DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 2.10 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 35.70€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS Extra 0-31
Materiaal: DROPS Muskat, van garnstudio
(Behoort tot garengroep B)
200 (250) g kleur nr. 21, roest
150 (200) g kleur nr. 45, olijfgroen
150 (200) g kleur nr. 04, lila
150 (150) g kleur nr. 39, heidekruid
100 (150) g kleur nr. 28, oranje
100 (100) g kleur nr. 03, mintgroen

DROPS Rondbreinaald en Breinaalden zonder knop maat 3,5 en 4 mm.

STEKENVERHOUDING:
21 steken x 28 naalden op naald 4 mm en tricotsteek = 10 x 10 cm.
De naalddikte is slechts een richtlijn.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 2.10 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 35.70€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:
Telpatroon: De Nederlandse vertaling voor de symbolen in het telpatroon vindt u onderaan het patroon, en ze zijn in dezelfde volgorde opgegeven als het oorspronkelijke Noorse patroon. Zie telpatroon 1 + Zie telpatroon 2 (1 telpatroon = 1 herhaling). Het telpatroon laat het patroon aan de goede kant zien. Het hele patroon wordt in tricotsteek gebreid.

VOOR- EN ACHERPAND:
De sweater wordt in de rondte gebreid op de rondbreinaald en daarna voor de armsgaten opengeknipt. Zet 240 (264) steken op rondbreinaald 3,5 mm met roest en brei 4 cm in tricotsteek, Brei 1 naald averecht (= vouw – meet het werk vanaf hier). Ga verder met rondbreinaald 4 mm en brei volgens telpatroon M.1. Denk om de stekenverhouding. Meerder bij een hoogte van 30 (34) cm 5 nieuwe steken aan elke kant (deze steken zijn voor het inknippen en moeten niet in patroon gebreid worden) = 120 (132) steken = voorpand = achterpand. Zorg ervoor dat u een herhaling midden voor heeft. Brei na M.1 voor S/M: M.2 tot de gewenste afmetingen, voor L/XL: M.3 tot de gewenste afmetingen. Kant bij een hoogte van 50 (55) cm, de middelste 24 (26) steken af aan de voorkant voor de hals. Brei nu het werk heen en weer op de naald. Ga verder met afkanten richting de hals op iedere andere naald: 1 keer 3 steken, 2 keer 2 steken, 2 keer 1 steek. Kant tegelijkertijd bij een hoogte van 53 (58) cm de middelste steken 38 (40) van het achterpand af voor de hals en kant nog 2 steken af aan elke kant op de volgende naald richting de hals. Kant de overgebleven steken af als het werk ongeveer 55 (60) cm meet.

MOUW:
Zet 52 (56) steken op breinaalden zonder knop maat 3,5 mm met roest en brei 4 cm in tricotsteek, brei 1 naald averecht (= vouw – meet het werk vanaf hier). Ga verder met breinaalden zonder knop maat 4 mm en brei M.4 en dan M.5 tot de gewenste afmetingen - zorg ervoor dat u een herhaling midden op de mouw heeft. Meerder tegelijkertijd bij een hoogte van 5 cm 2 steken midden onder de mouw 27 (27) keer afwisselend op iedere 3e en 4e naald = 106 (110) steken. Zet bij een hoogte van 45 (43) cm 8 steken op een hulpdraad midden onder de mouw. Ga verder met het plaatsen van steken op de hulpdraad voor het vormen van de kop van de mouw aan elke kant op iedere andere naald: 3 keer 10 steken. Het werk meet ongeveer 48 (46) cm, zet de steken van de hulpdraad terug op de naald en brei 2 cm omgekeerde tricotsteek met roest voor de afkniprand voor op het voor- en achterpand, kant af.

Afwerking: Naai een markeerdraad in, naar beneden in het midden van de gemeerderde steken aan elke kant. Naai twee naden op de naaimachine rondom de markeerdraden, de 1e naad = 1/2 steek vanaf de hulpdraad, de 2e naad = 1/2 steken vanaf de 1e naad. Knip nu open voor het armsgat. Naai de schoudernaden dicht. Neem ongeveer 95-105 steken op rondom de halslijn op breinaalden zonder knop maat 3,5 mm met roest en brei 1,5 cm tricotsteek, brei 1 naald averecht (= vouw), 1,5 cm tricotsteken, kant af. Vouw de randen dubbel richting de VERKEERDE KANT en naai met de hand dicht. Naai de mouwen in de trui aan het voor- en achterpand aan de goede kant als volgt: Naai afwisselend een steek in de laatste RECHTE naald op de mouw voor de rand en een steek op het lijf na de machinenaad. Keer het werk binnenste buiten en naai de rand van de mouw over de afkniprand op het lijf met de hand.

Nederlandse vertaling voor het telpatroon:
= roest
= olijfgroen
= lila
= mintgroen
= heidekruid
= Oranje

Telpatroon

symbols = roest
symbols = olijfgroen
symbols = lila
symbols = mintgroen
symbols = heidekruid
symbols = oranje
symbols = M.1a + M.1b
diagram
diagram
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS Extra 0-31

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (31)

country flag Jean wrote:

Hvor starter m1 i mønsteret på S/M? Er det nederst på siden eller over M3? (M3 er midt i mønsteret) for størrelse L. Skal jeg starte der det står 24m? Ser at M2 skal strikkes i M.

23.08.2021 - 22:57

DROPS Design answered:

Hei Jean. Du starter med diagram M.1 nederst til høyre (1 omgang med x (farge rust), der det står 24 m. Mønster M.1 er delt i 2 der siste omgang er xxx (farge rust) og neste del av M.1 er sorte firkanter (mørk rosa). Husk å få en rapport midt foran når det skal deles til for-og bakstykke. M.2 strikkes i str. S/M og M.3 strikkes i str. L / XL. mvh DROPS design

27.08.2021 - 10:14

country flag Jolien Nijk wrote:

Ik heb een vraag over het breien van de mouw. Dit stukje begrijp ik niet: ‘Zet bij een hoogte van 45 (43) cm 8 steken op een hulpdraad midden onder de mouw. Ga verder met het plaatsen van steken op de hulpdraad voor het vormen van de kop van de mouw aan elke kant op iedere andere naald: 3 keer 10 steken‘. Brei je de steken op de hulpvraag niet meer mee? Betekent het dat je vanaf hier heen en weer gaat breien? En 3 keer 10 steken....?

13.05.2020 - 20:09

DROPS Design answered:

Dag Jolien,

Ja, dat klopt. Vanaf dat punt brei je de steken heen en weer. Je zet eerst de middelste 8 steken op de hulpdraad. Dan zet je aan beide kanten 3 keer 10 steken erbij. In totaal heb je dan dus 68 steken op de hulpnaald staan.

20.05.2020 - 09:33

country flag Linda Snow wrote:

I am not using the steek stitches and have split the front and back. I am now knitting the sleeves and have gotten to the point where the directions say "Slip 8 stitches onto stitch holder mid under sleeve........continue to slip sts on thread each side every other row: 10 its 3 times". Since I am not using steek stitches what do I do with these stitches? Thank you.

06.05.2020 - 22:06

DROPS Design answered:

Dear Mrs Snow, if you don't use the steek stitches, just do not work the 2 cm reversed stocking stitch at the top of the sleeve, but work the short rows to shape the top of sleeve. Happy knitting!

07.05.2020 - 09:44

country flag Linda Snow wrote:

I would like to knit the sleeves in the round (I have split the sweater front and back). The directions are to cast on 52 stitches; however the pattern is in multiples of 24 stitches. Since I am knitting the sleeve in the round should I cast on 48 stitches? Otherwise, how should I handle the extra four stitches? Thank you so much!!!

11.03.2020 - 00:08

DROPS Design answered:

Dear Mrs Snow, sleeves are worked in the round; cast on 52 sts in first size and then after the folded edge work diagram M.4 then M.5 - centering a pattern mid on the sleeve - read here how to center a pattern on a sleeve. Happy knitting!

11.03.2020 - 08:37

country flag MaryJean Walker wrote:

Tried to find this pattern on a notebook with printer. Also tried to find Night Violet 27-5 but number shows child’s sweater. Can you help me find these patterns so I can print instructions? Thanks!

13.01.2020 - 21:43

DROPS Design answered:

Dear Mrs Walker, please find Night Violet, DROPS 27-5 here. Happy knitting!

14.01.2020 - 08:24

country flag Linda Snow wrote:

I have knitted the sweater to the top of the second flower design. I don't want to use steek stitches and will divide. I have looked at other comments but am totally confused as to how to proceed. When do I split the front and back for the sleeve? Do I have to increase stitches or just continue and finish M.1 for both front and back? When would I rejoin the front and back so I have an opening to attach sleeve? Thank you, Linda

18.11.2019 - 00:08

DROPS Design answered:

Dear Mrs Snow, if you don't want to cast on steek stitches, you will have to divide piece in two parts and finish front and back piece separately casting on 1 st on each side for seam allowance. Then continue back and forth to neck/shoulder shaping, sew shoulders and work sleeves without the 2 cm reversed stocking st for steek-seam. Happy knitting!

18.11.2019 - 10:49

country flag Viola Meulman wrote:

Zou graag deze trui willen breien, maar niet alle kleuren zijn meer te verkrijgen. wat raad u mij aan als vervanging daarvan. groetjes viola

23.09.2019 - 13:27

DROPS Design answered:

Dag Viola,

Er zijn inderdaad een aantal kleuren uit de handel. Voor vervangende kleuren heb ik in dit geval helaas geen advies, omdat het nogal persoonlijk is. Je kunt het beste even contact op nemen met je verkooppunt en vragen of je extra kleuren kunt bestellen, en dat je dan de kleuren die je niet wilt hebben terug kunt sturen.

03.10.2019 - 16:32

country flag Ria Van Dijk wrote:

Bij de 5 steken extra breien twijfel ik welke kleur ik moet gebruiken want je breit meestal met 2 kleuren neem je dan 1 van de twee draden mee over de 5 steken en wat doe je daar dan mee als je de 5 steken hebt doorgeknipt

18.07.2019 - 18:40

DROPS Design answered:

Dag Ria,

Bij deze 5 steken brei je in de hoofd kleur en je kunt inderdaad de andere kleur meenemen door deze om de draad van de hoofdkleur te slaan. Bij het afwerken worden er 2 naden genaaid met de naaimachine, zodat de draad niet los kunnen komen.

23.07.2019 - 11:31

country flag Samira Farid wrote:

Hallo, Mijn vraag is de volgende: Na het afkanten voor de voorhals als je breit op een rondbreipen hoe met je dan verder breien. Er staat in het patroon heen en weer breien maar ik begrijp niet wat er precies bedoeld wordt. \kunt u mij dat aub even uitleggen. Alvast hel hartelijk bedankt. Met vriendelijke groet, Samira Farid

15.05.2019 - 00:24

DROPS Design answered:

Dag Samira,

Je breit a.h.w. een koker in de rondte, zodat voor en achterpand aan elkaar vast zitten. Als je voord ronding van de hals bij het voorpand hebt afgekant kun je niet meer in de rondte breien, dus dan brei je heen en weer met dezelfde rondbreinaald. Je keert dan dus het werk steeds.

15.05.2019 - 08:39

country flag Sandra wrote:

Wie arbeite ich das Muster, wenn ich die Steek-Maschen zum Aufschneiden weglasse? Dann wird die Arbeit ja in Vorderteil und Rückenteil geteilt. Kann das Muster dann in Hin-und Rückreihe gestrickt werden? Muss ich da was besonderes beachten? Danke!

24.04.2019 - 14:42

DROPS Design answered:

Liebe Sandra, wenn Sie die Steek-Maschen nicht anschlagen, dann teilen Sie die Arbeit für Vorder- und Rückenteil und stricken Sie jedes Teil weiter diesmal hin- und zurück, dann sollen Sie auch 1 Masche beidseitig anschlagen (= Randmaschen für die Naht). Muster stricken Sie weiter wie zuvor (die letzte Masche der Hinreihe markieren = sie wird dann die erste Masche der Rückreihe sein), hin und zurück (Rückreihen links nach rechts lesen). Viel Spaß beim stricken!

24.04.2019 - 15:56