DROPS Karisma
DROPS Karisma
100% wol
vanaf 2.40 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 16.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Narvik Set

De set bestaat uit: Gebreide muts, halswarmer en wanten met veelkleurig Noors patroon. De set wordt gebreid in DROPS Karisma.

DROPS 183-3
DROPS Design: Patroon nr. u-833
Garengroep B
-----------------------------------------------------------
Voor de hele set heeft u genoeg aan ongeveer 200 g kleur 44, lichtgrijs, 100 g kleur 01, naturel en 50 g kleur 48, donkerrood (in alle maten).
-----------------------------------------------------------

MUTS:
Maten: XS/S - M/L
Voor hoofdmaat: ongeveer 52/54 - 56/58 cm
Materiaal:
DROPS KARISMA van garnstudio (behoort tot garengroep B)
50 g in alle maten in de volgende kleuren:
kleur 44, lichtgrijs
kleur 01, naturel
kleur 48, donkerrood

Het werk kan tevens gebreid worden met garen van:
"Alternatief garen (Garengroep B)" – zie link hieronder.

DROPS NAALDEN ZONDER KNOP EN RONDBREINAALD (40 cm) MAAT 3.5 MM – of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 22 steken en 30 naalden tricotsteek is 10 cm breed en 10 cm hoog.

DROPS RONDBREINAALD (40 cm) MAAT 3 MM - voor de boordsteek.
-----------------------------------------------------------

HALSWARMER:
Maten: S/M - M/L - L/XL
AFMETINGEN: Omtrek op de bovenkant: 50-53-57 cm.
Hoogte: 26-28-30 cm.
Materiaal:
DROPS KARISMA van garnstudio (behoort tot garengroep B)
100 g voor alle maten in kleur 44, lichtgrijs
50 g voor alle maten in kleur 01, naturel

Het werk kan tevens gebreid worden met garen van:
"Alternatief garen (Garengroep B)" – zie link hieronder.

DROPS RONDBREINAALD (40 cm) MAAT 4 MM – of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 21 steken en 28 naalden tricotsteek is 10 cm breed en 10 cm hoog.

DROPS RONDBREINAALD (40 cm) MAAT 3 MM – voor de boordsteek.
-----------------------------------------------------------

WANTEN:
Maten: S/M - M/L - L/XL
Afmetingen: Lengte: 25-26-27 cm.
Materiaal:
DROPS KARISMA van garnstudio (behoort tot garengroep B)
50-100-100 g kleur 44, lichtgrijs
50 g voor alle maten in de volgende kleuren:
kleur 01, naturel
kleur 48, donkerrood

Het werk kan tevens gebreid worden met garen van:
"Alternatief garen (Garengroep B)" – zie link hieronder.

DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 3.5 MM – of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 22 steken en 30 naalden tricotsteek is 10 cm breed en 10 cm hoog.

DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 3 MM – voor de boordsteek.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Karisma
DROPS Karisma
100% wol
vanaf 2.40 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 16.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

INFORMATIE VOOR HET PATROON:

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
1 ribbel = 2 naalden recht.

RIBBEL/RIBBELSTEEK (gebreid in de rondte):
1 ribbel = 2 naalden. Brei 1 naald recht en 1 naald averecht.

TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN:
Om uit te rekenen hoe u verdeeld mindert/meerdert, neem het totaal aantal steken op de naald (dus 111 steken) en deel deze door het aantal te maken minderingen/meerderingen (dus 7) = 15.9.
In dit voorbeeld, breit u ongeveer iedere 15e en 16e steek recht samen als u mindert. Bij het meerderen, maakt u 1 omslag na ongeveer iedere 16e steek, en breit u op de volgende naald de omslagen gedraaid om gaatjes te vermijden.

PATROON:
Muts: Zie telpatronen A.1 en A.2.
Halswarmer: Zie telpatronen A.2 en A.3.
Wanten: Zie telpatronen A.4 en A.5.
Het hele patroon wordt gebreid in tricotsteek.

TIP VOOR HET MEERDEREN (voor de duimspie op de want):
Brei tot de steek met de markeerdraad, maak 1 omslag, 1 recht (= steek met de markeerdraad), maak 1 omslag (= 2 steken gemeerderd). Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te vermijden. De volgende keer dat u meerdert, brei dan als volgt: Brei tot er 1 steek over is voor de steek met de markeerdraad, maak 1 omslag, 3 recht, maak 1 omslag (= 2 steken gemeerderd). Ga verder de meerderingen op deze manier iedere 2e naald, dus u meerdert altijd op de buitenkant van de gemeerderde steken.

TIP VOOR HET MINDEREN (voor de want):
Begin 3 steken voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit in het midden van deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 2 steken geminderd).
----------------------------------------------------------

MUTS:
Het werk wordt in de rondte gebreid met de rondbreinaald, van onder naar boven. Ga verder met breinaalden zonder knop indien nodig. Vanwege het patroon in de muts, is het alleen beschikbaar in de maat XS/S en M/L. Als u graag maat S/M wilt maken (voor hoofdmaat 54/56) kunt u de instructies volgen voor mat XS/S, maar dan met een naald in een 1/2 maat dikker.

Zet 128-152 steken op met rondbreinaald 3 mm en donkerrood. Brei 1 naald recht. Brei dan 3-4-4 cm boordsteek (= 1 recht / 2 averecht). Brei 1 naald recht terwijl u 3-5-7 steken verdeeld op de naald mindert – lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN = 108-112-116 steken. Ga verder met rondbreinaald 3.5 mm en brei A.1 (= 27-28-29 herhalingen van 4 steken). DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Minder op de laatste naald van A.1 0-4-2 steken verdeeld op de naald = 108-108-114 steken. Brei dan A.2 in de rondte (= 18-18-19 herhalingen van 6 steken). Als A.2 klaar is, meet het werk ongeveer 16-17-17 cm. Ga verder met tricotsteek en lichtgrijs. Als het werk 18-19-20 cm meet, voeg dan 6 markeerdraden in het werk met 18-18-19 steken tussen elke markeerdraad. Minder op de volgende naald 1 steek na elke markeerdraad door 2 steken samen te breien (= 6 steken geminderd). Minder op deze manier iedere 2e naald in totaal 6-6-7 keer en dan iedere naald in totaal 10 keer in alle maten = 12 steken over in alle maten. Knip de draad af, haal het door de overgebleven steken, trek aan en hecht goed af. De muts meet ongeveer 25-26-28 cm van boven naar beneden.

POMPON:
Maak een pompon van ongeveer 8 cm in diameter met naturel. Naai de pompon aan de bovenkant van de muts.
----------------------------------------------------------

HALSWARMER:
Het werk wordt in de rondte gebreid met rondbreinaald, van boven naar beneden tot de bovenkant van de halswarmer klaar is. Dan wordt het werk verdeeld op de zijkanten en de voor- en achterpanden worden apart heen en weer verder gebreid op de rondbreinaald.
Zet 111-117-126 steken op met rondbreinaald 3 mm en lichtgrijs. Brei 1 naald recht. Brei dan 3 cm boordsteek (= 1 recht / 2 averecht). Brei 1 naald recht terwijl u 7-5-6 steken verdeeld op de naald mindert – lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN = 104-112-120 steken. Ga verder met rondbreinaald 4 mm en brei A.3 (= 26-28-30 herhalingen van 4 steken). DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Meerder op de laatste naald van A.3 4-2-0 steken verdeeld op de naald = 108-114-120 steken. Brei verder in A.2 in de rondte (= 18-19-20 herhalingen van 6 steken). Als A.2 klaar is, ga dan verder met lichtgrijs tot de gewenste lengte. Als het werk 10-11-12 cm meet, voeg dan 1 markeerdraad in op het begin van de naald en 1 markeerdraad na 54-57-60 steken (= 1 markeerdraad aan elke kant). Brei nu 3 RIBBELS – zie uitleg hierboven, over 8 steken aan elke kant (de markeerdraden zit in het midden van deze 8 steken – de andere steken worden in tricotsteek gebreid). Als u 3 ribbels in de hoogte heeft gebreid aan elke kant, verdeel het werk dan op beide markeerdraden en brei de voor- en achterpanden apart verder. HET WERK WORDT NU VANAF HIER GEMETEN!

ACHTERPAND:
= 54-57-60 steken. Brei tricotsteek heen en weer met 4 kantsteken in RIBBELSTEEK – zie uitleg hierboven, aan elke kant. Als het werk 12-13-14 cm meet vanaf de scheiding, brei dan 1 naald averecht aan de verkeerde kant terwijl u 12 steken verdeeld op de naald meerdert in alle maten (de 4 kantsteken aan elke kant worden in ribbelsteek gebreid en u meerdert niet over deze 4 steken) = 66-69-72 steken. Ga verder met rondbreinaald 3 mm en brei de volgende naald als volgt aan de goede kant: 4 kantsteken in ribbelsteek, * 1 recht, 2 averecht *, herhaal van *-* tot er 5 steken over zijn op de naald, brei 1 recht en eindig met 4 kantsteken in ribbelsteek (de omslagen van de vorige naald worden gedraaid gebreid om gaatjes te vermijden). Ga verder in boordsteek op deze manier voor 3 cm. Kant dan af met ribbelsteek over ribbelsteek, recht boven recht en averecht boven averecht, maar om te voorkomen dat de afkantrand te strak wordt, maak 1 omslag na iedere 6e steek terwijl u tegelijkertijd afkant (kant de omslagen af als normale steken). De halswarmer meet ongeveer 26-28-30 cm vanaf de opzetrand naar beneden.

VOORPAND:
= 54-57-60 steken. Brei op dezelfde manier als het achterpand.
----------------------------------------------------------

RECHTER WANT:
Het werk wordt in de rondte gebreid met breinaalden zonder knop.
Zet 42-45-51 steken op met breinaalden zonder knop maat 3 mm en donkerrood. Brei 1 naald recht. Brei dan 3 cm boordsteek (= 1 recht / 2 averecht). Brei 1 naald recht terwijl u 6-5-3 steken verdeeld op de naald mindert – lees TIP VOOR HET MEERDEREN/MINDEREN = 36-40-48 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3.5 mm en brei A.4 (= 9-10-12 herhalingen van 4 steken). DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Meerder op de laatste naald van A.4 0-2-0 steken verdeeld op de naald = 36-42-48 steken. Brei verder in A.5 (= 6-7-8 herhalingen van 6 steken). Als A.5 klaar is meet het werk ongeveer 8 cm. Ga verder met lichtgrijs tot de gewenste lengte. Voeg TEGELIJKERTIJD op de eerste naald na A.5 1 markeerdraad in, in de eerste steek op de naald. Meerder nu voor de duimspie door 1 steek aan elke kant van de steek met de markeerdraad te meerderen – lees TIP VOOR HET MEERDEREN! Meerder op deze manier iedere 2e naald in totaal 6-7-8 keer = 48-56-64 steken. Brei verder tot het werk 12-13-14 cm meet. Plaats op de volgende naald de 13-15-17 duim-spie steken op een hulpdraad, ga verder in de rondte met lichtgrijs en zet tegelijkertijd 1 nieuwe steek op de naald over de steken op de hulpdraad = 36-42-48 steken. Brei verder tot de want 21-22-23 cm meet (er is nu ongeveer ca 4 cm over tot de gewenste lengte, u kunt de want passen en verder breien tot de gewenste lengte). Voeg 1 markeerdraad in op het begin van de naald en 1 markeerdraad na 18-21-24 steken. Minder op de volgende naald 1 steek aan elke kant van beide markeerdraden – lees TIP VOOR HET MINDEREN (= 4 steken geminderd). Minder op deze manier iedere 2e naald in totaal 5-4-3 keer en dan iedere naald in totaal 3-5-7 keer = 4-6-8 steken over op de naalden. Knip de draad af, haal het door de overgebleven steken, trek aan en hecht goed af.

DUIM:
Plaats de 13-15-17 duimspie steken van de hulpdraad terug op breinaalden zonder knop maat 3.5 mm en neem 2 steken op achter de duim met lichtgrijs = 15-17-19 steken. Brei in tricotsteek in de rondte tot de duim ongeveer 5-5½-6 cm meet (u kunt de want passen, er is nu ongeveer ½ cm tot de gewenste lengte). Brei 2 naalden recht terwijl u de steken twee aan twee recht samen breit, op beide naalden = 4-5-5 steken over op de naalden. Knip de draad af, haal het door de overgebleven steken, trek aan en hecht goed af.

LINKER WANT:
Zet op en brei op dezelfde manier zoals de rechter want, maar als de meerderingen voor de duimspie beginnen, brei dan als volgt: Meerder voor de duim door 1 steek aan elke kant van de laatste steek op de naald te meerderen. De rest van de want wordt gebreid op dezelfde manier als de rechter want.

Telpatroon

symbols = donkerrood
symbols = lichtgrijs
symbols = naturel
symbols = minder /meerder naald
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Narvik hat

Vanessa, United Kingdom

Narvik Hat

Theresa, United Kingdom

Laat een opmerking achter voor DROPS 183-3

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (6)

country flag Claudia Carolina wrote:

.... volevo dire - - - per la talia "M" - - -

07.07.2019 - 11:40

country flag Claudia Carolina wrote:

Spett.le Drops... non mi trovo con i conteggi, nel aumentare, dove dice: """Sull’ultimo giro di A.3 distribuire 0-4-2 aumenti in modo uniforme sul giro = 108-114-120 maglie""" non mi sono trovata con gli aumenti per la taglia S... perché avendo 112 maglie se aumento 4 non ottengo 114 bensì 116 e ho tenuto 114 per avere il multiplo di 6 per seguire lo schema A2. grazie mille.

07.07.2019 - 11:38

DROPS Design answered:

Buongiorno Claudia Carolina. Abbiamo corretto il testo: gli aumenti sono 4-2-0 maglie. È quindi corretto avere 114 maglie. Buon lavoro!

07.07.2019 - 13:04

country flag Claudia Carolina wrote:

Spett.le Drops, grazie mille per tutti i modelli e per il modo in cui ci seguite mentre knittiamo e crochettiamo. Vorrei sapere quanti centimetri devo misurare dal inizio (avvio delle maglie) fino al giro in cui si dividono il davanti e il dietro. Grazie mille. Claudia

07.07.2019 - 11:29

DROPS Design answered:

Buongiorno Claudia Carolina. Deve arrivare a 10-11-12 cm e lavorare altri 6 ferri, quindi aggiungere poco meno di 3 cm. Buon lavoro!

07.07.2019 - 13:10

country flag Sue Mellgren wrote:

Neck warmer. After back piece is 5\" and I end on a P row, do my first row of 4 K, *K1P2* until last 5, then K5. what do I do when I flip to the wrong side? Exact same stitches? I tried that and it doesn\'t seem to make any sort of a pattern after the 1\".

11.08.2018 - 20:04

DROPS Design answered:

Dear Sue, when the piece measures 5", you have to work a purl row in which you increase 12 sts inside the 4 edge sts at each side. Then, you have to change needle and work: 4 edge stitches in garter stitch, * knit 1, purl 2 *, repeat from *-* until there are 5 stitches left on the row, knit 1 and finish with 4 edge stitches in garter stitch. Then, continue like this for 1". Happy knitting!

12.08.2018 - 17:22

country flag Carole wrote:

Bonjour J'ai un problème avec les augmentations pour les mitaines. Je fais les jetés tel que décrit mais les trous sont encore trop apparent. Est-ce que je peux faire d'autres sortes d'augmentations pour être certaine de ne plus avoir ces trous? Merci beaucoup de votre aide.

17.10.2017 - 03:15

DROPS Design answered:

Bonjour Carole, vous pouvez tout à fait utiliser la technique que vous souhaitez pour augmenter. Bon tricot!

17.10.2017 - 09:32

country flag Ann-Mari Lageholm wrote:

Hittar inte själva stickbeskrivningen, endast garnåtgång och diagram???

26.09.2017 - 20:16

DROPS Design answered:

Hei Ann-Mari. Her var det lagt dobbelt, men det er nå ordnet og oppskriften ligger nå under bildet. Takk for at du gjorde oss oppmerksom på dette. God Fornøyelse med å strikke dette flotte settet.

27.09.2017 - 09:12