DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 2.10 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 29.40€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 99-18
Maat: XS/S – M/L - L/XL – XXL
Materialen: DROPS Muskat van Garnstudio
700-750-850-900-1000 gr nr. 9, lichtbruin

DROPS Haaknld 4mm – of de haaknld, die u nodig heeft om de volgende steekverhouding te krijgen: 16 stk x 10 toeren = 10 x 10 cm.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 2.10 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 29.40€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

Patroon: Zie Fig. 1 voor de overgang tussen de stk en M.1. Zie teltekening M.1.

Haak info: Vervang aan het begin van elke toer het 1e stk door 3 l. Haak aan het eind van de toer haak het laatste stk in de 3e l van het begin van de vorige toer.

Tip voor het minderen (geldt voor de mouw): Minder 1 stk aan weerskanten van het stk-deel door de laatste 2 stk samen te haken als volgt: haak het eerste stk zonder de laatste doorhaling te maken, haak het tweede stk en haal de laatste omslag door de 3 lusjes op de haaknld.

Tip voor het afkanten (geldt voor de zakken):
Kant af als volgt aan het begin van de toer: haak 1 hv op het eerste stk.
Kant af als volgt aan het eind van de toer: Keer het werk als er nog 1 stk over is op de toer.

Knoopsgaten: 1 knoopsgat = haak 1 l i.p.v. het 3e stk op de voorbies. Haak op de teruggaande toer 1 stk in de l.
Haak knoopsgaten in de rechter voorbies bij een hoogte van:
Maat XS/S: 13, 21 en 29 cm.
Maat M/L: 13, 21 en 29 cm.
Maat L/XL: 14, 22 en 30 cm.
Maat XXL: 14, 22 en 30 cm.

Voor- en achterpand: Haak heen en weer vanaf het middenvoor – denk aan de knoopsgaten in de rechter voorbies. Haak 189-221-253-285 l (incl. 3 l om mee te keren) met haaknld 4mm. Haak vervolgens 1 stk in de 4e l vanaf de haaknld, 1 stk in de volgende l, *1 stk in elk van de volgende 3 l, sla 1 l over*, herhaal van *-* = 141-165-189-213 stk (incl. 7 stk aan weerskanten voor de voorbies). Haak door met 1 stk in elk stk tot een hoogte van 8 cm – lees de Haak info! Haak de volgende toer als volgt: 7 stk (voorbies), M.1 op de volgende 127-151-175-199 stk en eindig met 7 stk (voorbies) = 21-25-29-33 herhalingen van M.1. Zie Fig.1 voor de overgang tussen de stk en M.1. Haak zo verder tot een hoogte van 37-38-39-40 cm en verdeel het werk dan in voor- en achterpanden als volgt: rechtervoorpand = 7 stk op de voorbies + 5-6-7-8 herhalingen van M.1, achterpand = 11-13-15-17 herhalingen van M.1, linkervoorpand = 5-6-7-8 herhalingen van M.1 + 7 stk op de voorbies.

Rechter voorpand: Haak vanaf het middenvoor naar de zijkant.
Maat XS/S en M/L: Meerder 1 herhaling aan de zijkant voor de verbrede schouder – zie Fig. 2 = 6-7-7-8 herhalingen (geen meerderingen voor de schouder voor maat L/XL en XXL). Haak tegelijkertijd bij een hoogte van 44-45-46-47 cm alleen op de buitenste 5-6-6-6 herhalingen aan de zijkant (voorbies en 1-1-1-2 herhalingen naast het middenvoor = hals). Hecht af bij een hoogte van ca 56-58-60-62 cm.

Linker voorpand: Als het rechter voorpand, maar in spiegelbeeld. Om er zeker van te zijn dat voorpanden identiek zijn, haakt u het linker voorpand ook vanaf het middenvoor naar de zijkant, d.w.z. de 1e toer komt op de verkeerde kant .

Achterpand: Maat XS/S en M/L: Meerder 1 herhaling aan weerskanten voor de verbrede schouder – zie Fig. 2 = 13-15-15-17 herhalingen (geen meerderingen voor de schouder voor maat L/XL en XXL). Haak bij een hoogte van 54-56-58-60 cm (er moet dan nog1 toer van M.1 gehaakt worden) alleen op de buitenste 5-6-6-6 herhalingen aan weerskanten (de middelste 3-3-3-5 herhalingen = hals). Hecht af bij een hoogte van ca 56-58-60-62 cm.

Afwerking: Sluit de schoudernaden met mooie kleine steekjes.

Mouw: Haak vanaf het armsgat naar beneden. Haak de mouw in het rond. Haak 6-6-7-7 herhalingen van M.1 op het midden bovenmouw + 24-28-24-28 extra stk gelijkmatig verdeeld op het midden ondermouw (= 12-14-12-14 stk aan weerskanten van het midden ondermouw). Minder vanaf een mouwlengte van 10 cm 11 x 2 stk in het stk-deel van de ondermouw op elke 3-3-3-2½ cm – lees de tip voor het minderen = 6-6-7-7 herhalingen van M.1 + 2-6-2-6 extra stk. Haak vanaf een mouwlengte van 44-42-42-40 cm stk tot de vereiste afmetingen. Haak als volgt in elke herhaling: 1 stk in het eerste stk van M.1, 1 stk tussen de volgende2 stk, 3 stk in het l-boogje, 1 stk tussen de volgende 2 stk = 38-42-44-48 stk. Hecht af bij een mouwlengte van 52-50-50-48 cm (bij de grotere maten zijn de mouwen korter omdat de schouders breder zijn).

Kraag: Haak ca 60 tot 90 stk langs de hals. NB! Haak niet op de st van de voorbies (7 stk aan weerskanten) – zorg dat er in de hoeken genoeg st zitten zodat de rand van de kraag niet te strak wordt. Haak 3 toeren met 1 stk in elk stk, en meerder in de volgende toer 1 stk in elke hoek, op elke schouder en op het middenachter (haak 2 stk in 1 stk). Ga verder met 1 stk in elk stk totdat de kraag een hoogte heeft van 12-12-13-13 cm. Hecht af.

Knoophoesjes: Haak hoesjes voor 11 knopen met haaknld 4mm als volgt:
1e toer: 2 l, 14 stk in de eerste l en eindig met 1 hv in het eerste stk.
2e toer: 1 v in elk stk en eindig met 1 hv in de v van het begin van de toer.
3e toer: 1 stk in elke 2e v en eindig met 1 hv in het stk van het begin van de toer = 7 stk.
Doe de knoop in het hoesje, rijg de draad door de opening, trek de draad stevig aan en hecht af.
Zet de knopen aan als volgt: 3 knopen op de linker voorbies, 2 knopen op elke mouw (1 en 6 cm vanaf de onderkant), Vouw de kraag naar buiten en naai aan beide kanten een knoop.

Zakken: Haak 28 l (incl. 3 l om mee te keren) met haaknld 4 mm en Muskat. Keer en haak 1 stk in de 4e l vanaf de haaknld, *1 stk in elk van de volgende 3 l, sla 1 l over*, herhaal van *-* = 20 stk. Haak verder met 1 stk in elk stk tot een hoogte van 14 cm. Kant nu aan weerskanten 8 x 1 stk af in elke toer dotaal – zie de tip voor het afkanten = 4 stk resteren. Hecht af. Haak een rand rondom het flapje, d.w.z. waar de minderingen begonnen, als volgt: 1 v in het eerste stk, *2 l, sla 1 cm over, 1 v, 2 l, 1 v in dezelfde v, sla 0.5 cm over, 1 v*, herhaal van *-*. Vouw de flapjes over de zakken en zet ze vast met een knoop. Naai de zakken op de voorpanden, ca 10 cm vanaf de onderkant.

Gehaakte rand: Haak een rand langs de hele buitenrand en langs de onderkant van de mouwen met haaknld 4 mm en Muskat als volgt: 1v in het eerste stk, *2 l, sla 1 cm over, 1 v, 2 l, 1 v in dezelfde v, sla ½ cm over, 1 v*, herhaal van *-*.

Telpatroon

symbols = l (losse)
symbols = stk (stokje)
symbols = stk-groep: haak 2 stk in dezelfde st, 3 l, en 2 stk in dezelfde st
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 99-18

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (37)

country flag Rina De Marie wrote:

Bij het Country walk vest klopt het proeflapje precies maar als ik het vest ga haken zou ik volgens mij beginnen met voor- en achterpand en na de 1ste toer is het al duidelijk dat het wel 2 x zo ruim wordt als mijn omvang. Hoe kan dat ?

19.03.2024 - 16:35

DROPS Design answered:

Dag Rina,

Na de eerste toer heb je 141-165-189-213 steken op de toer voor de voorpanden en het achterpand samen, inclusief de overslag voor de knoopbies. Als ik kijk naar de stekenverhouding en de afmetingen in de maattekening, dan zou dit moeten kloppen.

20.03.2024 - 10:47

country flag Toni wrote:

What does M.1 mean in crochet terms? Thanks

08.03.2024 - 15:50

DROPS Design answered:

Dear Toni, M.1 is the name of the diagram/pattern you will work - read more about crochet diagrams here. Happy crocheting!

08.03.2024 - 16:06

country flag Lilian Gutierrez wrote:

Hola, muy agradecida por los patrones, pero tengo una duda con la funda para botones. Dice 14 puntos altos y terminar con p.e. Cuál punto es el p.e. ? De antemano muchas gracias .

26.08.2023 - 01:53

DROPS Design answered:

Hola Lilian, p.e = punto enano o punto bajísimo.

28.08.2023 - 00:18

country flag Madelene wrote:

Hur ökar jag hålmönstrat i sidan. Förstår inte mönstret 🙏

04.07.2023 - 13:25

DROPS Design answered:

Hej Madelene, jo du ökar sist på varvet, efter sista st, virkar du 6 lm, 2 st i lm-bågen, sedan 1 st i sista st från förra varvet (nu har du ökat ½ st-grupp i ena sidan :)

05.07.2023 - 08:17

country flag Lilian Gutiérrez wrote:

Hola, me encantan tus patrones pero ya hice el delantero derecho y no sé cómo retomar para hacer el delantero izquierdo. Me podrías explicar por favor. Muchas gracias

05.04.2023 - 03:42

DROPS Design answered:

Hola Lilian, antes de empezar el delantero derecho deberías haber dividido la labor para el delantero derecho, delantero izquierdo y la espalda. Para retomar el delantero izquierdo, corta el hilo del delantero derecho y añade un hilo en el delantero izquierdo en el primer punto para empezar a trabajar. Para trabajar a la inversa la primera fila se trabajará por el lado revés, por lo que trabajas desde el lateral hacia el centro del delantero, siguiendo las instrucciones del delantero derecho.

06.04.2023 - 23:31

country flag Judy Caudill wrote:

I'm working this pattern No.99-18. I understand how to do the pattern so far, but am curious about what (M.1) and (rapport) means in crochet. In knitting M.1 means make one. Rapport I don't know and I couldn't find anything about either one.

04.12.2022 - 03:52

country flag Thelma Krzyszton wrote:

I could not find how to work the back after pattern is divided for front sections and back. also the underarm area, i am all the way to this point and stuck.

06.01.2020 - 22:45

DROPS Design answered:

Dear Mrs Krzyszton, after dividing piece, you first work Right front piece, then Left front piece, then Back piece. Back piece = 11-13-15-17 repeats in M.1 increasing 1 stitch in size XS/S and M/L as in Fig 2 = 13-15-15-17 repeats in width. Happy crocheting!

07.01.2020 - 08:54

country flag 1111232likdlHFDKJhnkj wrote:

Where do I begin the join for starting the back panel having done both side panels please? I\\\'ve seen an errata for this but that didn\\\'t really help. Do I begin in the three chain space either side of the two dcs or in the same stitch that the front panel end stitch is? Without a diagram and clear instructions, this is guesswork. Do I follow Fig 2 for this so I get a match with front panels?

13.10.2018 - 17:29

DROPS Design answered:

Dear 1111232likdlHFDKJhnkj, yes you will start the back piece so that pattern matches as before and is the same as before = first 3 chains will be worked in the same st as front piece and last st on back piece will be worked in the same st as on other front piece. Work then increase as explained in your size following fig 2. Happy crocheting!

15.10.2018 - 09:08

country flag Pia Erikson wrote:

Jag snubblar redan på uppläggningsvarvet! 221 lm första st i 4:e m och en st i nästa lm sen 3 st. Det blir med de 3 m man vänder med = 6st. Sen ska det bli 165 st totalt men jag får inte 6st i slutet. Det står lägg upp 221 lm, sen innan parantes inklusive 3 lm för vändningen. Är det 221 lm PLUS 3 lm alltså 224 i upplägget? Senare står det att det är inkl 7 lm som är kanten. Men man startar ju med 6 st i kanten! Jag är så förvirrad. Hjälp

03.06.2017 - 01:01

country flag Bakoly wrote:

Bonjour, Je n arrive pas à faire l augmentation d un motif de chaque coté pour le dos. En effet, la fig.2 ne montre que l augmentation d un coté en fin de rang.

11.05.2017 - 20:52

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Bakoly, ces augmentations se font en fin de rang, augmentez ainsi en fin de rang sur l'endroit puis de la même façon en fin de rang sur l'envers. Bon crochet!

12.05.2017 - 08:43