DROPS Melody
DROPS Melody
71% alpaca, 25% wol, 4% polyamide
vanaf 4.37 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 21.85€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

River Hill Sweater

Gebreide trui in DROPS Melody. Het werk wordt gebreid met V-hals en kabels. Maten S - XXXL.

DROPS 228-11
DROPS Design: Patroon nr. ml-072
Garengroep D
-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS MELODY van garnstudio (behoort tot garengroep D)
250-300-300-350-400-400 g kleur 03, parelgrijs

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 7 MM: Lengte 80 cm.
DROPS RONDBREINAALD 5.5 MM: Lengte 80 cm.
DROPS KABELNAALD – voor de kabels.

STEKENVERHOUDING:
13 steken in de breedte en 15 naalden in de hoogte met tricotsteek = 10 x 10 cm.
LET OP: De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Melody
DROPS Melody
71% alpaca, 25% wol, 4% polyamide
vanaf 4.37 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 21.85€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht.
1 ribbel = 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.3. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

TIP VOOR HET MINDEREN (verdeeld):
Om uit te rekenen hoe u verdeeld mindert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 72 steken) minus de kantsteken (dus 2 steken) en deel de overgebleven steken door het aantal te maken minderingen (dus 8) = 8.8.
In dit voorbeeld mindert u door afwisselend (ongeveer) elke 7e en 8e steek en elke 8e en 9e steek recht samen te breien.

V-HALS:
Alle minderingen worden aan de goede kant gebreid:
Minder voor A.2: 2 recht samen (= 1 steek geminderd).
Minder na A.3: 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 1 steek geminderd).


TIP VOOR HET MEERDEREN (mouwen):
Meerder 1 steek aan elke kant door 1 omslag te maken aan de binnenkant van de kantsteek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen. De nieuwe steken worden in tricotsteek gebreid.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
De voor- en achterpanden worden apart heen en weer gebreid met de rondbreinaald en van onder naar boven. De mouwen worden heen en weer gebreid met de rondbreinaald, van onder naar boven. De delen worden samen genaaid. Aan het einde wordt een punnikrand op het achterpand gebreid.

ACHTERPAND:
Zet 72-80-84-92-104-112 steken op (inclusief 1 kantsteek aan elke kant) met rondbreinaald 5.5 mm en DROPS Melody. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant.
Brei dan boordsteek aan de goede kant als volgt: 1 kantsteek in RIBBELSTEEK – lees beschrijving hierboven, * 2 averecht, 2 recht *, brei van *-* tot er 3 steken over zijn, 2 averecht en 1 kantsteek in ribbelsteek.
Ga verder met deze boordsteek voor 4 cm.
Brei 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 8-10-10-10-14-16 steken verdeeld mindert – lees TIP VOOR HET MINDEREN = 64-70-74-82-90-96 steken.
Ga verder met rondbreinaald 7 mm.
Brei 1 naald averecht (de kantsteken worden recht gebreid).
Ga verder met tricotsteek en 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Als het werk 32-33-34-35-36-37 cm meet, kant dan af voor de armsgaten op het begin van elke naald als volgt: 1 keer 3-4-4-5-6-7 steken, 1-1-1-2-3-3 keer 2 steken en 1-2-2-2-2-2 keer 1 steek aan elke kant = 52-54-58-60-62-66 steken.
Ga verder met tricotsteek en 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant. Als het werk 52-54-56-58-60-62 cm meet, plaats dan de middelste 24-24-24-26-26-26 steken op een hulpdraad voor de hals en elk schouder wordt apart verder gebreid. Kant 1 steek af op de volgende naald vanaf de hals = 13-14-16-16-17-19 steken op de schouder. Als het werk 54-56-58-60-62-64 cm meet, kant dan af.
Brei de andere schouder op dezelfde manier.

VOORPAND:
Zet 72-80-84-92-104-112 steken op (inclusief 1 kantsteek aan elke kant) met rondbreinaald 5.5 mm en DROPS Melody. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant.
Brei dan boordsteek aan de goede kant als volgt: 1 kantsteek in ribbelsteek, * 2 recht, 2 averecht *, brei van *-* tot er 3 steken over zijn, 2 recht, 1 kantsteek in ribbelsteek.
Ga verder met deze boordsteek voor 4 cm.
Brei 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 8-10-10-10-14-16 steken verdeeld mindert – denk om TIP VOOR HET MINDEREN = 64-70-74-82-90-96 steken.
Ga verder met rondbreinaald 7 mm.
Brei 1 naald averecht (de kantsteken worden recht gebreid).
Ga verder met tricotsteek en 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant.
Als het werk 32-33-34-35-36-37 cm meet, kant dan af voor de armsgaten op het begin van elke naald als volgt: 1 keer 3-4-4-5-6-7 steken, 1-1-1-2-3-3 keer 2 steken en 1-2-2-2-2-2 keer 1 steek aan elke kant = 52-54-58-60-62-66 steken.
TEGELIJKERTIJD als het werk 36-37-38-39-40-41 cm meet, breit u A.1 over de middelste 8 steken op de naald. Als naald 2 in het telpatroon klaar is, verdeel dan het werk midden voor en brei het linker en rechter pand apart verder.

LINKER VOORPAND:
Brei de volgende naald aan de goede kant als volgt. Ga verder met afkanten voor het armsgat als u daar nog niet mee klaar bent, brei tricotsteek tot er 6 steken over zijn, minder 1 steek voor de V-HALS – lees beschrijving hierboven, brei A.2 over de laatste 4 steken. Als alle steken voor het armsgat zijn afgekant, brei dan met 1 kantsteek in ribbelsteek richting het armsgat.
Ga verder met het patroon en minder voor de hals iedere 2e naald (elke naald aan de goede kant) 10-10-9-10-10-9 keer, dan iedere 4e naald 0-0-1-1-1-2 keer (= 10-10-10-11-11-11 keer in totaal). Als alle minderingen voor de hals en het armsgat klaar zijn, zijn er 16-17-19-19-20-22 steken op de schouder. Als het werk 54-56-58-60-62-64 cm meet, plaats dan de buitenste 3 steken bij de hals op een hulpdraad en kant de andere 13-14-16-16-17-19 steken af.

RECHTER VOORPAND:
Brei de volgende naald aan de goede kant als volgt: A.3 over de eerste 4 steken, minder 1 steek voor de V-HALS – lees beschrijving hierboven, brei tricotsteek tot het einde van de naald – als alle steken voor het armsgat afgekant zijn, ga dan verder met 1 kantsteek in ribbelsteek richting het armsgat.
Ga verder met dit patroon, kant de overgebleven steken voor het armsgat af als u daar nog niet klaar mee was, en minder voor de hals iedere 2e naald (elke naald aan de goede kant) 10-10-9-10-10-9 keer, dan iedere 4e naald 0-0-1-1-1-2 keer (= 10-10-10-11-11-11 keer in totaal). Als alle minderingen voor de hals en het armsgat klaar zijn, zijn er 16-17-19-19-20-22 steken op de schouder. Als het werk 54-56-58-60-62-64 cm meet, plaats dan de buitenste 3 steken bij de hals op een hulpdraad en kant de andere 13-14-16-16-17-19 steken af.

MOUWEN:
Zet 42-46-46-50-50-54 steken op (inclusief 1 kantsteek aan elke kant) met rondbreinaald 5.5 mm en DROPS Melody. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant. Brei dan boordsteek als volgt: 1 kantsteek in ribbelsteek, * 2 recht, 2 averecht *, brei van *-* tot er 1 steek over is, 1 kantsteek in ribbelsteek.
Ga verder met deze boordsteek voor 4 cm.
Brei 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 0-3-3-5-3-6 steken verdeeld mindert = 42-43-43-45-47-48 steken.
Ga verder met rondbreinaald 7 mm. Brei 1 naald averecht (de kantsteken worden recht gebreid).
Ga verder met tricotsteek en 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant.
Als de mouw 26-21-21-21-18-18 cm meet, meerder dan 1 steek aan de binnenkant van beide kantsteken – lees TIP VOOR HET MEERDEREN. Meerder zo iedere 3-3-2-2-2-1½ cm in totaal 6-7-9-9-10-11 keer = 54-57-61-63-67-70 steken. Brei verder tot de mouw 44-42-41-40-38-36 cm meet (kortere afmetingen in de grotere maten vanwege bredere schouders en een langere mouwkop).
Brei nu tricotsteek heen en weer gebreid voor de mouwkop, kant af op het begin van elke naald als volgt: 1 keer 3-4-4-5-6-7 steken, 0-0-0-2-4-6 keer 1 steek, 0-3-2-4-3-2 keer 2 steken en 3-1-2-0-0-0 keer 3 steken op beide kanten = 30-31-33-33-35-36 steken. Kant af. De mouw meet ongeveer 49-49-48-49-49-48 cm.
Brei de andere mouw op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen met maassteken, aan de binnenkant van de afkantranden. Naai de mouwen aan het lijf aan de binnenkant van de afkantrand op de mouw en de kantsteek op het lijf. Naai de zijnaden vanaf de armsgaten naar beneden vast – naai aan de binnenkant van de kantsteken.

V-HALS:
Neem aan de goede kant 32 tot 34 steken op (inclusief de steken op de hulpdraad) tussen elke schouder en over het achterpand, met rondbreinaald 5.5 mm en DROPS Melody. Knip de draad af.
Brei nu een punnikrand als volgt:
Plaats de 3 steken van de hulpdraad op het rechter voorpand op rondbreinaald 5.5 mm. Brei een punnikrand aan de goede kant als volgt:
2 recht, brei de volgende steek en de eerste/volgende steek op het achterpand gedraaid recht samen. Verplaats de 3 steken van de rechter naar de linker naald (in dezelfde volgorde). Ga zo verder tot het einde van het achterpand. Kant de overgebleven steken af. Naai de laatste 3 steken samen met de 3 steken van de hulpdraad op het linker voorpand, met maassteken. Knip en hecht de draad af.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = plaats 4 steken op een kabelnaald en houd deze voor het werk, 4 recht, 4 recht van de kabelnaald
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 228-11

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (19)

country flag Claudine wrote:

En réponse, cela veux dire que les 3 mailles en attente du devant gauche ne sont pas tricotées mais directement cousues ? Décidément j ai du mal à saisir

12.10.2023 - 16:42

DROPS Design answered:

Bonjour Claudine, tout à fait, les 3 m du devant gauche vont être cousues aux 3 mailles de la bordure i-cord tricotées à partir du devant droit le long de l'encolure dos. Bon tricot!

13.10.2023 - 08:30

country flag Claudine wrote:

En réponse à votre explication , il y a quand même quelque chose qui me chagrine sur l encolure. Il est dit de rabattre les mailles donc logiquement je n ai plus de mailles sur l aiguille de droite. Et on dit de coudre les 3 mailles de gauche en attente. J ai du mal à saisir. Faut il les tricoter aussi pour la bordure ? Je suis perdue

12.10.2023 - 12:02

DROPS Design answered:

Bonjour Claudine, vous tricotez une bordure I-cord le long de l'encolure dos, autrement dit, vous tricotez la dernière des 3 mailles de la bordure i-cord avec la maille suivante relevée de l'encolure dos jusqu'à ce que toutes les mailles relevées le long de l'encolure dos aient été tricotées avec la dernière de ces 3 mailles, vous rabattez alors ces 3 dernières mailles et les cousez aux 3 mailles de la fin du devant gauche. Bon tricot!

12.10.2023 - 14:13

country flag Claudin wrote:

Bonjour Je ne comprends pas les finitions de l encolure : ‘’Rabattre les mailles restantes. Coudre les 3 dernières mailles ensemble aux 3 mailles en attente du devant gauche.’’ Il me reste donc à droite 3 mailles à droite et à gauche les 3 mailles en attente. Je les couds donc ensemble c est cela.? Comment fait on ? Avez vous une vidéo explicative ? Merci de votre retour

11.10.2023 - 18:10

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Claudin, c'est tout à fait ça, utilisez par exemple la technique de la couture des épaules (cf vidéo) pour assembler ces 3 mailles des deux devants. Bon tricot!

12.10.2023 - 09:10

country flag Camus wrote:

Bonjour Si j ai bien compris, les manches se tricotent jusqu au bout en aller-retour avec l aiguille circulaire, c est bien cela ? Merci de votre réponse

25.09.2023 - 18:50

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Camus, tout à fait. Bon tricot!

26.09.2023 - 11:20

country flag Elisa wrote:

Ich habe den Pullover in weinrot gestrickt und er siehr fantastisch aus! Leider verstehe ich nicht den letzten Schritt: "Die restlichen Maschen abketten. Die abgeketteten 3 Maschen und die 3 stillgelegten Maschen des linken Vorderteils im Maschenstich zusammennähen". Muss ich so abketten wie im Video des I-cords gezeigt und erst dann verbinden? Ich möchte nichts falsch machen - könnte jemand das anders erklären oder ein Video zeigen?

27.04.2023 - 18:56

DROPS Design answered:

Liebe Elisa, in diesem Video zeigen wir, wie man Maschen zusammennähen kann, so können Sie diese 3 Maschen (nach I-cord Abketten) zusammen mit den 3 Maschen (Vorderteil) abketten. Viel Spaß beim fertigstellen!

28.04.2023 - 09:44

country flag Josée Laberge wrote:

Hello! the armhole decreases are not quite clear for me. when it says: "at the beginning of each rank, on each side". Does it mean that I have to decrease at the beginning and the end of every rank (front and back), or only at the beginning of each rank (front and back)? Thank you! Josée

19.01.2023 - 15:53

DROPS Design answered:

Dear Mrs Laberge, you have to cast off the stitches at the beginning of the rows from right side as well as from wrong side so that you cast off the same number of stitches on each side of the sleeve and then the armhole cast off is symmetrical. Happy knitting!

19.01.2023 - 18:45

country flag Katleen wrote:

Ik zie geen video …

06.08.2022 - 01:14

DROPS Design answered:

Dag Kathleen,

Hopelijk nu wel...

Klik anders op deze link.

06.08.2022 - 09:56

country flag Katleen wrote:

Bij afwerking, wat wordt er bedoeld met naai de naden dicht aan de binnenkant van de afkantranden ?

28.07.2022 - 16:23

DROPS Design answered:

Dag Kathleen,

Hiermee wordt eigenlijk bedoeld dat je naast de afkantrand de naad dicht naait, zodat de afkantrand onzichtbaar wordt. Zie ook deze video:

01.08.2022 - 19:55

country flag Yvonne wrote:

Als de minderingen voor de V-hals klaar zijn, is er nog een klein stukje voorpand te breien tot de schouder. Brei je dan nog steeds de 4e st vanaf de halsrand averechts (zoals in A2/A3)? Dit staat volgens mij niet met zoveel woorden in het patroon vermeld, maar het lijkt logisch om dit ook het laatste stukje zo te blijven doen? Alvast bedankt!

03.06.2022 - 00:03

DROPS Design answered:

Dag Yvonne,

Ja, dat klopt. De 4e steek brei je dan nog steeds averecht, anders verbreek je de rand.

05.06.2022 - 21:16

country flag Mieke wrote:

Hartstikke fijn 👍

26.02.2022 - 16:11