DROPS Cotton Merino
DROPS Cotton Merino
50% Wol, 50% Katoen
vanaf 3.75 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 26.25€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Summer Dance

Gebreid DROPS rok met ruches in golvenpatroon van ”Cotton Merino”. Maat S-XXXL.

DROPS 159-19
DROPS design: Model nr. cm-028
Garengroep B
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS COTTON MERINO van Garnstudio
350-400-450-500-550-600 gr. kleur nr. 01, naturel

DROPS RONDBREINLD (60 en 80 cm) 4 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 21 st x 28 nld in tricotst = 10 x 10 cm. 1 herhaling van A.1 meet ongeveer 4,5 cm in de breedte.
ELASTIEK: ongeveer 66-110 cm
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Cotton Merino
DROPS Cotton Merino
50% Wol, 50% Katoen
vanaf 3.75 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 26.25€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

PATROON:
Zie telpatronen A.1 en A.2. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien.

TIP VOOR HET BREIEN:
Als er teveel st op de nld staan, kunt u in de rondte breien op beide rondbreinaalden zodat alle st goed op de nld passen.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder 1 st afwisselend rechts en links van alle markeerders. Dus minder de 1e keer rechts van alle markeerders en de 2e keer links van alle markeerders, etc.
Minder als volgt 2 st voor de markeerder: 2 r samen.
Minder als volgt na de markeerder: 1 r afh, 1 r, afgeh st overh.
----------------------------------------------------------

ROK:
Wordt in de rondte gebreid op de rondbreinld. De onderkant van de rok bestaat uit 4 lagen van ruches.

RUCHE 1:
Zet 299-325-364-403-429-468 st op met rondbreinld 4 mm en Cotton Merino - LEES TIP VOOR HET BREIEN. Brei nu in patroon in de rondte als volgt: A.1 (= 13 st) 23-25-28-31-33-36 keer in de rondte = 253-275-308-341-363-396 st. Ga verder in A.2 (= 11 st). DENK OM DE STEKENVERHOUDING Brei als A.2 6 keer in de hoogte is gebreid de eerste 2 nld van A.2 nog een keer. Brei nu in tricotst en minder TEGELIJKERTIJD in de eerste nld 51-51-57-64-58-64 st gelijkmatig = 202-224-251-277-305-332 st. Laat bij een hoogte van 14 cm het werk rusten.

RUCHE 2:
Zet 286-312-351-390-416-455 st op met rondbreinld 4 mm en Cotton Merino. Brei nu in de rondte als volgt: A.1 (= 13 st) 22-24-27-30-32-35 keer in de rondte = 242-264-297-330-352-385 st. Ga verder in A.2 (= 11 st). Brei als A.2 zes keer in de hoogte is gebreid de eerste 2 nld in A.2 nog een keer. Brei nu in tricotst en minder TEGELIJKERTIJD in de eerste nld 40-40-46-53-47-53 st gelijkmatig = 202-224-251-277-305-332 st.
Plaats ruche 2 boven op ruche 1 en brei ze samen als volgt: brei 1 st van de eerste ruche recht samen met 1 st van de tweede ruche en ga zo verder tot alle st samengebreid zijn = 202-224-251-277-305-332 st. Brei 6 cm in tricotst over alle st. Laat het werk rusten.

RUCHE 3:
Zet 273-299-338-377-403-442 st op met rondbreinld 4 mm en Cotton Merino. Brei nu in de rondte als volgt: A.1 (= 13 st) 21-23-26-29-31-34 keer in de rondte = 231-253-286-319-341-374 st. Ga verder met A.2 (= 11 st). Brei als A.2 zes keer in de hoogte is gebreid de eerste 2 nld in A.2 nog een keer. Brei nu in tricotst en minder TEGELIJKERTIJD in de eerste nld 29-29-35-42-36-42 st gelijkmatig = 202-224-251-277-305-332 st.
Brei ruche 3 samen met ruche 2 op dezelfde manier als u ruche 1 en 2 samengebreid hebt. Ga verder met 6 cm in tricotst en minder TEGELIJKERTIJD in de laatste nld 10-14-17-19-17-20 st gelijkmatig = 192-210-234-258-288-312 st.

RUCHE 4:
Zet 260-286-325-364-390-429 st op met rondbreinld 4 mm en Cotton Merino.
Brei dan in de rondte als volgt: A.1 (= 13 st) 20-22-25-28-30-33 keer in de rondte = 220-242-275-308-330-363 st. Ga verder in A.2 (= 11 st). Brei als A.2 zes keer in de hoogte is gebreid de eerste 2 nld in A.2 nog een keer. Brei nu in tricotst en minder TEGELIJKERTIJD in de eerste nld 28-32-41-50-42-51 st gelijkmatig = 192-210-234-258-288-312 st.
Brei ruche 4 samen met ruche 3 op dezelfde manier als u ruche 1 en 2 samengebreid hebt = 192-210-234-258-288-312 st. Het werk meet ongeveer 26 cm.

Ga dan verder in tricotst tot het werk klaar is. Plaats in de volgende nld 6 markeerders in het werk als volgt, begin middenachter (= begin van de nld):
Brei 16-18-20-22-24-26 st, plaats een markeerder en plaats dan nog 5 markeerders met 32-35-39-43-48-52 st tussen elke markeerder – 16-17-19-21-24-26 st over op de nld na de laatste markeerder. Begin in de volgende nld met minderen - LEES TIP VOOR HET MINDEREN! Herhaal dit minderen elke 2 cm nog 3-4-5-6-7-8 meer keer en elke 1 cm 4 keer = 144-156-174-192-216-234 st. Brei bij een hoogte van 40-42-44-46-48-50 cm 1 nld av (= vouwrand), brei dan 2 cm in tricotst en kant dan losjes af.

AFWERKING:
Vouw de tunnel aan de bovenkant dubbel naar de verkeerde kant en naai hem vast met nette, kleine steken – laat een klein stukje open en rijg het elastiek hierdoorheen.

Telpatroon

symbols = r
symbols = av
symbols = 2 r samen
symbols = 1 omsl tussen 2 st
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 159-19

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (30)

country flag Ranu wrote:

Ich versuche grade diese Maßskizze zu verstehen. Die obere Angabe kann sich ja nicht auf den Rockumfang beziehen, 34 cm Taillenumfang haben nur kleine Kinder. Ich habe normalerweise Größe S/M und möchte, dass der Rock mehr auf der Hüfte sitzt als in der Taille. Da habe ich einen Umfang von 90 cm. Selbst wenn auf der Maßskizze nicht der Umfang sondern nur die halbe Seite des Rockes gemessen wurde, würde ich dann hier XL stricken müssen. Stimmt das?

25.10.2022 - 15:05

DROPS Design answered:

Liebe Frau Ranu, in die 1. Größe werden die übrigen 144 Maschen ca 68 cm messen, so hat man die Maße von 34 cm - gerne können Sie je nach Wunsch und Maßen die Anleitung so anpassen damit der Rock Ihre Hüfte sowie Ihre Taille passt. Viel Spaß beim stricken!

25.10.2022 - 15:59

country flag Myra Jane Sloan wrote:

For some reason, I am having a hard time following this pattern. I basically would just like to get the basic flounce pattern as I would like to make a ruffle around a sleeve. How can I do just the basic pattern in simple terms and then I can repeat it as many times as I want around the sleeve cuff. Thank you so much for your time.

18.09.2020 - 04:41

DROPS Design answered:

Dear Mrs Sloan, you first work A.1 (= knit 1 round with decreases, purl 1 round), then repeat A.2 (= round 1 = K2 tog, K2 tog, (YO, K1)x3, YO, K2 tog, K2 tog - round 2+3: knit, round 4 = purl) - read more about diagrams here. Then work flounces together as shown in this video. Happy knitting!

18.09.2020 - 08:47

country flag Jessica wrote:

I see you have size listed as S-M-L-XL and such,but what does that correspond to? If I am an XL in US sizings, it is not the same as European sizes. Please help?

17.04.2017 - 03:15

DROPS Design answered:

Dear Jessica, the actual size of a garment depends on style and design. Please refer to the measurements on the drawig at the bottom of the pattern. Also of the knitting style and gauge also plays a big role- please always do a gauge swatch and check it, change needle size if necessary. I hope this helps. Happy Knitting!

17.04.2017 - 10:12

country flag Line Margrete Normann wrote:

Kære rette vedkommende Jeg er ikke sikker på om jeg forstår opskriften rigtigt? Betyder det at jeg skal strikke A1 først, men ikke hele omgangen? og så starte A2 efter 275 masker (str. m). Synes det lyder mærkeligt, at man ikke skal have det samme mønster omg ud, for derefter at starte A2. Håber I kan hjælpe mig til at blive lidt klogere. Tak :-)

22.10.2016 - 15:52

DROPS Design answered:

Hej Line. Du har 325 m paa pinden og strikker först A.1 1 gang i höjden (gentages 25 gange paa omgangen). Naar A.1 er faerdig har du taget ind saa du har 275 m. Herefter strikker du A.2 over alle masker.

25.10.2016 - 12:51

country flag Jessica wrote:

Also wanted to know possible yardage ranges if I wanted to make the flounces in one color and the body of the skirt another?

19.02.2016 - 10:51

DROPS Design answered:

Dear Jessica, you are welcome to contact your DROPS store for any help adjusting the pattern/colours to your own wishes. Happy knitting!

19.02.2016 - 10:59

country flag Jessica wrote:

In reading through the pattern, I am stumped. At the beginning of the flounces I understand to work Chart A1 first then A2. But it doesn't specify how many times of each? Thanks Jessica

19.02.2016 - 10:04

DROPS Design answered:

Dear Jessica, you work diagram A.1 1 time in height, then repeat A.2 6 times in height, then work the first 2 rounds in A.2 again. Happy knitting!

19.02.2016 - 10:58

country flag Marja Jokiniemi wrote:

Miten lasken kuinka monen silmukan välein teen kavennukset noissa röyhelöissä? Onko siihen joku laskukaava. Terveisin eräs joka AINA tuskailee näiden tasavälein kavennusten kanssa.

09.07.2015 - 11:30

DROPS Design answered:

Hei! Voit laskea lisäysten s-välin seuraavasti: Laske kuinka monta silmukkaa kerroksella on (esim. 1. liehureunuksessa koossa S on 253 s). Jaa tämä luku lisäysten määrän kanssa (51 s) = n. 5. Eli kavennukset tehdään tässä esimerkissä aina kerran 5 silmukan kohdalla (voit neuloa esim. 3 s, 2 s yhteen, 3 s, 2 s yhteen jne.).

13.07.2015 - 14:00

country flag Sandrine wrote:

Attention si vous réaliser cette jupe en muskat prévoir 14 pelotes au lieu de 9 en taille M

11.05.2015 - 07:49

DROPS Design answered:

Bonjour Sandrine, pensez à bien vérifier votre tension et à la conserver tout au long de votre ouvrage, soit ici 21 m x 28 rangs en jersey = 10 x 10 cm et 1 motif de A.1 = environ 4.5 cm de large. Bon tricot!

11.05.2015 - 11:15

country flag Yvette Delage wrote:

Bonjour' je souhaiterai savoir pour la réalisation du deuxième volant combien je dois faire de cm de jersey avant de rattacher ce volant au premier volant, même question pour les volants 3 et 4, merci

13.04.2015 - 00:32

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Delage, on attache le volant 1 au volant 2 au 2ème tour jersey du volant 2 (après A.2) (au 1er tour jersey, on fait les diminutions), puis on continue en jersey pendant 6 cm et on met en attente. On répète ainsi pour chaque volant: après le motif, on répartit des diminutions, on tricote le volant précédent, on continue en jersey pendant 6 cm et on met en attente. Bon tricot!

13.04.2015 - 09:48

country flag Yvonne Andersson wrote:

Undrar över mönstret? Är det räta varv både dom öppna rutorna o dom med kryss i??? Hoppas på svar MVH! Yvonne.

11.03.2015 - 17:31

DROPS Design answered:

Hej Beklagar, felet är nu rättat!

13.05.2015 - 14:45