DROPS Paris
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 0.80 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 8.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 176-10
DROPS design: Patroon nr. w-637
Garengroep C - of A en A
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS PARIS van Garnstudio (hoort bij garengroep C)
500-550-600-650-700-750 gr. kleur 16, wit

DROPS RONDBREINAALD (80 cm) 5 mm – of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 17 steken en 22 naalden in tricotsteek = 10 cm breed en 10 cm hoog.
DROPS RONDBREINAALD (60 of 80 cm) 4 mm - voor de randen in ribbelsteek.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Paris
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 0.80 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 8.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELSTEEK (in de rondte gebreid):
1 ribbel = 2 naalden. 1 naald recht en 1 naald averecht.

RIBBELSTEEK (heen en weer):
1 ribbel = 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot en met A.6. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven. Kies het telpatroon voor uw maat.

TIP VOOR HET MINDEREN-1 (voor de zijkanten van de jurk):
Minder als volgt na de markeerdraad: 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal afgehaalde steek over gebreide steek (= 1 steek geminderd).
Minder als volgt voor de markeerdraad: Begin 2 steken voor de markeerdraad, 2 recht samen (= 1 steek geminderd).

TIP VOOR HET MINDEREN-2 (voor de armsgaten):
Minder naast 3 kantsteken in ribbelsteek. Alle minderingen worden gemaakt aan de goede kant.
Minder na 3 kantsteken als volgt: 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal afgehaalde steek over gebreide steek (= 1 steek geminderd).
Minder voor 3 kantsteken als volgt: begin 2 steken voor de 3 kantsteken en brei 2 recht samen (= 1 steek geminderd).

TIP VOOR HET MEERDEREN (voor de zijkanten van de jurk):
Meerder aan elke kant van de 1e en 4e markeerdraad als volgt: brei tot er 2 steken over zijn voor de markeerdraad, maak 1 omslag, 4 recht (markeerdraad staat in midden tussen deze 4 steken), maak 1 omslag (= 2 steken gemeerderd). Brei op de volgende naald de omslag gedraaid recht om gaatjes te voorkomen.
----------------------------------------------------------

JURK:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinaald, vanaf de onderkant tot de armsgaten, brei dan het voorpand en achterpand apart verder.
Zet losjes 230-230-276-276-322-322 steken op met rondbreinaald 5 mm en Paris. Brei 2 ribbels in RIBBELSTEEK - zie uitleg boven. Brei dan A.1 in de rondte (= 10-10-12-12-14-14 patroonherhalingen van 23 steken). Als A.1 klaar is, staan er 210-210-252-252-294-294 steken op de naald. Brei A.2 in de rondte (= 10-10-12-12-14-14 patroonherhalingen van 21 steken). LET OP: op de 7e naald in A.2 verschuift het patroon 1 steek naar voren. Als A.2 klaar is, staan er 180-180-216-216-252-252 steken op de naald.
Plaats 6 markeerdraden in het werk als volgt: plaats 1e markeerdraad aan het begin van de naald (= zijkant), 2e markeerdraad na de volgende 10 steken, 3e markeerdraad na de volgende 70-70-88-88-106-106 steken, 4e markeerdraad na de volgende 10 steken (= zijkant), 5e markeerdraad na de volgende 10 steken, 6e markeerdraad na de volgende 70-70-88-88-106-106 steken = 10 steken over op de naald na de laatste markeerdraad. Neem de markeerdraden gaandeweg mee in de hoogte.
LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT:
Brei A.3 in de rondte (= 10-10-12-12-14-14 patroonherhalingen van 18 steken). Als A.3 klaar is in de hoogte, brei dan de volgende naald als volgt: begin 2 steken voor 1e markeerdraad, brei A.4 over de volgende 3 steken (1e markeerdraad is nu in midden van A.4 en A.4 komt boven de gaatjes in A.3), brei in tricotsteek tot er 2 steken over zijn voor de 4e markeerdraad, brei A.4 over de volgende 3 steken en brei de rest van de naald in tricotsteek. Ga zo verder in patroon met tricotsteek en A.4 aan elke zijkant. Brei TEGELIJKERTIJD tot een hoogte van 14-14-16-14-14-16 cm en minder dan na 2e en 5e markeerdraad en voor 3e en 6e markeerdraad – LEES TIP VOOR HET MINDEREN-1 (= 4 steken geminderd). Minder zo elke 3-4-2½-4-3-4½ cm 13-10-15-11-15-10 keer in totaal = 128-140-156-172-192-212 steken op de naald. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Brei tot een hoogte van 51-52-54-56-58-60 cm (het minderen is nu klaar), ga verder met rondbreinaald 4 mm. Brei A.5 in de rondte. Als A.5 klaar is, ga dan verder met rondbreinaald 5 mm. Plaats 1 markeerder op de naald – MEET NU HET WERK VANAF HIER.
Brei de volgende naald als volgt: 10-13-17-17-22-27 steken in tricotsteek, A.6A (= 22-22-22-26-26-26 steken), A.6B (= 22-22-22-26-26-26 steken), 20-26-34-34-44-54 steken tricotsteek (markeerdraad aan de zijkant is in midden van deze steken), A.6A (= 22-22-22-26-26-26 steken), A.6B (= 22-22-22-26-26-26 steken) en 10-13-17-17-22-27 steken tricotsteek. Ga zo verder in patroon.
Brei tot een hoogte van 3 cm vanaf de markeerder, meerder 1 steek aan elke kant van 1e en 4e markeerdraad - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (= 4 steken gemeerderd). Herhaal dit meerderen bij een hoogte van 6 cm vanaf de markeerder = 136-148-164-180-200-220 steken. Brei tot een hoogte van 63-65-67-69-71-73 cm, brei 2 ribbels over de middelste 12-12-14-18-22-26 steken aan elke zijkant (6-6-7-9-11-13 steken aan elke kant van 1e en 4e markeerdraad – brei de andere steken als hiervoor).
Kant in de eerste naald na de ribbels de middelste 6-6-8-12-16-20 steken aan elke zijkant af voor de armsgaten (3-3-4-6-8-10 steken aan elke kant van 1e en 4e markeerdraad). Brei het voorpand en achterpand apart verder, heen en weer.

ACHTERPAND:
= 62-68-74-78-84-90 steken.
Ga verder in tricotsteek en A.6 als hiervoor en brei de buitenste 3 steken aan elke kant in ribbelsteek. Minder TEGELIJKERTIJD op de eerste naald aan de goede kant voor het armsgat aan elke kant - LEES TIP VOOR HET MINDEREN-2 (= 2 steken geminderd). Minder zo om de naald (dus elke naald aan de goede kant) 2-3-5-7-8-11 keer in totaal aan elke kant = 58-62-64-64-68-68 steken. Ga verder in patroon met 3 kantsteken in ribbelsteek aan elke kant tot het werk 77-80-83-86-89-92 cm meet. Kant nu de middelste 26-26-26-32-32-32 steken af voor de hals en eindig elke schouder apart. Ga verder als hiervoor en kant 1 steek af in de volgende naald langs de hals = 15-17-18-15-17-17 steken over op de schouder. Brei tot er 1 naald overblijft tot het werk 80-83-86-89-92-95 cm meet, 1 naald recht aan de verkeerde kant en kant af met rechte steken aan de goede kant. Brei de andere schouder op dezelfde manier.

VOORPAND:
= 62-68-74-78-84-90 steken.
Brei op dezelfde manier als het achterpand en minder voor de armsgaten aan elke kant als op het achterpand. Splits TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 66-69-71-74-76-79 cm - pas zo aan dat de volgende naald aan de goede kant is – het werk in het midden voor de halssplit en eindig elke voorpanddeel apart.

LINKERVOORPAND (als het kledingstuk gedragen wordt):
Ga verder heen en weer over helft van de steken met 3 kantsteken in ribbelsteek richting het armsgat, tricotsteek en A.6A middenvoor. Brei tot een hoogte van 72-75-78-81-84-87 cm (pas zo aan dat de volgende naald aan de verkeerde kant is), zet de eerste 9-9-9-12-12-12 steken vanaf middenvoor op 1 hulpdraad voor de hals (voorkom dat u de draad moet afknippen en brei de steken eerst, voordat u ze op de hulpdraad zet). Ga verder en kant af voor de hals aan het begin van elke naald vanaf middenvoor als volgt: 1 keer 2 steken en 3 keer 1 steek = 15-17-18-15-17-17 steken over voor de schouder. Brei tot er 1 naald overblijft tot het werk 80-83-86-89-92-95 cm meet, brei dan 1 naald recht aan de verkeerde kant en kant af met rechte steken aan de goede kant.

RECHTERVOORPAND:
Brei op dezelfde manier als het linkervoorpand maar met minderingen aan de tegengestelde kant (zet steken op de hulpdraad aan de goede kant, niet aan de verkeerde kant).

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen.

HALSRAND:
Begin middenvoor en neem aan de goede kant ongeveer 74 tot 94 steken op langs de hals (inclusief de steken op de hulpdraden aan het voorpand) met rondbreinaald 4 mm. Brei 1 naald recht aan de verkeerde kant, 1 naald recht aan de goede kant en 1 naald recht aan de verkeerde kant. Kant af met rechte steken aan de goede kant.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken
symbols = 2 recht samen
symbols = 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal afgehaalde steek over gebreide steek
symbols = 1 steek recht afhalen, 2 steken recht samen, haal afgehaalde steek over samengebreide steken
symbols = verschuif de naald 1 steek naar voren, dus brei de eerste steek op de naald recht, plaats dan de 1e markeerdraad voor de volgende steek, de naald begint nu hier
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 176-10

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (24)

country flag Satu wrote:

Kudon pyöröpuikoilla eli suljettuna neuleena. Olen kutonut kuvion A.2 mukaisesti siten, että rivit, joissa on kavennuksia/lisäyksiä on kudottu oikein ja välirivit nurin. Näin ollen kuvion viimeisin rivi on nurjaa. Kun jatkan kuvioon A.3, ensimmäisen (alimman) rivin pitäisi olla siis oikeaa ja kavennukset/langankierrot pitäisi tehdä nurjalla? Vai kuinka?

24.03.2024 - 20:29

DROPS Design answered:

Hei, piirrokset näyttävät mallineuletta oikealta puolelta katsottuna. Eli kaikki tyhjät ruudut neulotaan oikein (kun neulot suljettua neuletta). Tällöin piirroksen A.2 viimeinen rivi neulotaan oikein.

27.03.2024 - 18:51

country flag Elly wrote:

After completing A.5 it says "insert 1 marker on round." and measure from there. I don't understand. where do I place the marker?

03.03.2023 - 23:10

DROPS Design answered:

Hi Elly, you can place the marker anywhere in the round - on the edge or in the middle - so that you can easily measure the distance from the round when you work ahead. Happy knitting!

05.03.2023 - 09:53

country flag Elly wrote:

I have a question about the diagrams. the first instruction says to "choose diagram for your size." what does that mean? I'm making a size small. Also when the pattern says to work A.1 in the round = 10 repetions of 23 stitches, does that mean I repeat the entire 12 row A.1 pattern 10 times with decreases at row 10?

17.02.2023 - 00:02

DROPS Design answered:

Dear Elly, this applies only to diagram A.6 - all remaining diagrams are the same for all sizes, when working A.6A and A.6B chosse the one for size S (below all diagrams, just above measurement charts). Happy knitting!

17.02.2023 - 11:55

country flag Brigitte wrote:

Mes surjets ( glisser un maille, tricoter la suivante, rabattre la maille glissée sur la maille tricotée ) ne sont pas réguliers. Puis-je les remplacer par 2 mailles ensemble torses à l'endroit ?

18.07.2022 - 17:41

DROPS Design answered:

Bonjour Brigitte, vous pouvez, l'effet est le meme, la maille obtenue sera inclinee a gauche dans les 2 cas. Bon tricot!

24.07.2022 - 15:03

country flag Anna wrote:

Jag är på bakstycket, har minskat till 58 maskor, men vet inte hur jag nu ska fortsätta. Instruktionen säger fortsätt mönstret med 3 kantmaskor i rätstickning i varje sida. Hur ska jag fortsätta med kombinationen som innan var 10rm, A6A, A6B, 20rm, A6A, A6B, 10rm, då det är mer än 58m? Sedan undrar jag hur jag stickar varje axel för sig? Helt ny på detta, och beskrivninen säger bara sticka som förut och maska av 1m på nästa varv från halsen?

19.03.2020 - 12:50

DROPS Design answered:

Hej Du fortsätter att sticka A6A och A6B som tidigare så att mönstret stämmer och de minskade maskorna minskar du av de slätstickade i sidorna. När du gör varje axel färdig sen och ska maska av mot halsen ser du bara till att mönstret från diagrammen stämmer så att det passar mot det du stickat innan. Lycka till!

20.03.2020 - 10:23

country flag Rikke wrote:

Har fundet løsningen på mit spørgsmål. Var en læse fejl

24.07.2019 - 20:52

country flag Rikke wrote:

Når jeg er færdig med A2 strikker jeg så en omgang ret, hvor jeg sætter mærketrådene. Og starter A2 med en vrang pind? Er hel nybegynder i mønstre ark

22.07.2019 - 14:28

DROPS Design answered:

Hej Rikke, ja du strikker en omgang glatstrik hvor du sætter de 6 mærketråde. Sålænge du strikker rundt på rundpind, så strikker du kun fra retsiden, hver pind i diagrammet strikkes fra retsiden når du strikker rundt. God fornøjelse!

09.08.2019 - 10:20

country flag Liv Holmstrand wrote:

Jeg lurer på hvordan jeg begynner omgangen på mønster A3 nest siste omgang hvor jeg skal ta av en løs maske strikke 2 sammen og ta den løse masken over. På mønsteret er dette forskjøvet men det står ingen kommentar om dette.

04.04.2019 - 17:46

DROPS Design answered:

Hei Liv. På akkurat denne omgangen forflyttes starten på omgangen 2 masker tilbake, dvs omgangen starter når det gjenstår 2 masker på forrige omgang. Når omgangen er strikket ferdig, strikkes de 2 maskene rett. Deretter er starten på omgangen som tidligere i arbeidet. God fornøyele

08.04.2019 - 15:00

country flag Uta wrote:

Hallo, wie soll im Muster A3 in der 8. Runde das verschieben (zwei Maschen nach rechts) bzw. der Rundenanfang funktionieren? Ich komme an der Stelle nicht weiter. Die 7. Runde sind komplett rechte Maschen und plötzlich in dem Diagramm der Rundenanfang verschoben. Schon mal im Voraus vielen Dank für die Hilfe.

24.02.2019 - 22:48

DROPS Design answered:

Liebe Uta, bei der 8. Runde in A.3 stricken Sie die 2 letzten Maschen der vorrigen Runde zusammen mit der 1. Masche der Runde (= Umschlag, die vorletzte Maschen abheben, die letzte Masche + die erste Masche zusammen stricken, Umschlag), A.3 weiter stricken und immer so wiederholen, dh die letzten Maschen in A.3 werden mit der 1. Masche vom nächsten A.3 zusammengestrickt. Bei der nächsten Reihe stricken Sie alle Maschen (die Runde startet wie zuvor). Viel Spaß beim stricken!

25.02.2019 - 11:21

country flag Marta wrote:

Che cosa significa "Sul 7° giro in A.2 spostare il giro 1 maglia in là". Come faccio?

01.02.2019 - 18:42

DROPS Design answered:

Buongiorno Marta. Al settimo giro di A2, sposta l’inizio del giro 1 maglia in avanti. Quindi quando ha finito il sesto giro, lavora una maglia (quella che fino ad adesso è stata la prima maglia del giro) e poi 2 maglie insieme a diritto. Buon lavoro!

01.02.2019 - 20:56