DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 24.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS Children 15-9
Maat:
5/6 jaar - 7/8 jaar - 9/10 jaar - 11/12 jaar - 13/14 jaar
Maten in cm:
110/116-122/128-134/140-146/152-158/164 cm
Materialen: DROPS Alpaca van Garnstudio
250-300-300-350-400 gr nr. 8105, lichtblauw/paars
100 gr voor alle maten van nr. 0100, ecru

DROPS Haaknld 5 mm – of de haaknld, die u nodig heeft om de volgende steekverhouding te krijgen: 6 stk-groepen breed en ca 10 toeren in de hoogte met 2 draden = 10 x 10 cm.
DROPS Haaknld 2 mm – voor de knoophoesjes.
DROPS Licht houten knoop, nr. 503: 4-4-4-5-5 stuks.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 24.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

Info Haken: Vervang het eerste stk van elke toer door 3 l. Eindig elke toer met 1 stk in de 3e l van de vorige tr.

Tips Afkanten (armsgaten en de hals):
Kant af aan het begin van de tr als volgt: Haak in elk stk van de 1 stk-groep totdat het aantal af te kanten st is bereikt.
Kant af aan het eind van de tr als volgt: Haak tot het aantal af te kanten stk-groepen over zijn. Keer het werk en haak terug.

Teltekening: Zie de teltekeningen M.1 en M.2 (de teltekeningen bedoeld om het patroon te verduidelijken).

Achterpand: Haak 72-74-79-86-88 l (incl. 1 l om mee te keren) met haaknld 5 mm en 2 draden Alpaca 8105. Lees de Info Haken en zie de teltekeningen M.1 en M.2.
Haak de 1e tr als volgt: Haak 1 v in de 2e l, en haak vervolgens 1 v in elk van de 2 volgende l, * 3 l overslaan en 1 v in elke van de 4 volgende l *. Herhaal *-* 9-10-10-11-12 keer. Eindig de toer voor maat 5/6, 9/10 en 11/12 jaar als volgt: 3 l overslaan, 1 v in elke van de 2 laatste l = 41-43-45-49-51 v in de tr.
Haak de 2e tr als volgt: 3 l,1 stk in de 1e v, * 1 v overslaan, 2 stk in de volgende v *, herhaal steeds *-* = 21-22-23-25-26 stk-groepen. Keer het werk.
Haak de 3e tr als volgt: 3 l, 1 stk in het 1e stk, * 1 stk overslaan, 2 st tussen de 2 stk van de vorige tr * (het stk wordt in de hele st gehaakt). Herhaal *-*. Haak door volgens teltekening M.1 tot een hoogte van 10-10-11-12-13 cm. Haak vervolgens door volgens M.2 (1 stk in elk stk) tot een hoogte van 17-17-19-20-22 cm. Haak daarna door volgens M.1 tot de vereiste afmetingen en kant tegelijkertijd bij een hoogte van 24-26-28-30-32 cm af voor de armsgaten aan weerskanten in elke tr als volgt – Lees Tips Afkanten: 2-2-2-3-3 x 1 stk-groep = 17-18-19-19-20 stk-groepen op de tr. Haak door tot een hoogte van ca 38-41-44-47-50 cm (er moeten nu nog 2 toeren gehaakt worden). Haak 1 tr op de eerste 7 stk-groepen aan weerskanten, en haak in de volgende tr alleen op de eerste 6 stk-groepen aan weerskanten (dwz niet op de middelste 3-4-5-5-6 stk-groepen haken = hals). Knip de draad door en hecht goed af. Het achterpand heeft een totale hoogte van ca 40-43-46-49-52 cm.

Linker voorpand: Haak 37-37-39-44-44 l (incl. 1 l om mee te keren) met haaknld 5 mm en 2 draden Alpaca 8105. Lees Info haken en zie de teltekeningen M.1 en M.2.
Haak de 1e tr als volgt: Haak 1 v in de 2e l, en haak 2 v in de volgende 2 l, * 3 l overslaan en 1 v in elke van de 4 volgende l *. Herhaal *-* 4-4-5-5-5 keer. Eindig de tr voor maat 5/6, 7/8, 11/12 en 13/14 jaar als volgt: 3 l overslaan, 1 v in elk van de 2 laatste l = 21-21-23-25-25 v. Haak door zoals beschreven voor het achterpand = 11-11-12-13-13 stk-groepen. Haak vanaf een hoogte van 10-10-11-12-13 cm volgens M.2 en haak weer volgens M.1 vanaf een hoogte van 17-17-19-20-22 cm. Kant af voor het armsgat aan de zijkant zoals beschreven voor het achterpand = 9-9-10-10-10 stk-groepen. Kant bij een hoogte van ca 36-39-42-45-48 cm af voor de hals als volgt: Haak de eerste 7 stk-groepen vanaf de zijkant, en keer het werk. Haak in de volgende tr alleen op de 6 eerste stk-groepen vanaf de zijkant - lees Tips afkanten. Haak door over de 6 stk-groepen tot een hoogte van ca 40-43-46-49-52 cm. Knip de draad door en hecht af.

Rechter voorpand: Haak als het linker voorpand, maar in spiegelbeeld.

Afwerken: Sluit de schoudernaden en de zijnaden met kleine matrasst en de kantst als naadtoeslag.

Gehaakte rand: Haak de randen met haaknld 5 mm en 2 draden Alpaca 8105.

Voorbies: Begin beneden op het rechter voorpand en haak ca 44 tot 52 stk naar boven langs de voorkant. Knip de draad af. Haak op dezelfde manier langs het linker voorpand.

Capuchon: Begin op het middenvoor en haak ca 32 tot 36 stk-groepen rondom de hals – haak ook boven de voorbiezen. Haak vervolgens stk-groepen zoals op het vestje tot de capuchon een hoogte van ca 28-28-28-30-32 cm heeft. Knip de draad door en hecht af. Vouw de capuchon dubbel en sluit de naad aan de bovenkant met kleine matrasst.

Gehaakte rand: Haak een rand op de rand van het vestje met 2 draden ecru 0100 (dwz langs het ene voorpand, rondom de capuchon, langs het tweede voorpand en rondom beide armsgaten, haak niet langs de onderrand van het vestje) als volgt: 1 v in de 1e st, * 3 l, 1 stk in de 1e van deze 3 l, 1 cm overslaan en 1 v in de volgende l *, herhaal steeds *-*. Eindig met 1 hv in de 1e l van de tr.

Knopen: Haak 4 hoesjes voor 4 knopen met haaknld 2 mm en 1 draad ecru als volgt:
Haak 2 l, haak vervolgens 16 stk in de eerste van de 2 l. Eindig met 1 hv in de eerste v van de tr (= 1e tr).
2e tr: Haak 1 v in elk stk en eindig met 1 hv in de 1e v van de tr = 16 v.
3e tr: Haak 3 l en vervolgens 1 stk in elke 2e v. Eindig met 1 hv in de 3e l van het begin van de tr = 8 stk.
Doe de knopen in de hoesjes. Rijg de draad door de rand van het hoesje, trek hem stevig aan en hecht af. Naai de knopen aan het linker voorpand van het vestje. De bovenste knoop ca 1 cm van de hals plaatsen en de volgende 3 met een tussenruimte van ca 8 cm. Gebruik de gaten in de gehaakte rand van het rechter voorpand als knoopsgaten.

Telpatroon

symbols = 1 losse (l)
symbols = 1 vaste (v)
symbols = 1 stokje (stk) (in de hele st haken)
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS Children 15-9

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (33)

country flag Hanneke wrote:

Dank je wel !

28.08.2018 - 09:22

country flag Hanneke Spaans wrote:

Ik heb een vraag over het begin van het haken van de capuchon van het gehaakt mouwloos meisjes vest . Er staat begin middenvoor is dat dan beginnen op het linker of rechtervoorpand alvast bedankt groet Hanneke

26.08.2018 - 11:24

DROPS Design answered:

Dag Hanneke, Ja dat klopt, dat is het begin van het rechter of linker voorpand.

27.08.2018 - 21:40

country flag Hanneke wrote:

Dus dan moet ik in de 2etoer 2stokjes overslaan , en hoe ga ik dan verder met de 3etoer

19.06.2018 - 16:18

DROPS Design answered:

Dag Hanneke, De derde toer van M.1 is weer het zelfde als de tweede toer in het telpatroon. Zie diagram 1 onderaan bij het patroon.

20.06.2018 - 10:39

country flag Hanneke wrote:

Ik kan de instructie video van het patroon gehaakt mouwloos meisjes vest met capuchon niet vinden , ik snap de tel tekening niet goed

19.06.2018 - 11:00

DROPS Design answered:

Dag Hanneke, Er is niet specifiek voor dit patroon een video. Bij het patroon staan wel meer algemene video's over hoe je mindert en delen aan elkaar haakt .e.d. Wat begrijp je precies niet? Op de eerste toer haak je steeds twee stokjes in de vaste van de vorige toer en sla je een vaste over. Op de 2e toer haak je steeds 2 stokjes tussen die 2 stokjes.

19.06.2018 - 15:47

country flag Hanneke wrote:

Heb ik het goed begrepen , dat het patroon met een dubbele draad wordt gehaakt

14.06.2018 - 22:50

DROPS Design answered:

Dag Hanneke, Dat klopt inderdaad; het werk wordt met 2 draden Alpaca gebreid.

15.06.2018 - 15:23

country flag Daisy wrote:

Bonjour Concernant les boutons.vos consignes concernent ils les 2 cotés. Cordialement Daisy

02.07.2016 - 06:47

DROPS Design answered:

Bonjour Daisy, chaque housse de bouton se compose de 3 tours, on place ensuite le bouton à l'intérieur et on referme la housse en passant le fil autour des mailles du dernier tour. On doit faire ainsi 1 housse par bouton. Bon crochet!

04.07.2016 - 10:27

country flag Daisy wrote:

Bonjour! Comment s'appelle la bordure de la capuche. Merci

29.06.2016 - 04:52

DROPS Design answered:

Bonjour Daisy, c'est une bordure crochet classique avec des grands picots - cf vidéo. Bon crochet!

29.06.2016 - 08:22

country flag Daisy wrote:

Salut C'est encore moi. J'ai fait les 32 mailles.Mais pour la suite je m'y perd.on dit de faire comme le gilet.c'est à dire de faire le M1 ensuite le M2 et encore le M1 tout le tour? Merci.bonne journée

23.06.2016 - 04:09

DROPS Design answered:

Bonjour Daisy, pour la capuche, on crochète uniquement en groupes de B = en suivant M.2. Bon crochet!

23.06.2016 - 08:57

country flag Daisy wrote:

De bonjour Concernant la capuche, elle doit se faire en deux parties ? Les 32 groupes de B c'est à répartir entre les 2 parties? Merci pour tout

22.06.2016 - 16:11

DROPS Design answered:

Bonjour Daisy, la capuche se fait tout le long de l'encolure, du bord devant droit jusqu'au bord du devant gauche (sur l'endroit) = 32 groupes de B d'un bord à l'autre de l'encolure devant de chaque côté. Bon crochet!

22.06.2016 - 18:26

country flag Daisy wrote:

Merci beaucoup. Votre site est génial

22.06.2016 - 10:58