DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.57 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 9.42€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 162-19
DROPS design: Model nr. e-231
Garengroep A
----------------------------------------------------------
Maat: S/M – L – XL/XXL
Materiaal:
DROPS SAFRAN van Garnstudio
300-350-350 gr. kleur nr. 17, wit

DROPS HAAKNLD 2,5 mm – of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 26 stk x 16 toeren stk = 10 x 10 cm.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.57 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 9.42€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

INFORMATIE VOOR HET HAKEN:
Vervang de eerste v aan het begin van elke v-toer door 1 l. Eindig de toer met 1 hv in de 1e l aan het begin van de toer.
Vervang het eerste stk aan het begin van elke stk toer door 3 l. Eindig de toer met 1 hv in de 3e l aan het begin van de toer.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot en met A.3.

TIP VOOR HET MEERDEREN 1:
Meerder 2 stk middenachter als volgt:
Haak tot er 2 stk over zijn voor de markeerder middenachter, haak 2 stk in eerste stk, 1 stk in elk van de volgende 2 stk (markeerder staat tussen deze) en 2 stk in volgend stk (= 2 stk gemeerderd).

Meerder 4 stk middenachter als volgt:
Haak tot er 4 stk over zijn voor de markeerder middenachter, haak 2 stk in eerste stk, 1 stk in volgend stk, 2 stk in volgend stk, 1 stk elke van de volgende 2 stk (markeerder staat tussen deze) en 2 stk in volgend stk, 1 stk in volgend stk, 2 stk in volgend stk (= 4 stk gemeerderd).

TIP VOOR HET MEERDEREN 2:
Haak tot er 1 stk overblijft voor de markeerder aan de kant, haak 2 stk in eerste stk, 1 stk in volgend stk (markeerder is in dit stk) en 2 stk in volgend stk (= 2 stk gemeerderd). Herhaal dit meerderen aan de andere kant = 4 st gemeerderd op de toer.
----------------------------------------------------------

KORTE BROEK:
Wordt van boven naar beneden gehaakt.
Haak 224-274-326 l met haaknld 2,5 mm en Safran en vorm een ring met 1 hv in de eerste l. Plaats 1 markeerder aan het begin van de toer = middenachter.
Haak de eerste toer als volgt: 1 l, * sla 1 l over, 1 v in elke van de volgende 7 l *, herhaal van *-* tot er 0-2-6 l over zijn, haak 1 v in elke van deze l = 196-240-286 v.
LEES TIP VOOR HET HAKEN! Ga verder met 1 v in elke v tot het werk 2 cm meet. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Haak nu een gaatjesrand als volgt: 4 l, sla 1 v over, * 1 stk in volgende v, 1 l, sla 1 v over*, herhaal van *-* de hele toer, eindig met 1 hv in de 3e l van het begin van de toer. Haak op de volgende toer 1 v in elk stk en elke l.
Haak dan de korte broek hoger op het achterpand als volgt: haak 11-12-13 v voorbij de markeerder middenachter, keer en haak 1 hv in de eerste st, dan 1 v in elke van de volgende 21-23-25 v, keer en haak 1 hv in de eerste st, dan 1 v in elke van de volgende 32-35-38 st (hv wordt meegerekend). Ga zo verder met 11-12-13 st meer elke keer tot er in totaal 154-192-208 st zijn gehaakt na het laatste keerpunt. Keer opnieuw en haak tot de markeerder middenachter.
Ga verder en haak 1 toer met v en meerder TEGELIJKERTIJD 28-16-2 v gelijkmatig = 224-256-288 v. Haak dan in patroon (en plaats markeerders) als volgt vanaf middenachter: 3 stk, A.1 (= 3 stk), * 5 stk, A.1*, herhaal van *-* tot er 2 v over zijn, 2 stk en plaats TEGELIJKERTIJD een markeerder aan elke zijkant als volgt: plaats een markeerder in het 3e stk na de 7e-8e-9e herhaling van A.1, en plaats een markeerder in het 3e stk na de 21e-24e-27e herhaling van A.1 (dus 1 markeerder aan elke zijkant). Als A.1 1 keer in de hoogte is gebreid, ga dan verder met A.1X - meerder TEGELIJKERTIJD middenachter en aan de zijkanten als volgt:

ZIJKANTEN:
Meerder aan elke kant van het stk met de markeerder, aan elke zijkant als volgt - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN 2. Herhaal dit meerderen elke 4e toer 7-7-8 keer in totaal = 28-28-32 stk gemeerderd.

MIDDENACHTER:
Meerder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 15-17-19 cm (gemeten middenvoor) middenachter als volgt – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1. Herhaal dit meerderen met 2 stk middenachter elke toer 10 keer in totaal, en herhaal dit meerderen met 4 stk elke toer 2-2-3 keer = 28-28-32 stk gemeerderd.

Er zijn nu 280-312-352 stk op de toer. Het werk meet nu ongeveer 22-24-27 cm middenvoor en 27-29-32 cm middenachter. Splits het werk nu voor de pijpen als volgt: haak 1 hv in elke van de eerste 5-6-6 stk op de toer, keer en haak 1 stk in elke van de eerste 10-12-12 stk (dus 5-6-6 st aan elke kant van de markeerder middenachter). Deze 10-12-12 stk = spie voor het kruis. Haak stk heen en weer over deze stk. Minder bij een hoogte van 4-5-6 cm 1 stk aan elke kant, Herhaal dit minderen bij een hoogte van 8-9-10 cm = 6-8-8 stk. Ga verder met 1 stk in elk stk tot de spie 11-12-13 cm meet, knip de draad af. Naai de spie vast, met de zijkanten tegen elkaar, aan de middelste 6-8-8 st middenvoor. Haak dan de pijpen.


PIJP:
Haak 1 stk in elke van de 132-146-166 stk langs een pijp (dus haak 1 stk in elk stk in A.1X en 1 stk in de l-lus = 3 stk), haak ook nog 28-31-34 stk langs de zijkant van de spie = 160-177-200 stk. Haak 2 toeren met stk en meerder TEGELIJKERTIJD op de laatste toer 0-3-0 stk gelijkmatig door 2 stk in 1 stk te haken = 160-180-200 stk.

Ga verder en haak als volgt:
TOER 1: 3 l (= 1 stk), * 1 l, sla 1 stk over, 1 stk in volgend stk * , herhaal van *-* tot er 1 stk overblijft, 1 l, sla 1 stk over, 1 hv in 3e l aan het begin van de toer.
TOER 2: 3 l (= 1 stk), * 1 stk in l-lus, 1 stk in volgend stk *, herhaal van *-* de hele toer tot er 1 l-lus overblijft, 1 stk in l-lus, eindig met 1 hv in 3e l op toer.
TOER 3: haak nu in patroon als volgt: Haak in patroon volgens telpatroon A.2 over de eerste 10 stk, ga verder met A.3 over de hele toer. Eindig elke toer met 1 hv in het begin van de toer. DENK OM DE INFORMATIE VOOR HET HAKEN! Ga zo verder tot patroon A.2-A.3 in de hoogte zijn gehaakt. Hecht af. Haak de andere pijp op dezelfde manier.


STRIKBAND:
Haak een ketting van LOSSE l van 130-140-150 cm lang en haak dan 1 hv in elke l. Rijg de strikband door de toer met gaatjes aan de bovenkant van de korte broek – begin middenvoor.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 16.02.2015
Correctie plaatsing van markeerders aan de zijkanten: plaats TEGELIJKERTIJD een markeerder aan elke zijkant als volgt: plaats een markeerder in het 3e stk na de 7e-8e-9e herhaling van A.1, en plaats een markeerder in het 3e stk na de 21e-24e-27e herhaling van A.1
Gewijzigd online: 01.06.2015
onder SHORTS: (tot er 2 v over zijn, NIET 2 stk)...Maak dan in patroon (en plaats markeerders) als volgt vanaf middenachter: 3 stk, A.1 (= 3 stk), * 5 stk, A.1*, herhaal van *-* tot er 2 v over zijn, 2 stk en plaats TEGELIJKERTIJD een markeerder aan elke zijkant als volgt:...
Gewijzigd online: 03.06.2015
Correctie: KORTE BROEK:
Wordt van boven naar beneden gehaakt.
Haak 224-274-326 l met haaknld 2,5 mm en Safran en vorm een ring met 1 hv in de eerste l. Plaats 1 markeerder aan het begin van de toer = middenachter.
Gewijzigd online: 07.05.2019
Telpatroon A.1 is aangepast naar A.1 en A.1X. KORTE BROEK: Als A.1 1 keer in de hoogte is gebreid, ga dan verder met A.1X - meerder TEGELIJKERTIJD middenachter en aan de zijkanten als volgt:

Telpatroon

symbols = stk om l-lus (1e toer= stk in stk)
symbols = v in stk
symbols = l
symbols = 7 l
symbols = v om l-lus
symbols = hv in l
symbols = 1e toer begint hier
symbols = haak 1 stk maar wacht met de laatste doorhaling, haak nog 1 stk in hetzelfde stk. Haal bij de laatste doorhaling de draad door alle lussen op de haak
symbols = dubbel stk
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Elly May

Dagmar, Germany

Elly May

Hanna, Poland

162-19 Elly May

joywiths, United Kingdom

Elly May

A1001stitches, United Kingdom

Laat een opmerking achter voor DROPS 162-19

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (158)

country flag Dominika wrote:

Dlaczego w wersji angielskiej robimy na początku słupki a w wersji polskiej jest napisane oczko ścisłe?

20.04.2024 - 20:10

DROPS Design answered:

Witaj Dominiko, po wykonaniu łańcuszka wykonujemy oczka ścisłe (w polskiej terminologii funkcjonujące również jako półsłupki). Jak wykonać to oczko znajdziesz TUTAJ. W kolejnym okrążeniu są już wykonywane słupki, Pozdrawiamy!

21.04.2024 - 19:23

country flag Emanuela wrote:

Buongiorno, avviando 224 catenelle, come indicato per una tg. S/M, mi viene un giro vita larghissimo. È possibile che sbagli qualcosa? Grazie

16.03.2024 - 23:12

DROPS Design answered:

Buonasera Emanuela, non ci sono errori nel numero di catenelle di avvio, nel primo giro vengono diminuite. Buon lavoro!

17.03.2024 - 18:18

country flag Laura Silvestri wrote:

Buonasera. Sono arrivata a finire il giro di maglie alte che suddivise in 3, 5, 3, 5 .. costituiscono il diagramma A1. Devo iniziare A1x, ora vedendo il video, si osserva che il motivo è preceduto da 1 maglia saltata così come dopo, questo riduce le maglie lavorate ai lati del motivo a 3 invece che 5 ma in figura con la modella ne conto sempre 5. Forse omi servirebbe uno schema più ampio che descriver il modello A1 ed A1x così da capire le ripetizioni. Grazie

14.01.2024 - 19:25

DROPS Design answered:

Buonasera Laura, non ci sono errori nel modello. Buon lavoro!

17.03.2024 - 21:09

country flag Caroline wrote:

Bonjour, je suis à 6 rgs de brides et j'ai déjà 5 cm de hauteur. Pour les augm. milieu du dos, que me conseilleriez vous pour avoir la bonne dimension : dois je commencer les diminutions un peu avant 15 cm ou faire moins d'augmentations (au lieu de 10 fois tous les tours, j en fais moins (8 par ex. ?) Merci !

17.09.2023 - 09:14

DROPS Design answered:

Bonjour Caroline, votre tension en hauteur n'a pas l'air juste, essayez de tirer vos brides un peu moins en hauteur, ce sera bien plus simple, sinon vous devrez effectivement faire les ajustements nécessaires pour avoir la bonne forme et les bonnes mesures en fonction de votre propre tension et des mesures à obtenir - votre magasin peut vous y aider (même par mail ou téléphone); ou bien vous pouvez aussi demander à d'autres crocheteuses via notre DROPS Workshop; merci pour votre compréhension.. Bon crochet!

18.09.2023 - 08:37

country flag Caroline wrote:

En même temps, ces 225 brides me permettent de pouvoir avoir 4 brides entre les futures augmentations comme vous me l'avez expliqué. Donc ça doit bien faire 225 ml au total

13.09.2023 - 09:01

country flag Caroline wrote:

Bonjour, après les 2 rangs (1 rang brides avec marqueurs "5 brides -2 brides", 2 rg point fantaisie) en recomptant, j'ai 224 brides + 3 ml en l'air=225 ml. Est ce normal

13.09.2023 - 08:57

DROPS Design answered:

Bonjour Caroline, vous devez avoir 224 mailles, la 1ère bride est remplacée par 3 mailles en l'air, cela vient peut-être de là?

13.09.2023 - 13:18

country flag Cattaneo wrote:

Rebonjour, merci pour vos précisions concernant l augmentation des côtés. J'ai bien compris. Mais pour être bien sûre, ces augmentations il faut les démarrer après les rangs : 1 rang de brides (A1), 1 rang point fantaisie (Ax), donc au 3eme rang ou alors en même temps que le rang Ax ? Après je serai sûre de moi, merci 🙂

12.09.2023 - 14:00

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Cattaneo, vous crochetez d'abord A.1 en hauteur (= 3 rangs) puis répétez A.X en augmentant en même temps au 1er rang de A.X, autrement dit, les 3 premiers rangs de A.1 se font sans augmenter, vous ne commencez à augmenter que lorsque vous crochetez A.X la 2ème fois en hauteur. Bon crochet!

12.09.2023 - 17:17

country flag Cattaneo wrote:

Bonjour, concernant l\'augmentation sur les côtés , dans la 3eme bride après le 7eme et 21eme motif: le \"motif\" c\'est bien \"3 brides-5 brides\" et on augmente dans la 3eme bride des 5 brides ? Et quand vous dites \"après le 7eme motif\" c\'est donc au 8eme motif ou alors dans le 7eme motif (c\'est pas clair pour moi car c\'est écrit \"après\".

11.09.2023 - 20:07

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Cattaneo, vous allez mettre un marqueur dans la bride au milieu des 5 brides entre 2 A.1, vous aurez ainsi: le 7ème A.1 depuis le début du tour, 2 brides, 1 bride avec 1 marqueur, 2 brides, continuez avec alternativement A.1 et 5 brides, puis après le 21 ème A.1, vous aurez à nouveau 2 brides 1 bride avec 1 marqueur, 2 brides, continuez alternativement avec A.1 et 5 brides jusqu'à la fin du tour. En espérant que ce soit plus clair ainsi. Bon crochet!

12.09.2023 - 09:04

country flag Cattaneo wrote:

Bonjour, juste une précision : comme j'ai dû recommencer, au niveau du rang A1 où l'on fait 224 brides avant de faire le rang A1x, il faut inclure les 3 ml en l air dans les 224 brides où c'est 224 brides + 3 ml en l'air ?

06.09.2023 - 08:06

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Cattaneo, les 3 mailles en l'air du début du rang remplacent la 1ère bride (cf. INFO CROCHET, ainsi, vous devez avoir 3 mailles en l'air + 223 brides au total. Bon crochet!

06.09.2023 - 09:26

country flag Cattaneo wrote:

Je reviens concernant le début du rang fantaisie, il est écrit : "3 B, A.1 (= 3 B), *5 B, A.1*, répéter de *-* jusqu'à ce qu'il reste 2 ms, 2 B", donc il y a 3 brides non travaillées en début de rang et 2 brides en fin de rang = 5 brides où il faudra faire les augmentations à partir de 15 cm (2 augm.) : 2 brides +3 ml en l'air+2 brides. Est ce bien ça ?

05.09.2023 - 09:43

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Cattaneo, effectivement, vous avez bien 3 brides au début + 2 brides à la fin du tour pour en avoir 5 comme partout autour; et vous augmentez ensuite 4 brides au milieu dos (d'abord 1 bride puis 2 de chaque côté du milieu dos, soit d'abord 2 brides au total puis 4 brides). En même temps, vous augmenterez sur les côtés (2 brides de chaque côté). Bon crochet!

05.09.2023 - 13:46