DROPS Cotton Merino uni colour 50% Wol, 50% Katoen |
3.30 € /50g |
Bestel |
Als u op de BESTELbutton klikt wordt u doorgestuurd naar de Hobbydoos.nl website
De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!
-------------------------------------------------------
Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger
-------------------------------------------------------
DROPS Cotton Merino uni colour 50% Wol, 50% Katoen 3.30 € /50g Bestel |
Als u op de BESTELbutton klikt wordt u doorgestuurd naar de Hobbydoos.nl website
De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!
= recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant |
|
= averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant |
|
= 1 omsl tussen 2 st |
|
= 2 omsl tussen 2 st, r eerste omsl en r tweede omsl gedraaid in de volgende nld |
|
= 3 r, haal eerste st over de laatste 2 st |
|
= 2 r samen |
|
= 1 r afh, 1 r, afgeh st overh |
Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.
Deze stap-voor-stap instructie kan tevens behulpzaam zijn:
Waarom is de stekenverhouding zo belangrijk?
De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.
De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.
De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.
Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet
Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt
Hoe weet ik hoeveel bollen ik nodig heb?
De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.
Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.
LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?
Wat zijn de garengroepen?
Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.
Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep
Hoe gebruik ik de garenvervanger?
Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).
Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.
Waarom staan er garens in de patronen die niet meer leverbaar zijn?
Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.
Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.
Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.
What size should I knit?
Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.
U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.
Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen
Waarom krijg ik de verkeerde stekenverhouding met de aangegeven naalddikte?
De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.
Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.
Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding
Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding
Waarom wordt het patroon van boven naar beneden gereid?
Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.
In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.
Hoe brei ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.
Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.
Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?
Hoe haak ik volgens een telpatroon?
Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.
Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.
Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.
Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.
Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.
Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken
Hoe brei/haak je verschillende telpatronen tegelijkertijd op dezelfde naald/toer
Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.
De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest
Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest
Waarom zijn de mouwen korter in de grotere maten?
De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.
Waar op het kledingstuk wordt de lengte gemeten??
De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.
Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.
Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen
Wat is een herhaling?
Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.
Waarom begint het werk met meer lossen dan waarmee gehaakt wordt?
Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.
Waarom meerderen voor de boord als het werk van boven naar beneden gebreid wordt?
De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.
Waarom meerderen in de afkantrand?
Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.
Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen
Hoe meerder/minder je afwisselend op elke 3e en 4e naald/toer?
Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.
Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend
Hoe kan ik een vest in de rondte breien, in plaats van heen en weer?
Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.
Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen
Kan ik een trui heen en weer breien in plaats van in de rondte?
Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.
Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?
Waarom is het patroon een beetje anders dan wat ik op de foto zie?
Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.
Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!
Hoe verander ik een kledingstuk voor dames in eentje voor heren?
Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.
Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.
Hoe voorkom ik dat een harig kledingstuk gaat pillen of pluizen?
Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.
Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:
1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt
2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.
3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.
4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.
Waarom pilt mijn kledingstuk?
Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.
U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.
Tourmaline |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
De set bevat: gebreide DROPS muts, polswarmers en halswarmer met kleine kabels en boordsteek van ”Cotton Merino”.
DROPS 164-39 |
||||||||||||||||||||||
RIBBELST (in de rondte gebreid): * brei 1 nld recht en brei 1 nld av *, herhaal van *-*. 1 ribbel = 2 nld. PATROON MUTS: Zie telpatronen A.1 tot en met A.6. PATROON POLSWARMER: Zie telpatroon A.7. Het telpatroon laat het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven. KANT AF MET OMSL (voor de polswarmers): Kant voor een mooie rand de polswarmers af met omsl en rechte st: * kant 2 st af, 1 omsl, kant de omsl af, 1 omsl, kant de omsl af, 1 omsl, kant de omsl af *, herhaal van *-*. PATROON HALSWARMER: Zie telpatronen A.3, A.8, A9 en A.10. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. ---------------------------------------------------------- MUTS: Wordt van boven naar beneden gebreid in de rondte met breinld zonder knop en dan met de rondbreinld. Zet 6 st op met Cotton Merino en verdeel ze gelijkmatig over 3 breinld zonder knop 4 mm. Brei 2 st in elke st de hele nld (brei afwisselend in de voorste en achterste lus van de st) = 12 st. Brei 1 nld recht. Plaats een markeerder aan het begin van de nld. Brei dan volgens telpatroon A.1 (= 6 patroonherhalingen in de rondte). Ga verder met 4 breinld zonder knop of de rondbreinld indien nodig. Als het telpatroon een keer in de hoogte is gebreid, staan er 60 st op de nld. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Brei nu als volgt boven A.1: * brei A.2 over 2 st, A.3 over 6 st, A.4 over 2 st *, herhaal van *-* de hele rondte = 6 patroonherhalingen in de rondte. Als het telpatroon een keer in de hoogte is gebreid, staan er 120 st op de nld. Ga verder en brei de laatste nld van A.2 boven A.2, brei A.3 verder als hiervoor en brei de laatste nld van A.4 boven A.4 tot het werk 19 cm meet in totaal, pas zo aan dat de laatste nld een nld zonder omsl is. Ga verder met rondbreinld 3,5 mm en brei A.5 boven A.2, brei A.3 als hiervoor en brei A.6 boven A.4 = 108 st. Als de telpatronen een keer in de hoogte zijn gebreid, gebruik dan een dubbele draad en kant af met recht boven recht en averecht boven averecht. ---------------------------------------------------------- POLSWARMERS: Worden in de rondte gebreid op breinld zonder knop. Zet 40 st op met breinld zonder knop 3,5 mm en Cotton Merino. Brei 2 ribbels in RIBBELST - zie uitleg boven. Brei dan volgens telpatroon A.7 (= 5 patroonherhalingen in de rondte), plaats een markeerder aan het begin van de nld. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Brei tot een hoogte van ongeveer 14 cm – pas zo aan dat de laatste nld een nld met pijl in het telpatroon is. Brei de eerste 3 st in het telpatroon (= 2 av, 1 r; het midden van een kabel). Keer het werk en brei nu heen en weer volgens het telpatroon over alle st. Waar het werk gesplitst is in het telpatroon wordt gebreid zonder omslag en zonder kabel - dit is de duimspie. Ga verder en brei heen en weer zo tot het telpatroon 3 keer in de hoogte is gebreid. Brei nu weer in de rondte als hiervoor over de duimopening. Brei zo tot het werk ongeveer 20 cm meet. Brei 2 ribbels en KANT AF MET OMSL - zie uitleg boven. Brei nog een polswarmer op dezelfde manier. ---------------------------------------------------------- HALSWARMER: Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinld, van boven naar beneden. Zet 102-119 st op met rondbreinld 4 mm en Cotton Merino. Brei als volgt: * Telpatroon A.8 over 4 st, telpatroon A.3 over 6 st, telpatroon A.9 over 1 st en telpatroon A.3 over 6 st *, herhaal van *-* de hele nld tot het werk ongeveer 10 cm meet. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Brei dan in patroon als hiervoor boven A.8 en A.3 maar brei volgens A.10 boven A.9. Brei de omsl in de volgende nld r zodat gaatjes ontstaan. Ga verder en brei in patroon als hiervoor en meerder volgens A.10 tot het werk 22 cm hoog is in totaal. Brei 2 nld recht, brei 1 nld av en brei 1 nld recht. Kant losjes af in de volgende nld met averechte st. |
||||||||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||||||||
|
||||||||||||||||||||||
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Met meer dan 40 jaar ervaring in brei- en haakdesign biedt DROPS Design één van de meest uitgebreide collecties van gratis patronen aan op internet vertaald in 304 talen. Tot en met vandaag hebben wij 11422 boeken en 11129 patronen gepubliceerd.
Wij werken hard om u het beste van haken en breien te bieden; patronen, inspiratie, advies en natuurlijk garens van uitstekende kwaliteit voor de allerbeste prijzen! Wilt u onze patronen gebruiken voor meer dan privégebruik? U kunt lezen wat wel en niet is toegestaan is in de Copyright tekst, die u onderaan elk patroon kunt vinden. Veel handwerkplezier!
Opmerkingen / Vragen (20)
Charlotte Kristensen wrote:
Jeg strikker hals delen. Jeg skal til udtagninger, men jeg forstår ikke hvordan. Skal jeg strikke efter Diagrram A8, efterfulgt A3, og så A10,A9 og så gentage disse runden rundt? Jeg syntes ikke mønsteret kommer til at passe? Jeg undrer mig nok bare over hvor udtagningerne skal laves/sættes😅
21.10.2022 - 03:17DROPS Design answered:
Hej, Slå 102-119 m op med Cotton Merino på rundp 4. Strik således: * Diag A.8 over 4 m, diag A.3 over 6 m, diag A.9 over 1 m og diag A.3 over 6 m *, gentag disse 17 masker fra *-* omg rundt (6-7 gange) til arb måler ca 10 cm. Du erstatter nu A.9 med A.10 hvor du tager ud i hver side af A.10 med omslag på hver 4.omgang til arbejdet måler 22 cm. Omslagen strikkes ret så der bliver hul...
25.10.2022 - 12:18Emma wrote:
Hei! Ranteenlämmittimien peukaloaukosta: olisiko se syytä aloittaa yhtä riviä aikaisemmin siten, että nurjalla puolella neulottaisiin mallineuleen rivejä 2 ja 4 (pelkkää oikeaa ja nurjaa), oikealla puolella rivejä 1 ja 3?
02.08.2022 - 10:43GERTRUD wrote:
Ich verstehe nicht, wie ich bei den Pulswärmern in hin und Rückreihen strecken soll, ( kraus rechts ?!) wenn ich auf einem Nadelspiel stricke. gleiches gilt für A7. ist es dann nur immer in " Hinreihen" also immer nur so, wie es erscheint?
20.10.2021 - 19:13DROPS Design answered:
Liebe Gertrud, Pulswärmer werden in Runden gestrickt - A.7 zeigt alle Reihen, die stricken Sie alle rechts nach links (keine "Rückreihe" von links/innenseite/Rückseite gestrickt). Dies wird korrigiert, danke für den Hinweis. Viel Spaß beim stricken!
21.10.2021 - 07:02Maria wrote:
I am having the same problem as Pam; when I work A.1 as charted I end up with 45 stitches, and further, the pattern goes off on row 4 of the chart. I worked A.1 as 7 rounds: 1: (k1, yo, k1) 2: (k18) 3:(k1, yo, k2, yo,k1)- 2 sets remain so I k them 4: (k1, yo, k4, yo, k1) 5: k around 6: (k, yo, k6, yo, k1) 7: k around Your answer to Pam suggests to work ONLY the first row of the chart 6 times (that is, for 6 rounds); is that how it should be done?
13.01.2021 - 23:53DROPS Design answered:
Dear Maria, A.1 should be worked a total of 6 times on the round, starting with 6 times 2 sts, then increase on ever other round as shown in diagram - there are 10 sts after last increase round x 6 repeats = 60 sts on needle. After last row in diagram, you then don't work A.1 anymore but work now as ewplained with (A.2, A.3, A.4), repeat from (to) all the round. Happy knitting!
14.01.2021 - 07:48Chaja wrote:
Bonjour ! Pour les mitaines, dans le tricot en rond sur les aiguilles double pointe, il faut tricoter à l’inverse de ce qui est proposé : les mailles endroit à l’envers et inversement. Mon travail est joli mais ne ressort pas sur un fond de jersey.
07.12.2020 - 15:27DROPS Design answered:
Bonjour Chaja, pour les mitaines, on tricote le diagramme A.7, non pas sur fond de jersey mais ainsi: *2 m env, torsade sur 2/3 mailles, 2 m env, 2 m end*, répétez de *-* tout le tour, ainsi la torsade se trouve placée avec 2 m env de chaque côté et peut bien ressortir. Bon tricot!
07.12.2020 - 16:07Kristine Asmussen wrote:
Hej. Jeg strikker halsdelen. Jeg er nået til udtagningerne. Er det korrekt de ligsom gentages over 3 omgang - mens hulmønsteret gentages over 4 omgange?
21.03.2019 - 06:58DROPS Design answered:
Hei Kristine. Hullmønsteret du ser langs flettene og økningene er det samme diagrammet (diagram A.10). Det økes på hver 3 omgang, altså er hullmønsteret hver 3 omgang. I tillegg er det et flettemønster, med 1 hull mellom hver flette (A.3), og her er hullene på hver 4 omgang. Dette stemmer. God fornøyelse.
26.03.2019 - 13:52Pam wrote:
When working the hat I end up with 45 stitches, not 60. I have tried this twice and still end up with 45. Is this an error in the instructions? If not I don't know what I am doing incorrectly. Any suggestions?
07.07.2017 - 00:50DROPS Design answered:
Dear Pam, you are working A.1 (= 2sts on 1st round) a total of 6 times in the round, and you will inc every other round, when A.1 has been worked, there are 10 sts in each A.1 = 10sts x 6 = 60 sts. Happy knitting!
07.07.2017 - 09:27Emily wrote:
Thank you for the answer. I still don't understand how I should turn the piece and work still the same pattern. It will then be messed up won't it? Sorry I am new to knitting
22.08.2016 - 11:07DROPS Design answered:
Dear Emily, after you have worked the round before the one with the arrow, work the first 3 sts in diagram (= P2, K1), then turn to work from WS (ie you won't work in the round anymore for some rows) and continue as before but now read diagram from the left towards the right on rows from WS starting with P1, K2, then work last row in diagram from the left towards the right and work now alternately from RS (rows with YO and dec) and from WS. Happy knitting!
22.08.2016 - 13:13Emily wrote:
Thank you for the answer. I still don't understand how I should turn the piece and work still the same pattern. It will then be messed up won't it? Sorry I am new to knitting
22.08.2016 - 11:02Emily wrote:
Could you please explain by the wrist warmers what is meant : turn the piece and work back and forth? And what row should I start working back and forth? Is it by the row with the arrow or the row after that? Thanks
22.08.2016 - 10:34DROPS Design answered:
Dear Emily, start working back and forth with first row in A.7 - see also answer below. Happy knitting!
22.08.2016 - 10:57