DROPS Paris
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 0.85 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 5.10€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale
DROPS 169-14
DROPS design: Model nr. w-575
Garengroep C of A en A
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS PARIS van Garnstudio
300-300-350-350-400-450 gr. kleur nr. 16, wit

DROPS RONDBREINLD 5 mm (60 of 80 cm) - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 14 st in kantpatroon volgens A.1 = 10 cm breed of 17 st x 22 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS RONDBREINLD (80 cm) 4 mm – voor de rand in ribbelst.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Paris
DROPS Paris
100% katoen
vanaf 0.85 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 5.10€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

BESPAAR 30% op 6 katoenfavorieten!
Geldit tot en met 12.04.2024

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid):
Brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r.

PATROON:
Zie telpatroon A.1. Het telpatroon laat het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.

TIP VOOR HET MINDEREN/MEERDEREN:
Om uit te rekenen hoe vaak u moet meerderen/minderen, neemt u het totale aantal st op de nld (bijv. 108 st) en dat deelt u door het aantal st dat gemeerderd of geminderd moet worden (bijv. 19) = 5,68. Dus brei in dit voorbeeld afwisselend elke 4e en 5e st r samen en elke 5e en 6e r st samen (om te minderen). Of meerder afwisselend na elke 5e en 6e st.
LET OP: meerder 1 st door 1 omsl te maken. Brei in de volgende nld achter in de st om gaatjes te voorkomen.
----------------------------------------------------------

SCHOUDERWARMER:
Zet 108-116-122-130-130-138 st op met rondbreinld 4 mm en Paris. Brei 4 ribbels in RIBBELST - zie uitleg boven. Minder TEGELIJKERTIJD als er nog 1 ribbel te breien is 19-21-21-23-23-25 st gelijkmatig aan de goede kant - LEES TIP VOOR HET MINDEREN/MEERDEREN = 89-95-101-107-107-113 st. Brei de laatste nld r aan de verkeerde kant.

Ga verder met rondbreinld 5 mm en brei 2 nld in tricotst met 2 kant st in ribbelst aan elke kant. Brei de volgende nld als volgt aan de goede kant: 2 kant st in ribbelst, brei A.1A (= 3 st), brei in patroon volgens telpatroon A.1B tot er 6 st over zijn (= 13-14-15-16-16-17 patroonherhalingen van 6 st), brei A.1C (= 4 st) en eindig met 2 kant st in ribbelst. Ga zo verder in patroon. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Zet bij een hoogte van 5-5-6-7-8-9 cm 7 nieuwe st op voor de mouw aan het einde van de volgende 2 nld = 103-109-115-121-121-127 st op de nld. Ga verder in A.1 met 3 kant st in ribbelst aan elke kant - LET OP: zorg dat de patroonherhalingen steeds netjes boven elkaar komen – na het opzetten nieuwe st is er aan elke kant ruimte voor 2 patroonherhalingen meer van A.1B.

Kant bij een hoogte van 51-55-58-61-64-67 cm 7 st af aan het begin van de volgende 2 nld = 89-95-101-107-107-113 st over op de nld. Ga verder in A.1 met 2 kant st in ribbelst aan elke kant tot het werk 53-57-61-65-69-73 cm meet – pas zo aan dat het stuk nadat de 7 st afgekant zijn even lang is als hetzelfde stuk aan het begin en zorg dat de volgende nld aan de goede kant is. Brei 2 nld in tricotst met 2 kant st in ribbelst aan elke kant. Ga verder met rondbreinld 4 mm en brei 4 ribbels heen en weer en meerder TEGELIJKERTIJD 19-21-21-23-23-25 st gelijkmatig op de 1e nld – LEES TIP VOOR HET MINDEREN/MEERDEREN = 108-116-122-130-130-138 st. Kant na de ribbels losjes af met rechte steken aan de goede kant.

AFWERKING:
Plaats de opzetrand tegen de afkantrand, met de verkeerde kant tegen de verkeerde kant. Naai de zij- en onderarmnaden dicht – zie stippellijn op het telpatroon – LET OP: naai de zijnaden met de zijkanten tegen elkaar in de buitenste lusjes van de kant st zodat er een platte naad ontstaat en naai de onderarmnaden samen naast de opzetrand en afkantrand.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = 1 omsl tussen 2 st
symbols = 2 r samen
symbols = 1 r afh, 1 r, afgeh st overh
symbols = 1 r afh, 2 r samen, afgeh st overh
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 169-14

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (18)

country flag Laura wrote:

In row 1 do the yarn overs that fall between A.1A and A.1B as well as A.1B and A.1C get worked in all of the A.1B repeats?

06.09.2023 - 07:55

DROPS Design answered:

Dear Laura, each yarn over should compensate the decreases, so that on row 1, the yarn over in A.1A belongs to A.1A (last stitch in A.1A = there are still 3 sts). And the last yarn over in A.1B belongs to A.1B (= 6 sts in each A.1B). Happy knitting!

06.09.2023 - 09:24

country flag Darline Crane wrote:

I have ripped out the pattern three times, might just drop all together. Doing size XXL. I get to the 107 count , cast on the 7 (x2) for 121 stitches fine but then when I work the pattern end up with 115 stitches. Where could I be losing the 6 stitches? In the yarn overs? The graph is so small I did not see them .

03.06.2023 - 16:35

DROPS Design answered:

Dear Darline, for size XXL, after reaching 121 stitches, work as before but with 3 sts in garter stitch on each side, instead of 2, and two more repeats of A.1B. That is: 3 sts in garter stitch, A.1A (= 3 sts), 18 repeats of A.1B (= 108 sts (6x18)), A.1C (= 4 sts) and 3 sts in garter stitch = 121 stitches. To enlarge the chart, you can increase its size when printing the pattern and then print the chart or save it as a PDF. Happy knitting!

04.06.2023 - 18:19

country flag Catia Lo Giacco wrote:

Buongiorno vorrei fare una copertina per neonata con questo punto usando baby alpaca silk, quanti gomitoli devo acquistare x farla grande circa 50x70 Grazie.

01.02.2023 - 15:32

DROPS Design answered:

Buonasera Catia, per un'assistenza così personalizzata può rivolgersi al suo rivenditore DROPS di fiducia. Buon lavoro!

01.02.2023 - 22:46

country flag Fran wrote:

Are the measurements in inches or centimeters?

14.08.2019 - 00:22

DROPS Design answered:

Dear Fran, to get the measurements in the pattern in inches, make sure you are reading the US-English pattern by clicking on the arrow under the picture. Measurements in chart are in cm - convert here into inches. Happy crocheting!

14.08.2019 - 08:10

country flag Henker Bettina wrote:

Wie geht das mit den 7 M zunehmen für den Ärmel

12.10.2018 - 19:48

country flag Noemí wrote:

Buenas tardes: En las instrucciones para los aumentos el patrón dice que las hebras se tejan retorcidas de derecho para evitar agujeros; sin embargo, esta prenda tiene un patrón de calados. He probado a tejer las hebras de la manera habitual y así sí se ve el agujero. No sé si estoy equivocada o es un fallo de transcripción del patrón (por si quieren revisarlo 😉). Un saludo y gracias por todos los patrones que comparten.

21.08.2018 - 18:47

DROPS Design answered:

Hola Noemí, no hay ningún fallo, el patrón es correcto. Las hebras se trabajan sólo con punto retorcido en los aumentos (para dar forma a la prenda). Las hebras del patrón de calados se trabajan de la manera habitual.

26.08.2018 - 16:35

country flag Noemí wrote:

Buenas tardes: Estoy tejiendo este maravilloso bolero para un regalo y me surge una duda. Comparando mi tejido con la imagen mis calados se ven más pequeños a pesar de haber comprobado con la muestra que mi tensión de tejido es la adecuada. ¿Es necesario bloquear la prenda para que el tejido se vea igual? Mucha gracias por la atención y por todos los patrones gratuitos.

21.08.2018 - 18:43

country flag Nanna Mathiasen wrote:

Hej jeg er lidt i tvivl om hvordan jeg skal strikke A1B når vi når til linjen med 2 trekanter da trekanterne overlapper både A1A og A1C?

14.04.2018 - 10:54

DROPS Design answered:

Hei Nanna. På den 7 omgangen strikker du slik: det første kastet i overgangen A.1a/A.1b inngår i A.1a, mens fellingen og kastet på slutten av fellingen inngår i A.1b. Det samme prinsippet gjelder for overgangen mellom rapportene av A.1b, og overgangen mellom A.1b/A.1c. Maskeantallet i de forskellige delene (a,b og c) forblir det samme gjennom hele omgangen. God fornøyelse

24.04.2018 - 13:40

country flag Petra Stammkötter wrote:

Hallo, nachdem ich 7 Maschen auf jeder Seite zugenommen habe geht die erste Musterreihe (Reihe 3) sehr gut auf. In Reihe 5 des Musters habe ich jedoch auf der linken Seite 4 Maschen als Randmaschen übrig statt 3. Auch nach 5 mal wieder anfangen. Können Sie mir weiter helfen? Vielen Dank

15.06.2017 - 21:13

DROPS Design answered:

Liebe Frau Stammkötter, Sie sollen die Maschen so stricken: 3 M kraus rechts, A.1A x 1, A.1B wiederholen bis 7 M übrig sind, und die letzte M so stricken: A.1C (= 4 M), 3 M Kraus rechts. Fadenmarkierer können Sie zwischen jedem Rapport einsetzen, so kann es einfacher das Muster weiterzustricken. Viel Spaß beim stricken!

16.06.2017 - 08:56

country flag Anne-H wrote:

Bonjour, Je ne comprend pas comment il faut tricoter le rang 7 du diagramme sachant que les mailles glissées sur deux mailles ensembles sont à cheval sur les 3 parties du diagramme. Comment faut-il tricoter A1A / A1B / A1C séparément au rang 7 ? Merci d'avance pour votre réponse . Bonne soirée

24.08.2016 - 17:28

DROPS Design answered:

Bonjour Anne-H, la vidéo ci-dessous montre comment réaliser ce diagramme en entier (pour un autre modèle mais le diagramme est le même): au rang 7, le 1er jeté = dernière m de A.1A qui va se tricoter avec les 2 premières m de A.1B, puis on tricote les 2 dernières m de A.1B avec la 1ère m du A.1B suivant puis avec la 1ère m de A.1C. Bon tricot!

25.08.2016 - 10:00