Alpenglow |
||||||||||||||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||||||||||||||
Gebreid vest in DROPS Alpaca en DROPS Kid-Silk. Het werk wordt gebreid van boven naar beneden met dubbele halsrand en zadelschouders. Maat: S - XXXL
DROPS 218-12 |
||||||||||||||||||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht. 1 ribbel = brei 2 naalden recht. PATROON: Zie telpatroon A.1. Kies het telpatroon voor uw maat. De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien. TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (verdeeld): Zo berekent u hoe vaak er gemeerderd moet worden, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 91 steken), minus de biezen (dus 10 steken) en deel de overgebleven 81 steken door het aantal te maken meerderingen (dus 19) = 4.3. In dit voorbeeld meerdert u verdeeld door 1 omslag te maken na ongeveer iedere 4e steek - meerder niet over de biezen. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te voorkomen TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (geldt voor het meerderen voor de zadelschouders en de mouwen): MEERDER AAN DE GOEDE KANT VOOR DE MARKEERDRAAD ALS VOLGT: De nieuwe steek wordt gedraaid, leunend richting rechts. Brei tot de markeerdraad, gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen, neem de draad vanaf de achterkant op en brei de steek recht in de voorste lus bij het meerderen voor de zadelschouder en brei de steek averecht in de voorste lus lus bij het minderen voor de mouw, verplaats de markeerdraad naar de rechter naald. MEERDER AAN DE GOEDE KANT NA DE MARKEERDRAAD ALS VOLGT: De nieuwe steek wordt gedraaid, leunend richting links. Brei tot de markeerdraad, verplaats de markeerdraad naar de rechter naald, gebruik de linker naald om de draad op te nemen tussen 2 steken van de naald eronder, neem de draad op vanaf de voorkant en brei de steek recht in de achterste lus bij het meerderen voor de zadelschouders en brei de steek averecht in de achterste lus bij het meerderen voor de mouw. MEERDER OP DE VERKEERDE KANT VOOR DE MARKEERDRAAD ALS VOLGT: De nieuwe steek wordt gedraaid, leunend richting rechts. Brei tot de markeerdraad, gebruik de linker naald om de draad op te nemen tussen 2 steken van de naald eronder, neem de draad op vanaf de voorkant en brei de steek averecht in de achterste lus, verplaats de markeerdraad naar de rechter naald. MEERDER OP DE VERKEERDE KANT NA DE MARKEERDRAAD ALS VOLGT: De nieuwe steek wordt gedraaid, leunend richting links. Brei tot de markeerdraad, verplaats de markeerdraad naar de rechter naald, gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek averecht in de voorste lus. TIP VOOR HET MEERDEREN-3 (geldt voor de zijkanten van het lijf): Alle meerderingen worden op de verkeerde kant gemaakt! Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, maak 1 omslag, 6 averecht (de markeerdraad is in het midden van deze 6 steken), maak 1 omslag (= 2 steken gemeerderd op de markeerdraad). Brei op de volgende naald (goede kant) de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek. TIP VOOR HET MINDEREN (geldt voor midden onder de mouwen): Begin 3 steken voor de markeerdraad, 2 averecht samen, 2 averecht (de markeerdraad is in het midden van deze 2 steken), 2 gedraaid averecht samen (= 2 steken geminderd). KNOOPSGATEN: Minder voor de knoopsgaten op de rechter voorbies (als het kledingstuk gedragen wordt). Minder aan de goede kant als er 3 steken over zijn op de naald als volgt: Maak 1 omslag, brei de volgende 2 steken recht samen, brei de laatste steek recht. Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslag recht om een gaatje te maken. Minder voor het eerste knoopsgat als de halsrand is gebreid (dus in de overgang tussen de halsrand en de pas). Minder dan voor de volgende 5-5-6-6-7-7 knoopsgaten met ongeveer 9-9½-8-8½-7½-8 cm tussen elk. TIP VOOR HET AFKANTEN: Om een strakke afkantrand te voorkomen kunt u een naald in een grotere maat gebruiken. Als het nog te strak is, brei dan 1 omslag na ongeveer iedere 6e steek terwijl u afkant (kant de omslagen af als normale steken). ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- VEST - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: Brei een dubbele halsrand en de pas heen en weer gebreid op de rondbreinaald vanaf midden voor, van boven naar beneden. Meerder steken voor de zadelschouders en meerder dan steken voor de mouwen. Verdeel nu de pas voor het lijf en mouwen. Brei het lijf heen en weer op de rondbreinaald vanaf midden voor, van boven naar beneden. Brei de mouwen in de rondte op breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald, van boven naar beneden. DUBBEL HALSRAND: Zet 91-93-95-101-105-111 steken op (inclusief 5 voorbiessteken aan elke kant richting midden voor) op rondbreinaald 4 mm met 1 draad van elke kwaliteit (= 2 draden). Brei 1 naald averecht (= verkeerde kant). Brei de volgende naald als volgt aan de goede kant: 1 kantsteek in RIBBELSTEEK – lees uitleg hierboven, * 1 recht, 1 averecht *, brei van *-* tot er 2 steken over zijn, 1 recht, en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek. Ga zo verder in boordsteek voor 9 cm. Als de boordsteek klaar is, brei dan 1 naald recht aan de goede kant terwijl u tegelijkertijd 19-25-23-33-37-43 steken verdeeld meerdert - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1 = 110-118-118-134-142-154 steken. Brei 1 naald averecht op de verkeerde kant (brei de omslagen gedraaid averecht en brei de 5 buitenste steken aan elke kant recht = biezen). Ga verder met rondbreinaald 5 mm. Voeg 1 markeerdraad in na de voorbies op het begin van de naald midden voor, meet de pas vanaf deze markeerdraad! Brei dan de pas zoals uitgelegd hieronder. PAS: Voeg 4 nieuwe markeerdraden in het werk zoals uitgelegd hieronder – zonder de steken te breien. Gebruik deze markeerdraden bij het meerderen voor de zadelschouder en de mouw. De markeerdraden moeten een andere kleur hebben dan de markeerdraad op de hals om ze van elkaar te kunnen onderscheiden. Begin midden voor, tel 12-14-14-16-18-21 steken (= voorpand), voeg de 1e markeerdraad in voor de volgende steek, tel 36-36-36-40-40-40 steken (= schouder), voeg de 2e markeerdraad in voor de volgende steek, tel 14-18-18-22-26-32 steken (= achterpand), voeg de 3e markeerdraad in voor de volgende steek, tel 36-36-36-40-40-40 steken (= schouder), voeg de 4e markeerdraad in voor de volgende steek. Er zijn 12-14-14-16-18-21 steken over op het voorpand na de laatste markeerdraad. Verplaats deze 4 markeerdraden in de hoogte tijdens het breien; meerder op elk van deze markeerdraden. ZADELSCHOUDER MEERDERERINGEN: Lees het hele deel door voordat u verder gaat! Ga verder met het werk in tricotsteek op het achterpand en de voorpanden met 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant richting midden voor en A.1 over de 36-36-36-40-40-40 steken op elke schouder (dus tussen de 1e en 2e markeerdraad en tussen de 3e en 4e markeerdraad) – denk om de knoopsgaten op de rechter voorbies - lees uitleg hierboven. Meerder TEGELIJKERTIJD op de eerste naald aan de goede kant voor de zadelschouder als volgt: Meerder 1 steek VOOR de 1e en 3e markeerdraad (dus voor A.1), en meerder 1 steek NA de 2e en de 4e markeerdraad (dus na A.1) – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (= 4 steken gemeerderd). Denk erom dat er alleen meerderingen op het voorpand en het achterpand zijn en het aantal overgebleven schoudersteken is hetzelfde. Meerder op de volgende naald aan de verkeerde kant voor de zadelschouder als volgt: Meerder 1 steek VOOR de 4e en de 2e markeerdraad en meerder 1 steek NA de 3e en de 1e markeerdraad. Dus meerder oneven aan de goede kant en op de verkeerde kant zodat de steken netjes worden geplaatst. Ga zo verder in patroon en meerder op dezelfde manier op iedere naald (dus iedere naald aan de goede kant en op de verkeerde kant) 18-20-22-24-26-28 keer in totaal = 182-198-206-230-246-266 steken. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Na de laatste meerdering meet het werk ongeveer 8-9-10-11-12-13 cm vanaf de markeerdraad bij de hals. Meerder dan voor de mouwen zoals uitgelegd hieronder. MOUWMEERDERINGEN: Verplaats de 4 markeerdraden van het meerderen voor de zadelschouder zodat ze aan elke kant van de middelste 18-18-18-22-22-22 steken in A.1 komen op elke schouder – zie pijlen in A.1. Ga verder met tricotsteek, 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant richting midden voor en A.1 tussen de 1e en 2e markeerdraad en tussen de 3e en 4e markeerdraad. Meerder TEGELIJKERTIJD op de volgende naald aan de goede kant voor de mouwen als volgt: Meerder 1 steek NA de 1e en de 3e markeerdraad, en meerder 1 steek VOOR de 2e en de 4e markeerdraad (= 4 steken gemeerderd). Denk erom dat er alleen meerderingen op de mouwen zijn en A.1 is gemeerderd, maar het aantal overgebleven steken op het voor- en achterpand blijft dezelfde. De gemeerderde steken worden averecht gebreid aan de goede kant en recht aan de verkeerde kant. Meerder zo op iedere andere naald (dus iedere naald aan de goede kant) 16-18-20-20-20-22 keer in totaal = 246-270-286-310-326-354 steken. Het werk meet ongeveer 15-16-18-18-18-20 cm vanaf waar het meerderen voor de mouwen begon. Brei zoals hiervoor maar zonder meerderingen tot het werk 15-17-18-19-19-20 cm meet vanaf waar het meerderen voor de mouwen begon. Het werk meet nu ongeveer 23-26-28-30-31-33 cm vanaf de markeerdraad bij de hals. Op de volgende naald verdeelt u het werk voor het lijf en de mouwen als volgt: Brei de eerste 39-43-45-49-53-58 steken zoals hiervoor (= voorpand), zet de volgende 50-54-58-62-62-66 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-8-10-12-12 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei 68-76-80-88-96-106 steken zoals hiervoor (= achterpand), zet de volgende 50-54-58-62-62-66 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 6-6-8-10-12-12 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw) en brei de laatste 39-43-45-49-53-58 steken zoals hiervoor (= voorpand). Brei het lijf en de mouwen apart verder. MEET NU HET WERK VANAF HIER! LIJF: = 158-174-186-206-226-246 steken. Voeg 1 markeerdraad in na 42-46-49-54-59-64 steken vanaf elke kant (= in de zijkant van het lijf). Er zijn 74-82-88-98-108-118 steken tussen de markeerdraden op het achterpand. Neem de markeerdraden mee in de hoogte tijdens het breien; ze worden later gebruikt bij het meerderen in de zijkanten van het lijf. Brei in tricotsteek heen en weer gebreid met 5 voorbiessteken in ribbelsteek aan elke kant richting midden voor. Meerder bij een hoogte van 5 cm vanaf de scheiding, 1 steek aan elke kant van beide markeerdraden - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-3 (= 4 steken gemeerderd). Meerder zo iedere 6 cm 3 keer in totaal in de hoogte = 170-186-198-218-238-258 steken. Brei tot het werk 23-22-22-21-22-22 cm meet vanaf de scheiding. Er is ongeveer 3 cm over tot de gewenste afmetingen, pas het vest en brei tot de gewenste lengte. Brei 1 naald recht aan de goede kant en meerder 35-37-39-43-47-51 steken verdeeld - denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1 = 205-223-237-261-285-309 steken. LET OP! Meerder steken om te voorkomen dat de boordsteek die u gaat breien, het werk samen gaat trekken. Ga verder met rondbreinaald 4 mm. Brei de volgende naald als volgt op de verkeerde kant: 5 voorbiessteken in ribbelsteek, * 1 averecht, 1 recht *, herhaal van *-* tot er 6 steken over zijn op de naald, 1 averecht en eindig met 5 voorbiessteken in ribbelsteek. Ga zo verder met boordsteek voor 3 cm. Kant de steken af met recht boven recht en averecht boven averecht - lees TIP VOOR HET AFKANTEN! Het vest meet ongeveer 54-56-58-60-62-64 cm vanaf de schouder naar beneden. MOUWEN: Zet de 50-54-58-62-62-66 steken van de hulpdraad aan een kant van het werk op breinaalden zonder knop of een korte rondbreinaald 5 mm en neem daarnaast 1 steek op elke van de 6-6-8-10-12-12 nieuw opgezette steken onder de mouw = 56-60-66-72-74-78 steken. Voeg 1 markeerdraad in midden onder de mouw, in het midden van de 6-6-8-10-12-12 steken die opgezet zijn onder de mouwen. Begin de naald op de markeerdraad en brei averecht in de rondte. Als de mouw 3-3-3-2-2-2 cm meet vanaf de scheiding, minder dan 2 steken midden onder de mouw - lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 3-3-2-2-2-2 cm 3-4-6-7-7-7 keer in totaal in de hoogte = 50-52-54-58-60-64 steken over. Brei zonder minderingen tot de mouw 37-35-33-32-32-30 cm meet vanaf de scheiding. Er is ongeveer 3 cm over tot de gewenste afmetingen. Pas het vest en brei tot de gewenste lengte. LET OP! Minder voor de grotere maten vanwege een bredere schouder en een langere mouwkop. Brei 2 naalden recht en meerder tegelijkertijd 10-10-10-12-12-12 steken verdeeld op de laatste naald = 60-62-64-70-72-76 steken. Brei verder met breinaalden zonder knop maat 4 mm. Brei 3 cm boordsteek in de rondte = 1 recht/1 averecht. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht - denk om TIP VOOR HET AFKANTEN! De mouw meet ongeveer 40-38-36-35-35-33 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde wijze. AFWERKING: Vouw de boordsteek op de bovenkant van de hals dubbel richting de verkeerde kant van het kledingstuk. Hecht de boordsteek af maar om een strakke halsrand te voorkomen en om te voorkomen dat de rand naar buiten krult, is het belangrijk om de naad elastisch te maken. Naai de openingen richting midden voor op de biezen dicht met kleine steken. Naai de knopen aan de linker voorbies. |
||||||||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||||||||
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Opmerkingen / Vragen (4)
Gertrud Stiefler wrote:
Hej, farven i mønstret er #9024 og hedder mørk blush, men farven #9024 blandt nøglerne hedder gammelrosa. Hvilket skal det være? Venlig hilsen, Gertrud
24.11.2020 - 13:04DROPS Design answered:
Hei Gjertrud. Fargen heter mørk blush og har fargenr. 9024. Det hender at fargenavn forandrer seg over tid, men fargenr skal alltid være det samme. mvh DROPS design
24.11.2020 - 13:34Dorothee Pühs wrote:
Hallo liebes Team, ich würde dieses Modell gerne mit doppeltem Faden stricken, damit es dicker und währmer ist, das die ältere Dame für die es ist kaum Eigenwährme produziert. wieviel Garn würde ich für Größe 42-44 gebrauchen. Ich bedanke mich im Voraus für ihre Antwort. DorotheePühs
15.11.2020 - 18:32DROPS Design answered:
Liebe Frau Pühs, benutzen Sie unseren Garnumrechner um die unterschiedlichen Alternative zu Alpaca und Kid-Silk zu finden - hier lesen Sie mehr über Garnalternative - Ihr DROPS Laden wird Ihnen (auch telefonisch oder per E-Mail) damit gerne weiterhelfen, die beste Alternative zu finden. Viel Spaß beim stricken!
16.11.2020 - 09:13MJ wrote:
FOUND A CORRECTION TO MAKE. On the BODY, the pattern says: "Work until piece measures 23-22-22-21-22-22 cm = 9”-8 3/4”-8 3/4”-8 1/4”-8 3/4”-8 3/4” from division. Approx. 3 cm = 1 178” 3 cm is 1.18"
10.11.2020 - 19:12DROPS Design answered:
Dear MJ, thanks for your feedback, pattern will be edited. Happy knitting!
11.11.2020 - 08:36Ann Lindén wrote:
Såå vacker! Härlig färg som visas här och lite utmaning med det fina mönstret
23.10.2020 - 12:35