DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.05 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 5.25€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Rivage Top

Gebreide top met raglan in DROPS Safran. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met kantpatroon op de mouwen. Maat: S - XXXL

DROPS 199-23
DROPS design: Patroon e-294
Garengroep A
----------------------------------------------------------

MAAT:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS SAFRAN van garnstudio (behoort tot garengroep A)
250-250-300-300-350-350 g kleur 50, mint

STEKENVERHOUDING:
24 steken in de breedte en 32 naalden in de hoogte in tricotsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 3 mm, lengte 40 en 80 cm voor tricotsteek.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 2.5 mm
DROPS RONDBREINAALD 2.5 mm, lengte 40 en 80 cm voor de randen.
De naalddikte is slechts een richtlijn! Als u te veel steken heeft op 10 cm brei dan verder met grotere naalden. Als u te weinig steken heeft op 10 cm brei dan verder met kleinere naalden.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.05 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 5.25€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

----------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid):
1 ribbel in de hoogte = 2 naalden, dus brei 1 naald recht en 1 naald averecht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.7. Kies het telpatroon voor uw maat (geldt voor A.5, A.6 en A.7).

TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (verdeeld):
Zo berekent u hoe vaak er gemeerderd moet worden, tel het totaal aantal steken op de naald (dus 124 steken) en deel deze door het aantal te maken meerderingen (dus 26) = 4.8.
In dit voorbeeld meerdert u door 1 omslag te maken na ongeveer iedere 5e steek. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen.

RAGLAN:
Meerder voor de raglan in iedere overgang tussen het voor-/achterpand en de mouwen zoals uitgelegd hieronder:
Meerder na de markeerdraad als volgt: 1 recht, maak 1 omslag.
Meerder voor de markeerdraad als volgt: brei tot er 1 steek over is voor de markeerdraad, maak 1 omslag, brei 1 recht.
U meerdert 2 steken bij elke markeerdraad, en in totaal 8 steken op de naald.
Brei op de volgende naald de omslag recht om een gaatje te maken. Brei dan de nieuwe steek in tricotsteek op het lijf en in kantpatroon op de mouwen.

TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (geldt voor de zijkanten van het lijf):
Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, maak 1 omslag, 6 recht (de markeerdraad is in het midden van deze 6 steken), maak 1 omslag (= 2 steken gemeerderd op de markeerdraad en 4 steken gemeerderd in totaal op de naald.) Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek.

----------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

----------------------------------------------------------

TOP - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
De halsrand en de pas worden in de rondte gebreid op de rondbreinaald, van boven naar beneden. Verdeel de pas voor het lijf en de mouwranden. Ga verder met het lijf in de rondte, van boven naar beneden. Brei de mouwranden in de rondte op breinaalden zonder knop, van boven naar beneden.

HALSRAND:
Zet 120-124-128-132-138-146 steken op rondbreinaald 2.5 mm met Safran. Brei 3 ribbels in RIBBELSTEEK in de rondte - lees uitleg hierboven. Brei 1 naald recht en meerder 6-26-22-38-32-44 steken verdeeld - lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1 = 126-150-150-170-170-190 steken. Brei 1 naald recht (brei de omslagen gedraaid recht). Brei dan de pas zoals uitgelegd hieronder.

PAS:
Ga verder met rondbreinaald 3 mm. Voeg 4 markeerdraden in het werk zoals uitgelegd hieronder (zonder de steken te breien). Gebruik de markeerdraden later bij het meerderen voor de raglan. Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald, tel 23 steken (= mouw), voeg 1 markeerdraad in voor de volgende steek, tel 40-52-52-62-62-72 steken (= voorpand), voeg 1 markeerdraad in voor de volgende steek, tel 23 steken (= mouw), voeg 1 markeerdraad in voor de volgende steek. Er zijn 40-52-52-62-62-72 steken na de laatste markeerdraad op het achterpand.
Brei de eerste naald als volgt: meerder voor de RAGLAN na de markeerdraad – lees uitleg hierboven, brei A.1 over de volgende 21 steken (= mouw), meerder voor de raglan aan elke kant van de markeerdraad, brei in tricotsteek tot er 1 steek over is voor de volgende markeerdraad (= voorpand), meerder voor de raglan aan elke kant van de markeerdraad, brei A.1 over de 21 steken (= mouw), meerder voor de raglan aan elke kant van de markeerdraad, brei in tricotsteek tot er 1 steek over is voor de markeerdraad op het begin van de naald (=achterpand), meerder voor de raglan voor de markeerdraad.
Ga zo verder in patroon in tricotsteek op het voor- en achterpand en A.1 op de mouwen. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Ga TEGELIJKERTIJD verder met meerderen voor de raglan op iedere andere naald tot het meerderen 25-25-31-31-37-37 keer in totaal is gedaan op iedere markeerdraad (inclusief de meerderingen uitgelegd op de eerste naald). Brei de nieuwe steek in tricotsteek op het voor- en achterpand en in kantpatroon zoals de telpatronen laten zien op de mouwen.
Als A.1 een keer in de hoogte is gebreid, ga dan verder met kantpatroon op de mouwen zoals uitgelegd hieronder:
KANTPATROON MOUW:
MAAT S en M: Als A.1 een keer in de hoogte is gebreid, brei dan de volgende naald als volgt over de steken op de mouwen: Brei A.2 (= 13 steken), brei A.3 over de volgende 24 steken (= 2 herhaling van 12 steken), en eindig met A.4 (= 8 steken). Als A.2 tot A.4 een keer in de hoogte zijn gebreid, brei dan de volgende naald als volgt over de steken op de mouwen: Brei A.5 (= 13 steken), brei A.6 over de volgende 48 steken (= 4 herhalingen van 12 steken), en eindig met A.7 (= 8 steken). Als de laatste naald in A.5 tot A.7 over zijn, verdeel dan de pas voor het lijf en de mouwen zoals uitgelegd onder ALLE MATEN.
MAAT L en XL: Als A.1 een keer in de hoogte is gebreid, brei dan de volgende naald als volgt over de steken op de mouwen: Brei A.2 (= 13 steken), brei A.3 over de volgende 24 steken (= 2 herhaling van 12 steken), en eindig met A.4 (= 8 steken). Als A.2 tot A.4 een keer in de hoogte zijn gebreid, brei dan de volgende naald als volgt over de steken op de mouwen: Brei A.5 (= 13 steken), brei A.3 over de volgende 48 steken (= 4 herhalingen van 12 steken), en eindig met A.7 (= 8 steken). Als de laatste naald in A.5 tot A.7 over zijn, verdeel dan de pas voor het lijf en de mouwen zoals uitgelegd onder ALLE MATEN.
MAAT XXL en XXXL: Als A.1 een keer in de hoogte is gebreid, brei dan de volgende naald als volgt over de steken op de mouwen: Brei A.2 (= 13 steken), brei A.3 over de volgende 24 steken (= 2 herhalingen van 12 steken), en eindig met A.4 (= 8 steken). Als A.2 tot A.4 een keer in de hoogte zijn gebreid, brei dan de volgende naald als volgt over de steken op de mouwen: Brei A.2 (= 13 steken), brei A.3 over de volgende 48 steken (= 4 herhaling van 12 steken), en eindig met A.4 (= 8 steken). Als A.2 tot A.4 zijn gebreid, brei dan de volgende naald als volgt over de steken op de mouwen: Brei A.5 (= 13 steken), brei A.6 over de volgende 72 steken (= 6 herhaling van 12 steken), en eindig met A.7 (= 8 steken). Als de laatste naald in A.5 tot A.7 over zijn, verdeel dan de pas voor het lijf en de mouwen zoals uitgelegd onder ALLE MATEN.

ALLE MATEN:
Als de meerderingen voor de raglan klaar zijn, zijn er 326-350-398-418-466-486 steken op de naald. Ga verder in kantpatroon zoals uitgelegd hierboven tot de laatste naald in A.5 en A.7 over is.
Verdeel nu de pas voor het lijf en de mouwen en brei de laatste naald als volgt: 4 recht-1-2-0-4-3, zet de volgende 65-71-81-85-89-91 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-8-10-10-12 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw), brei de volgende 98-104-118-124-144-152 steken (= voorpand), zet de volgende 65-71-81-85-89-91 steken op 1 hulpdraad voor de mouw, zet 8-8-8-10-10-12 nieuwe steken op de naald (= in de zijkant onder de mouw) en brei de overgebleven 94-103-116-124-140-149 steken (= achterpand). De pas meet nu ongeveer 20-20-24-24-27-27 cm vanaf de opzetrand midden voor. Verwijder alle markeerdraden uit het werk en knip het garen af. Brei nu het lijf en de mouwen apart verder. MEET NU HET WERK VANAF HIER!

LIJF:
= 212-224-252-268-308-328 steken. Voeg 1 markeerdraad in aan elke kant op het lijf, in het midden van de 8-8-8-10-10-12 steken die zijn opgezet onder de mouwen. Neem de markeerdraden in de hoogte mee tijdens het breien. Gebruik ze later bij het meerderen in de zijkanten.
Begin de naald bij een van de markeerdraden en brei in tricotsteek in de rondte.
Meerder bij een hoogte van 4 cm vanaf de scheiding in alle maten, 1 steek aan elke kant van beide markeerdraden - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (= 4 steken gemeerderd). Meerder zo iedere 5 cm 5 keer in totaal in alle maten = 232-244-272-288-328-348 steken. Brei tot het werk ongeveer 28-30-28-30-29-31 cm meet vanaf de scheiding (of tot de gewenste lengte, er is ongeveer 2 cm over tot de gewenste afmetingen). Brei 1 naald recht en meerder 56-60-68-72-80-84 steken verdeeld = 288-304-340-360-408-432 steken. Dit wordt gedaan om te voorkomen dat de boordsteek die gebreid wordt, gaat samentrekken.
Ga verder met rondbreinaald 2.5 mm. Brei 2 cm boordsteek in de rondte = 2 recht/2 averecht. Kant de steken af met recht boven recht en averecht boven averecht. De top meet ongeveer 54-56-58-60-62-64 cm vanaf de schouder naar beneden.

MOUWRANDEN:
Zet de 65-71-81-85-89-91 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op breinaalden zonder knop maat 2.5 mm en neem daarnaast 1 steek op in elk van de 8-8-8-10-10-12 nieuw opgezette steken onder de mouw = 73-79-89-95-99-103 steken.
Brei 3 ribbels in de rondte. Kant af met recht. Brei de andere mouwrand op dezelfde manier.

Telpatroon

symbols = recht
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken
symbols = 2 recht samen
symbols = 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek
diagram
diagram
diagram
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Rivage Top

Magda, Italy

Rivage Top

Karin, Germany

Rivage Top

Emmanuelle, France

Rivage Top

Stacie Benedict, United States

Rivage Top

Ana, Spain

Rivage Top

Ana, Spain

Laat een opmerking achter voor DROPS 199-23

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (54)

country flag Yvonne wrote:

Is het patroon van de trui met lange mouwen gelijk aan die met korte mouwen? Ik twijfel of ik korte of lange mouwen zal doen. Dan kan ik beginnen en als laatste besluiten of ik de mouwen lang ga maken.

14.04.2024 - 14:38

DROPS Design answered:

Dag Yvonne,

Ja, beide patronen zijn, op de lengte van de mouwen na, verder gelijk aan elkaar.

15.04.2024 - 21:19

country flag Gudrun Liedtke wrote:

Wenn die Raglanzunahmen fertig sind ,werden die Maschen dann wieder rechts gestrickt? Und laufen die Umschläge nur innerhalb des Strickdiagramms weiter? Liebe Grüße Gudrun Liedtke

17.02.2024 - 18:33

DROPS Design answered:

Liebe Frau Liedtke, wenn die Raglanzunahmen für Rumpf fertig sind, strickt man die Maschen rechts weiter, und bei den Ärmeln stricken Sie wie in A.5/A.7 gezeigt (damit nur Löcher bleiben, aber ohne weitere Zunahmen). Viel Spaß beim stricken!

19.02.2024 - 09:10

country flag Ines Helga Kerr wrote:

There is no chart 6 for size large. Am I missing something?

08.11.2023 - 17:17

DROPS Design answered:

Dear Mrs Kerr, A.6 is not worked in L, see description of diagrams under LACE PATTERN SLEEVE: ... SIZE L and XL: . Happy knitting!

09.11.2023 - 08:12

country flag Rossana Savoldi wrote:

Buongiorno

19.07.2023 - 00:18

country flag Sirlin Marie wrote:

Bonjour, je suis en train de faire mon échantillon et je me pose la question de l\'aisance recommandée pour ce t-shirt afin de choisir au mieux la taille à tricoter. Cordialement, Marie

25.06.2023 - 18:13

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Sirlin, nous n'utilisons pas ce concept d'aisance, mesurez un vêtement similaire que vous avez et dont vous aimez la forme et comparez ces mesures à celles du schéma; c'est la façon la plus simple de choisir votre taille et de décider ainsi quel type d'aisance (plutôt serré ou plutôt lâche) vous préférez. Bon tricot!

26.06.2023 - 09:14

country flag Gabi wrote:

Guten Tag Wird bei der Grösse S Diagramm A5 noch einmal zugenommen? Habe leider zu viele Maschen auf der Nadel . Herzlichen Dank

08.06.2023 - 09:10

DROPS Design answered:

Liebe Gabi, wenn A.2 bis A.4 einmal in der Höhe gestrickt wurden, wurde es nur 24 Mal für Raglan zugenommen; bei der 1. Reihe A.5 sollen Sie noch die letzte Raglanzunahmen stricken, so sind es 14 M in A.5 und 9 M in A.7. Viel Spaß beim stricken!

08.06.2023 - 09:56

country flag Toril wrote:

Jeg ser at mange har spurt om dette, men svarene forklarer ikke godt nok. Det gjelder de siste 10 omfarene i A5 og A7 (str L). Da er raglanøkning ferdig. Skal man lage kast og to sammen nedover på begge sider (erme og rygg/foran)? Hva med de fire maskene imellom (selve raglanøkningen og to masker mellom)? For de er jo utenfor diagrammet.. Presiserer at det kun gjelder de siste ti omganger etter at 31 økninger er ferdig.

06.06.2022 - 23:16

country flag Reidun wrote:

37 country flag Astrid wrote: Hei! Strikker i str M og ved A5-A7 er man være ferdig med raglan. På starten og slutten av ermene er det felling og hullmønster. På bildet ser det ut som det fortsett er hullmønster på starten og slutten av bak-og forstykket også, men ser ikke noe i oppskriften om det. Skal jeg da ordne hull, også felle rett etterpå der også? Slik at det blir hullmønster på hver side av merkemaskene.

20.05.2022 - 21:23

DROPS Design answered:

Hei Reidun. Det ble gitt et svar til Astrid/10.06.2021. Om du har samme spørsmål som henne kan du se vårt svar som ligger under hennes spørsmål/ evnt se under. Eller hadde du et annet spørsmål? Slik står det i oppskrfiten: Det økes 2 masker ved hver merketråd og totalt 8 masker på omgangen. På neste omgang strikkes kastene rett slik at det blir hull = Hullmønster på hver side av "raglanlinjen", i tillegg kommer hullmønstret fra diagrammene. mvh DROPS design

23.05.2022 - 08:21

country flag Kasia wrote:

Tak zrobiłam, tylko nie rozumiem polecenia, żeby zacząć tył/ przód od jednej z nitek markerów czyli na środku 8 dobranych oczek pod rękawem ? "zaczynając okrążenie od jednej z nitek markerów"? Tzn. po 4 dobranym oczku pod rękawem?

07.05.2022 - 11:53

DROPS Design answered:

Witaj Kasiu, dokładnie tak. Pozdrawiamy!

08.05.2022 - 15:32

country flag Katarzyna Widenka wrote:

Witam, mam pytanie czy zaczynając przód/ tył od jednej z nitek markerów, czyli począwszy od czwartego oczka tzn. połowy 8 nabranych pod rękawem trzeba zmienić druty? Jak to zrobic, bo na tych które do tej pory przerabiałam karczek pozostają oczka. Czy przerabiać tymi samymi ale jak?

06.05.2022 - 12:11

DROPS Design answered:

Witaj Kasiu, nie zmieniasz drutów, przerabiasz dalej na tych samych drutach, czyli drutach z żyłką nr 3. Oczka na rękawy powinnaś zdjąć wcześniej na nitki, zostaje do przerabiania tylko tył i przód. Spójrz jeszcze na video TUTAJ. Pozdrawiamy!

06.05.2022 - 16:01