DROPS Snow
DROPS Snow
100% wol
vanaf 2.00 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 46.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 172-38
DROPS design: Model nr. ee-571
Garengroep E of C en C
----------------------------------------------------------
Maat: S/M - L - XL – XXL/XXXL
Materiaal:
DROPS SNOW van Garnstudio
450-500-550-600 gr, kleur nr. 46, grijs
250-250-300-300 gr. kleur nr. 26, pink
200-200-200-250 gr. kleur nr. 53, lichtgrijs
100-150-150-150 gr. kleur nr. 10, wijnrood
150-200-200-200 gr. kleur nr. 01, naturel

DROPS HAAKNLD 8 mm – of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 9 stk x 6 toeren = 10 x 10 cm.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Snow
DROPS Snow
100% wol
vanaf 2.00 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 46.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot en met A.11. Haak op telpatroon A.1 tot en met A.7 in patroon als volgt:
Haak toeren 1, 2, 8, 9, 10, 13 en 14 in v, haak de overgebleven toeren in stk. Haak l in elke hoek in dezelfde kleur als de laatste st voor de l.
Haak telpatroon A.8 tot en met A.11 in stk.

KLEURENPATROON:

Als u van kleur wisselt, haak dan als volgt: haak laatste stk met eerste kleur maar wacht met de laatste doorhaling, ga verder met volgende kleur en haak laatste doorhaling, haak dan volgend stk. Als u met twee kleuren haakt, leg dan de draden voor de kleur die u niet gebruikt op de st van de vorige toer en haak in de steken en om deze draden heen, zodat ze ingesloten worden in het haakwerk (dus het patroon ziet er aan de goede kant en verkeerde kant hetzelfde uit, er zijn geen lange draden aan de verkeerde kant). Zorg dat de kleur waarmee u niet haakt het werk niet strak trekt.

Vervang eerste stk/v door l – LEES INFORMATIE VOOR HET HAKEN, als laatste stk/v op vorige toer en eerste stk op volgende toer een andere kleur hebben, haak dan laatste stk als volgt: haak laatste stk met eerste kleur maar wacht met de laatste doorhaling, ga verder met volgende kleur en haak laatste doorhaling, 1 hv in l aan het begin van de toer, haak dan l (= begin van toer).


INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Haak het werk heen en weer maar haak het werk samen aan het einde van elke toer als volgt:
Begin elke toer met v met 1 l (= eerste v) en eindig met 1 hv in eerste l aan het begin van de toer, keer het werk.
Begin elke toer met stk met 3 l (= eerste stk) en eindig met 1 hv in 3e l aan het begin van de toer, keer het werk.
----------------------------------------------------------

PONCHO:
VIERKANT 1 (veelkleurig):
Haak 6 l met haaknld 8 mm en wijnrood en vorm een ring met 1 hv in eerste l. Haak 12 v in de l-ring – LEES INFORMATIE VOOR HET HAKEN! Haak dan als volgt aan de goede kant: haak A.1 over de eerste 2 v – LEES PATROON, haak de 3 l met dezelfde kleur als laatste st in A.1, herhaal A.2 3 keer in totaal (haak de 3 l met dezelfde kleur als laatste st in A.2), eindig met A.3 over laatste v – LEES KLEURENPATROON! DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als A.1 tot en met A.3 een keer in de hoogte zijn gehaakt, zijn er 172 v op de toer.

Hecht af als A.1 tot en met A.3 een keer in de hoogte zijn gehaakt. Het werk meet ongeveer 48 x 48 cm. Haak nog 1 vierkant op dezelfde manier.

VIERKANT 2 (effen):
Haak 6 l met haaknld 8 mm en grijs en vorm een ring met 1 hv in eerste l. Haak 12 v in l-ring. Haak als volgt aan de goede kant: haak A.4 over de eerste v, A.5 over de volgende 3 v, A.6 over de volgende 3 v, A.5 over de volgende 3 v, eindig met A.7 over de laatste 2 v. Als A.4 tot en met A.7 een keer in de hoogte zijn gehaakt, zijn er 144 stokjes op de toer. Hecht af. Het werk meet ongeveer 48 cm op de wijdste deel en 32 cm op het smalste deel. Haak nog 1 vierkant op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de lange kant van de effen vierkanten samen met de veelkleurige vierkanten. Naai de vierkanten aan elkaar in de buitenste lusjes van de kant st met grijs.

RAND AAN DE BOVENKANT:
Begin midden bovenop de schouder (dus in midden van 2e vierkant). Haak heen en weer, maar haak elke toer wel aan elkaar aan het eind van de toer.
TOER 1: haak met grijs (begin aan de verkeerde kant): Haak * 1 v in eerste/volgende st, 1 l, sla 1 st over*, herhaal van *-* langs de hele hals, haak middenvoor en middenachter 1 v om elke van de 3 l-lussen en 1 l tussen elke v.
TOER 2 (aan de goede kant): haak 60-64-68-72 v gelijkmatig om l.
Haak dan A.8 15-16-17-18 keer in totaal.

Minder op de 3e toer in A.8 (toer met pink) 4 stk gelijkmatig = 56-60-64-68 st. Hecht af als A.8 een keer in de hoogte is gehaakt.

RAND AAN DE ONDERKANT:
Begin in het midden van 2e vierkant (dus effen vierkant). Haak heen en weer maar haak elke toer samen. Begin aan de goede kant.

Haak A.9 (= 4 st) tot er 2 v over zijn voor l-lus middenvoor/middenachter, pas zo aan dat u eindigt met 1 hele herhaling van A.9, haak A.10 over de volgende 2 st, haak de volgende 2 st in A.10 langs de punt, haak A.11 (= 2 st) langs punt, herhaal A.9 tot er 2 st over zijn voor de punt aan de andere kant van het werk, pas zo aan dat u eindigt met 1 hele herhaling van A.9, haak A.10 over de volgende 2 st, haak de volgende 2 st in A.10 langs de punt, haak A.11 langs de punt, herhaal A.9 de rest van de toer, pas zo aan dat u eindigt na 1 hele herhaling van A.9.

Haak en meerder volgens A.9 tot en met A.11. Hecht af als de rand ongeveer 10-12-14-16 cm meet (het werk meet ongeveer 66-68-70-72 cm in totaal).

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 18.01.2017
Nieuw telpatroon A.2 toegevoegd (3 l miste in de eerste rij)
Gewijzigd online: 03.02.2017
Correctie: Telpatroon A.1, A.2 en A.3 aangepast. Fout symbool in toer 3
Gewijzigd online: 24.05.2017
Correctie: VIERKANT 2 (effen):... Wanneer A.4 tot A.7 1 keer in de hoogte zijn gehaakt, zijn er 144 stokjes op de toer...

Telpatroon

symbols = st om l-lus met wijnrood
symbols = st in st met wijnrood
symbols = st om l-lus met grijs
symbols = st in st met grijs
symbols = st om l-lus met pink
symbols = st in st met pink
symbols = st om l-lus met lichtgrijs
symbols = st in st met lichtgrijs
symbols = st in st met naturel
symbols = 3 l
diagram
diagram
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 172-38

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (18)

country flag Kerstin wrote:

Liebes Design Team es scheint einen Unterschied im Muster im vergleich zu eurem Beispielbild zu geben. Wenn man die Mustervorlagen A1-A3 genau nach Muster häkelt entsteht in den Ecken in den Reihen 11+12 reine Bordeaux Ecken. In eurem Bild sind es aber eher gemischte Bordeaux - Weiß Ecken?

11.09.2022 - 11:25

DROPS Design answered:

Liebe Kerstin, folgen Sie die Diagrammen, so haben Sie Ecken mit reinen Bordeaux; Viel Spaß beim häkeln!

12.09.2022 - 10:57

country flag Isabelle wrote:

Merci pour votre réponse mais je ne comprends toujours pas; chaque carré 2 n'a qu'1 seul côté de 48cm donc il ne peut s'assembler qu'à 1 seul carré 1. Comment l'assembler au 2ème carré 1?

17.01.2022 - 17:14

DROPS Design answered:

Bonjour Isabelle, vous devez voir 43 mailles le long des 2 côtés du carré-2 crocheté en suivant A.5, et 43 mailles le long des côtés du carré-1 crochetés en suivant A.2 /A.1+A.3, donc vous devez avoir la même largeur. Bon crochet!

18.01.2022 - 08:37

country flag Isabelle wrote:

Bonjour, je ne comprends pas comment assembler les carrés 2 aux carrés 1 car les carrés 2 sont en fait des trapèzes dont 1 seul côté a la même mesure que les cotés du carré 1 .

17.01.2022 - 16:26

DROPS Design answered:

Bonjour Isabelle, les deux carrés-1 doivent faire 48 x 48 cm et les deux carrés-2 doivent faire 48 x 32 cm; vous pouvez ainsi assembler entre eux les côtés qui mesurent 48 cm pour former le poncho comme sur la photo/le schéma. Bon crochet!

17.01.2022 - 16:32

country flag Karen wrote:

Die Anleitung beschreibt ein Zusammennähen der Häkelquadrate, aber das Anleitungsvideo zeigt ein Zusammenhäkeln. Bitte das richtige Video verlinken. Danke

20.10.2018 - 02:03

DROPS Design answered:

Liebe Karen, Danke für den Hinweis, das richtige Video ist jetzt online. Viel Spaß beim häkeln!

22.10.2018 - 10:29

Theresa wrote:

Is it possible to make this in a DK weight yarn. Not sure how the size would be as I don't work much with bulky yarn. Much appreciated.

11.03.2018 - 16:36

DROPS Design answered:

Dear Theresa, you would have to recalculate entirely the pattern since your gauge will be completely different. Please contact the store where you bought your yarn for any further individual assistance. Happy crocheting!

12.03.2018 - 09:57

country flag Corine Timmermans wrote:

Heeft u een uitgebreidere beschrijving van deze poncho want ik begrijo echt niet hoe ik het moet lezen. Andere patronen worden vaak regel na regel (toer na toer) uitgelegd en dat mij meer helpen. Met vriendelijke groet, Corine Timmermans

22.06.2017 - 19:19

Mervi Järvensivu wrote:

Hello! I’m confused. In pattern info stays: A.1 to A.7 work pattern as follows: Work row 1, 2, 8, 9, 10, 13 and 14 in sc, work the remaining rows in dc. And in SQUARE 2 (uni colored): When A.4 to A.7 have been worked 1 time vertically, there are 144 dc on row. So, is the last row 14 with sc or dc in SQUARE 2? Where is the mistake?

27.04.2017 - 08:44

DROPS Design answered:

Dear Mrs Järvensivu, thanks for your feedback, our Designteam will check. Thanks in advance for your patience.

27.04.2017 - 09:54

country flag Mervi Järvensivu wrote:

Minkä vuoksi 2.Ruutu (yksivärinen) on maininta että työssä on lopussa 144 PYLVÄSTÄ, vaikka mallivirkkausinfossa on: Piirrosten A.1-A.7 mallivirkkaus virkataan seuraavasti: 1., 2., 8., 9., 10., 13. ja 14. krs virkataan kiintein silmukoin, muut kerrokset virkataan pylväin. ELI viimeinen krs eli krs 14 on kiinteitä silmukoita.

19.04.2017 - 19:59

DROPS Design answered:

Olet aivan oikeassa, viimeisen kerroksen jälkeen työssä on jäljellä 144 kiinteää silmukkaa. Teemme ohjeeseen korjauksen.

17.05.2017 - 16:38

country flag Gretchen Collin wrote:

I am finding your patterns most difficult to understand. Women who have been crocheting for over 50 years tell me they will not touch your Patterns because they are so HARD to understand. While I love your product and patterns you need to find a better way to translate/brake down the instructions. I need to know how to do the edge at the top and the edge at the bottom, the instructions are too confusing! Thank you for any advice you can send my way!

11.11.2016 - 18:09

DROPS Design answered:

Dear Mrs Collin, for the edge at the top, you will first crochet a round with sc and ch as explain (= starting in the middle of a square 2, with medium grey) then work diagram A.8. Work the edge at the bottom starting in the middle of a square 2 and working A.9 with A.10/A.11 around tip on mid front and mid back (1 square in A.8 - A.11 = 1 tr). Happy crocheting!

14.11.2016 - 09:02

country flag Sandra wrote:

Ich habe ein Verstaendnisproblem mit dem Diagramm: sind die 3 LM immer auf der gleichen Seite (A1) ? Wenn ich die Arbeit umdrehe, habe ich dann also abwechselnd die 3LM mal am Anfang, mal am Ende? Und muss ich am anderen Ende die jeweilige fM mit einer LM ersetzen? Ist also die A1 erste Reihe 3lM - fM, fM in Bordeaux und die 2. Reihe LM - fM - fM - 3LM ? Danke!

06.11.2016 - 22:56

DROPS Design answered:

Liebe Sandra, bei der Hinreihe häkeln Sie: A.1, A.2 x 2 und A.3, dh die 3 lM sind zwischen A.1/A.2, A.2/A.2 und A.2/A.3. Bei der Rückreihe lesen Sie dann von li nach re, dh: A.3, A.2x2, A.1, die 3 lM sind jetzt zwischen A.3/A.2, A.2/A.2, A.2/A.1. Die erste fM ist mit 1 Lm ersetzt (siehe "HÂKELINFO").

07.11.2016 - 10:44