DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 2.10 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 31.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 38-7
Maat: Small (Medium - Large)
Materiaal: DROPS Muskat van Garnstudio,
250 (300-350) gr nr. 41, wijnrood
200 (200-250) gr nr. 22, bruin
150 (150-150) gr nr. 21, roestrood
100 (100-100) gr nr. 35, mosterdgeel
50 ( 50- 50) gr nr. 28, terracotta

DROPS Rondbreinaald en breinaalden zonder knop 3 mm en 4 mm, of de breinaalden die u nodig heeft voor de juiste steekverhouding.
DROPS Knopen: 5 (6-6) stk

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 2.10 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 31.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

Steekverhouding:
20 st x 26 nld met Muskat op breinld 4 mm in tricotsteek = 10 x 10 cm. Gebruik indien nodig dikkere of dunnere naalden. Brei altijd een proeflapje!

Strepen:
* 2 nld mosterdgeel, 2 nld bruin, 2 nld roestrood, 12 nld wijnrood, 2 nld roestrood, 2 nld mosterdgeel, 2 nld terracotta, 12 nld bruin, 2 nld wijnrood, 6 nld roestrood, 2 nld terracotta, 2 nld mosterdgeel, 18 nld wijnrood, 2 nld mosterdgeel, 2 nld terracotta, 6 nld roestrood, 2 nld wijnrood, 4 nld mosterdgeel *, herhaal steeds *-*.

Gerstekorrel:
1e nld: * 1 r, 1 av *, herhaal steeds *. 2e nld: r boven av en av boven r. Herhaal steeds de 2e nld.

Rand:
* 3 st tricotsteek, 3 st gerstekorrel *, herhaal steeds *-*.

Panden:
Brei het vest overdwars, heen en weer, op de rondbreinld (begin bij het linker voorpand). Gezien het grote aantal steken kunt u beter geen rechte breinld gebruiken. Zet 108 (116-120) st op met rondbreinld 3 mm en wijnrood. Brei als volgt: 1 nld wijnrood, wissel naar bruin en brei 3 cm rand. Wissel naar rondbreinld 4 mm. Kant aan de rechter kant 6 (6-6) st af (meet steeds vanaf dit punt het werk) = 102 (110-114) st. Brei verder volgens het streeppatroon in tricotsteek (zie de beschrijving hierboven). Meerder na 4 nld 10 keer 4 st voor de hals aan de linker kant in iedere 2e nld = 142 (148-154) st. Kant vanaf een hoogte van 25 (25-26) cm af voor het armsgat aan de linker kant in iedere 2e nld: 1 keer 45 (45-47) st en 3 keer 3 st = 88 (94-98) st. Meerder, bij een hoogte van 30 (32-33) cm aan de linker kant in iedere 2e nld: 3 keer 3 st en 1 keer 45 (45-47) st = 142 (148-154) st. Kant bij een hoogte van 49 (51-53) cm aan de linker kant voor de hals achter 4 st af = 138 (144-150) st. Brei verder tot een hoogte van 67 (69-71) cm (de hals is nu 18 (18-18) cm). Meerder dan aan de linker kant 4 st = 142 (148-154) st. Kant bij een hoogte van 83 (85-88) cm af voor het armsgat aan de linker kant in iedere 2e nld: 1 keer 45 (45-47) st en 3 keer 3 st = 88 (94-98) st. Meerder bij een hoogte van 88 (92-95) cm aan de linker kant in iedere 2e nld: 3 keer 3 st en 1 keer 45 (45-47) st = 142 (148-154) st. Kant bij een hoogte van 107 (111-115) cm 10 keer 4 st af voor de hals aan de linker kant in iedere 2e nld = 102 (108-114) st. Brei nog 4 nld (de hoogte is nu ca 116 (120-124) cm). Wissel naar rondbreinld 3 mm en bruin. Zet 6 (6-6) nieuwe st op aan de rechter kant. Brei 3 cm rand, maar kant na 1 cm gelijkmatig verdeeld op de breinld af voor 5 (6-6) knoopsgaten - 1 knoopsgat = kant 2 st af. Zet in de volgende nld 2 nieuwe st op boven de afgekante st. Wissel, als de rand een hoogte heeft van 3 cm naar wijnrood. Brei nog 1 nld. Kant alle st af.

Mouwen:
Zet 48 (48-48) st op met breinaalden zonder knop 3 mm en wijnrood. Brei rond. Brei 1 nld met wijnrood. Wissel naar bruin. Brei 3 cm rand. Wissel naar breinaalden zonder knop 4 mm. Brei strepen in tricotsteek (begin met 6 nld wijnrood, daarna 2 nld roestrood, 2 nld mosterdgeel enz.). Meerder 6 (6-8) st gelijkmatig verdeeld in de 1e nld = 54 (54-56) m. Meerder bovendien vanaf de rand 27 (27-28) keer 2 st midden in de ondermouw in Maat S+L: Om en om iedere 3e en 4e nld, Maat M: Iedere 4e nld = 108 (108-112) st. Kant, als de mouw een hoogte heeft van 46 (47-47) cm, midden in de ondermouw 8 st af. Brei het werk verder heen en weer op de breinld. Kant daarna 5 keer 6 st aan weerszijden af voor de mouwkop in iedere 2e nld. Kant de resterende st af. De totale hoogte is nu ca 51 (52-52) cm.

Afwerken:
Sluit de schoudernaden. Neem 207 (213-219) st op onderaan rond de panden met rondbreinld 3 mm en bruin. Brei heen en weer op de breinld als volgt: 3 cm rand, brei de laatste nld met wijnrood. Kant alle st af met wijnrood. Neem ca 120 st op rond de hals met rondbreinld 3 mm en bruin. Brei 3 cm rand zoals onderaan de panden. Maas de rand onderaan de panden aan de voorbiezen. Naai de mouwen in het vest. Zet de knopen aan.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 19.06.2015
Panden (nieuw aantal st voor maat M = 110 st ipv 108): Panden:
Brei het vest overdwars, heen en weer, op de rondbreinld (begin bij het linker voorpand). Gezien het grote aantal steken kunt u beter geen rechte breinld gebruiken. Zet 108 (116-120) st op met rondbreinld 3 mm en wijnrood. Brei als volgt: 1 nld wijnrood, wissel naar bruin en brei 3 cm rand. Wissel naar rondbreinld 4 mm. Kant aan de rechter kant 6 (6-6) st af (meet steeds vanaf dit punt het werk) = 102 (110-114) st.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 38-7

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (11)

country flag Sophie LACAILLE wrote:

Bonjour, Je ne comprend pas bien les explications de la manche : augmenter 2 m sous la manche 27-27-28 fois. Que faut-il comprendre par 2 m sous la manche ? Et un tour équivaut-il à 2 rangs ? Merci de votre éclairage.

15.01.2023 - 15:39

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Lacaille, pour 1 tour, vous tricotez toutes les mailles sur l'aiguille, pour augmenter 2 mailles sous la manche augmentez 1 maille à la fin du tour + 1 maille au début du tour suivant. Répétez ces augmentations soit alternativement tous les 3 et 4 tours (en S et L: voir cette leçon) soi tous les 4 tours (en M = tricotez 1 tour d'augmentations, 1 tour sans augmentations). Bon tricot!

16.01.2023 - 09:31

country flag Sophie LACAILLE wrote:

Bonjour, j'aimerais savoir comment tricoter le premier rang en rouge foncé, faut-il faire un rang tout à l'endroit ou bien commencer la bordure avec ce rang ?

13.12.2022 - 11:05

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Lacaille, vous pouvez effectivement tricoter ce 1er rang en rouge en mailles envers sur l'envers pour commencer la bordure sur l'endroit. Bon tricot!

13.12.2022 - 13:33

country flag Sophie LACAILLE wrote:

Bonjour, je viens de commencer le modèle 38-7 mais je ne comprend pas comment je dois augmenter 10 fois 4 mailles à gauche de l'ouvrage. Faut-il augmenter à la fin du rang ou à l'intérieur de ce même rang avant la fin du rang ? Cordialement

11.12.2022 - 19:01

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Lacaille, pour monter 10 fois 4 mailles à gauche, vu sur l'endroit, vous devez monter ces mailles (cf vidéo) en fin de rang sur l'endroit (= à gauche, vu sur l'endroit), et ceci 10 fois sur l'endroit (sur 20 rangs au total). Bon tricot!

12.12.2022 - 10:01

country flag Bernike Pasveer wrote:

Er staat dat ik ‘aan de rechterkant’ 6 steken moet afkanten, maar wat is de rechterkant?

05.06.2022 - 19:09

DROPS Design answered:

Dag Bernike,

Dit is de rechter kant aan de goede kant van het werk. Je breit het werk heen en weer vanaf midden voor en je breit dus richting de mouw. De onderkant is dus middenvoor en de rechterkant van het breiwerk wordt uiteindelijk de onderkant van het vest als je het draagt.

05.06.2022 - 20:27

Lezlie Dhillon wrote:

I'm stuck on decreasing for sleeve cap: "Decrease to shape the sleeve cap on every other row...... where do I place the decreases - spread them evenly through the round or all at once at the beginning of the round? Sorry - I've never knitted sleeve caps before.

03.03.2016 - 22:00

DROPS Design answered:

Dear Mrs Dhillon, for sleeve cap cast off (pattern will be edited) 6 sts a total of 5 times at the beg of every row on each side (= every other row on each side) and cast off remaining sts. Happy knitting!

04.03.2016 - 10:43

Lezlie Dhillon wrote:

I've almost finished the body of this sweater, and I'm on the sleeves - just a question about the two stitch increase inside the mid arm area: should I make two stitches right together or stagger them - I was making one stitch at the end of the round and then knit one at the beginning of the next round then make the second stitch - so that there was always one knit stitch in between the increases. How did you make the increases? Thank you! Lezlie Dhillon

12.02.2016 - 00:20

DROPS Design answered:

Dear Mrs Dhillon, you can inc 1 st at end of round, K1 (or K2 as you rather) and inc 1 st at beg of next round. Happy knitting!

12.02.2016 - 12:08

Lezlie Dhillon wrote:

I found the problem: the cast on amount of stitches should be 114 instead of 116, which I believe is a typo?

23.05.2015 - 19:43

DROPS Design answered:

Dear Mrs Dhillon, number of sts for size M has been edited into 110 sts - see tab "corrections", written pattern online has been edited. Thank you. Happy knitting!

26.05.2015 - 09:46

Lezlie Dhillon wrote:

I think if I can't make it past this question, perhaps I should move on to another project!! I'm an intermediate knitter, but I've done Fairisle, cables and knitting in the round, but some of the instructions have me stumped!! I'm knitting a medium for which I cast on 116 stitches. When I knit the Edge and moss stitches the calculation seems off?

23.05.2015 - 08:34

DROPS Design answered:

Dear Mrs Dhillon, the jacket is worked sideways, after the edge you cast off 6 sts towards neckline and continue increasing for neckline = 148 sts (= 74 cm) and cast off for then for armhole. 74 cm + 3 cm on bottom edge worked afterwards = 77 cm from bottom to shoulder as in shown in measurement chart. Happy knitting!

23.05.2015 - 14:04

Lezlie Dhillon wrote:

Thank you for your quick response! So the first row worked in Wine Red - I assume is a knit row of stockinette stitch? Also for the Edge stitch itself - it includes "moss" stitch which is K1P1, so when the Edge stitch says "3 moss sts" would this be K1P1N1 or is each moss st a set of K1P1? Also, on the pattern the 2nd * is missing, in the Edge description. So should it be placed before the "3 stocking sts". Sorry for so many questions, but I'm eager to get going on this project!

21.05.2015 - 20:36

DROPS Design answered:

Dear Mrs Dhillon, that's right, you first work 1 row stocking st in wine red, then continue with dark brown then (from RS): *K 3, K1, P1, K1 (= 3 sts in moss st)* - typo will be edited thank you. Happy knitting!

22.05.2015 - 09:40

Lezlie Dhillon wrote:

I'm just beginning this project and I'm wondering about the instructions in the beginning of the body, after I've cast on. After it says, "continue as follows back and forth on needle: 1 row wine red, change to dark brown and work 3 cm Edge". Is the "1 row wine red", the first row of Edge stitch included in the 3 cm? Thank you!

21.05.2015 - 01:38

DROPS Design answered:

Dear Mrs Dhillon, you cast on sts with wine red, work 1 row in wine red, then change to dark brown and work the edge in dark brown for 3 cm (excluding the row in wine red). Happy knitting!

21.05.2015 - 09:02