant van de muts.

RAND:
Wordt zijdelings heen en weer gebreid op 2 BREINLD ZONDER KNOP van middenachter naar middenachter.
Zet 23 st op met nld 4 mm en Classic Alpaca of Puna. Brei 1 nld recht aan de verkeerde kant. LET OP: Brei de onderste st (= laatste st op de eerste nld) steeds met dubbele draad om de onderrand steviger te maken, dus u gebruikt een bol alleen voor deze st.
Brei de volgende nld als volgt (aan de goede kant): 2 RIBBELST – zie boven - 3 st av, meerder 1 st in de volgende st en brei beide st recht, 1 st recht, 3 st av, 1 st recht, meerder 1 st in iedere van de volgende 2 st en brei al deze 4 st recht, 1 st recht, 3 st av, 1 st recht, meerder 1 st in de volgende st en brei beide st recht, 3 st av en 1 ribbelst = 27 st. Ga verder als volgt: 1 ribbelst, M.1 (eerste nld = verkeerde kant) en 2 ribbelst (= aan de onderkant). Ga zo verder in patroon tot het werk ongeveer 48 cm meet, pas zo aan dat u eindigt na de een na laatste nld in M.1 (dus de nld aan de verkeerde kant). Brei de volgende nld als volgt aan de goede kant: 2 ribbelst, 3 st av, 2 st recht samen, 1 st recht, 3 st av, 1 st recht, 2 st recht samen, 2 st recht samen, 1 st recht, 3 st av, 1 st recht, 2 st recht samen, 3 st av en 1 ribbelst = 23 st. Brei 1 nld recht over alle st aan de verkeerde kant en kant dan alle st af. Naai de band samen middenachter met de zijkanten tegen elkaar.

MUTS:
Neem 104 st op met Classic Alpaca of Puna en rondbreinld 4 mm langs de bovenkant van de rand met maar 1 ribbelst – neem st op in deze ribbelst (ongeveer 21 st per 10 cm). Brei tricotst in de rondte. Plaats bij een hoogte van 4 cm vanaf waar de st opgenomen zijn 8 markeerders in het werk met 13 st tussen iedere markeerder. Minder in de volgende nld 1 st voor iedere markeerdraad door 2 st recht samen te breien. Herhaal dit minderen om de nld in totaal 11 keer = 16 st. Knip de draad af, haal deze door de overgebleven st, trek de draad aan en zet vast.
De muts meet ongeveer 22 cm in totaal.
--------------------------------------------------------

HALSWARMER:
Wordt zijdelings heen en weer gebreid op de nld. Zet 45 st op met nld 4 mm en Classic Alpaca of Puna. Brei RIBBELST (eerste nld = goede kant) over alle st – zie boven – maak TEGELIJKERTIJD om de 5e nld 1 knoopsgat als volgt: Brei 37 st, kant 3 st af, brei 5 st. Zet in de volgende nld 3 nieuwe st op boven de afgekante st. Brei na 10 nld ribbelst de volgende nld als volgt (aan de goede kant): 17 ribbelst, 3 st av, meerder 1 st in de volgende st en brei beide st recht, 1 st recht, 3 st av, 1 st recht, meerder 1 st in iedere van de volgende 2 st en brei alle 4 st recht, 1 st recht, 3 st av, 1 st recht, meerder 1 st in de volgende st en brei beide st recht, 3 st av en 8 ribbelst = 49 st. Brei de volgende nld als volgt (= verkeerde kant): 8 ribbelst, M.1 (= 24 st) en M.2 over 17 st. Ga zo verder en brei TEGELIJKERTIJD (vanaf de volgende nld) verkorte toeren als volgt: * brei 2 nld over alle st, brei 2 nld over alleen de onderste 17 st (= M.2) *, herhaal van *-* tot het werk ongeveer 52 cm meet aan de korte kant - pas zo aan dat u eindigt na de een na laatste nld in M.1 (dus de nld aan de verkeerde kant). Brei de volgende nld als volgt (aan de goede kant):
17 ribbelst, 3 st av, 2 st recht samen, 1 st recht, 3 st av, 1 st recht, 2 st recht samen, 2 st recht samen, 1 st recht, 3 st av, 1 st recht, 2 st recht samen, 3 st av en 8 ribbelst = 45 st. Brei 10 nld ribbelst over alle st, kant alle st af.
Naai de knoop aan midden in M.1, ongeveer 6 cm vanaf de kant.

Telpatroon

symbols = Recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = Averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = Zet 3 st op een kabelnld en hou deze voor het werk, 1 st av, 3 st recht van de kabelnld
symbols = Zet 1 st op een kabelnld en hou deze achter het werk, 3 st recht, 1 st av van de kabelnld.
symbols = Zet 3 st op een kabelnld en hou deze achter het werk, 3 st recht, 3 st recht van de kabelnld.
symbols = Zet 3 st op een kabelnld en hou deze voor het werk, 3 st recht, 3 st recht van de kabelnld.
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 114-5

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (77)

country flag Lena wrote:

Lengde 48 cm ? Det er veldig smått ? Jeg bruker til vanlig stl 54 på hodeplagg.( Det er ikke mye stretch når du strikker på lengden,bare på bredden...) Hvordan anpasse lengden/vidden ? Hvor mye ekstra må man legge til omkrets uten att den blir før stor?

09.01.2024 - 17:55

DROPS Design answered:

Hej Lena, prøv den rundt om hovedet når du når til de 48 cm, så ser du hvor mange cm du mangler for at den skal passe dig :)

11.01.2024 - 15:26

country flag Sabine wrote:

Hallo ! Laut Anleitung sollen 23 M für die Kante der Mütze angeschlagen werden, das Diagramm zeigt 24 M. Wird anscheinend ohne Randmaschen gestrickt? Freue mich, von Ihnen zu hören. Viele Grüße Sabine

16.01.2023 - 14:41

DROPS Design answered:

Liebe Sabine, man soll 23 Maschen anschlagen dann bei der 1. Hinreihe wird man 4 Maschen wie beschrieben zunehmen: 2 M. Krausrippe, 3 li., in die nächste M. 1 M. aufnehmen und beide M. re. stricken (= 1. Zunahme), 1 re., 3 li., 1 re., in beiden der 2 nächsten M. 1 M. aufnehmen und alle 4 M. re. stricken (=2 Zunahmen), 1 re., 3 li., 1 re., in der nächste M. 1 M. aufnehmen und beide M. re. stricken (= 1 Zunahem), 3 li. und 1 M. Krausrippe = 2+3+2+1+3+1+4+1+3+1+2+3+1= 27 Maschen. Viel Spaß beim stricken!

16.01.2023 - 16:42

country flag Betty wrote:

Hallo, ich würde gerne die Mütze stricken.... meine Frage: die Stelle mit 2 Fäden - wie wird die eine M hin und zurück gestrickt? Wie Krausrippe? Vielen Dank

11.12.2017 - 10:45

DROPS Design answered:

Liebe Betty, dieses Video zeigt, wie man mit 2 Fäden nur 1 oder einige Maschen strickt. Viel Spaß beim stricken!

11.12.2017 - 11:15

country flag Francine wrote:

Picking up 104 stitches on cable band directions state to pick up inside this garter. Does this mean on the wrong side of the cable band? Looking at the pattern picture looks like you see the edge of band. Please help. Francine

17.08.2016 - 05:03

DROPS Design answered:

Dear Francine, you have to pick up the 104 sts from RS, inside the garter sts. Happy knitting!

17.08.2016 - 09:29

country flag Mary wrote:

Would you be so kind as to email me instructions for 4 rows after the increase row. Thanks you so much.

27.05.2015 - 14:46

DROPS Design answered:

Dear Mary, after increase row from RS, work from WS: 8 sts in garter st, then the 24 sts in M.1 (read from the bottom corner on the left side towards the right), then work the 17 sts in M.2 = K from WS. On next row, start short rows: 2 rows on all sts: 2nd + 3d row in M1 and M2 , 2 rows on the 17 sts in M.2 = row 4+5 in M.2, then work again 2 rows on all sts (= row 4 + 5 in M.1 and row 6 + 7 in M2) and 2 rows in M2 only (= row 8 + 9) and so on, ie follow each diagram separately. Happy knitting!

27.05.2015 - 17:13

country flag Hazel wrote:

I have a question about 114-5 hat and neck warmer with cables. Neck Warmer: I have finished 10 rows garter stitch and increased to 49 sts and worked next row using row 1 of M.1 and M.2 but I’m a bit confused with AT THE SAME TIME (from next row) work shortened rows as follows 2 rows on all sts (does this mean to work 2 rows in garter st) and 2 rows back and forth on the bottom 17sts (m.2) only 9(does this mean work 2 more rows for m.2 only). Hazel

20.05.2015 - 23:41

DROPS Design answered:

Dear Hazel, when working short rows, work sts in pattern following diagrams at the same time, ie when working 2 rows over the sts in M.2 continue following diagram M.2. Happy knitting!

21.05.2015 - 09:00

country flag Martine Pageau wrote:

Merci beaucoup pour la réponse. Bye.

17.04.2015 - 04:29

country flag Martine Pageau wrote:

Vous dites de relever 104 mailles avec l'aiguille circulaire et tricoter en jersey en rond. Le jersey étant 1 rang endroit et 1 rang envers lorsque le tricot n'est pas en rond; Est-ce vraiment cela que je dois tricoter avec l'aiguille circulaire car on dirait que sur la photo ce sont tous des rang envers? Merci à l'avance de me répondre.

16.04.2015 - 00:37

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Pageau, quand on tricote du jersey en rond, on tricote tous les rangs à l'endroit (cf vidéo ci-dessous). Le haut du bonnet est tricoté en jersey endroit mais vous pouvez naturellement le tricoter en jersey envers si vous préférez (en rond, tricotez tous les tours à l'envers). Bon tricot!

16.04.2015 - 09:48

country flag Zineb wrote:

Merci infiniment pour votre réponse et vos explications.cdt

21.02.2015 - 20:39

country flag Zineb wrote:

Bonjour.Tout d'abord merci pour votre générosité.Je n'arrive pas à réaliser le tour du cou.vous parlez de diagramme vue d endroit et pourtant dans le texte il s agit de l envers(envers:8pts mousse-M1-M2). Autre chose je ne comprends pas la phrase: sur les 2rgs raccourcis.vs ecrivez tous les rgs puis les 17seulement. Pourriez-vous m eclairer j ai commenceé 10 fois le début.merci d avance

17.02.2015 - 14:55

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Zineb, le 1er rang des diagrammes se tricote ici sur l'envers, donc pour M2, le 1er rang = à l'end sur l'envers, et pour M1, tricotez comme les mailles doivent se présenter sur l'endroit, c'est-à-dire 3 m end, 3 m env, 3 m end, 6 m env, 3 m end, 3 m env, 3 m end. Le rang 2 et tous les rangs impairs seront sur l'endroit (torsades). En même temps, quand vous tricotez le rang 2 (= sur l'endroit), vous tricotez des rangs raccourcis (2 rangs sur toutes les mailles, 2 rangs sur 17 m= les mailles tricotées en M2). Continuez ces rangs raccourcis ainsi, quand vous tricotez toutes les mailles, vous continuez M1 et les torsades. Bon tricot!

17.02.2015 - 15:27