DROPS Soft Tweed
DROPS Soft Tweed
50% Wol, 25% Alpaca, 25% Viscose
vanaf 4.25 € /50g
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.70 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 35.35€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Sommerflørt

Gebreide trui in DROPS Soft Tweed en DROPS Kid-Silk. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met ronde pas, ¾ mouwen en kabels. Maat: S - XXXL

DROPS 232-41
DROPS design: Patroon st-012
Garengroep B en A
----------------------------------------------------------

MAAT:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS SOFT TWEED van garnstudio (behoort tot garengroep B)
250-300-300-350-400-400 g kleur 12 aardbei ijs
En gebruik:
DROPS KID-SILK van garnstudio (behoort tot garengroep A)
75-100-100-100-125-125 g kleur 38, kalk

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 5.5 mm: Lengte 40 en 80 cm.
DROPS RONDBREINAALD 4 mm: Lengte 40 en 80 cm.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 5.5 mm
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4 mm
DROPS KABELNAALD - voor de kabels.
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – in dat geval heeft u alleen een rondbreinaald nodig van 80 cm in elke maat.

STEKENVERHOUDING:
15 steken in de breedte en 18 naalden in de hoogte in tricotsteek en 1 draad van elke kwaliteit = 10 x 10 cm.
LET OP! De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, brei dan verder met grotere naalden. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, brei dan verder met kleinere naalden.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Soft Tweed
DROPS Soft Tweed
50% Wol, 25% Alpaca, 25% Viscose
vanaf 4.25 € /50g
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.70 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 35.35€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

----------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

----------------------------------------------------------

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.3. Kies het telpatroon voor uw maat (geldt voor A.1).

TIP VOOR HET MEERDEREN (verdeeld):
Zo berekent u hoe vaak er gemeerderd moet worden, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 168 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen (dus 14) = 12.
In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na iedere 12e steek.
Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen.

TIP VOOR HET MINDEREN (geldt voor het midden onder de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad en brei 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek.

TIP VOOR HET AFKANTEN:
Om een strakke afkantrand te voorkomen bij het afkanten, kunt u een naald in een grotere maat gebruiken. Als het nog steeds te strak is, maak dan 1 omslag na ongeveer iedere 4e steek terwijl u afkant (kant de omslagen af als normale steken).

----------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

----------------------------------------------------------

TRUI - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Brei de halsrand en de pas in de rondte op de rondbreinaald vanaf midden achter, van boven naar beneden. Verdeel nu de pas voor het lijf en de mouwen. Brei het lijf in de rondte op de rondbreinaald. Brei de mouwen in de rondte op breinaalden zonder knop/een korte rondbreinaald.

HALSRAND EN PAS:
Zet 72-72-78-84-84-90 steken op een korte rondbreinaald 4 mm met 1 draad van elke kwaliteit (= 2 draden). Brei A.1 – kies het telpatroon voor uw maat (= 12-12-13-14-14-15 herhalingen van 6 steken in de rondte). Als u tot de naald met de zwarte ster in het telpatroon heeft gebreid, ga dan verder met rondbreinaald 5.5 mm.
Ga verder met de overgebleven naalden in A.1. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Als A.1 in de hoogte is gebreid, zijn er 168-168-182-210-210-225 steken over op de naald. Voor een mooie patroonherhaling midden voor op de pas, verplaatst u het begin van de naald als volgt: 5-5-12-5-5-12 recht, voeg hier een markeerdraad in. Dit is nu het begin van de naald.
Ga verder in de rondte met tricotsteek, meerder TEGELIJKERTIJD op de eerste naald 0-14-14-0-14-13 steken verdeeld – lees TIP VOOR HET MEERDEREN = 168-182-196-210-224-238 steken.
Brei bij een hoogte van 14-15-16-19-20-21 cm, A.2 in de rondte (= 12-13-14-15-16-17 herhalingen van 14 steken) = 192-208-224-240-256-272 steken op de naald.
Brei bij een hoogte van 18-20-21-24-26-27 cm, A.3 in de rondte (= 12-13-14-15-16-17 herhalingen van 16 steken) = 216-234-252-270-288-306 steken op de naald.
Brei in tricotsteek tot het werk 23-25-27-29-31-33 cm meet vanaf de opzetrand midden voor.
Verdeel nu het werk voor het lijf en de mouwen als volgt:
Brei de eerste 32-34-37-40-44-48 steken (= helft van het achterpand), zet de volgende 44-49-52-54-56-57 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 8-10-10-10-12-14 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei de volgende 64-68-74-81-88-96 steken (= voorpand), zet de volgende 44-49-52-54-56-57 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 8-10-10-10-12-14 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei de laatste 32-34-37-41-44-48 steken (= helft van het achterpand).
Brei nu het lijf en de mouwen apart verder. MEET NU HET WERK VANAF HIER!

LIJF:
= 144-156-168-182-200-220 steken. Ga verder met tricotsteek tot het werk 23 cm meet vanaf de scheiding. Pas de trui en brei tot de gewenste lengte (er is ongeveer 5 cm over tot de gewenste afmetingen). Om te voorkomen dat de boord gaat samentrekken meerdert u 28-32-36-38-40-44 steken verdeeld = 172-188-204-220-240-264 steken.
Ga verder met rondbreinaald 4 mm. Brei 5 cm boordsteek = 2 recht/2 averecht. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht - lees TIP VOOR HET AFKANTEN. De trui meet ongeveer 52-54-56-58-60-62 cm in totaal vanaf de schouder naar beneden.

MOUW:
Zet de 44-49-52-54-56-57 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op breinaalden zonder knop/een korte rondbreinaald 5.5 mm en neem daarnaast 1 steek op in elk van de 8-10-10-10-12-14 nieuw opgezette steken onder de mouw = 52-59-62-64-68-71 steken. Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de nieuwe steken onder de mouw (= 4-5-5-5-6-7 nieuwe steken aan elke kant van de markeerdraad). Neem de markeerdraad mee in de hoogte tijdens het breien; het wordt gebruikt voor het minderen onder de mouw. Begin de naald op de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte. Minder bij een hoogte van 4 cm vanaf de scheiding, 2 steken midden onder de mouw - lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo ongeveer iedere 4½-3-2½-2-2-1½ cm 6-8-9-9-10-11 keer in totaal = 40-43-44-46-48-49 steken. Ga verder in tricotsteek tot de mouw 31-30-28-26-25-23 cm meet (minder voor de grotere maten vanwege de hals en een langere pas). Brei 1 naald recht en meerder 8-5-8-6-8-7 steek = 48-48-52-52-56-56 steken. Brei verder met breinaalden zonder knop maat 4 mm. Brei 4 cm boordsteek (2 recht/2 averecht) in de rondte. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht - denk om TIP VOOR HET AFKANTEN. De mouw meet ongeveer 35-34-32-30-29-27 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde wijze.

Telpatroon

symbols = recht
symbols = averecht
symbols = meerder 2 steken in 1 steek als volgt: * brei 1 steek in de steek maar wacht met de steek van de linker naald af te laten glijden, maak 1 omslag op de rechter naald, brei 1 steek in dezelfde steek (1 steek is nu gemeerderd naar 1 steek, 1 omslag en 1 steek)
symbols = 1 recht, brei de volgende 2 steken recht samen (= 1 steek geminderd)
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken, brei op de volgende naald de omslag gedraaid averecht om gaatjes te voorkomen
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken, brei op de volgende naald de omslag gedraaid recht om gaatjes te voorkomen
symbols = ga verder met rondbreinaald 5.5 mm op deze naald
symbols = zet 3 steken op een kabelnaald en houd deze voor het werk, 2 averecht, 3 recht van de kabelnaald
symbols = zet 2 steken op een kabelnaald en houd deze achter het werk, 3 recht, 2 averecht van de kabelnaald
symbols = zet 3 steken op een kabelnaald en houd deze voor het werk, 3 recht, 3 recht van de kabelnaald
symbols = dit vierkant is geen steek, ga gelijk verder met het volgende symbool in het telpatroon
symbols = zet 3 steken op een kabelnaald en houd deze voor het werk, 2 recht, 3 recht van de kabelnaald
symbols = zet 2 steken op een kabelnaald en houd deze achter het werk, 3 recht, 2 recht van de kabelnaald
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 232-41

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (7)

country flag Ulrika Karnell Lundin wrote:

Varför förklaras de båda ovalas symboler (fyllda och ofyllda) omtagningar i mönstret med samma innehåll? Fin design på tröjan Sommarflört. Mvh Ulrika

09.10.2022 - 14:08

DROPS Design answered:

HeiUlrika. Det er ikke helt nøyaktig beskrivelse. Det "hvite" ovale symbolet forklarer at omslaget skal strikkes drejet VRANG, mens det "sorte" ovale symbolet forklarer at omslaget skal strikkes drejet RET. mvh DROPS Design

10.10.2022 - 15:35

country flag Ingrid Hudson wrote:

I am sorry if I am asking a question which should be very obvious. Is the A.1 pattern to be read from the top or from the bottom? It looks as though it should be from the bottom but then, why is it upside down? Sorry again, I am a complete novice.

20.06.2022 - 00:22

DROPS Design answered:

Dear Mrs Hudson, diagrams are read bottom up, read each row from the right towards the left - jumper is worked top down, so that the cable will be at the end of A.1, before the stocking stitch section, just as on the picture. Happy knitting!

20.06.2022 - 08:08

country flag Ellinor wrote:

Det står: "När arbetet mäter 14-15-16-19-20-21 cm, stickas A.2 runt på varvet (= 12-13-14-15-16-17 rapporter á 14 maskor) = 192-208-224-240-256-272 maskor på varvet." - Varifrån mäter jag?

23.02.2022 - 09:15

DROPS Design answered:

Hei Ellinor Du måler fra starten av halskanten, oppleggskanten. mvh DROPS Design

28.02.2022 - 11:44

country flag Conny wrote:

Hallo, ich habe noch „Drops Sky“ in der Farbe kirschsorbet liegen, die ich gerne verwenden würde. Welche Farbton von Drops Kid-Silk würdet Ihr empfehlen? Altrosa, hellrosa, oder ein anderer Ton? Danke!

22.02.2022 - 23:03

DROPS Design answered:

Liebe Conny, um die beste passende Farbe zu finden, wenden Sie sich bitte an Ihrem DROPS Laden and, dort wird man Ihnen gerne - auch telefonisch oder per E-Mail- weiterhelfen. Viel Spaß beim stricken!

23.02.2022 - 08:25

country flag Ida wrote:

Cedric Rose

18.01.2022 - 14:09

country flag Gry wrote:

Min favoritt👏👏Gleder meg til å strikke den😊

16.01.2022 - 13:23

country flag Annie Charland wrote:

Hummingbird

15.01.2022 - 05:41