DROPS Alaska
DROPS Alaska
100% wol
vanaf 2.00 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 30.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Vintermys

Gebreide trui met veelkleurige Scandinavisch patroon voor heren. Maten S - XXXL. Het werk wordt gebreid in DROPS Alaska.

DROPS 185-13
DROPS Design: Patroon nr. x-432
Garengroep C of A + A
-----------------------------------------------------------
Maten: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS ALASKA van garnstudio (behoort tot garengroep C)
550-600-650-700-800-850 g kleur 03, lichtgrijs
200-200-250-250-250-300 g kleur 02, naturel

Het werk kan tevens gebreid worden met garen van:
"Alternatief garen (Garengroep C)" – zie link hieronder.

DROPS NAALDEN ZONDER KNOP EN RONDBREINAALD (40 en 80 cm) MAAT 5.5 MM – of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 16 steken en 20 naalden tricotsteek is 10 cm breed en 10 cm hoog.

DROPS NAALDEN ZONDER KNOP EN RONDBREINAALD (40 en 80 cm) MAAT 4.5 MM voor de boordsteek - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 18 steken en 23 naalden tricotsteek is 10 cm breed en 10 cm hoog.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alaska
DROPS Alaska
100% wol
vanaf 2.00 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 30.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

INFORMATIE VOOR HET PATROON:

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
1 ribbel = 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.5. Het hele patroon wordt gebreid in tricotsteek. De telpatronen laten alle naalden in het patroon aan de goede kant zien.

GERSTEKORREL:
NAALD 1: * 1 recht, 1 averecht *, herhaal van *-*.
NAALD 2: Recht over averecht en averecht over recht. Herhaal naald 2.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Om uit te rekenen hoe u verdeeld mindert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 312 steken) en deel deze door het aantal te maken minderingen (dus 48) = 6.5. In dit voorbeeld, breit u afwisselend iedere 5e en 6e steek en iedere 6e en 7e steek recht samen.

TIP VOOR HET BREIEN:
Om te voorkomen dat het kledingstuk zijn elasticiteit verliest wanneer u in patroon breit, is het belangrijk dat de draden op de achterkant van het werk niet te strak worden. U kunt in patroon breien met een grotere naald als dit een probleem is.

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Begin 1 steek voor de markeerdraad, maak 1 omslag, 2 recht (de de markeerdraad zit in het midden van deze 2 steken), maak 1 omslag. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen.

TIP VOOR HET AFKANTEN:
Om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt, kunt u een ½ naald groter gebruiken bij het afkanten.
----------------------------------------------------------

TRUI:
Het werk wordt in de rondte gebreid met rondbreinaald tot de armsgaten, dan worden de voor- en achterpanden apart heen en weer gebreid. De mouwen worden in de rondte gebreid met breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald.

LIJF:
Zet 162-180-192-216-234-264 steken op met rondbreinaald 4.5 mm en lichtgrijs. Brei 1 naald recht. Brei dan als volgt: * 3 recht, 3 steken GERSTEKORREL - zie uitleg hierboven *, herhaal van *-* tot het einde van de naald. Brei zo voor 5 cm. Ga verder met rondbreinaald 5.5 mm en brei 1 naald recht terwijl u 22-26-26-34-38-44 steken verdeeld op de naald mindert - lees TIP VOOR HET MINDEREN hierboven = 140-154-166-182-196-220 steken. Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald en 1 markeerdraad na 70-77-83-91-98-110 steken (= de zijkanten) en neem de markeerdraden gaandeweg mee tijdens het breien in de hoogte. Ga verder met tricotsteek. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als het werk 9 cm meet, meerder dan 1 steek aan elke kant van de markeerdraden aan beide kanten (= 4 steken gemeerderd op de naald) – lees TIP VOOR HET MEERDEREN. Meerder op deze manier iedere 8e-9e-10e-10e-8e-9e naald in totaal 2-2-2-2-3-3 keer = 148-162-174-190-208-232 steken. Brei 1 naald terwijl u 4-6-2-2-0-0 steken verdeeld op de naald meerdert = 152-168-176-192-208-232 steken. Als het werk 18-19-20-21-22-23 cm meet, brei dan in patroon als volgt:

Brei A.1 in de rondte (= 19-21-22-24-26-29 herhalingen van 8 steken) – lees PATROON en TIP VOOR HET BREIEN hierboven. Meerder op de laatste naald in A.1 1-0-1-0-2-2 steken verdeeld op de naald = 153-168-177-192-210-234 steken. Als A.1 helemaal klaar is, brei dan A.2 in de rondte (= 51-56-59-64-70-78 herhalingen van 3 steken). Meerder op de laatste naald in A.2 15-0-15-0-6-6 steken verdeeld op de naald = 168-168-192-192-216-240 steken. Als A.2 helemaal klaar is in de hoogte, brei dan in patroon in de verschillend maten als volgt:

Maten S, M en XXL:
Brei A.3a (= 18 steken) 1 keer, brei A.3b (= 24 steken) 6-6-8 keer en A.3c (= 6 steken) 1 keer. Meerder op de laatste naald in A.3 0-6-0 steken verdeeld op de naald = 168-174-216 steken.

Maten L, XL en XXXL:
Brei A.3b in de rondte tot het einde van de naald (= 8-8-10 herhalingen van 24 steken). Meerder op de laatste naald in A.3 0-12-0 steken verdeeld op de naald = 192-204-240 steken.

Alle maten:
Als A.3 helemaal klaar is in de hoogte, brei dan de eerste 3 naalden in telpatroon A.4 (= 56-58-64-68-72-80 herhalingen van 3 steken). Het werk meet ongeveer 42-43-44-45-46-47 cm.
Brei de volgende naald als volgt: Brei de 4e naald in A.4 en kant 3-3-3-9-9-9 steken af aan elke kant voor het armsgat (= 1-1-1-4-4-4 steken voor/2-2-2-5-5-5 steken na beide markeerdraden). De voor- en achterpanden worden nu verder apart heen en weer gebreid.

ACHTERPAND:
= 81-84-93-93-99-111 steken (inclusief 1 kantsteek aan elke kant). Brei in patroon heen en weer gebreid vanaf de 5e naald in A.4 als volgt:
1 kantsteek in RIBBELSTEEK - zie uitleg hierboven, A.4 tot er 2 steken over zijn op de naald, brei de eerste steek in A.4, 1 kantsteek in ribbelsteek. Ga zo verder, heen en weer gebreid. Meerder op de laatste naald in het telpatroon 2-3-2-2-0-0 steken verdeeld op de naald = 83-87-95-95-99-111 steken. Brei nu in patroon als volgt – aan de goede kant: Brei 1 kantsteek in ribbelsteek, A.5 (= 4 steken) tot er 2 steken over zijn op de naald, brei de eerste steek in A.5, 1 kantsteek in ribbelsteek. Als A.5 helemaal klaar is in de hoogte, ga dan verder met tricotsteek en grijs met 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant tot de gewenste lengte.
Als het werk 60-62-64-66-68-70 cm meet, kant dan de middelste 25-25-27-27-27-29 steken af voor de hals en brei elk schouder apart verder. Kant 1 steek af op de volgende naald vanaf de hals = 28-30-33-33-35-40 steken over op de schouder. Brei verder tot het werk 62-64-66-68-70-72 cm meet en kant dan af - lees TIP VOOR HET AFKANTEN. Brei de andere schouder op dezelfde manier.

VOORPAND:
= 81-84-93-93-99-111 steken (inclusief 1 kantsteek aan elke kant). Ga verder op dezelfde manier als voor het achterpand tot het werk 56-58-60-61-63-65 cm meet. Plaats nu de middelste 13-13-15-15-15-17 steken op 1 hulpdraad voor de hals en brei de schouder apart verder. Kant af voor de hals op het begin van iedere naald vanaf de hals als volgt: 2 keer 2 steken en 3 keer 1 steek = 28-30-33-33-35-40 steken over op de schouder. Brei verder tot het werk 62-64-66-68-70-72 cm meet en kant dan af. Brei de andere schouder op dezelfde manier.

MOUW:
De mouw wordt in de rondte gebreid met breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald.
Zet 42-42-48-48-48-48 steken op met breinaalden zonder knop maat 4.5 mm en lichtgrijs. Brei 1 naald recht. Brei dan als volgt: * 3 recht, 3 steken gerstekorrel *, herhaal van *-* tot het einde van de naald. Brei zo voor 3 cm. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 5.5 mm en brei 1 naald recht terwijl u 4-2-6-4-4-4 steken verdeeld op de naald mindert = 38-40-42-44-44-44 steken.
Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald (= midden onder de mouw) en neem de markeerdraad gaandeweg mee tijdens het breien in de hoogte. Ga verder met tricotsteek. Als het werk 7-7-3-5-8-7 cm meet, meerder dan 2 steken midden onder de mouw - lees TIP VOOR HET MEERDEREN. Meerder op deze manier iedere 8e-8e-8e-7e-6e-5e naald in totaal 13-13-14-15-16-18 keer = 64-66-70-74-76-80 steken.
Als de mouw 54-54-53-53-52-48 cm meet, kant dan de middelste 4-4-4-10-10-10 steken af (= 2-2-2-5-5-5 steken aan elke kant van de markeerdraad) en brei een kleine mouwkop heen en weer gebreid op de rondbreinaald. Brei tricotsteek en kant af op het begin van elke naald aan elke kant als volgt: Kant 2 keer 5-5-6-5-6-6 steken af en kant de overgebleven steken af. De mouw meet ongeveer 56-56-55-55-54-51 cm. Brei de andere mouw op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen aan de binnenkant van de afkantranden. Naai de mouwen in aan de binnenkant van de 1 kantsteek in ribbelsteek.

HALS:
Neem aan de goede kant ongeveer 66-78 steken op rondom de hals (inclusief de steken van de hulpdraad aan de voorkant) met breinaalden zonder knop maat 4.5 mm en lichtgrijs. Brei 1 naald recht terwijl u het aantal steken aanpast naar 66-66-72-72-78-78 steken. Brei dan als volgt: * 3 recht, 3 steken in gerstekorrel *, herhaal van *-* tot het einde van de naald. Brei op deze manier voor 6 cm, kant af met recht boven recht en averecht boven averecht.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 11.12.2018
Correctie - LIJF: Als het werk 18-19-20-21-22-23 cm meet, brei dan in patroon als volgt:...
ALLE MATEN: Als telpatroon A.3 helemaal klaar is in de hoogte, brei den de eerste 3 naalden in telpatroon A.4 (= 56-58-64-68-72-80 herhalingen van 3 steken). Het werk meet ongeveer 42-43-44-45-46-47 cm.

Telpatroon

symbols = naturel
symbols = lichtgrijs
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 185-13

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (13)

country flag Rosa wrote:

Al poner 180 puntos al comenzar no queda desbocado el cuello

15.04.2021 - 20:53

DROPS Design answered:

Hola Rosa. El jersey se trabaja de abajo arriba. Los 180 puntos son de la parte inferior del cuerpo.

24.04.2021 - 20:18

country flag Jannie wrote:

Jeg forstår ikke det med mønstrene på a3a, a3b og a3c. Jeg strikker str S. Skal mønstret strikkes fra højre mod venstre?

27.02.2020 - 22:10

DROPS Design answered:

Hej Jannie, har du set vores lektioner som viser hvordan man strikker ifølge diagrammer? Hvordan strikker man efter diagram

28.02.2020 - 11:00

country flag Yvonne Ferdinandsen wrote:

Hej hvad betyder raporter

23.10.2019 - 09:02

DROPS Design answered:

Hej Yvonne, du gentager diagrammet/rapporten et antal gange på pinden. God fornøjelse!

23.10.2019 - 13:42

country flag Rita Sprangers wrote:

Waarom wordt de trui op een rondbreinaald gebreid, ik vind dat zo’n lastig ding, liever op gewone breinaalden, is dat ook mogelijk en zo ja wat is dan de stekenverdeling.

15.08.2019 - 14:01

DROPS Design answered:

Dag Rita,

Omdat het patoon doorloopt in de zijnaden is het voor deze trui niet aan te raden om op rechte naalden te breien, maar we hebben wel een instructie gemaakt om een patroon aan te passen, zodat je hem met rechte naalden kunt breien. Deze kun je hier vinden.

01.09.2019 - 14:30

country flag Theres wrote:

Hej! Nog är väl 54 cm ärmlängd lite mycket? Ca !45 cm borde det vara

13.05.2019 - 14:01

DROPS Design answered:

Hej. Ärmlängden ska vara 54 cm, om du tycker att ärmen blir lite för lång kan du självklart välja att göra den något kortare. Lycka till!

15.05.2019 - 10:55

country flag Luigi wrote:

Domando se il girocollo è rigido o abbastanza elastico. Grazie

10.05.2019 - 22:56

DROPS Design answered:

Buongiorno Luigi. Il girocollo sarà meno elastico che se fosse lavorato a coste diritto / rovescio. Se ha già lavorato il davanti e il dietro e le maniche, può farsi un’idea con i bordi inferiori. Buon lavoro!

11.05.2019 - 07:32

country flag Line wrote:

Hei! Jeg synes denne Vintermys-genseren er veldig flott, men kunne ha lyst til å strikke dette mønsteret i et tynnere garn for at genseren ikke skal bli så varm og tykk - kanskje pinne nr 3! Ja, det er kanskje umulig å få til, men har dere noen forslag til hvordan jeg evt kan løse det??

07.05.2019 - 13:22

DROPS Design answered:

Hei Line. Det du da må gjøre er å endre oppskriften etter strikkefastheten du vil bruke. Det innebærer å regne om alle maskeantall etter den nye strikkefastheten, slik at målene fortsatt blir som på målskissen. Ta da utgangspunkt i ønskede mål og ny strikkefatshet i bredden. For eksempel: si at du vil ha genseren 52 cm vid (=104 cm rundt hele), og at strikkefastheten er 24 masker i bredden = 10 cm. Da tar du 104 x 2,4 = 250 masker. Om du endrer strikkefatsheten må du også tilpasse slik at diagrammene går opp i hele rapporter på omgangen. God fornøyelse

07.05.2019 - 14:00

country flag Becky wrote:

Hello again. The pattern is incorrect. I'm knitting the XL and, when worked in the correct tension (20rws over 10cm), the pattern is at least 8rws short. 5cm (rib) + 4cm + 0.5 (inc rw) +5cm (10rws including inc) + 0.5 (inc rw) + 3cm (A1) + 7cm (A2) + 12.5cm (A3) = 37.5cm At this point, the XL pattern should measure 43cm. That's not possible, so either the length at the end of A3 is wrong or there aren't enough rows before the fair isle starts. Which is it?

10.12.2018 - 20:00

DROPS Design answered:

Dear Becky, thanks for your feedback, our Design Team will check - pattern has been edited on some places on body and back piece - see the correction link at the bottom of the pattern. Happy knitting!

11.12.2018 - 09:41

country flag Becky wrote:

This part of the pattern from the start of the main body is badly worded: "Increase in this way every 10th round a total of 2 times = 190 stitches. Work 1 round where you increase 2 stitches evenly on round = 192 stitches." I'm working the XL and if the pattern is followed as written, you either get 4 too many stitches or the piece is 10 rws too short. Am I correct that it should be inc 4 on 10th rw and then inc 2 on the following 10th rw?

08.12.2018 - 20:50

DROPS Design answered:

Dear Becky, you are increasing 4 sts on each increasing round. When piece measures 4 cm increase 4 sts = 186 sts, then after 10 rows increase 4 sts = 190 sts (= you increase a total of 2 times, ie only one more time after the first increase). Then work 1 row increasing 2 sts evenly = 192 sts. Happy knitting!

10.12.2018 - 09:11

country flag Oddbjorg Monsen wrote:

Hei, har naa strikket ferdig opp blomstermoensteret og arbeidet maaler 5 cm for lite, jeg fulgte oppskriften til str L, der staar det 5 cm bord, saa 4cm glattstrikk oke 2 m pa hver side av markering, 9 omg gjentas 2 ganger, det har jeg gjort men den ensfarvede delen syns jeg ble kort, er dette riktig?????

16.02.2018 - 13:52

DROPS Design answered:

Hej Oddbjorg, det lyder rigtigt men for at få målene i opskriften er det vigtigt at du har 20 pinde glatstrik på 10 cm i højden. God fornøjelse!

21.02.2018 - 15:21