DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.20 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 12.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Caitlyn

Gebreide omslagdoek in DROPS Alpaca. Het werk wordt overdwars gebreid en diagonaal met kantpatroon en ribbelsteek.

DROPS 199-37
DROPS Design: Patroon nr. z-848
Garengroep A
-------------------------------------------------------

MAAT:
Afmetingen: Hoogte in midden ongeveer 46 cm. Lengte over bovenkant ongeveer 170 cm.
Lengte over de afkantrand ongeveer 93 cm (= korte kant)

MATERIAAL:
DROPS ALPACA van garnstudio (behoort tot garengroep A)
200 g kleur 6205, lichtblauw

STEKENVERHOUDING:
23 steken in de breedte en 45 naalden in de hoogte met ribbelsteek = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 3.5 MM: lengte 80 cm.
De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.20 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 12.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht.
1 ribbel in de hoogte = 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1-A.4. De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien.


-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

OMSLAGDOEK - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Het werk wordt heen en weer gebreid met de rondbreinaald zodat u ruimte heeft voor alle steken. Het wordt overdwars gebreid en diagonaal in RIBBELSTEEK – lees beschrijving hierboven.

OMSLAGDOEK:
Zet 4 steken op met rondbreinaald 3.5 mm en Alpaca. Brei 1 naald recht.
Brei telpatroon A.1; als het telpatroon 1 keer in de hoogte is gebreid zijn er 22 steken op de naald.

Brei telpatroon A.2 over 10 steken, A.3 over 8 steken (1 keer in de breedte) en A.4 over 4 steken. Als de telpatronen 1 keer in de hoogte zijn gebreid, zijn er 30 steken op de naald.
DENK OM DE STEKENVERHOUDING!

Brei telpatroon A.2 over 10 steken, A.3 over 16 steken (2 keer in de breedte) en A.4 over 4 steken. Als de telpatronen 1 keer in de hoogte zijn gebreid, zijn er 38 steken op de naald.

Brei zo verder volgens de telpatronen; elke keer dat u de telpatronen 1 keer in de hoogte breit is er ruimte voor nog 1 herhaling van het telpatroon A.3 tussen A.2 en A.4.
Brei zo verder tot A.2-A.4 in totaal 25 keer in de hoogte zijn gebreid of tot de gewenste lengte.

AFKANTEN:
Het is belangrijk dat de afkantrand rekbaar is; dit is een van de korte kanten van de omslagdoek. Kant losjes af met recht en maak 1 omslag na elke 5e steek; de omslagen worden als normale steken afgekant.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, recht op de verkeerde kant
symbols = averecht op de verkeerde kant
symbols = 2 recht samen
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken; brei de omslag recht op de volgende naald zodat er een gaatje ontstaat.
symbols = 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek
symbols = maak 2 omslagen tussen 2 steken; brei op de volgende naald de eerste omslag recht en laat de tweede omslag vallen.
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 199-37

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (19)

country flag Juni Sulaiman wrote:

Misschien moet ik anders mijn vraag formuleren. Hier staat 170 cm wordt de totale lengte van de omslagdoek Caitlin. Aangenomen ik heb tot 85 cm gebreid en dat is altijd patroon A2 - A4 herhalen en dus, steken vermeerderen. Nu moet ik wel de steken verminderen, niet waar zodat ik de vorm van een omslagdoek heb. Zou u mij dan kunnen opschrijven, hoe ik de steken kan verminderen ? Welke soort steek moet ik daarvoor nemen ? Bijvoorbaat dank voor uw hulp.

18.02.2023 - 22:33

country flag Juni Sulaiman wrote:

Nadat ik tot aan het midden heb gebreid ( de wijdste steken ), hoe moet ik verminderen dat het patroon blijft bestaan ?

18.02.2023 - 02:52

DROPS Design answered:

Dag Juni,

Eigenlijk begrijp ik je vraag niet zo goed. Je kunt gewoon het patroon blijven volgen in de hoogte. Eerst brei je patroon A.1 en dan Herhaal je A.2-A.3-A.4 in de hoogte. Telkens na 1 herhaling in de hoogte komt er een herhaling van A.3 in de breedte bij. Het is dus niet zo dat je tot het midden breit en daarna weer mindert, er komen steeds meer steken bij.

18.02.2023 - 10:01

country flag Juni Sulaiman wrote:

Nadat ik tot in het midden heb gebreid en nu moet verminderen, hoe zou ik dat moeten breien ? Wanneer moet ik de steken verminderen ?

18.02.2023 - 02:49

country flag Kia Börjesson wrote:

Mönster sjal modell z-848 vad betyder de svarta markeringar i mönster A.3 o A.2 tacksam få hjälp

10.09.2022 - 10:08

DROPS Design answered:

Hei Kia. Om du ser på diagramforklaringsteksten over nederst på oppskriften, så står det hva hvert enkelt ikon betyr. Der du ser en skrå strek med en sort prikk ved, er det to ikoner med 2 forskjellige forklaringer. F.eks 1.rad i A.2 og 6. og 7. rute = ta 1 maske løst av pinnen som om den skulle strikkes rett, strikk 1 maske rett og løft den løse masken over den strikkede masken. Og den sorte prikken mellom 7. og 8. rute betyr = mellom 2 masker lages 2 kast om pinnen, på neste pinne strikkes det første kastet rett, det andre slippes ned. mvh DROPS Design

12.09.2022 - 11:51

country flag Judy Davis wrote:

I am trying to figure out pattern 199-37 (Caitlyn) shawl. I am English and cannot read all the comments in a different language. Is there a way to convert to English? As well the Diagram explanations do not match the diagrams in the charts?

23.12.2021 - 17:40

country flag Jane wrote:

Hej. Jeg får en ret onduleret side (af de to ens). Nu vil jeg gerne have, at aflukningen kommer til at se lige sådan ud. Bør jeg lukke af, som i skriver, med et omslag pr 5. maske, eller har i bedre forslag? Venlig hilsen Jane

05.11.2021 - 11:56

DROPS Design answered:

Hei Jane. Anbefaler å gjøre slik det står i oppskriften og når sjalet er ferdig kan du legg det i lunkent vann til det er gjennomvått. Press forsiktig ut vannet (det må ikke vris). Rull sjalet i et håndkle og klem forsiktig for å fjerne enda mer vann - sjalet vil nå bare være litt fuktig. Legg sjalet forsiktig ut i form og la det tørke. Gjenta prosessen hver gang skjerfet vaskes. mvh DROPS Design

08.11.2021 - 13:41

country flag Carine P wrote:

Bonjour je suis arrivée à l'étape ou je dois rabattre les mailles mais je ne comprends pas ce qu'il faut faire : doit on faire sur l'endroit un rang avec 1 jeté toutes 5 mailles et rabattre sur l'envers ? Ou tout autre chose ? Ce fut un vrai plaisir de tricoter ce modèle 😀 Merci

24.04.2021 - 15:01

DROPS Design answered:

Bonjour Carine, rabattez les mailles sur l'endroit ainsi: *rabattez 5 mailles, faites 1 jeté et rabattez le jeté comme une maille normale*, répétez de *-* jusqu'à ce que vous ayez rabattu toutes les mailles. Cette vidéo montre comment rabattre les mailles avec des jetés. Bon tricot!

26.04.2021 - 07:35

country flag Marta wrote:

Bonjour, je trouve ce modèle ravissant et j'aimerais beaucoup le réaliser. J'ai appris à tricoter seule mais suis incapable de lire un diagramme. Où pourrais-je trouver les explications écrites? Merci.

12.03.2021 - 08:51

DROPS Design answered:

Bonjour Marta, nous n'avons que des diagrammes pour ce modèle, toutefois, vous pourrez comprendre comment les suivre en lisant cette leçon. Bon tricot!

12.03.2021 - 13:33

country flag Géraldine Duroy wrote:

Merci pour votre réponse. Je réalise que je n’étais pas claire. Le châle est sensé être un triangle. Mais si je répète 25 fois A2 et A4, est-ce que à mi parcours, je dois diminuer le nombre de répétitions de A3? Est-ce que je dois augmenter en A2 et diminuer en A4 pour former ce triangle ? Merci pour votre réponse

27.10.2020 - 20:18

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Duroy, en fait le triangle va être formé non pas de bas en haut mais en diagonale: on commence par une des extrémités du châle et on augmente pour obtenir la largeur souhaitée, puis on continue en augmentant à un rythme moins soutenu (en répétant A.2-A.4) et on continue à former ainsi le triangle: les mailles montées sont l'une des extrémités du châle et les mailles rabattues vont former la diagonale opposée du châle. Bon tricot!

28.10.2020 - 07:48

country flag Duroy, Géraldine wrote:

Bonjour, je ne comprends comment diminuer le travail. Est-ce que je dois diminuer à partir de la moitié des 25 répétitions ? Si oui, comment La diminution doit-le se faire à droite au à gauche du travail ? D'avance merci . Géraldine

26.10.2020 - 16:10

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Duroy, je ne suis pas bien sûre de comprendre de quelles diminutions vous parlez, quand vous avez vos 38 mailles, vous continuez à tricoter: A.2 en début de rang sur l'endroit/fin de rang sur l'envers, répétez ensuite A.3 et terminez par A.4 (fin de rang sur l'endroit/début de rang sur l'envers). Vous allez ainsi diminuer tous les 4 rangs dans A.2 et augmenter tous les 2 rangs dans A.4 - à chaque fois que vous avez tricoté ces 3 diagrammes en hauteur, vous avez augmenté 8 mailles. Si ces explications complémentaires ne vous aident pas, merci de bien vouloir préciser votre pensée - merci d'avance pour votre compréhension. Bon tricot!

27.10.2020 - 11:42