DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
DROPS Fabel
DROPS Fabel
75% wol, 25% polyamide
vanaf 2.99 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 47.47€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 110-3
Maat: S – M – L – XL - XXL
Gezien het gewicht van het garen wordt de jurk ca 5 cm langer in het dragen.
Materiaal: DROPS Alpaca
400-450-450-500-550 gr nr. 506, antraciet
50 gr voor alle maten van nr. 517, grijs
50 gr voor alle maten van nr. 100, naturel
50 gr voor alle maten van nr. 7120, lichtgrijs/groen
En gebruik: DROPS Fabel
150-150-200-200-200 gr nr. 905, zwart/wit mix

DROPS Rondbreinld 6 mm (80 cm) – of de breinld, die u nodig heeft voor een steekverhouding van: 14 st x 28 nld ribbelst met 1 draad Alpaca + 1 draad Fabel = 10 x 10 cm.

DROPS Sokkenbreinld en Rondbreinld 4,5 mm (40 + 80 cm) – of de breinld, die u nodig heeft voor een steekverhouding van: 18 st x 23 nld tricotst met 2 draden Alpaca = 10 x 10 cm.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
DROPS Fabel
DROPS Fabel
75% wol, 25% polyamide
vanaf 2.99 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 47.47€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

Tip Meten: Leg het werk plat bij het meten.

Ribbelst (heen en weer breien): Alle naalden recht breien.
Ribbelst (rondbreien): * 1 nld recht, 1 nld averecht *, herhaal steeds *-*.

Verkorte naalden: Om de juiste lijn langs de onderrand van de rok te krijgen, brei de verkorte naalden als volgt: 2 nld recht over alle st, * brei vervolgens 25 st recht, keer het werk, trek stevig aan de draad en brei terug, brei 4 nld recht over alle st, brei vervolgens 50 st recht, keer het werk, trek stevig aan de draad en brei terug, brei 4 nld recht over alle st *, herhaal *-*.
Dwz: 1 herhaling = 12 nld r beneden en 8 nld r boven.

Motief: Zie de teltekening M.1, brei het motief in tricotst met 2 draden.

Rok: Het werk wordt overdwars gebreid in ribbelst van middenachter naar middenachter. Vanwege het grote aantal st, wordt het werk heen en weer gebreid op de rondbreinld.
Zet losjes 75 st op (voor alle maten) met rondbreinld 6 mm en 1 draad Fabel + 1 draad antraciet Alpaca. Plaats 1 merkdraad na 25 st en 1 merkdraad na 50 st, laat deze draden het werk mee naar boven volgen.
Brei door in ribbelst en met verkorte nld – Lees de beschrijving hierboven. Brei zo door tot een hoogte van 36-40-44-48-52 cm aan de ene kant (= boven), en het werk heeft dan een hoogte van ca 54-60-66-72-78 cm aan de andere kant (= beneden) – lees Tip Meten!
Plaats 1 merkdraad in het werk (= middenvoor). Brei door zoals eerder totdat er een gelijke aantal nld aan de andere kant van de merkdraad in het middenvoor zijn gebreid. Het werk heeft nu een hoogte van totaal 72-80-88-96-104 cm boven en 108-120-132-144-156 cm beneden, kant heel losjes af.
Sluit de naad van de rok rand aan rand in het middenachter, en zorg ervoor dat de naad niet te dik wordt.

Pas: De pas wordt met 2 draden Alpaca gebreid. Neem 130-144-158-172-188 st op met antraciet Alpaca en rondbreinld 4,5 mm langs de bovenrand van de rok - zorg ervoor dat de naad van de rok in het middenachter komt te zitten, begin aan de ene zijkant met het opnemen van de st! Vanaf hier het werk verder meten!
Brei door in het rond. Brei 1 nld averecht. Brei vervolgens 2 nld ribbelst met grijs en 2 nld ribbelst met lichtgrijs/groen. Wissel naar naturel, en brei 1 nld recht – meerder tegelijkertijd gelijkmatig naar totaal 144-162-180-198-216 st. Plaats nu 1 merkdraad aan weerskanten als volgt:
Maat S: Plaats de merkdraden in 1 st, zodat er 71 st op het voor- en achterpand + 1 st aan weerskanten komen.
Maat M: Plaats de merkdraden tussen 2 st, zodat er 81 st op het voor- en achterpand komen.
Maat L: Plaats de merkdraden in 1 st, zodat er 89 st op het voor- en achterpand + 1 st aan weerskanten komen.
Maat XL: Plaats de merkdraden tussen 2 st, zodat er 99 st op voor- en achterpand komen.
Maat XXL: Plaats de merkdraden in 1 st, zodat er 107 st op het voor- en achterpand + 1 st aan weerskanten komen.
Alle maten: Brei door volgens M.1 – de st, die met een pijltje wordt gemarkeerd, moet in het middenvoor komen. Brei na M.1 2 nld ribbelst met lichtgrijs/groen, 2 nld ribbelst met grijs en 2 nld ribbelst met antraciet. Brei vervolgens door in tricotst en antraciet tot de vereiste afmetingen.
Kant, als de pas een hoogte van 10-10-11-11-12 cm 5-6-7-8-9 st af aan weerskanten voor de armsgaten = 67-75-83-91-99 st voor het voor- en achterpand. De delen worden afzonderlijk verder gebreid.

Voorpand: = 67-75-83-91-99 st. Brei door in tricotst - en kant tegelijkertijd af voor de armsgaten aan weerskanten. Kant af aan het begin van elke nld als volgt: 0-0-1-1-1 x 3 st, 0-1-1-2-3 x 2 st en 2-3-3-4-5 x 1 st = 63-65-67-69-71 st. Brei door tot een hoogte van 22-23-24-25-27 cm. Plaats nu middelste 15-17-17-19-19 st op 1 hulpnld voor de hals. De schouders worden afzonderlijk verder gebreid. Kant vervolgens af aan beide halszijden als volgt: 1 x 3 st, 1 x 2 st en 3 x 1 st = 16-16-17-17-18 st over op elke schouder. Kant de st af bij een hoogte van 29-30-32-33-35 cm. De totale hoogte van de jurk is ca 83-84-86-87-89 cm.

Achterpand: = 67-75-83-91-99 st. Kant af voor de armsgaten zoals voor het voorpand = 63-65-67-69-71 st. Brei door tot een hoogte van 27-28-30-31-33 cm, en kant dan de middelste 27-29-29-31-31 st af voor de hals. De schouders worden afzonderlijk verder gebreid. Kant in de volgende nld nog 2 st af aan beide halszijden = 16-16-17-17-18 st over op elke schouder. Kant de st af bij een hoogte van 29-30-32-33-35 cm.

Mouw: Het werk wordt in het rond gebreid op de sokkenbreinld.
Zet 40-42-44-46-48 st op met sokkenbreinld 4,5 mm en 2 draden antraciet Alpaca. Brei 6 nld ribbelst, en brei daarna in tricotst. Meerder tegelijkertijd vanaf een hoogte van 10 cm 11-11-12-14-16 x 2 st in het midden van de ondermouw op elke 3½-3½-3-2½-2 cm = 62-64-68-74-80 st. Kant bij een hoogte van 49-48-47-46-45 cm 6 st af in het midden van de ondermouw (NB! De grote maten hebben kortere mouwen omdat de mouwkop langer is) en de rest van de werk wordt heen en weer gebreid. Kant vervolgens af voor de mouwkop aan het begin van elke nld als volgt: 3 x 2 st en 2-3-4-5-6 x 1 st aan weerskanten. Kant daarna steeds 2 st af aan weerskanten tot een hoogte van 56 cm, en kant daarna nog 1 x 3 st af aan weerskanten. Kant de resterende st af, de mouw heeft een totale lengte van ca 57 cm.

Afwerken: Sluit de schoudernaden.

Halsboord: Neem ca 75 tot 85 st op (incl. de st van de hulpnld) met de kleine rondbreinld 4,5 mm met 1 draad antraciet Alpaca + 1 draad Fabel. Brei 1 nld averecht, 1 nld recht, 1 nld averecht en kant vervolgens af in recht. Naai de mouwen in de jurk.

Telpatroon

symbols = naturel
symbols = antraciet
symbols = grijs
symbols = lichtgrijs/groen
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 110-3

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (79)

country flag Emilie wrote:

Ved forstykke: “strik indtil arbejdet måler 23 cm” er dette inkl det mønstrede stykke, altså hele bærestykket eller efter mønsterets slut?

03.01.2022 - 14:03

country flag Emilie wrote:

Hvad betyder “Strik (130) m op”? Skal disse bare slås op alm på pind, eller skal de slås op i den allerede strikkede nederdel?

20.12.2021 - 20:20

DROPS Design answered:

Hej Emilie, De skal strikkes op i den strikkede nederdel :)

21.12.2021 - 08:09

country flag Michela wrote:

Buongiorno. Lo sprone è lavorato tutto in due capi alpaca, anche il motivo centrale? Dei colori grigio chiaro, verde e panna però, seguendo le indicazioni del modello, ho acquistato solo 50 g a colore e quindi ho solo 1 gomitolo per colore: se lo uso in due capi, basterà? Il colore Fabel (3 gomitoli da 50 g) l'ho finito per la gonna e non ne ho più per il bordo dello scollo! Le quantità di lana sono corrette? Sto lavorando una misura M. Grazie per la risposta. Cordiali saluti

24.02.2021 - 22:24

DROPS Design answered:

Buonasera Michela, le istruzioni sono corrette: il suo campione corrisponde a quello indicato? Buon lavoro!

25.02.2021 - 20:06

country flag Solveig wrote:

Hvordan finder jeg ud af, hvilken str kjolen skal strikkes i? Jeg synes ikke, jeg kan se en guide?

21.11.2020 - 11:08

DROPS Design answered:

Hej solveig, således læser du måleskitsen nederst i opskrifter for at vælge størrelse: Således læser du måleskitsen

23.11.2020 - 15:42

country flag Elin Sandane wrote:

Sett 1 merke i arb (= midt foran). Strikk videre på samme måte til det er strikket like mange pinner på hver side av merke midt foran. Arb måler nå totalt 72-80-88-96-104 cm øverst og 108-120-132-144-156 cm nederst, fell svært løst av. Jeg forstår ikke helt hva jeg skal gjøre her, kan du hjelpe meg?

04.12.2018 - 17:39

DROPS Design answered:

Hei Elin. Når arbeidet måler 36-40-44-48-52 cm i den ene siden og 54-60-66-72-78 cm i den andre siden har du strikket halve skjørtet. Du setter et merke i arbeidet her, som markerer midt foran. Så fortsetter du med forkortede pinner som før til du har strikket like langt som før du satte merket. Altså du strikker til arbeidet måler totalt 72-80-88-96-104 cm øverst og 108-120-132-144-156 cm nederst. Så feller du av og syr sammen oppleggskanten og avfellingskanten (= midt bak). God fornøyelse.

05.12.2018 - 08:09

country flag Jozefien De Bruijn wrote:

Ik had mijn vraag bij de opmerkingen geplaatst, dus even opnieuw: Model 140-30 heb ik al gemaakt, superfijn om te dragen, en wil nu dit model gaan breien. Echter met een enkele draad Fabel. De maat van de naalden en het aantal steken zal verschillen. Kan ik alles simpelweg met twee vermenigvuldigen ? Of hoe zou ik dat anders moeten aanpassen ?

08.11.2017 - 10:53

DROPS Design answered:

Hallo Jozefien, Het beste is om eerst een proeflapje te maken en op basis van de stekenverhouding die daar uit komt, uit te rekenen hoeveel je op moet zetten, hoeveel je moet meerderen/minderen etc. Je kunt niet zomaar alles keer 2 doen, maar je moet het even opnieuw uitrekenen.

09.11.2017 - 10:05

country flag Jozefien De Bruijn wrote:

De jurk nr 140-30 heb ik al gemaakt, echt superfijn om te dragen ! Nu zou ik dit model ook willen maken, maar dan van een enkele draad Fabel. Het aantal steken en de maat van de naald zullen anders zijn dan in de beschrijving. Kan ik alles gewoon met twee vermenigvuldigen ? Of hoe moet ik dat anders berekenen ?

08.11.2017 - 10:48

country flag LAPALUS wrote:

Très beau modèle - taille parfaitement. J'ai pris T.M pour un 38 merci pour vos explications gratuites Christiane

13.02.2016 - 17:49

country flag Anu wrote:

Thank you .Checked for an update on my question as soon as I came back from work.For a newbie to short rows this explanation was easy to understand .I am off to a flying start!!!.

22.06.2015 - 16:46

country flag Anu wrote:

Thx for your reply ,but am still confused on short rows - work on 25 st ,turn ,tighten thread and knit on the same 25 sts again( this is a short row). then work on 50sts,turn,tighten and work on the same 50 sts again(short row) .My quesstion - I have CO 75 st - but have worked on 50 sts only .So,once the short rows are done I will knit on all 75 sts? What happens to the remaning 25 sts

21.06.2015 - 12:18

DROPS Design answered:

Dear Anu, repeat the short rows from *-* as in pattern: *2 rows garter st on 25 sts only, 4 rows garter st on all sts (= 75 sts), 2 rows garter st on 50 sts only, 4 rows garter st on all sts (=75 sts)*, repeat from *-*. I.e. 1 repeat = 12 rows at bottom (= beg on rows from RS) and 8 rows at top. Happy knitting!

22.06.2015 - 10:34