DROPS Melody
DROPS Melody
71% alpaca, 25% wol, 4% polyamide
vanaf 4.37 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 30.59€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 172-36
DROPS design: Model nr. ml-018
Garengroep D of A en A en A
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS MELODY van Garnstudio
350-400-450-500-550-600 gr. kleur nr. 10, heide

DROPS BREINLD ZONDER KNOP EN RONDBREINLD (40 en 80 cm) 8 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 12 st x 14 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS BREINLD ZONDER KNOP EN RONDBREINLD (40 en 80 cm) 7 mm voor de boordsteek - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 13 st x 15 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS KABELNLD - voor de kabels.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Melody
DROPS Melody
71% alpaca, 25% wol, 4% polyamide
vanaf 4.37 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 30.59€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid):
Brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.8. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (voor de mouw):
Begin 1 st voor de markeerder, maak 1 omsl, 2 r en maak 1 omsl. Brei op de volgende nld de omsl gedraaid r om gaatjes te voorkomen.

TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (voor de hals):
Meerder 1 st door 1 omsl te maken in de overgang tussen r en av. Brei op de volgende nld de omsl gedraaid om gaatjes te voorkomen.
----------------------------------------------------------

TRUI:
Brei voorpand en achterpand heen en weer op de rondbreinld. Brei mouwen in de rondte op breinld zonder knop.

ACHTERPAND:
Zet LOSJES 90-102-102-114-114-126 st op met rondbreinld 7 mm en Melody. Brei 1 nld av aan de verkeerde kant. Brei de volgende nld als volgt aan de goede kant: 3 kant st in RIBBELST – zie uitleg boven, * 3 r, 3 av *, herhaal van *-* 0-1-1-2-2-3 keer in totaal (dus brei in maat S niet 3 r/3 av), brei boordsteek volgens telpatroon A.1 (= 21 st), brei boordsteek volgens telpatroon A.2 (= 42 st), brei boordsteek volgens telpatroon A.1 (= 21 st), * 3 av, 3 r *, herhaal van *-* 0-1-1-2-2-3 keer in totaal (dus brei in maat S niet 3 av/3 r) en eindig met 3 kant st in ribbelst. Ga zo verder in boordsteek tot het werk 12 cm meet.
Brei de volgende nld als volgt aan de goede kant: 3 kant st in ribbelst, r over de eerste 0-6-6-12-12-18 st en minder TEGELIJKERTIJD 0-4-1-4-1-4 st gelijkmatig over deze st, brei en minder volgens telpatroon A.3 (een keer), brei en minder volgens telpatroon A.4 (een keer), brei en minder volgens telpatroon A.3 (een keer), brei de volgende 0-6-6-12-12-18 st r en minder TEGELIJKERTIJD 0-4-1-4-1-4 st gelijkmatig over deze st en eindig met 3 kant st in ribbelst = 70-74-80-86-92-98 st. Ga verder met rondbreinld 8 mm en brei de teruggaande nld aan de verkeerde kant met recht boven recht, av boven av en ribbelst boven ribbelst, maar brei de st in A.4 volgens het telpatroon. Brei de volgende nld als volgt aan de goede kant: 3 kant st in ribbelst, 0-2-5-8-11-14 st in tricotst, brei en meerder volgens telpatroon A.5 (= 15 st worden gemeerderd tot 21 st), A.6 (= 34 st worden gemeerderd tot 46 st), A.5 (= 15 st worden gemeerderd tot 21 st), 0-2-5-8-11-14 st in tricotst en 3 kant st in ribbelst = 94-98-104-110-116-122 st op de nld.

Brei de teruggaande nld aan de verkeerde kant met recht boven recht, av boven av en ribbelst boven ribbelst.
Brei de volgende nld als volgt aan de goede kant: 3 kant st in ribbelst, 0-2-5-8-11-14 st in tricotst, A.7 (= 21 st), A.8 (= 46 st), A.7 (= 21 st), 0-2-5-8-11-14 st in tricotst, 3 kant st in ribbelst. Ga zo verder in patroon. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Brei tot een hoogte van 49-50-51-52-53-54 cm en kant dan de eerste 0-2-3-6-8-11 st af aan het begin van de volgende 2 nld voor de armsgaten = 94-94-98-98-100-100 st (kant in maat S geen st af maar plaats een markeerder aan elke kant om de armsgaten aan te geven). Brei de volgende nld als volgt aan de goede kant: 3 kant st in ribbelst, 0-0-2-2-3-3 st in tricotst, ga verder in A.7, A.8 en A.7 als hiervoor, brei 0-0-2-2-3-3 st in tricotst en 3 kant st in ribbelst. Ga zo verder in patroon tot er 1 nld nog te breien is voor het werk 68-70-72-74-76-78 cm meet. Brei nu de st van de kabels in A.8 2 aan 2 r samen (= 12 st geminderd). Kant in de volgende nld de middelste 20-20-22-22-24-24 st af voor de hals en eindig elke schouder apart. Ga verder en kant 1 st af in de volgende nld langs de hals = 30-30-31-31-31-31 st over op de schouder. Brei tot er 1 nld nog te breien is voor het werk 70-72-74-76-78-80 cm meet. Brei de st in de overgebleven kabels 2 aan 2 r samen (= 6 st geminderd). Kant in de volgende nld de overgebleven 25-25-26-26-26-26 st af op de schouder (het is belangrijk dat de afkantrand op de schouder niet te strak wordt). Herhaal op de andere schouder.

VOORPAND:
Zet op en brei als het achterpand tot er nog 1 nld te breien is voor het werk 64-66-67-69-70-72 cm meet. Brei nu de st in de kabels in A.8 2 aan 2 r samen (= 12 st geminderd). Zet in de volgende nld de middelste 14-14-16-16-18-18 st op 1 hulpdraad voor de hals. Ga verder en kant af voor de hals aan het begin van elke nld langs de hals als volgt: 1 keer 2 st en 2 keer 1 st = 30-30-31-31-31-31 st over op de schouder. Brei tot er 1 nld nog een nld te breien is voor het werk 70-72-74-76-78-80 cm meet. Brei st in de overgebleven kabels 2 aan 2 r samen (= 6 st geminderd). Kant in de volgende nld de overgebleven 25-25-26-26-26-26 st af op de schouder (het is belangrijk dat de afkantrand op de schouder niet te strak wordt). Herhaal op de andere schouder.

MOUW:
Brei in de rondte op breinld zonder knop, ga verder met rondbreinld indien nodig.
Zet 30-30-36-36-36-36 st op met breinld zonder knop 7 mm en Melody. Brei 1 nld recht. Brei dan 10 cm boordsteek in de rondte = 3 r/3 av. Brei 1 nld recht en minder TEGELIJKERTIJD 2-2-6-6-4-4 st gelijkmatig = 28-28-30-30-32-32 st. Plaats 1 markeerder aan het begin van de nld = midden onder de mouw. Ga verder met breinld zonder knop 8 mm en brei in tricotst. Brei tot een hoogte van 11-11-11-13-13-11 cm, meerder dan 2 st midden onder de mouw - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN-1. Meerder zo elke 3½-3-3-2-2-2 cm 10-11-11-13-13-14 keer in totaal = 48-50-52-56-58-60 st. Brei tot een hoogte van 45-44-42-41-40-39 cm, plaats 1 markeerder aan het begin van de rondte. Brei dan het werk heen en weer op de rondbreinld tot de mouw 45-46-45-46-47-48 cm meet (dus ongeveer 0-2-3-5-7-9 cm vanaf de markeerder), kant af (zorg dat de afkantrand niet te strak wordt). Brei nog een mouw.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen naast de afkantrand. Naai de zijnaden samen met de zijkanten tegen elkaar - naai in de buitenste lusjes van de kant st voor een platte naad (zorg dat de naad niet te strak wordt) MAAR stop als er ongeveer 20 cm over is aan elke kant (= split). Plaats de mouw onder de rand in ribbelst langs het armsgat (markeerder op de mouw moet op de markeerder het op lijf komen). Naai netjes langs het armsgat (de rand in ribbelst langs het armsgat moet op de mouw liggen) en naai dan in de onderkant van het armsgat, vanaf de markeerder richting het lijf.

COL:
Neem aan de goede kant ongeveer 50 tot 64 st op langs de hals (incl. st op hulpdraad aan het voorpand) met een korte rondbreinld 7 mm. Brei 1 nld recht en meerder gelijkmatig tot 66-66-72-72-78-78 st. Brei boordsteek in de rondte (= 3 r/3 av). Meerder als de col 10 cm meet alle 3 r tot 4 r - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN-2 = 77-77-84-84-91-91 st. Meerder als de col 20 cm meet alle 4 r tot r 5 = 88-88-96-96-104-104 st. Meerder als de col 22 cm meet alle 3 av tot 4 av = 99-99-108-108-117-117 st. Ga verder in boordsteek 5 r/4 av tot de col 27-27-28-28-29-29 cm meet. Kant losjes af st met recht boven recht en averecht boven averecht - LET OP: Maak 1 omsl na ongeveer elke 9e st en kant deze af (kant de omsl af zoals gewone st) zodat de afkantrand meer elastisch wordt.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 25.08.2017
ACHTERPAND:...Ga verder met rondbreinaald 8 mm en brei terug op de verkeerde kant met RECHT over RECHT, AVERECHT over AVERECHT en ribbelsteek over ribbelsteek, maar de steken in A.4 worden gebreid zoals te zien is in het telpatroon...

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = brei 2 st in de zelfde st (= 1 st gemeerderd)
symbols = zet 4 st op een kabelnld en houd deze voor het werk, 4 r, 4 r van de kabelnld
symbols = zet 1 st op een kabelnld en houd deze achter het werk, 4 r, 1 av van de kabelnld
symbols = zet 4 st op een kabelnld en houd deze voor het werk, 1 av, 4 r van de kabelnld
symbols = zet 3 st op een kabelnld en houd deze achter het werk, 3 r, 3 r van de kabelnld
symbols = zet 3 st op een kabelnld en houd deze voor het werk, 3 r, 3 r van de kabelnld
symbols = 2 r samen
symbols = 2 av samen
symbols = 3 av samen
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 172-36

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (25)

country flag Carolyn wrote:

I am working on back to the point of ...”Now work sts in cables in A.8 tog 2 by 2 (= 12sts dec)” I’m confused - can you clarify ? Of the 6 cables in A8 I should knit 2tog twice in each cable? Thanks!

24.01.2019 - 14:30

DROPS Design answered:

Dear Carolyn, you have to decrease 12 stitches over the cables in A.8: there are 8 sts in each cable in A.8, K these 8 sts tog (= K2 tog x 4 ) = 4 sts remain and 4 sts have been decreased, repeat this over all 3 cables in A.8 = 12 sts have been decreased. Happy knitting!

24.01.2019 - 16:57

country flag Ellen Anne Sormerud wrote:

Hvor kommer rettelsen inn? Rett etter 12 cm vr. bord?

24.08.2018 - 09:55

DROPS Design answered:

Hej Ellen, opskriften på nettet er rettet, så hvis du har skrevet den ud efter 25/8-2017 så er opskriften rigtig. God fornøjelse!

30.08.2018 - 13:59

country flag Marie wrote:

Bonjour, je me demandais si avant le 70 cm de longueur (taille medium) si on pouvais diminuer dans les torsade de A.8 2 par 2 à n'importe quel rang ou si cela est à un rang spécifique parce que diminuer dans un rang ou on est rendu a faire un torsade cela ne doit pas être évident. merci a l'avance.

27.09.2017 - 19:51

DROPS Design answered:

Bonjour Marie, oui, peu importe le rang, ce qui compte c'est de diminuer le nombre de mailles de la torsade pour conserver la bonne largeur quand on va rabattre les mailles (si on ne diminuait pas, les épaules seraient trop larges). Bon tricot!

28.09.2017 - 09:39

country flag Marie wrote:

Bonjour, une petite question, est-ce quand A.8 est fini en hauteur, on recommence en bas. merci

05.09.2017 - 19:52

DROPS Design answered:

Bonjour Marie, oui tout à fait, on reprend au 1er rang. Bon tricot!

06.09.2017 - 09:05

country flag Marie wrote:

Bonjour, j'ai tricoter 3 m POINT MOUSSE , 3 m end, 3 m env, A.1 (= 21 m), puis celles du diagramme A.2 (= 42 m), puis celles de A.1 (= 21 m), 3 m env, 3 m end , et terminer par 3 m point mousse pour la taille médium , est- ce correct que le rang du retour soit 3 mailles end ./ 3 mailles env. et finir par 3 mailles env. / 3 mailles end. car après mes 12 cm je me retrouve avec 9 maille point mousse de chaque coté de A1

03.09.2017 - 23:55

DROPS Design answered:

Bonjour Marie, les 3 m end/3 m env après les 3 premières mailles point mousse et avant les 3 dernières mailles point mousse se tricotent en côtes, vous avez ainsi bien 3 m point mousse de chaque côté. Bon tricot!

04.09.2017 - 11:00

country flag France wrote:

Bonjour, je ne comprend pas c'est écrit: tricoter et diminuer en suivant le diagramme A3 (une fois) tricoter et diminuer en suivant le diagramme A4 (une fois) .. ou faut-il diminuer?? il y a quand même 28 diminutions.

25.08.2017 - 17:18

DROPS Design answered:

Bonjour, les diminutions sont inclues dans les schemats A.3 et A.4. Donc tricoter (et diminuer) en suivant le diagramme A.3 (1 fois), tricoter (et diminuer) en suivant le diagramme A.4 (1 fois), tricoter (et diminuer) en suivant le diagramme A.3 (1 fois)... Bon tricot!

25.08.2017 - 22:37

country flag MARIE wrote:

Bonjour,, je ne sais pas trop ou diminuer apres les 12cm. diminuer au dessus de ces mailles, au dessus de quelles mailles , merci

25.08.2017 - 14:43

DROPS Design answered:

Bonjour Marie. Par example, dans la taille M, en même temp que vous tricotez 6 m end,  vous diminuez 4 m dans ces 6 m (le 6 m end deviennent donc 2 m end). Bon tricot!

25.08.2017 - 15:13

country flag Ingeborg wrote:

Hvilken størrelse har modellen på seg? Bruker alle garnstudio modeller den ene størrelsen? mvh Ingeborg

25.04.2017 - 00:40

DROPS Design answered:

Hei Ingeborg. Vanligvis blir plaggene strikket opp i størrelse S (eller M). For å finne hvilken størrelse som du ønsker, må man se på målskissen helt nederst på siden. Om det er flere modeller som bruker det samme plagget, er det som regel den ene størrelsen som er blitt strikket opp.

25.04.2017 - 08:14

country flag Castagna wrote:

Oup's !!! j'ai trouvé !!! Désolée

13.04.2017 - 09:12

country flag Castagna wrote:

Bonjour, J'ai bien regardé.... je ne trouve pas la composition de la laine? Par avance, merci pour votre réponse

13.04.2017 - 08:48

DROPS Design answered:

Bonjour Castagna! Composition de la laine Melody DROPS: 71% alpaga, 25% laine, 4% polyamide. Bon tricot!

13.04.2017 - 09:29