DROPS Paris
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 0.80 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 11.20€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 175-12
DROPS design: Patroon w-647
Garengroep C of A en A
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS PARIS van Garnstudio (hoort bij garengroep C)
700-800-850-950-1050-1150 gr. kleur 25, mosgroen

DROPS BREINAALDEN ZONDER KNOP EN RONDBREINAALD (40 en 60 of 80 cm) 5 mm – of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 17 steken en 22 naalden in tricotsteek = 10 cm breed en 10 cm hoog.
DROPS PARELMOERKNOOP GEBOGEN (wit), NR. 522: 1 knoop voor alle maten
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Paris
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 0.80 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 11.20€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELSTEEK (in de rondte gebreid):
1 ribbel = 2 naalden. Brei 1 naald recht en 1 naald averecht.

RIBBELSTEEK (heen en weer):
1 ribbel = 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatroon A.1. Het telpatroon laat het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder aan elke kant van de markeerdraad. Alle minderingen worden gemaakt aan de goede kant.
Minder als volgt: begin 3 steken voor de markeerder en 2 recht samen, 2 recht (markeerder staat tussen deze steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal afgehaalde steek over gebreide steek.

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Begin 1 steek voor de markeerdraad, maak 1 omslag, 2 recht (markeerdraad is in midden tussen deze steken), maak 1 omslag. Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen.
----------------------------------------------------------

VEST:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinaald van middenvoor naar middenvoor.
Zet 205-217-233-249-269-289 steken op met rondbreinaald 5 mm en Paris. Brei 2 ribbels in RIBBELSTEEK - zie uitleg boven. Brei dan als volgt aan de goede kant: 2 voorbiessteken in ribbelsteek, A.1 A (= 3 steken), A.1 B over de volgende 20 steken (= 2 patroonherhalingen), eindig met A.1 C (= 8 steken), brei in tricotsteek over de volgende 139-151-167-183-203-223 steken, A.1 A, A.1 B over de volgende 20 steken, A.1 C en eindig met 2 voorbies steken in ribbelsteek. Plaats 2 markeerders in het werk; 61-64-68-72-77-82 steken vanaf elke kant middenvoor om de zijkanten aan te geven (achterpand = 83-89-97-105-115-125 steken). Ga verder in patroon in de hoogte, brei tot een hoogte van 8 cm en minder 1 steek aan elke kant van elke markeerdraad, minder elke 4½-4½-4½-5-5-5 cm 7 keer in totaal = 177-189-205-221-241-261 steken. Brei tot een hoogte van 38-39-40-41-42-43 cm, brei dan als volgt (alle minderingen aan de zijkant zijn nu klaar): brei als hiervoor over de eerste 54-57-61-65-70-75 steken (= voorpand), brei 4-7-11-15-15-20 steken in tricotsteek, A.1 A, A.1 B over de volgende 50-50-50-50-60-60 steken, A.1 C, 4-7-11-15-15-20 steken in tricotsteek en brei de laatste 54-57-61-65-70-75 steken als hiervoor (= voorpand).

Brei tot een hoogte van 48-49-50-51-52-53 cm, kant dan 4-6-6-6-6-6 steken af aan elke zijkant (= kant 2-3-3-3-3-3 steken af aan elke kant van elke markeerdraad) en brei elk deel apart verder.

ACHTERPAND:
= 65-69-77-85-95-105 steken.
Ga verder in patroon als hiervoor en kant af voor de armsgaten aan het begin van elke naald aan elke zijkant als volgt: 0-1-1-2-3-5 keer 2 steken en 0-0-3-4-6-6 keer 1 steek = 65-65-67-69-71-73 steken. Brei tot een hoogte van 64-66-68-70-72-74 cm, kant dan de middelste 25-25-27-29-31-33 steken af voor de hals. Minder in de volgende naald 1 steek langs de hals = 19 steken over op elke schouder voor alle maten. Kant af bij een hoogte van 66-68-70-72-74-76 cm en brei dan de andere schouder op dezelfde manier.

LINKERVOORPAND:
= 52-54-58-62-67-72 steken.
a verder in patroon als hiervoor en kant af voor het armsgat als op het achterpand = 52-52-53-54-55-56 steken. Brei tot een hoogte van 66-68-70-72-74-76 cm, kant de eerste 19 steken af aan de goede kant = 33-33-34-35-36-37 steken over op de naald. Zet de overgebleven steken op een hulpdraad.

RECHTERVOORPAND:
Brei als het linkervoorpand maar in spiegelbeeld.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen.

HALSRAND:
Brei de steken van het rechtervoorpand, neem 31-31-33-35-37-39 steken op langs de hals aan het achterpand (= 25-25-27-29-31-33 steken langs de afkantrand van de hals en 3 steken aan elke zijkant hiervan) en brei de steken van het linkervoorpand = 97-97-101-105-109-113 steken. Brei 1 naald recht aan de verkeerde kant en meerder TEGELIJKERTIJD 20 steken gelijkmatig = 117-117-121-125-129-133 steken. Brei 3 ribbels in totaal heen en weer. Kant alle st af.

MOUWEN:
Brei in de rondte op breinaalden zonder knop, ga verder met een korte rondbreinaald indien nodig.
Zet 35-37-39-41-43-45 steken op met breinaalden zonder knop 5 mm en Paris. Brei 3 ribbels in RIBBELSTEEK – zie uitleg boven – brei dan in tricotsteek tot het werk klaar is. Plaats 1 markeerdraad aan het begin van het werk = midden onder de mouw. Brei tot een hoogte van 8 cm, meerder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN. Meerder elke 4½-4-3½-2½-2½-2 cm 9-10-11-13-14-15 keer in totaal = 53-57-61-67-71-75 steken. Brei tot een hoogte van 49-49-48-48-46-45 cm, kant dan 6 steken af midden onder de mouw (= 3 steken aan elke kant van de markeerdraad), brei de mouw verder heen en weer op de naald. Kant af voor de mouwkop aan het begin van elke naald aan elke kant als volgt: 2-2-2-2-3-3 keer 2 steken, 1-2-3-4-4-6 keer 1 steek en dan 2 steken aan elke kant tot het werk 55-56-56-57-57-58 cm meet. Kant 3 steken af aan elke kant en kant de overgebleven steken af. Brei nog een mouw op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de mouwen in het vest. Naai de knoop aan op het linkervoorpand, ongeveer 35 cm vanaf de onderkant en in de overgang tussen patroon en tricotsteek. Gebruik een gaatje in het patroon op de rechtervoorbies als knoopsgat.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 02.02.2018
Aanpassing bij VEST:
Juist is: A.1 A, A.1 B over de volgende 20 steken, en niet A.1 A, A.2 B over de volgende 20 steken... (er is geen tekening van A.2 B in dit patroon).

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = 1 omslag tussen 2 steken
symbols = 2 recht samen
symbols = 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal afgehaalde steek over gebreide steek
symbols = haal 2 steken af alsof u ze recht zou breien, 1 recht, haal de 2 afgehaalde steken samen over de gebreide steek
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 175-12

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (29)

country flag Sarah wrote:

Hi, I'm knitting the jacket part of the garden pattern. I have 177 sts. The next part says work the first 54 sts as before. Then knit 4sts. Then work from chart A1 a, A1b over next 50 sts but it doesn't divide into 50 because a has 3 sts, b has 10. Then I knit A1 c which is 8 sts. Next knit 4st. Then knit 54 as before. I also have 2 sts either end. That adds up to 178 not 177? What I am doing wrong? Can you help me please?

28.10.2021 - 17:33

DROPS Design answered:

Dear Sarah, you work 54 sts, + knit 4 + 3 (= A.1A) + 50 (=A.1B; = 10sts x 5 times)+ 8 (= A.1C) + knit 4 + 54 sts. In total, there are 177 stitches.

01.11.2021 - 12:57

country flag Theresa Archer wrote:

Has anyone got this pattern written out do you don't have to follow the chart I would find it much easier.

30.03.2021 - 18:56

DROPS Design answered:

Dear theresa, we use charts insted of written out instructions not only because they are available in many languages, but also because we believe that with charts one can see not only the very next step, but one can see teh larger picture, as how stitches and rows relate to each other en large. We also have a lesson about how to read diagrams here, and one can always ask for help in the store where they bought their DROPS yarn from (over the phone or in person). We have many knitters who actually prefer diagrams to written instructions. Happy Knitting!

30.03.2021 - 19:47

country flag Liliana wrote:

Buongiorno come posso lavorare i vostri modelli con i ferri tradizionali e. In i ferri circolari? Ci sono tanti bei modelli e tante lane bellissime ma non riesco a farli perché non so lavorare con i ferri circolari Potete aiutarmi ? Grazie mille e attendo una vostra risposta Cordialmente Liliana

17.02.2021 - 11:20

DROPS Design answered:

Buongiorno Liliana, questo modello è un cardigan ed è lavorato in piano, per cui può lavorarlo con i ferri normali. In questo caso vengono utilizzati i ferri circolari a causa dell'elevato numero di maglie. Buon lavoro!

17.02.2021 - 15:03

country flag Karin Neumann wrote:

Bei der Halsblende 31 Maschen je Vorderteil, 25 Maschen hinterer Halsrand und je 3 Maschen beidseitig davon ergibt Summe: 93 Maschen, nicht wie angegeben 97 Maschen, muss das heißen: 33 Maschen (die effektiv überbleiben) je Vorderteil?

09.11.2019 - 14:17

DROPS Design answered:

Liebe Frau Neumann, es sind 33 M übrig am Ende rechten Vorderteil; es werden 31 M aufgefassen und es sind 33 M übrig am Ende linken Vorderteil: 33+31+33= 97 M. Viel Spaß beim stricken!

11.11.2019 - 10:39

country flag Anne wrote:

Wanneer ik dit vest zo'n 20cm langer wil maken, hoe veel extra garen heb ik dan nodig? Alvast bedankt.

28.02.2019 - 18:04

DROPS Design answered:

Dag Anne,

Dat zou ik zo niet uit mijn hoofd weten; ik denk ongeveer 3 bollen, maar dat hangt ook van je maat af. Je kunt het verkooppunt vragen binnen welke termijn je bollen in kunt leveren, mocht je wat over houden.

07.03.2019 - 21:55

country flag Donna Beranek wrote:

I love your patterns. There doesn’t seem to be a way to download them. Am I missing something?

04.10.2018 - 19:15

DROPS Design answered:

Dear Mrs Beranek, our pattern can only be printed, but choosing a virtual printer may allow you to save them as .PDF files. Happy knitting!

05.10.2018 - 07:26

country flag Herbjørg Larsen wrote:

Hva er en stolpemaske i rille?

16.03.2018 - 20:46

DROPS Design answered:

Hej Herbjørg, de 2 yderste masker i hver side mod midt foran skal strikkes i riller og den lille forkant kaldes stolpe. God fornøjelse!

20.03.2018 - 09:59

country flag Agneta Wickman wrote:

Hej! Stickar stl S. Efter 7 minskningar återstår 177 maskor. Sedan står det så här: "Sticka som förut över de första 54-57-61-65-70-75 maskorna (= framstycke), sticka 4-7-11-15-15-20 maskor slätstickning, A.1 A, A.1 B över de nästa 50-50-50-50-60-60 maskorna, A.1 C, 4-7-11-15-15-20 maskor slätstickning och sticka de sista 54-57-61-65-70-75 maskorna som förut (= framstycke)." Min fråga är hur kan 54 maskor+ 4 maskor+50 maskor+4 maskor+54 maskor bli 177 maskor?

05.02.2018 - 22:58

DROPS Design answered:

Hei Agneta. Ser ut som du har glemt å regne med A.1A (=3 masker) og A.1C (= 8 masker). Du strikker som før over de første 54 maskene, strikk 4 masker glattstrikk, A.1 A (=3 masker), A.1 B over de neste 50 maskene, A.1 C (=8 masker), 4 masker glattstrikk og strikk de siste 54 maskene som før (= forstykke) = 54+4+3+50+8+4+54= 177 masker. God Fornøyelse!

06.02.2018 - 08:34

country flag Agneta Wickman wrote:

Enligt mönstret......"A.2 B över de nästa 20 maskorna,...." Det finns inget diagram som heter A2. När rättar ni i mönstret?

01.02.2018 - 12:22

DROPS Design answered:

Hei Agneta. Her har det nok vært en tastefeil, det skal være A.1 B over de neste 20 masker. Takk for at du gjorde oss oppmerksom på dette, det vil bli lagt til en rettelse så fort som mulig. mvh Drops design

02.02.2018 - 07:25

country flag Sonja Andersson wrote:

Mönster Drops 175-12. Jag har börjat sticka på denna tröja storlek L och använder 4,5 mm stickor. Lagt upp 233 maskor och stickat några cm. Vid mätning blir det 1,90 m långt!!! Var ligger felet?

28.11.2017 - 14:02

DROPS Design answered:

Hei Sonja. Det er viktig å overholde strikkefastheten som er oppgitt i oppskriften. 17 masker = 10 cm. 233 masker = ca 138 cm. Strikk en prøvvelapp og sjekkut hvilken pinnestørrelse du trenger for å få 17 masker på 10 cm. God Fornøyelse!

29.11.2017 - 13:43