DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 45.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Daniella

Gehaakt DROPS vest met zakken en rok met kant en waaierpatroon, wordt van boven naar beneden gehaakt van ”Alpaca”. Maat: S - XXXL.

DROPS 170-31
DROPS design: Model nr. z-729
Garengroep A
----------------------------------------------------------
VEST:
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS ALPACA van Garnstudio
350-400-450-450-500-550 gr. kleur nr. 2110, maisgeel

DROPS HAAKNLD 3,5 mm – of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 22 stk x 12 toeren = 10 x 10 cm.
DROPS PARELMOER KNOOP: gebogen (wit), NR. 521: 6-6-7-7-8-8 stuks

ROK:
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS ALPACA van Garnstudio
300-300-350-400-400-450 gr. kleur nr. 2110, maisgeel

DROPS HAAKNLD 3,5 mm – of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 22 stk x 12 toeren = 10 x 10 cm.
DROPS PARELMOER KNOOP: gebogen (wit), NR. 521: 4 stuks voor alle maten
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alpaca
DROPS Alpaca
100% alpaca
vanaf 3.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 45.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot en met A.15.

INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Vervang elke stk-toer het eerste stk door 3 l.
Vervang elke v-toer de eerste v door 1 l.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Haak tot er 5 stk over zijn voor de markeerders aan de zijkant, haak de volgende 2 stk samen, haak 1 stk in elke van de volgende 2 stk, haak de volgende 2 stk samen, haak 1 stk in elke van de volgende 2 stk, haak de volgende 2 stk samen (= 3 stk geminderd bij elke markeerder = 6 stk geminderd in totaal).

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Haak tot er 4 stk over zijn voor de markeerders aan de zijkant, haak 2 stk in volgend stk, haak 1 stk in elke van de volgende 2 stk, haak 2 stk in volgend stk, haak 1 stk in elke van de volgende 2 stk, haak 2 stk in volgend stk (= 3 stk gemeerderd bij elke markeerder = 6 stk gemeerderd in totaal).
----------------------------------------------------------

VEST:
Wordt van boven naar beneden gehaakt, heen en weer.

ACHTERPAND:
RECHTERSCHOUDER:
Haak 27-31-35-35-39-42 l met haaknld 3,5 mm en Alpaca. Haak volgende toer als volgt: haak 1 stk in 4e l vanaf haak (= 2 stk) - LEES INFORMATIE VOOR HET HAKEN, 1 stk in elke van de volgende 3-2-1-1-0-3 l, * sla 1 l over, 1 stk in elke van de volgende 4 l *, herhaal van *-* = 21-24-27-27-30-33 stk. Haak dan volgende toer aan de goede kant als volgt: haak A.4a over de eerste 4 stk, herhaal A.5a over de volgende 15-18-21-21-24-27 stk (= 5-6-7-7-8-9 keer in totaal in de breedte), A.6a over de laatste 2 stk. Als A.4a en A.6a een keer in de hoogte zijn gehaakt (= laatste toer is aan de verkeerde kant), laat het werk dan rusten en haak de linkerschouder. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!

LINKERSCHOUDER:
Haak 27-31-35-35-39-42 l met haaknld 3,5 mm en Alpaca. Haak volgende toer als volgt: haak 1 stk in 4e l vanaf haak (= 2 stk), 1 stk in elke van de volgende 3-2-1-1-0-3 l, * sla 1 l over, 1 stk in elke van de volgende 4 l *, herhaal van *-* = 21-24-27-27-30-33 stk. Haak dan de volgende toer aan de goede kant als volgt: haak A.1a over de eerste 2 stk, herhaal A.2a over de volgende 15-18-21-21-24-27 stk (= 5-6-7-7-8-9 keer in totaal in de breedte), A.3a over de laatste 4 stk. Als A.1a tot en met A.3a een keer in de hoogte zijn gehaakt, haak dan de linkerschouder samen met de rechterschouder aan de goede kant als volgt:

ACHTERPAND:
MAAT S-M:
Haak A.1b over de eerste 2 stk op linkerschouder, herhaal A.2b over de volgende 18-21 stk, 1 stk in laatste stk op linkerschouder, haak 39-39 l voor de hals, haak 1 stk in elke van de eerste 2 stk op rechterschouder, herhaal A.2b over de volgende 18-21 stk en 1 stk in laatste stk over rechterschouder als hiervoor = 42-48 stk en 39-39 l op toer. Haak in de volgende toer in patroon als hiervoor maar haak 1 stk in elke l = 81-87 stk.

MAAT L-XL-XXL-XXXL:
Haak A.1a over de eerste 2 stk op linkerschouder, herhaal A.2a over de volgende 24-24-27-30 stk, 1 stk in laatste stk op linkerschouder, haak 39-45-45-45 l voor de hals, haak 1 stk in eerste stk op rechterschouder, herhaal A.5a over de volgende 24-24-27-30 stk en A.6a over de laatste 2 stk op rechterschouder als hiervoor = 54-54-60-66 stk en 39-45-45-45 l op toer. Haak in de volgende toer in patroon als hiervoor maar haak 1 stk in elke l = 93-99-105-111 stk. Als A.1a en A.6a een keer in de hoogte zijn gehaakt, haak dan als volgt aan de goede kant: haak 1 stk in elke van de eerste 2 stk, herhaal A.2b tot er 1 stk overblijft, eindig met 1 stk in laatste stk. Herhaal A.2b 1-1-2-2 keer in totaal.

ALLE MATEN:
= 81-87-93-99-105-111 stk.
Haak als volgt aan de goede kant: A.7b over de eerste 2 stk, herhaal A.8b over de volgende 72-78-84-90-96-102 stk (= 12-13-14-15-16-17 keer in totaal in de breedte), eindig met A.9b over de laatste 7 stk. Als A.7b tot en met A.9b een keer in de hoogte zijn gehaakt, herhaal dan A.7 boven A.7b, A.8 boven A.8b en A.9 boven A.9b in de hoogte.

MAAT L-XL-XXL-XXXL:
Meerder bij een hoogte van 17-18-16-16 cm 1 stk aan elke kant van het werk door 2 stk in het eerste en laatste stk te haken (= 2 stk gemeerderd). Herhaal dit meerderen elke toer nog 1-1-5-6 keer (= 4-4-12-14 stk gemeerderd in totaal). Haak de gemeerderde stk in het patroon. Haak de st die niet in het patroon passen als A.7. Na het meerderen meet het werk ongeveer 19-20-21-22 cm.

ALLE MATEN:
Hecht af bij een hoogte van 17-18-19-20-21-22 cm – pas zo aan dat de volgende toer aan de goede kant en is een toer met stk is (in telpatroon A.8). Laat het werk rusten en haak de voorpanden.

RECHTERVOORPAND:
Haak 27-31-35-35-39-42 l met haaknld 3,5 mm en Alpaca. Haak de volgende toer als volgt: haak 1 stk in 4e l vanaf haak (= 2 stk), 1 stk in elke van de volgende 3-2-1-1-0-3 l, * sla 1 l over, 1 stk in elke van de volgende 4 l *, herhaal van *-* = 21-24-27-27-30-33 stk. Haak dan volgende toer aan de goede kant als volgt: haak A.1a over de eerste 2 stk, herhaal A.2a over de volgende 15-18-21-21-24-27 stk (= 5-6-7-7-8-9 keer in totaal in de breedte), A.3a over de laatste 4 stk. Herhaal A.1a tot A.3a in de hoogte 1-1-2-2-2-2 keer in totaal. Haak dan A.1b boven A.1a, A.2b boven A.2a en A.3b boven A.3a. Herhaal A.1b tot en met A.3b in de hoogte 1-1-1-1-2-2 keer in totaal. Haak A.1c boven A.1b, A.2c boven A.2b en A.3c boven A.3b. Knip de draad af en hecht af als er nog 1 toer overblijft in het telpatroon. Haak 14-17-14-20-17-20 losse l met haaknld 3,5 mm en Alpaca, haak de laatste toer van telpatroon A.3c tot en met A.1c aan de verkeerde kant = 29-32-35-35-38-41 stk en 14-17-14-20-17-20 l.

Haak op de volgende toer als volgt aan de goede kant: haak A.7 over de eerste 2 stk, herhaal A.8 over de volgende 30-36-36-42-42-48 stk/l (= 5-6-6-7-7-8 keer in totaal in de breedte), A.9 over de volgende 7 l, eindig met 1 stk in elke van de laatste 4 l (= voorbies). LET OP: haak voorbies als A.7, dus haak op een toer met v de voorbies in v en haak op een toer met stk de voorbies in stk.

MAAT L-XL-XXL-XXXL:
Meerder bij een hoogte van 17-18-16-16 cm 1 stk aan de zijkant van het werk door 2 stk te haken in het eerste stk aan de goede kant en het laatste stk aan de verkeerde kant (= 1 stk gemeerderd per toer). Herhaal dit meerderen elke toer nog 1-1-5-6 keer (= 2-2-6-7 stk gemeerderd in totaal). Haak de gemeerderde stk mee in het patroon. Haak de st die niet in het patroon passen als A.7. Na het meerderen meet het werk ongeveer 19-20-21-22 cm.

ALLE MATEN:
Ga zo verder in patroon. Hecht af bij een hoogte van 17-18-19-20-21-22 cm – pas het patroon aan het achterpand aan. Laat het werk rusten en haak het linkervoorpand.

LINKERVOORPAND:
Haak 27-31-35-35-39-42 l met haaknld 3,5 mm en Alpaca. Haak de volgende toer als volgt: haak 1 stk in 4e l vanaf haak (= 2 stk), 1 stk in elke van de volgende 3-2-1-1-0-3 l, * sla 1 l over, 1 stk in elke van de volgende 4 l *, herhaal van *-* de hele toer = 21-24-27-27-30-33 stk. Haak dan volgende toer aan de goede kant als volgt: haak A.4a over de eerste 4 stk, herhaal A.5a over de volgende 15-18-21-21-24-27 stk (= 5-6-7-7-8-9 keer in totaal in de breedte), A.6a over de laatste 2 stk. Herhaal A.4a tot en met A.6a in de hoogte 1-1-2-2-2-2 keer in totaal. Haak dan A.4b boven A.4a, A.5b boven A.5a en A.6b boven A.6a. Herhaal A.4b tot A.6b in de hoogte 1-1-1-1-2-2 keer in totaal. Haak A.4c boven A.4b, A.5c boven A.5b en A.6c boven A.6b.

Haak op de laatste toer in telpatroon A.4c tot en met A.6c 17-20-17-23-20-23 l (incl. 3 l om mee te keren) aan het einde van de toer aan de verkeerde kant = 29-32-35-35-38-41 stk en 17-20-17-23-20-23 l.

Haak op de volgende toer als volgt aan de goede kant: haak 1 stk in 4e l vanaf haak, 1 stk in elke van de volgende 3 l (= voorbies), A.7 over de volgende 2 l, herhaal A.8 over de volgende 30-36-36-42-42-48 l/stk (= 5-6-6-7-7-8 keer in totaal in de breedte), eindig met A.9 over de laatste 7 stk. Ga zo verder in patroon. LET OP: haak de voorbies als A.7, dus haak op een toer met v de voorbies in v en haak op een toer met stk de voorbies in stk.

MAAT L-XL-XXL-XXXL:
Meerder bij een hoogte van 17-18-16-16 cm (pas aan het achterpand aan) 1 stk aan de zijkant van het werk door 2 stk te haken in het eerste stk aan de verkeerde kant en het laatste stk aan de goede kant (= 1 stk gemeerderd per toer). Herhaal dit meerderen elke toer nog 1-1-5-6 keer (= 2-2-6-7 stk gemeerderd in totaal). Haak de gemeerderde stk mee in het patroon. Haak de st die niet in het patroon passen als A.7. Na het meerderen meet het werk meet ongeveer 19-20-21-22 cm.

ALLE MATEN:
Hecht bij een hoogte van 17-18-19-20-21-22 cm af – pas het patroon aan het achterpand aan.

LIJF:
Haak nu de delen samen als volgt aan de goede kant: haak over het linkervoorpand, over het achterpand en dan over het rechtervoorpand. Haak 1 stk in elke van de eerste 4 stk (= linkervoorbies), haak A.7-A.9 over linkervoorpand als hiervoor, haak 9-9-11-11-15-16 losse l het voor armsgat (plaats een markeerdraad in de middelste van deze nieuwe st), haak A.7-A.9 over achterpand als hiervoor, haak 9-9-11-11-15-16 losse l voor armsgat (plaats een markeerdraad in de middelste van deze nieuwe st), haak A.7-A.9 over rechtervoorpand als hiervoor, haak 1 stk in elke van de laatste 4 stk (= rechterbies)= 167-185-199-217-239-261 stk en 9-9-11-11-15-16 l aan elke kant van het werk (= 185-203-221-239-269-293 st in totaal).

Plaats 1 markeerder in het werk, MEET NU HET WERK VANAF HIER. Laat de markeerder in het werk en neem de markeerdraden gaandeweg mee.
Haak de volgende toer als volgt aan de verkeerde kant: haak 1 stk/v in elke van de eerste 4 stk/v (= rechter voorbies), A.9 over de volgende 7 stk, herhaal A.8 over de volgende 168-186-204-222-252-276 stk/l (= 28-31-34-37-42-46 keer in totaal in de breedte), A.7 over de volgende 2 l, 1 stk/v in elke van de 4 stk/v (= linkervoorbies). LET OP: haak voorbiezen als A.7 tot het werk klaar is, dus haak op een toer met v de voorbiezen in v en haak op een toer met stk de voorbiezen in stk. Ga zo verder in patroon. Minder bij een hoogte van 4 cm – pas zo aan dat de volgende toer een toer met stk is – en minder 3 stk bij elke markeerdraad aan de zijkant – LEES TIP VOOR HET MINDEREN, herhaal dit minderen elke 6 cm nog 2 keer = 167-185-203-221-251-275 stk op de toer. LET OP: elke keer dat u mindert, herhaal dan A.8 1 keer in de breedte.

Meerder bij een hoogte van 18 cm vanaf de markeerder - pas zo aan dat de volgende toer een toer met stk is - 3 stk bij elke markeerdraad – LEES TIP VOOR HET MEERDEREN, herhaal dit meerderen elke 3 cm nog 3 keer = 191-209-227-245-275-299 stk. LET OP: herhaal elke keer dat u meerdert A.8 nog 1 keer in de breedte. Haak bij een hoogte van 33-34-35-36-37-38 cm vanaf de markeerder – pas zo aan dat de laatste toer een toer met stk aan de verkeerde kant is – als volgt in de volgende toer aan de goede kant: haak voorbies als hiervoor over de eerste 4 voorbies st, A.7a over de volgende 2 stk, herhaal A.8a over de volgende 174-192-210-228-258-282 stk (= 29-32-35-38-43-47 keer in totaal in de breedte), A.9a over de volgende 7 stk, haak over de 4 voorbies st als hiervoor. Hecht af als A.7a tot en met A.9a een keer in de hoogte zijn gehaakt. Het werk meet ongeveer 54-56-58-60-62-64 cm in totaal.

MOUW:
Wordt van boven naar beneden gehaakt. Haak 21-28-31-38-42-45 l met haaknld 3,5 mm en Alpaca. Haak 2 stk in 4e l vanaf haak, 1 stk in elke van de volgende 1-1-2-2-1-2 stk, * sla 1 l over, 1 stk in elke van de volgende 6 l *, herhaal van *-* nog 1-2-2-3-4-4 keer, 1 stk in elke van de volgende 1-1-3-3-1-3 stk, 2 stk in laatste stk = 18-24-27-33-36-39 stk. Haak dan als volgt aan de goede kant: haak A.10 over de eerste 3 stk, herhaal A.11 over de volgende 12-18-21-27-30-33 stk (= 4-6-7-9-10-11 keer in totaal in de breedte) en eindig met A.12 over de laatste 3 stk. Als A.10 tot en met A.12 een keer in de hoogte zijn gehaakt, zijn er 30-36-39-45-48-51 stk op de laatste toer. Haak de volgende toer als volgt aan de goede kant: haak A.10 over de eerste 3 stk, herhaal A.11 over de volgende 24-30-33-39-42-45 stk (= 8-10-11-13-14-15 keer in totaal in de breedte), eindig met A.11 over de laatste 3 stk. Als A.10 tot en met A.12 nog 1 keer in de hoogte zijn gehaakt, zijn er 42-48-51-57-60-63 stk op de laatste toer.

Haak de volgende toer als volgt aan de goede kant: haak A.13 over de eerste 3 stk, herhaal A.14 over de volgende 36-42-45-51-54-57 stk (= 12-14-15-17-18-19 keer in totaal in de breedte) en eindig met A.15 over de laatste 3 stk. Als A.13 tot en met A.15 een keer in de hoogte zijn gehaakt, zijn er 54-60-63-69-72-75 stk op de laatste toer. Haak de volgende toer als volgt aan de goede kant: haak A.12 over de eerste 3 stk, herhaal A.14 over de volgende 48-54-57-63-66-69 stk (= 16-18-19-21-22-23 keer in totaal in de breedte) en eindig met A.15 over de laatste 3 stk. Als de laatste toer van A.13 tot en met A.15 over is, Knip dan de draad af. Haak 5-5-6-6-8-8 losse l. Haak aan de goede kant de laatste toer van A.15, herhaal de laatste toer van A.14 16-18-19-21-22-23 keer in totaal in de breedte en meerder TEGELIJKERTIJD 0-0-1-1-0-2 stk gelijkmatig, haak de laatste toer van A.13 en eindig met 4-4-5-5-7-8 l aan het einde van toer = 66-72-76-82-84-89 stk en 9-9-11-11-15-16 l (= 75-81-87-93-99-105 st in totaal).

Haak de volgende toer als volgt aan de goede kant: haak A.7 over de eerste 2 l, herhaal A.8 over de volgende 66-72-78-84-90-96 l/stk (= 11-12-13-14-15-16 keer in totaal in de breedte) en eindig met A.9 over de laatste 7 stk/l. Plaats 1 markeerder in het werk. MEET NU HET WERK VANAF HIER. Plaats 1 markeerdraad midden onder de mouw. Haak dan het werk heen en weer maar haak elke toer samen aan het einde van de toer met 1 hv in de 3e l op de toer. Keer het werk. Minder bij een hoogte van 4 cm – pas zo aan dat de volgende toer een toer met stk is – 6 stk gelijkmatig. Herhaal dit minderen elke 9-7-5-5-4½-4 cm nog 3-4-5-5-6-7 keer = 51-51-51-57-57-57 stk. LET OP: herhaal elke keer dat u mindert A.8 1 keer minder in de breedte. Minder bij een hoogte van 34 cm – pas zo aan dat de volgende toer een toer met stk is – 3 stk gelijkmatig = 48-48-48-54-54-54 stk. Herhaal dan A.8a 8-8-8-9-9-9 keer in totaal in de breedte. Haak A.8a 3 keer in totaal in de hoogte. Hecht af bij een hoogte van 56 cm in totaal, eindig netjes volgens het patroon. Haak nog een mouw op dezelfde manier.

ZAKKEN:
Zet 30 l met haaknld 3,5 mm en Alpaca. Haak 1 stk in 4e l vanaf haak (= 2 stk), 1 stk in elke van de volgende 2 stk, * sla 1 l over, 1 stk in elke van de volgende 5 l *, herhaal van *-* = 24 stk. Haak 1 stk in elk stk tot het werk ongeveer 9 cm meet. Haak 1 toer met * 1 v, 3 l, sla 1 cm over*, herhaal van *-*, pas zo aan dat u eindigt met 1 v in laatste stk.
Hecht af. Haak nog een zak op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen. Naai de mouwen in het vest in de buitenste lusjes van de kant st. Naai de zakken op het midden van de voorpanden, ongeveer 8 cm vanaf de kant. Zet de knopen vast op het linkervoorpand, plaats de bovenste knoop ongeveer 2 cm vanaf de halsrand en houd dan ongeveer 9-9-8-8-8-8 cm aan tussen elke volgende knoop. Knoop het vest dicht tussen 2e en 3e stk op de andere voorbies.

HALSRAND:
Haak een rand langs de hals als volgt (begin middenvoor): haak 1 v in eerste stk, * 3 l, sla ongeveer 1 cm over*, herhaal van *-* langs de hele hals, zorg dat de rand niet te strak wordt en pas zo aan dat u eindigt met 1 v in laatste stk. Hecht af.
----------------------------------------------------------

ROK:

PATROON:
Zie telpatronen A.16 en A.17. Telpatroon A.17 laat zien hoe elke toer begint en eindigt in A.16 in de rondte.

INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Begin elke toer met stk met 3 l (= eerste stk) en eindig met 1 hv in 3e l.
Begin elke toer met v met 1 l (vervangt eerste v) en eindig met 1 hv in eerste l.

TIP VOOR HET MEERDEREN-1:
Meerder 1 stk door 2 stk in/om dezelfde st te haken.

TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (gelijkmatig verdeeld):
Zo rekent u uit hoe vaak u moet meerderen: neem het totale aantal st (bijv. 228 stk) en deel dit door het aantal te meerderen st (bijv. 12) = 18,33. Dus haak in dit voorbeeld 2 stk in ongeveer elk 18e stk.
----------------------------------------------------------

ROK:
Haak heen en weer, van boven naar beneden tot na de split aan de zijkant, haak dan in de rondte verder.

Haak 176-190-204-232-267-302 l (incl. 3 l om mee te keren) met haaknld 3,5 mm en Alpaca. Haak de eerste toer als volgt: 1 stk in 4e l vanaf haak (= 2 stk), 1 stk in elke van de volgende 4 stk, * sla 1 l over, 1 stk in elke van de volgende 4 l *, herhaal van *-* = 150-162-174-198-228-258 stk. Haak dan heen en weer met 1 stk in elk stk - LEES INFORMATIE VOOR HET HAKEN. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als er 6-6-4-4-6-6 toeren zijn gehaakt in de hoogte, plaats dan 6 markeerders in het werk als volgt: eerste markeerder na 13-14-15-17-19-21 stk, en zorg dan dat er 25-27-29-33-38-43 stk zijn tussen elke markeerder – er zijn nu 12-13-14-16-19-22 stk over na laatste markeerder aan het einde van de toer. Neem de markeerders gaandeweg mee.

Meerder op de volgende toer 1 stk voor alle markeerders (= 6 stk gemeerderd) – LEES TIP VOOR HET MEERDEREN-1! Herhaal dit meerderen om de toer nog 12-12-14-14-14-14 keer.
- LET OP: meerder afwisselend voor en na de markeerders = 228-240-264-288-318-348 stk. TEGELIJKERTIJD als er 12 toeren in totaal zijn gehaakt in de hoogte is de split aan de zijkant klaar, ga nu verder in de rondte, begin de toer aan de zijkant. Haak bij een hoogte van 28-29-30-31-32-33 cm A.16 (= 6 stk) 38-40-44-48-53-58 keer in totaal op de toer. Meerder op de 5e, 10e en 14e toer in A.16 (= stk toer) 12 stk gelijkmatig elke toer – LEES TIP VOOR HET MEERDEREN-2 = 264-276-300-324-354-384 stk. Haak voor elke meerdering, haak A.16 2 keer meer in de breedte. Als A.16 een keer in de hoogte is gehaakt, meet het werk ongeveer 39-40-41-42-43-44 cm. Herhaal A.16 en meerder nog 1 keer = 300-312-336-360-390-420 stk. Haak tot een hoogte van 50-52-54-56-58-60 cm in totaal – pas zo aan dat de laatste toer een toer met stk is en haak dan A.16a 50-52-56-60-65-70 keer in totaal in de breedte. Hecht af als A.16a een keer in de hoogte is gehaakt. Het werk meet ongeveer 52-54-56-58-60-62 cm.

KNOOPSGATLUSSEN:
haak langs de rand van de opening op het voorpand knoopsgat lussen als volgt (begin aan de onderkant): 2 v in eerste stk, 3 l, sla 1 stk over, * haak 2 v in elke van de volgende 2 stk, 3 l, sla 1 stk over*, herhaal van *-* 3 keer in totaal en eindig met 2 v in laatste stk aan de bovenkant, keer en haak de teruggaande toer als volgt: 1 v in elke v en 3 v in elke l-lus.

KNOOPBIES:
haak langs de andere kant van de opening 5 toeren met v heen en weer (haak op de eerste toer 2 v in elk stk = 24 v), knip de draad af. Naai de knopen op de knoopbies

Telpatroon

symbols = l
symbols = v in st
symbols = v tussen 2 stk
symbols = v om l
symbols = stk in st
symbols = stk om l
symbols = haak de eerste toer niet, deze is al gehaakt en staat alleen afgebeeld zodat u weet hoe de steken boven elkaar moeten komen
symbols = haakrichting
symbols = toer met meerderingen
symbols = hv
diagram
diagram
diagram
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 170-31

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (18)

country flag Hannelore Van Hauwermeiren wrote:

Hoe kan ik dan van 17 losse naar 32 stokjes gaan als ik enkel de laatste toer van a3c tot a1c moet haken?

08.03.2023 - 19:07

DROPS Design answered:

Dag Hannelore,

Als ik het goed begrijp ben je bij het rechter voorpand waar staat dat je 17 lossen moet haken en dan de laatste toer van A.3c tot A.1C moet haken. Het is niet de bedoeling om de laatste toer in die 17 stokjes te haken, maar na die stokjes haak je verder in de vorige toer van A.3C tot A.1C, dus de 17 stokjes bungelen ernaast.

08.03.2023 - 20:17

country flag Hannelore Van Hauwermeiren wrote:

Ik zit in de knoop bij het patroon rechtervoorpand. Er staat haal 17 l en dan laatste toer van ac3 tor ac1= 32 st en 17l. Als ik het patroon colg zijn dit enkel stokjes?

08.03.2023 - 00:34

DROPS Design answered:

Dag Hannelore,

Ja dat klopt hoor. De laatste toer zijn enkel stokjes. Let er bij A.3 op dat je de laatste 3 stokjes in 1 steek haakt.

08.03.2023 - 12:00

country flag Melanie wrote:

Bonjour je suis dans le début de la veste aux épaule et la je suis perdu pour faire un épaule à l'autre je ne voit pas comment le sens. Pouvez-vous m'éclairer svp

17.05.2022 - 00:30

DROPS Design answered:

Bonjour Mélanie, Pour le dos, on crochète d'abord l'épaule droite: 1 x les diagrammes A.4a et A.6a et on met en attente après 1 rang sur l'envers. On crochète ensuite l'épaule gauche, et, quand A.1a à A.3a sont faits, on assemble les 2 épaules au rang suivant sur l'endroit en fonction de votre taille vous crochetez les diagrammes a ou b et montez une chaînette de 39 à 45 ml entre les 2 épaules pour l'encolure dos. Vous augmenterez ensuite pour les emmanchures et mettrez en attente pour faire les devants au même niveau et ensuite reprendre les 2 devants et le dos en une seule pièce jusqu'à la fin. Bon crochet!

17.05.2022 - 09:05

country flag Christina Alexander wrote:

L am confused with the term RS ,kindly can l get the meaning of the term.Thanks.

21.11.2020 - 16:11

DROPS Design answered:

Dear Cristina, RS means the right side of the piece. That is the side that will be seen, when the piece is worn. Happy Crafting!

22.11.2020 - 21:28

country flag Anna wrote:

Beste, ik heb geen idee wat ik met de lossen in het armsgat moet doen. Sla ik deze gewoon over als ik het patroon haak? Veel dank vast.

28.11.2019 - 21:28

DROPS Design answered:

Dag Anna,

Je haakt eerst over het linker voorpand, dan haak je 9-9-11-11-15-16 lossen voor het armsgat. Hier doe je eerst verder niets mee , dus je haakt verder over het achterpand en er zitten dus lossen tussen de panden. Op de volgende toer haak je over de lossen.

16.12.2019 - 12:33

country flag Germana wrote:

Grazie per la risposta ma ho ancora un problema ...quando finisco la spalla sx e faccio le catenella e poi mi aggancio alla spalla dx mi dice che dovrei avere in tutto 54 ma e 39 catenella ma io in realtà ne ho 38 di ma...

27.09.2017 - 12:08

DROPS Design answered:

Buongiorno Germana, lei deve avere 27 maglie su ciascuna spalla prima dell'unione. Deve lavorare la spalla sinistra come indicato sotto "Dietro", avviare 39 catenelle e lavorare la spalla destra come indicato: otterrà quindi 54 m.a e 39 catenelle. Buon lavoro!

27.09.2017 - 12:21

country flag Germana wrote:

Buongiorno e aiutoooo...non riesco a capire nel cardigan come si uniscono i due pezzi delle spalle sigh...seguendo le istruzioni mi trovo che sulla spalla sinistra ho 2 giri in più.....quando devo fare le 39 catenella....aiutoooo

26.09.2017 - 18:09

DROPS Design answered:

Buongiorno Germana. Il numero di righe sulle spalle dovrebbe essere lo stesso: catenella di base; prima riga di maglie alte come indicato, poi le due righe dei diagrammi. Su entrambe le spalle l’ultima riga è sul rovescio del lavoro. Unisce adesso le due spalle: lavora la spalla sinistra (seguendo i diagrammi indicati), avvia le 39 cat e poi prosegue con la spalla destra. Ci riscriva se ancora in difficoltà. Buon lavoro!

27.09.2017 - 09:15

Doris wrote:

I'm crocheting the jacket, but I'm having a lot of trouble doing the back. I can't get the number of stitches right, no matter how many times I try. Doing large size, I can't get 105 stitches. I get 93 every time. Please help. Love the pattern, but I'm real frustrated

28.07.2017 - 03:30

DROPS Design answered:

Dear Doris, under Back piece, the number of sts under "SIZE L-XL-XXL-XXXL:" is 93 sts in size L, so that you are doing right - 105 sts applies to size XXL. Happy crocheting!

28.07.2017 - 08:41

country flag Tracey Down wrote:

I am working on the 170-31 pattern. I do not understand two of the symbols. The symbol that looks like a V with a dash in between - please explain what it means - i.e. is it an increase? What does the dash mean? Also the symbol that is a vertical line with a dot near the top - what does this mean? I have searched the internet for these symbols and they are not referenced as standard crochet symbols anywhere. Thank you for your help.

16.05.2017 - 18:00

DROPS Design answered:

Dear Mrs Down, do you mean the symbole used on 2nd row in A.2 (= the one with an arrow)? then it is 1 dc, 1 ch (= dash), 1 dc worked in the same dc. Happy crocheting!

17.05.2017 - 08:31

country flag DEB wrote:

I am crocheting the skirt and the instructions say to use A.16 but there is no A.16 on the pattern charts. Help, please!

11.04.2016 - 07:18

DROPS Design answered:

Dear DEB, A.16, A.17 are to the right of A.7 above instead of next to A.15

11.04.2016 - 08:42