DROPS Baby Merino
DROPS Baby Merino
100% wol
vanaf 2.90 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 31.90€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Green Envy

Gehaakte vest in DROPS BabyMerino. Het werk wordt gehaakt in een vierkant met waaiers, kantpatroon en strepen. Maten S - XXXL.

DROPS 196-28
DROPS Design: Patroon nr. bm-055
Garengroep A
-------------------------------------------------------

Maten: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS BABYMERINO van garnstudio (behoort tot garengroep A)
50-100-100-100-100-100 g kleur 20, donkergrijs
500-550-600-650-700-750 g kleur 38, olijfgroen

-------------------------------------------------------
BENODIGDHEDEN VOOR HET WERK:

STEKENVERHOUDING:
20 dubbele stokjes in de breedte en 7.5 toeren in de hoogte = 10 x 10 cm.
Het telpatroon A.4 meet ongeveer 2½ cm in de breedte.

HAAKNAALD:
DROPS HAAKNAALD 4 mm.
De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere toer. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere toer.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Baby Merino
DROPS Baby Merino
100% wol
vanaf 2.90 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 31.90€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.4.

INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Op elke toer die begint met 1 stokje, begint u met 3 lossen (deze vervangt het eerste stokje) en eindigt u met 1 halve vaste in de 3e losse op het begin van de toer.
Op elke toer die begint met 1 dubbel stokje, begint u met 4 lossen (welke het eerste dubbele stokje vervangt) en eindigt u met 1 halve vaste in de 4e losse op het begin van de toer.
Op elke toer die begint met 1 vaste, begint u met 1 losse (welke de eerste vaste vervangt) en eindigt u met 1 halve vaste in de eerste losse op het begin van de toer.

STREPEN:
Als het werk 5, 10, 20 en 36 cm meet vanaf het midden (pas zo aan dat de volgende toer een toer is zonder stokjesgroepen) haak dan de volgende toer met donkergrijs. Knip en hecht de donkergrijze draad af als de toer klaar is. Knip de olijfgroene draad niet af, deze wordt meegenomen op de verkeerde kant, maar zorg ervoor dat hij niet te strak zit.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

VEST - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Het achterpand wordt eerst in de rondte gehaakt vanaf het midden naar buiten toe, in een vierkant en dan heen en weer gehaakt over elk voorpand. De mouwen worden in de rondte gehaakt van boven naar beneden en op het vierkant genaaid.

ACHTERPAND:
Het werk wordt gehaakt in STREPEN – lees beschrijving hierboven.
Haak A.1 met haaknaald 4 mm en olijfgroen. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Als A.1 1 keer is gehaakt, herhaal dan steeds de laatste 2 toeren met meerderingen zoals hiervoor. Ga verder tot het vierkant 36-38-40-42-44-46 cm meet (dus 18-19-20-21-22-23 cm vanaf het midden), pas zo aan dat de volgende toer een toer is zoals de laatste toer in telpatroon A.1 (dus een toer met 1 vaste in het midden aan elke kant, zodat het makkelijker is om te verdelen voor het armsgat).
Haak nu de armsgaten als volgt: Haak over de eerste kant zoals hiervoor (tot en met de eerste hoek), haak 48-52-55-59-62-62 lossen, sla de eerste helft van de volgende kant over voor de mouw, haak de tweede helft tot de hoek, de volgende kant zoals hiervoor tot de hoek, haak de eerste helft van de laatste kant zoals hiervoor, haak 48-52-55-59-62-62 lossen, sla de laatste helft van de laatste kant over voor de mouw en haak de laatste hoek zoals hiervoor.
Ga op de volgende toer verder met het patroon zoals hiervoor; om de lossen voor de mouwen haak patroon zoals hiervoor (dus u haakt hetzelfde aantal herhalingen als dat u heeft overgeslagen, inclusief de meerdering in de hoek).
Ga verder in de rondte tot het werk in totaal 78-80-82-84-86-88 cm meet, pas zo aan dat u eindigt met 1 toer van dubbele stokjesgroepen (dus 39-40-41-42-43-44 cm vanaf het midden van het vierkant). Knip de draad af.

RECHTER VOORPAND:
Begin in het midden van de eerste hoek.
De eerste toer wordt gehaakt aan de verkeerde kant als volgt: Haak A.2b (dus 1 stokje + 2 lossen + 1 stokje worden gehaakt in de 4 lossen die het eerste dubbele stokje op het begin van de vorige toer vervangt, 4 lossen, sla de eerste lossenlus over, 1 vaste om de volgende lossenlus) – lees INFORMATIE VOOR HET HAKEN, haak dan patroon zoals hiervoor tot er 2 lossen over zijn voor de volgende hoek, haak A.2a over de hoek (dus 4 lossen, 1 stokje + 2 lossen + 1 stokje worden gehaakt in het dubbele stokje in de hoek).
Ga verder met dit patroon heen en weer gehaakt (dus herhaal de 4 toeren in A.2). Haak tot het werk 61-63-65-67-69-71 cm meet vanaf het midden van het vierkant; pas zo aan dat u eindigt met 1 toer van dubbele stokjesgroepen. Knip en hecht de draad af.

LINKER VOORPAND:
Haak zoals voor het rechter voorpand.

MOUW:
Haak 97-104-111-118-125-125 lossen met haaknaald 4 mm en olijfgroen en vorm deze tot een ring met 1 halve vaste in de eerste losse.
Haak 4 lossen (= 1 dubbel stokje), sla 1 losse over, 1 dubbel stokje in elk van de volgende 5 lossen, * sla 1 losse over, haak 1 dubbel stokje in elk van de volgende 6 lossen *, haak van *-* en eindig met 1 halve vaste in de 4e losse op het begin van de toer = 84-90-96-102-108-108 dubbele stokjes.
Haak dan patroon in de rondte als volgt: Haak A.3 (= 6 steken) en herhaal A.4 over de overgebleven steken (= 13-14-15-16-17-17 keer in de breedte).
Ga verder met dit patroon.
Als de mouw 4 cm meet, pas zo aan dat de volgende toer toer 3 is in A.3, minder als volgt:
Haak 1 losse, sla de eerste 4 lossen over (= vervangt het eerste dubbele stokje op de vorige toer) en 2 dubbele stokjes op de vorige toer, ga verder in patroon zoals hiervoor tot er 3 lossen en 1 halve vaste over zijn, sla 3 dubbele stokjes op de vorige toer over en eindig met 1 halve vaste in de eerste losse (= 3 stokjes geminderd aan elke kant = in totaal 6 stokjes geminderd).
De volgende toer wordt gehaakt op dezelfde manier als toer 2 (zodat de lossenlussen verder gaan en verplaatst worden). Ga verder met toeren 1 tot 4 zoals hiervoor. Minder zo iedere 10-8-8-7-7-7 cm in totaal 5-6-6-7-7-7 keer = 54-54-60-60-66-66 steken (op 1 toer van dubbele stokjes). Als de mouw ongeveer 53 cm meet (pas zo aan dat u eindigt met 1 toer van lossen en vasten) knip en hecht dan de draad af.
Haak nog 1 mouw op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de mouwen aan het vierkant met olijfgroen, in de buitenste lus van de buitenste steek.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 04.09.2018
Telpatroon A.3 is aangepast: het aantal steken na het minderen op toer 3 is aangepast + averechte steken toegevoegd aan toer 19 en 20.
Gewijzigd online: 12.11.2019
Nieuwe tekst bij ACHTERPAND en RECHTER VOORPAND + nieuwe telpatronen A.2a en A.2b.

Telpatroon

symbols = 2 lossen
symbols = 3 lossen
symbols = 4 lossen
symbols = 6 lossen
symbols = vaste om de lossenlus
symbols = stokje om de lossenring
symbols = dubbel stokje in de steek
symbols = dubbel stokje om de lossenlus
symbols = dubbele stokjesgroep: (3 dubbele stokjes + 2 lossen + 3 dubbele stokjes) om de lossenlus
symbols = (1 stokje + 6 lossen + 1 stokje) om de lossenlus/in dubbel stokje
symbols = toer begint met 3 lossen, haak dan 6 lossen + 1 stokje in de 4e losse op het begin van vorige toer. De toer eindigt met 1 halve vaste in de 3e losse op het begin van de toer, haak dan halve vasten tot het midden van de eerste lossenlus
symbols = toer begint met 3 lossen en eindigt met 1 halve vaste in de 3e losse op het begin van de toer
symbols = toer begint met 4 lossen en eindigt met 1 halve vaste in de 4e losse op het begin van de toer
symbols = haakrichting
symbols = haak 5 lossen en vorm deze tot een ring met 1 halve vaste in de eerste losse - zie punt op de cirkel; de toer begint en eindigt hier
symbols = toer is reeds gehaakt; dit laat zien hoe de volgende toer wordt gehaakt tussen de steken - Begin op de volgende toer!
symbols = stokje in de steek
symbols = vaste tussen 2 dubbele stokjes
symbols = toer begint met 1 losse (vervangt de eerste vaste) en eindigt met 1 halve vaste in de eerste vaste op het begin van de toer
diagram
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 196-28

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (45)

country flag Lisa wrote:

A.1 is wrong on how to start some of the rounds, noticed the problem on the 4th round(not counting the inner ring of chain stitches), according to your diagram I should start the round with the 13th symbol(in your symbols list) , however to make it look right you need to start the round with the first treble crochet group to go into the corner.

17.09.2023 - 21:58

DROPS Design answered:

Dear Lisa, on round 2, 4 and 6 in A.1 you will start the rounds as shown in diagram with the 13th symbol: work 4 chains (= 1st double treble crochet (UK-English)) , then continue working in the round (=2 chain stitches etc..) and end with 1 slip stitch in the 4th chain from beginning of the round. Happy crocheting!

18.09.2023 - 15:57

country flag Brigitte wrote:

Re-bonjour, J'ai une autre question pour ce modèle. Lorsque je l'ai enregistré en favori, il me semble qu'il y avait un diagramme pour début de A1 (rond central sur lequel se raccrochait le 1er rang du grand carré). Ai-je rêvé ? Dois-je commencer directement par un rond de 5 mailles en l'air fermé par une maille coulée puis 3 mailles en l'air (=bride), 4 mailles en l'air, 1 bride... etc.Par ailleurs, n'y a-t-il pas un problème dans la fin de diagramme. Merci de vos réponses.

05.12.2022 - 15:41

DROPS Design answered:

Bonjour Brigitte, quel problème avez-vous repéré dans la fin de diagramme? Je n'en vois à priori aucun, mais n'hésitez pas à nous dire ce à quoi vous pensez que nous puissions vérifier. Merci d'avance!

06.12.2022 - 10:40

country flag Brigitte wrote:

Re-bonjour, J'ai une autre question pour ce modèle. Lorsque je l'ai enregistré en favori, il me semble qu'il y avait un diagramme pour début de A1 (rond central sur lequel se raccrochait le 1er rang du grand carré). Ai-je rêvé ? Dois-je commencer directement par un rond de 5 mailles en l'air fermé par une maille coulée puis 3 mailles en l'air (=bride), 4 mailles en l'air, 1 bride... etc.Par ailleurs, n'y a-t-il pas un problème dans la fin de diagramme. Merci de vos réponses.

05.12.2022 - 14:56

DROPS Design answered:

Bonjour Brigitte, A.1 commence par le milieu (rond de 5 ml), puis vous crochetez en commençant par la maille au-dessus du point noir sur le cercle = 12ème symbole = 3 mailles en l'air, et vous lisez ainsi tous les tours de droite à gauche en terminant avant la ligne noire par 1 maille coulée dans la 3ème de ces 3 ml du début du tour. Bon crochet!

06.12.2022 - 10:30

country flag Brigitte wrote:

Bonjour, Pour le devant, il est mentionné : "continuer ainsi en allers et retours ( c'est-à-dire répéter les 4 rangs de A2 )". Mais je ne trouve pas le diagramme A2. Que dois-je faire ? Je suis débutante en crochet et il est possible que j'aie raté une explication. De même, toujours pour le devant, après A2b, la directive est : " continuer ensuite comme avant ". Pouvez-vous préciser ce que cela implique ?

04.12.2022 - 13:47

DROPS Design answered:

Bonjour Brigitte, vous allez maintenant commencer les rangs par A.2a (pour que le côté soit droit) et les terminer par A.2b (pour que le 2ème côté soit également droit), et, en même temps, continuez le point fantaisie comme vous les faisiez dans A.1. Vous continuez comme avant entre les coins, mais avec les 2 diagrammes A.2a et A.2b de chaque côté, et alternativement sur l'endroit et sur l'envers. Bon crochet!

06.12.2022 - 09:55

country flag Kiss Györgyi wrote:

Az A.3-as minta 3. sorát (1rp,3lsz,1rp) nem látom a kész kardigán fényképén. Az ujj mintája nem 4, hanem csak 2 sorból áll a fénykép szerint. Így van? Szükséges a 3. sor?

31.01.2022 - 23:20

DROPS Design answered:

Hi Kiss, if you could write your question in English, we will try to answer :)

22.04.2022 - 11:46

country flag Denise M Severson wrote:

What is the size range, in inches or cm? Please provide more definition than S-M-L... Thank you; the design is lovely!

28.10.2021 - 01:50

DROPS Design answered:

Dear Denise, you can find the measurements of the finished piece (in cm) on the shcematic drawing, just below the pattern. Happy Stitching!

28.10.2021 - 02:46

country flag Pia Andreassen wrote:

Hvad er bryst målet på denne cardigan i str. Xxxl?

16.08.2021 - 20:12

country flag Justine Wilkinson wrote:

When work the rows on a.2b and a.2a patterns on the corners, do you alternate between the to or put one pattern on one side and one on the other side? Thank you

21.07.2021 - 14:39

DROPS Design answered:

Dear Mrs Wilkinson, on the front pieces, you start the rows from wrong side with A.2b and end them with A.2a and on the rows from right side, you start with A.2a and end with A.2b. Happy crocheting!

21.07.2021 - 16:44

country flag Alicja Zawistowska wrote:

Dzień dobry :) Czy wiadomo, ile włóczki potrzeba na kwadrat a ile na rękawy? W moim projekcie rękawy byłyby z innego koloru.

06.04.2021 - 09:09

DROPS Design answered:

Witaj Alicjo, niestety nie wykonywałam tego wzoru i trudno mi powiedzieć.

06.04.2021 - 14:29

country flag Mona Larsen wrote:

Hvorfor i all verden bruker dere ikke de vanlige tegnene for maskene?

01.01.2021 - 11:22