DROPS Cotton Merino
DROPS Cotton Merino
50% Wol, 50% Katoen
vanaf 3.30 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 33.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale
DROPS 157-41
DROPS design: Model nr. cm-014
Garengroep B
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL
Materiaal:
DROPS COTTON MERINO van Garnstudio
500-550-600-700-750 gr. kleur nr. 02, zwart

Of gebruik:
DROPS BELLE van Garnstudio
500-550-550-650-700 gr. kleur nr. 08, zwart

DROPS RONDBREINLD (80 cm) 4,5 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 20 st x 26 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS RONDBREINLD (80 cm) 4 mm – voor de rand in ribbelst.
U kunt dit patroon ook in zijn geheel op rechte breinaalden breien als u dat prettiger vindt.
DROPS HAAKNLD 5 mm - voor de gehaakte rand
DROPS SCHELPENKNOOP, NR. 526: 3 stuks voor alle maten
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Cotton Merino
DROPS Cotton Merino
50% Wol, 50% Katoen
vanaf 3.30 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 33.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

BESPAAR 30% op 6 katoenfavorieten!
Geldit tot en met 12.04.2024

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
Brei alle nld recht. 1 ribbel = 2 nld r.

PATROON
(1e nld = verkeerde kant): * brei 1 nld recht aan de verkeerde kant, brei 1 nld recht aan de goede kant, brei 1 nld av aan de verkeerde kant en brei 1 nld recht aan de goede kant *, herhaal van *-*.

TIP VOOR HET MEERDEREN (voor de kraag):
Meerder door 2 st te breien in de tweede st en de een na laatste st.

TIP VOOR HET MINDEREN (voor de hals):
Alle minderingen worden aan de goede kant gemaakt! Minder naast 5 voorbies st en meerder st voor de kraag.
Minder als volgt voor de st in ribbelst: 2 r samen.
Minder als volgt na de st in ribbelst: 1 r afh, 1 r, afgeh st overh.

KNOOPSGATEN:
Maak knoopsgaten op de rechter voorbies. 1 knoopsgat = Brei de 3e en 4e st vanaf middenvoor samen en maak 1 omsl. Maak knoopsgaten bij een hoogte van:
MAAT S: 21, 28 en 35 cm
MAAT M: 22, 29 en 36 cm
MAAT L: 23, 30 en 37 cm
MAAT XL: 24, 31 en 38 cm
MAAT XXL: 25, 32 en 39 cm
----------------------------------------------------------

U kunt dit patroon ook in zijn geheel op rechte breinaalden breien als u dat prettiger vindt.

ACHTERPAND:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld zodat alle st goed op de nld passen.
Zet 90-98-106-116-126 st op (incl. 1 kant st aan elke kant) met rondbreinld 4 mm en Cotton Merino of Belle. Brei 5 ribbels in RIBBELST - zie uitleg boven. Ga verder met rondbreinld 4,5 mm in tricotst. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Minder bij een hoogte van 5-6-7-8-9 cm 1 st aan elke kant 4 keer elke 4 cm = 82-90-98-108-118 st. Meerder bij een hoogte van 24-25-26-27-28 cm 1 st aan elke kant 4 keer elke 4 cm = 90-98-106-116-126 st. Brei TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 35 cm in PATROON - zie uitleg boven - over alle st tot het werk klaar is. Minder bij een hoogte van 41-42-43-44-45 cm voor de armsgaten aan elke kant om de nld: 1 keer 4 st, 0-1-1-2-2 keer 3 st, 1-1-2-2-4 keer 2 st en 2-2-3-4-3 keer 1 st = 74-76-78-80-84 st. Kant bij een hoogte van 58-60-62-64-66 cm de middelste 22 st af voor de hals. Ga verder en minder aan elke kant van de hals om de nld: 2 keer 1 st = 24-25-26-27-29 st over op elke schouder. Kant af bij een hoogte van 60-62-64-66-68 cm.

LINKERVOORPAND:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld.
Zet 50-54-58-63-68 st op (incl. 1 kant st aan de zijkant en 5 voorbies st middenvoor) met rondbreinld 4 mm en Cotton Merino of Belle. Brei 5 ribbels, ga verder met nld 4,5 mm in tricotst en 5 voorbies st in ribbelst. Minder en meerder TEGELIJKERTIJD vanaf een hoogte van 5-6-7-8-9 cm aan de zijkant als op het achterpand = 50-54-58-63-68 st.

LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT.
Brei bij een hoogte van 35 cm in patroon over alle st (behalve de voorbies die steeds in ribbelst wordt gebreid) tot het werk klaar is.
KRAAG: meerder bij een hoogte van 35-36-37-38-39 cm 2 st naast de eerste voorbies st middenvoor. Brei in de volgende nld 1 ribbel alleen over de buitenste 7 st middenvoor (brei niet over de andere st op de nld). Brei dan weer alle st - meerder TEGELIJKERTIJD 1 st naast de buitenste voorbies st - ZIE TIP VOOR HET MEERDEREN: 10 keer om de nld en dan 4 keer elke 4e nld = 16 st gemeerderd voor de kraag - brei de meerder st in ribbelst.
HALS: minder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 39-40-41-42-43 cm voor de hals - ZIE TIP VOOR HET MINDEREN! 18 keer 1 st om de nld.
ARMSGATEN: minder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 41-42-43-44-45 cm voor het armsgat aan de zijkant als op het achterpand. Als alle minderingen voor het armsgat en de hals gemaakt zijn, staan er nog 40-41-42-43-45 st op de nld. Brei tot het werk 60-62-64-66-68 cm meet. Kant nu 24-25-26-27-29 st af op de schouder = 16 kraag st in ribbelst over op de nld.
KRAAG: ga verder in ribbelst over de kraag als volgt: * 1 ribbel over alle st, 1 ribbel over alleen de buitenste 10 st middenvoor *, herhaal van *-* tot kraag ongeveer 7 cm meet naast de schouder (de hoogte is dan ongeveer 14 cm aan de kant middenvoor). Zet de st op een hulpdraad.

RECHTERVOORPAND:
Zet op en brei als het linkervoorpand maar minder voor het armsgat en de hals aan de tegengestelde kant. Maak ook KNOOPSGATEN - zie uitleg boven - op de voorbies.

MOUW:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld.
Zet 47-47-49-53-53 st op (incl. 1 kant st aan elke kant) met rondbreinld 4 mm en Cotton Merino of Belle.

LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT.
Brei 7 cm in ribbelst en ga dan verder met rondbreinld 4,5 mm en in tricotst. Meerder TEGELIJKERTIJD na de ribbels 1 st aan elke kant elke 3,5-3-2,5-2,5-2 cm 12-14-15-15-17 keer in totaal = 71-75-79-83-87 st.
Brei TEGELIJKERTIJD als de mouw 38-36-34-32-30 cm meet in PATROON - zie uitleg boven - tot het werk klaar is. Brei tot de mouw 49-48-46-44-43 cm meet en minder dan voor de mouwkop aan elke kant om de nld: 1 keer 4 st, 1 keer 3 st, 2 keer 2 st, 3-4-6-7-11 keer 1 st en minder dan 2 st aan elke kant tot het werk 56 cm meet, minder dan 1 keer 3 st aan elke kant. Kant de overgebleven st af bij een hoogte van ongeveer 57 cm.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen. Naai de kraag samen middenachter met onzichtbare st en naai de kraag langs de hals op het achterpand. Naai de mouwen in het vest. Naai de mouw- en zijnaden samen naast de kant st. Naai de knopen op de linkervoorbies.

GEHAAKTE RAND:
Haak een rand met 2 draden Cotton Merino of Belle en haaknld 5 mm langs de linkervoorbies, de kraag en naar beneden langs de rechtervoorbies als volgt: haak in tegengestelde richting (kreeftensteek), dus haak v van links naar rechts.

Telpatroon

diagram measurements

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 157-41

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (28)

country flag Dani wrote:

Hello Drops team. I have a question on the collar increases: I understand that the row directly after the first 2 stitch increase is a short row where we knit the band stitches only, and then 1 increase is made for the collar every other row 10 times and then every 4th row 4 times giving 16 increased sts. All good. But is there only one short row at the start or do we make a short row before each increase on the collar? Thank you for your lovely patterns and website.

29.06.2023 - 15:22

DROPS Design answered:

Dear Dani, yes there is only one short row (2 rows over the outermost 7 stitches towards mid front), that will not be repeated again - the next short rows will only be worked for the collar section after you have cast off shoulder stitches. Working these short rows will let the neckline lie nicely. Happy knitting!

29.06.2023 - 15:39

country flag Ellen wrote:

You start with 5 STS in garter st for the trim, then you add 16sts gradually, should have 21sts Why is it that in the end you cast off 16 sts

19.11.2022 - 03:41

DROPS Design answered:

Dear Ellen, the 16 stitches are the neck stitches. When we are finishing the shoulders, we cast off all stitches except the 16 stitches, which are for the neck and we continue working later on. Happy knitting!

21.11.2022 - 00:32

country flag Ellen wrote:

Hello Can you please tell me what the crochet detail at the end is for if you already have the band? The picture isn't clear What effect does it give and how many rows do you crochet?

16.11.2022 - 09:55

DROPS Design answered:

Dear Ellen, you will crochet an edge with reverse double crochets (UK-English)/single crochet (US-English) along the opening of the jacket: starting at the bottom of left front piece, work along the whole edge, then along the collar and down along right front piece. Happy crocheting!

16.11.2022 - 10:11

country flag Ellen wrote:

What does 5 band st in garter st mean?

10.11.2022 - 06:05

DROPS Design answered:

Hi Ellen, This means the first 5 stitches and the last 5 stitches on each row are the bands (where the buttons and buttonholes are sewn/worked. These stitches are knitted on all rows (which is the definition of garter stitch). Happy crafting!

10.11.2022 - 06:47

country flag Filiz Aslanalp wrote:

Hi, my name is Filiz and have some questions. in sizse small left front piece it says when piece measures 35 cm work pattern and inc 2 sts inside first band st towards mid front. So, should i work from WS? if yes, where can i inc 2 sts and 1 st after short rows? How can i avoid the holes after short rows? Pls pls pls explain clearly cause i've been trying to knit it since 4 days and no success! Thx.

01.08.2019 - 18:36

DROPS Design answered:

Dear Filiz, the increases for collar are worked from RS, so that you will increase on left front piece at the end of row from WS. To avoid holes at the transition between short rows, you can tighten the thread (see here) or use the wrap & turn method (see here from RS and here from WS. Happy knitting!

07.08.2019 - 09:27

country flag Marie Roseline Helias wrote:

Pr le devant j'ai un soucis : il me reste bien les 24m pour lepaule mais jai 21m point mousse et le modele dit 16 ! Selon moi 5 pt mousse de base + 16 augm = 21 ! C est vrai ou pas ? Merci de me corriger

15.04.2019 - 19:13

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Helias, en taille S vous devez avoir 19 m jersey et 21 m point mousse (= 40 m): vous aviez 45 m + 5 m point mousse et diminuez 18 m pour l'encolure + 8 m pour l'emmanchure = il reste 19 m + les 5 m de bordure devant + 2 augm + 14 augm = 21 m. Vous rabattez les 24 premières mailles pour l'épaule = il reste 16 m pour le col. Bon tricot!

23.04.2019 - 10:21

country flag Sheila Lebleu wrote:

Beste team van Dropsdesign. Ik zou graag zien hoe je de bies achteraan de hals samennaait. Is daar een video van aub? Groeten Sheila

08.02.2018 - 20:41

DROPS Design answered:

Hallo Sheila, Misschien heb je wat aan deze video waarin wordt uitgelegd hoe je een naad met ribbelsteek in elkaar naait. (In het patroon is het wel ietsje anders, omdat der ribbel van het achterpand zeg maar dwars op de bies zit.)

12.03.2018 - 09:55

country flag Jenny Van Den Hoff wrote:

Een vraag over de kraag, je hebt 5 biessteken en daar komen er 2 bij vervolgens meerder je er nog eens 16, uiteindelijk heb je dus 23 steken voor de kraag, klopt dit?

26.01.2018 - 20:30

DROPS Design answered:

Hoi Jenny, De eerste 2 steken die je meerdert zitten ook bij die 16 steken in die je totaal meerdert voor de kraag, waardoor je op een totaal komt van 21 steken.

28.01.2018 - 19:16

country flag Lise Pouliot wrote:

Comment faire l'échantillon ? Nombres de mailles,nombre de rangs pour égaler à combien de cm. Merci à l'avance

21.02.2017 - 15:10

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Pouliot, vous trouverez toutes les informations sur l'échantillon sous l'onglet "Fournitures" et de plus amples informations sur l'échantillon ici. Bon tricot!

21.02.2017 - 17:19

country flag Diana wrote:

Ik begrijp het laatste stukje van de kraag niet. Kunt u dat duidelijker uitleggen? Hoe kan ik de ribbel over alleen 10 steken breien en de volgende naald over alle steken breien? Moet ik dan iedere keer aan en afhechten?

04.12.2016 - 16:42

DROPS Design answered:

Hoi Diana. Je hebt 16 st over voor de kraag. Je breit nu verkorte toeren, dus eerst over de eerste 10 st (dus brei 10 st, keer het werk en brei terug). Brei over alle st. Dan wordt de ene kant breder dan de andere. Zie ook deze video:

05.12.2016 - 14:37