DROPS Paris
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 1.30 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 9.10€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

White Roses Top

Gebreide top in DROPS Paris. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met raglan, kabels en ruche op de mouwen. Maat: S - XXXL

DROPS 231-25
DROPS design: Patroon w-871
Garengroep C of A + A
----------------------------------------------------------

MAAT:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS PARIS van garnstudio (behoort tot garengroep C)
350-350-400-450-500-500 g kleur 16, wit

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 5 mm: Lengte 40 cm en 60-60-60-80-80-80 cm.
DROPS RONDBREINAALD 4 mm: Lengte 40 cm en 60-60-60-80-80-80 cm.
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – in dat geval heeft u alleen een rondbreinaald nodig van 80 cm in elke maat.

STEKENVERHOUDING:
17 steken in de breedte en 22 naalden in de hoogte in tricotsteek = 10 x 10 cm.
LET OP! De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, brei dan verder met grotere naalden. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, brei dan verder met kleinere naalden.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Paris
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 1.30 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 9.10€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

----------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

----------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid):
1 ribbel = 2 naalden, dus brei 1 naald recht en 1 naald averecht.

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht.
1 ribbel = brei 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.3. De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien.

RAGLAN:
Alle meerderingen worden op het voor- en achterpand gemaakt (meerder niet op de mouwen).
Meerder eerst 2 steken richting iedere raglan op het voor- en achterpand (= 8 steken gemeerderd op de naald), meerder dan 1 steek richting iedere raglan op het voor- en achterpand (= 4 steken gemeerderd op de naald).
Meerder 2 steken voor de 1e en de 3e markeerdraad als volgt: Brei tot er 2 steken over zijn voor de markeerdraad: Maak 1 omslag, 1 recht, maak 1 omslag, 1 recht, de markeerdraad is hier.
Meerder 2 steken na de 2e en 4e markeerdraad als volgt: 1 recht, maak 1 omslag, 1 recht, maak 1 omslag.
Meerder 1 steek voor de 1e en 3e markeerdraad als volgt: Brei tot er 1 steek over is voor de markeerdraad, maak 1 omslag, 1 recht, de markeerdraad is hier.
Meerder 1 steek na de 2e en 4e markeerdraad als volgt: 1 recht, maak 1 omslag.
Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 steken recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 2 steken geminderd).

TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (geldt voor de zijkanten van het lijf):
Brei tot er 2 steken over zijn voor de markeerdraad, maak 1 omslag, 4 recht (de markeerdraad is in het midden van deze steken), maak 1 omslag (= 2 steken gemeerderd). Herhaal aan de andere kant (= 4 steken gemeerderd op de naald).
Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek.

TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (verdeeld):
Zo berekent u hoe vaak er gemeerderd moet worden, tel het aantal steken waarover gemeerderd moet worden (dus 148 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen (dus 28) = 5.2.
In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na ongeveer iedere 5e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen.

TIP VOOR HET AFKANTEN:
Om een strakke afkantrand te voorkomen bij het afkanten, kunt u een naald in een grotere maat gebruiken. Als het nog steeds te strak is, maak dan 1 omslag na ongeveer iedere 4e steek terwijl u afkant (kant de omslagen af als normale steken).

----------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

----------------------------------------------------------

TOP - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Brei de halsrand en de pas in de rondte op de rondbreinaald vanaf ongeveer midden achter, van boven naar beneden. Verdeel nu de pas voor het lijf en de mouwen. Brei het lijf in de rondte op de rondbreinaald. Brei de mouwranden heen en weer gebreid op de rondbreinaald.

HALSRAND:
Zet 100-108-114-120-126-126 steken op rondbreinaald 4 mm met DROPS Paris. Brei 1 naald recht.
Brei nu boordsteek als volgt:
Brei (2 recht/2 averecht) over de eerste 8-12-12-12-12-12 steken, voeg hier de 1e markeerdraad in, brei A.1 over de volgende 30-30-33-36-39-39 steken, brei de eerste 2 steken in A.1, voeg hier de 2e markeerdraad in, brei (2 averecht/2 recht) over de volgende 16-20-20-20-20-20 steken, 2 averecht, voeg hier de 3e markeerdraad in, brei A.1 over de volgende 30-30-33-36-39-39 steken, brei de eerste 2 steken in A.1, voeg hier de 4e markeerdraad in, brei (2 averecht/2 recht) over de laatste 10-10-10-10-10-10 steken op de naald.
Ga zo verder en herhaal de eerste 2 naalden in A.1 tot het werk 3 cm meet.
Brei de volgende naald als volgt:
Brei in tricotsteek tot de 1e markeerdraad, brei de 3e naald in A.1 tot de 2e markeerdraad (= 10-10-11-12-13-13 steken gemeerderd), brei in tricotsteek tot de 3e markeerdraad, brei de 3e naald in A.1 tot de 4e markeerdraad (= 10-10-11-12-13-13 steken gemeerderd), brei in tricotsteek over de rest van de naald = 120-128-136-144-152-152 steken. Brei nog 1 naald met de laatste naald in A.1 en tricotsteek over de overgebleven steken.
Voeg een markeerdraad in op het begin van de naald midden achter. Meet nu het werk vanaf hier.

PAS:
Ga verder met rondbreinaald 5 mm.
Brei nu in patroon, meerder tegelijkertijd voor de raglan. Lees het volgende deel helemaal door voordat u verder gaat.

PATROON:
Brei in tricotsteek tot de 1e markeerdraad, brei A.2 over de volgende 40-40-44-48-52-52 steken (= 10-10-11-12-13-13 herhalingen), brei de eerste 2 steken in A.2, de 2e markeerdraad is hier, brei in tricotsteek tot de 3e markeerdraad, brei A.2 over de volgende 40-40-44-48-52-52 steken (= 10-10-11-12-13-13 herhalingen), brei de eerste 2 steken in A.2, de 4e markeerdraad is hier, brei in tricotsteek over de rest van de naald. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
RAGLAN:
Begin tegelijkertijd op de eerste naald met de meerderingen voor de RAGLAN – lees uitleg hierboven.
Meerder 2 steken iedere andere naald 10-10-11-14-16-19 keer in totaal, meerder dan 1 steek iedere andere naald 1-3-3-2-2-1 keer in totaal = 21-23-25-30-34-39 steken gemeerderd aan elke kant van het voor- en achterpand.

Als alle meerderingen voor de raglan klaar zijn, zijn er 204-220-236-264-288-308 steken op de naald. Brei tot het werk 13-15-16-17-18-20 cm meet vanaf de markeerdraad – pas aan op het einde na de 3e naald in A.2 – dus de volgende naald die gebreid wordt is de 4e naald in A.2.
Verdeel nu het werk voor het lijf en de mouwranden als volgt (het buitenste deel van de kabels aan elke kant worden nu gebreid op het lijf):

Brei zoals hiervoor over de eerste 31-37-39-44-48-53 steken (= ongeveer de helft van het achterpand), zet de volgende 38-38-42-46-50-50 steken op een hulpdraad voor de mouwrand, zet 6-6-8-8-10-10 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei zoals hiervoor over de volgende 64-72-76-86-94-104 steken (= voorpand), zet de volgende 38-38-42-46-50-50 steken op een hulpdraad voor de mouwrand, zet 6-6-8-8-10-10 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw) en brei zoals hiervoor over de volgende 33-35-37-42-46-51 steken.
Brei nu het lijf en de mouwen apart verder. MEET NU HET WERK VANAF HIER!

LIJF:
= 140-156-168-188-208-228 steken. Voeg 1 markeerdraad in aan elke kant, in het midden van de nieuw opgezette steken onder de mouw (= 3-3-4-4-5-5 nieuwe steken aan elke kant van de markeerdraad). Neem de markeerdraad gaandeweg mee tijdens het breien; ze worden later gebruikt voor het meerderen en minderen in de zijkanten.
Brei in tricotsteek met 6-6-8-8-10-10 steken in RIBBELSTEEK – lees uitleg hierboven, over de nieuw opgezette steken onder de mouw aan elke kant. Als er 2 ribbels zijn gebreid over de 6-6-8-8-10-10 steken aan elke kant, brei dan in tricotsteek over alle steken.
Minder bij een hoogte van 4 cm vanaf de scheiding, 1 steek aan elke kant van de markeerdraden - lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo ongeveer iedere 4 cm 2 keer in totaal = 132-148-160-180-200-220 steken.
Meerder bij een hoogte van 14 cm vanaf de scheiding, 1 steek aan elke kant van de markeerdraden - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1. Meerder zo ongeveer iedere 3 cm 4 keer in totaal = 148-164-176-196-216-236 steken.
Brei tot het werk ongeveer 27 cm meet vanaf de scheiding. Er is ongeveer 3 cm boordsteek over tot de gewenste afmetingen. Pas de top en brei tot de gewenste lengte voor de boordsteek.
Om te voorkomen dat de boord straks samentrekt meerdert u 28-32-36-40-44-48 steken verdeeld - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2 = 176-196-212-236-260-284 steken.
Ga verder met rondbreinaald 4 mm. Brei 3 cm boordsteek (2 recht/2 averecht) in de rondte. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht - lees TIP VOOR HET AFKANTEN.
De top meet ongeveer 50-52-54-56-58-60 cm vanaf de schouder naar beneden.

MOUWRAND:
Zet de 38-38-42-46-50-50 steken van de hulpdraad aan de ene kant op rondbreinaald 5 mm. Begin op de verkeerde kant en brei dan als volgt: 2 steken in RIBBELSTEEK - lees uitleg hierboven, brei de laatste naald in A.2 zoals hiervoor tot er 2 steken over zijn, brei 2 steken in ribbelsteek. Brei dan als volgt aan de goede kant:
Brei 2 steken in ribbelsteek, A.3 tot er 4 steken over zijn op de naald, brei de eerste 2 steken in A.3, 2 steken in ribbelsteek. Als alle meerderingen in A.3 klaar zijn, zijn er 89-89-99-109-119-119 steken op de naald. Ga verder heen en weer gebreid tot A.3 is gebreid. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht - denk om TIP VOOR HET AFKANTEN. Brei de andere mouwrand op dezelfde manier.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 06.08.2022
Vierde symbool: maak 1 omslag tussen 2 steken, brei op de volgende naald brei de omslag gedraaid zoals te zien is in het telpatroon (zodat er geen gaatje ontstaat).

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken, brei op de volgende naald brei de omslag zoals te zien is in het telpatroon (zodat er een gaatje ontstaat).
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken, brei op de volgende naald brei de omslag gedraaid zoals te zien is in het telpatroon (zodat er geen gaatje ontstaat).
symbols = 3 recht, haal de eerst gebreide steek over de andere 2 zodat deze steek om de laatste twee steken zit (= 1 steek geminderd)
symbols = dit vierkant is geen steek, ga gelijk verder met het volgende symbool in het telpatroon
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 231-25

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (19)

country flag Louaked wrote:

Bonsoir, j en suis à la bordure des manches, est-ce qu'il faut tricoter en rond ou en allers et retours sur l aiguille circulaire ? Merci

14.03.2024 - 23:34

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Louaked, la bordure des manches se tricote en allers et retour (sans couture non plus pour conserver l'effet voulu des manches). Bon tricot!

15.03.2024 - 09:29

country flag Evelyne Louaked wrote:

Bonjour,pour le col après le rang endroit on place les marqueurs mais au final au bout du rang il me reste 6 mailles sur l aiguille (8,30,16,30,10=94) Merci de m'aider

27.02.2024 - 11:40

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Louaked, il manque effectivement quelques mailles, tricotez ainsi: 8 m en côtes, (1er fil marqueur), 32 mailles de A.1 (= 10 fois les 3 mailles de A.1 + les 2 premières de A.1 pour que le motif soit symétrique), (2ème fil marqueur), 18 mailles en côtes (18 x 2 m end, 2 m env puis encore 1 fois 2 m end pour que les côtes soient symétriques), (3ème fil marqueur), 32 mailles de A.1 comme avant, (4ème fil marqueur), 10 mailles en côtes (4 fois 2 m end, 2 m env puis encore 1 fois 2 m end) = 8+32+18+32+10=100 mailles. Bon tricot!

27.02.2024 - 13:31

country flag Kerstin wrote:

Hallo zusammen, ich habe schon direkt am Anfang ein Problem.\r\nIch stricke Größe S und habe 100 Maschen angeschlagen. Nach der ersten Runde in rechts geht es nun weiter mit dem Rippenmuster der Halsblende.\r\nIch komme aber insgesamt nur auf 96 Maschen, die beschrieben werden.\r\nHeißt, nach dem zweiten Mal 30 Maschen im A1-Muster habe ich statt 10 noch 14 Maschen übrig.\r\nWo ist der Fehler?\r\nViele Grüße, Kerstin

11.02.2024 - 16:28

DROPS Design answered:

Liebe Kerstin, so stricken Sie diese 100 Maschen: (2 Maschen rechts / 2 Maschen links) über die ersten 8 Maschen, (Markierungsfaden), A.1 über die nächsten 30 Maschen, die ersten 2 Maschen von A.1, (Markierungsfaden), ( 2 Maschen links / 2 Maschen rechts) über die nächsten 16 Maschen, 2 Maschen links, (Markierungsfaden), A.1 über die nächsten 30 Maschen, die ersten 2 Maschen von A.1, ( Markierungsfaden) , ( 2 Maschen links / 2 Maschen rechts) über die letzten 10 Maschen = 8+(30+2)+(16+2)+(30+2)+10= 100 Maschen. Viel Spaß beim stricken!

12.02.2024 - 08:57

country flag Sabine Woelk wrote:

Danke für diese schöne Anleitung. Der Pulli läßt sich gut stricken. Ich habe ein Problem beim befestigen der Ärmel. Verstehe ich es richtig, dass ich die Kanten der Ärmel an die 10 zusätzlichen Maschen am Rumpfteil nähen soll? Vielen Dank

29.01.2024 - 17:32

DROPS Design answered:

Liebe Frau Woelk, die Ärmelblenden werden nicht zusammengenäht, einfach weiter gestrickt und abgekettet, das ist ein Fehler in die deutsche Anleitung, sorry. Viel Spaß beim stricken!

30.01.2024 - 07:55

country flag Emilie wrote:

Er der kropsmål der afgør, hvilken størrelse man skal vælge?

27.01.2024 - 10:07

DROPS Design answered:

Hej Emilie, ja, du finder måleskitsen på blusen nederst i opskriften, vælg størrelsen med de mål som passer dig. Vil du have hjælp med at læse måleskitsen, har vi en lavet en god lektion so du finder nederst i opskriften :)

02.02.2024 - 12:22

country flag Tina Mikkelsen wrote:

Er det meningen at ærmekanten bare skal hænge løs?

01.09.2023 - 02:13

DROPS Design answered:

Hej Tina. Ja, men du kan syet den sammen om du ønsker det. mvh DROPS Design

08.09.2023 - 15:26

country flag Ria Edam-Dekker wrote:

Moeten de mouwranden nog aan het voor- of achterland vastgenaaid worden? Het zijn nu van die losse flapjes!

26.07.2023 - 11:34

country flag Gitte wrote:

Skal der samles masker op til ærmer, i de 10 masker der blev slået op?

09.07.2023 - 19:06

DROPS Design answered:

Hei Gitte. Ermene strikkes frem og tilbake over det maskeantallet det er i den str. du strikker, men det burde ha vært en forklaring på hvordan ermene og de maskene som ble lagt opp under ermene skal sys sammen. Oppskriften er videresendt til Design avd. slik at de kan skrive en avsluttning på hvordan. mvh DROPS Design

24.07.2023 - 13:24

country flag Géraldine wrote:

Re-bonjour, J'ai finalement compris mon erreur, c'est 10x8 + 1x4 ( et pas 21 !!!). Merci pour votre site où je trouve de nombreux modèles très jolis et gratuits ! Grâce à vous, je tricote en rond et j'adore ! Bien cordialement

17.06.2023 - 22:46

country flag Géraldine wrote:

Bonjour, Je ne comprends pas pourquoi après les augmentations du raglan on arrive à 204 mailles (taille S) et pas 284 mailles (120+10×8+21×4). Est-ce que quelqu'un peut m'aider ? Merci d'avance.

17.06.2023 - 21:52

DROPS Design answered:

Bonjour Géraldine, on augmente effectivement 10 x 8 m (4 m pour le devant + 4 m pour le dos), on va ainsi avoir: 120 + 80 = 200 mailles; on augmente ensuite 1 seule maille, 1 fois en taille S soit 4 mailles au total (2 m pour le devant, 2 pour le dos) - on a ainsi bien 204 mailles. Et vous avez ainsi augmenté au total 21 mailles au début + 21 m à la fin du devant et du dos. Bon tricot!

19.06.2023 - 08:51