DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.05 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 2.10€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS Children 24-10
DROPS design: Model nr. e-013-bn
Garengroep A en C of A+A
-----------------------------------------------------------
KLEINE LEEUW:
Maten: ongeveer 9 cm hoog en 10 cm lang
Materiaal:
DROPS SAFRAN van Garnstudio
50 gr. kleur nr. 28, oranje
50 gr. kleur nr. 22, lichtbruin
en wat zwart voor ogen, snuit en mond

DROPS HAAKNLD 3 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 24 v = 10 cm breed.
Kussenvulling voor de vulling

GROTE LEEUW:
Maten: ongeveer 13 cm hoog en 14 cm lang
Materiaal:
DROPS PARIS van Garnstudio
50 gr. kleur nr. 19, lichtgeel
50 gr. kleur nr. 26, donkerbeige
en wat zwart voor ogen, snuit en mond

DROPS HAAKNLD 4 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 17 v = 10 cm breed.
Kussenvulling voor de vulling
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.05 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 2.10€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

TIP VOOR DE VULLING:
Vul het dier gaandeweg met wat kussenvulling terwijl u het haakt.

TIP VOOR HET HAKEN:
Begin elke v toer met 1 l (dit vervangt niet de eerste v) en eindig met 1 hv in eerste v van het begin van de toer.
Keer elke v toer met 1 l - dit vervangt niet de eerste v op de toer.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder 1 v door 2 st samen te haken.
Doe dit als volgt: steek haak in eerste st en haal draad door, steek haak in volgende st en haal draad door, maak 1 omsl en haal draad door alle 3 st op haak.

----------------------------------------------------------
KLEINE LEEUW:
Wordt vanaf de achterkant gehaakt, eerst het lijf en dan de kop. Haak dan de manen rondom de kop en haak los de oren, poten en staart en zet ze vast. LEES TIP VOOR DE VULLING!

LIJF EN KOP:
Haak 4 l met haaknld 3 mm en oranje en vorm een ring met 1 hv in eerste l. LEES TIP VOOR HET HAKEN!
TOER 1: haak 6 v in l-ring - toer begint midden onder de leeuw.
TOER 2: haak 2 v in elke v = 12 v.
TOER 3: haak * 1 v in eerste v, 2 v in volgende v *, herhaal van *-* de hele toer = 18 v.
TOER 4: haak * 1 v in elke van de eerste 2 v, 2 v in volgende v *, herhaal van *-* de hele toer = 24 v.
TOER 5-14: haak 1 v in elke v.
Haak dan 1 v in elke van de eerste 10 v, keer het werk met 1 l - haak nu heen en weer voor de borst.
TOER 15 (verkeerde kant): sla de eerste 2 v over, haak 1 v in elke van de volgende 16 v, keer met 1 l.
TOER 16 (goede kant): sla de eerste 2 v over, haak 1 v in elke van de volgende 13 v, keer met 1 l.
TOER 17 (verkeerde kant): sla de eerste 2 v over, haak 1 v in elke van de volgende 10 v, keer met 1 l.
TOER 18 (goede kant): sla de eerste 2 v over, haak 1 v in elke van de volgende 7 v, keer met 1 l.
TOER 19 (verkeerde kant): sla de eerste 2 v over, haak 1 v in elke van de volgende 4 v, keer met 1 l.
TOER 20 (goede kant): sla de 1e v over, haak dan 7 v, keer met 1 l.
TOER 21 (verkeerde kant): sla de 1e v over, haak dan 10 v, keer met 1 l.
TOER 22 (goede kant): sla de 1e v over, haak dan 13 v, keer met 1 l.
TOER 23 (verkeerde kant): sla de 1e v over, haak dan 16 v, keer met 1 l, haak dan weer in de rondte.
TOER 24: haak 22 v de hele toer (de toer begint nu midden boven op de hals).
TOER 25: haak de eerste 8 v 2 aan 2 samen – LEES TIP VOOR HET MINDEREN! Haak dan 1 v in elke van de volgende 6 v, haak dan de laatste 8 v 2 aan 2 samen = 14 v.
TOER 26: haak 2 v in elke van de eerste 3 v, dan 1 v in elke van de volgende 8 v en 2 v in elke van de laatste 3 v = 20 v, haak dan 1 v in elke van de eerste 9 v, keer met 1 l – haak nu heen en weer voor de kop.
TOER 27 (verkeerde kant): sla de eerste 2 v over, haak 1 v in elke van de volgende 15 v, keer met 1 l.
TOER 28 (goede kant): sla de eerste 2 v over, haak 1 v in elke van de volgende 12 v, keer met 1 l.
TOER 29 (verkeerde kant): sla de eerste 2 v over, haak 1 v in elke van de volgende 9 v, keer met 1 l.
TOER 30 (goede kant): sla de eerste 2 v over, haak 1 v in elke van de volgende 6 v, keer met 1 l.
TOER 31 (verkeerde kant): sla de eerste 2 v over, haak 1 v in elke van de volgende 3 v, keer met 1 l.
TOER 32 (goede kant): sla de 1e v over, haak dan 6 v, keer met 1 l.
TOER 33 (verkeerde kant): sla de 1e v over, haak dan 9 v, keer met 1 l.
TOER 34 (goede kant): sla de 1e v over, haak dan 12 v, keer met 1 l.
TOER 35 (verkeerde kant): sla de 1e v over, haak dan 15 v, keer met 1 l, haak dan weer in de rondte.
TOER 36: haak 21 v in de rondte.
TOER 37: haak 1 v in elke v – plaats 1 markeerder in deze toer (hier worden later de manen gehaakt).
TOER 38: haak 1 v in elke v.
TOER 39: * haak de eerste 2 v samen, dan 1 v in volgende v *, herhaal van *-* de hele toer = 14 v.
TOER 40: haak 1 v in elke v.
TOER 41: haak 1 v in elke v en minder TEGELIJKERTIJD 4 v gelijkmatig = 10 v.
TOER 42: haak 1 v in elke v.
TOER 43: haak de hele toer alle v 2 aan 2 samen. Knip de draad af, rijg het draadeinde rondom de opening, trek de draad aan en zet vast.

ACHTERPOTEN:
Haak 4 l met oranje en vorm een ring met 1 hv in eerste l.
TOER 1: haak 6 v in l-ring.
TOER 2: haak 2 v in elke v = 12 v.
TOER 3: haak 1 v in elke van de eerste 3 v, haak dan de volgende 6 v 2 aan 2 samen – ZIE TIP VOOR HET MINDEREN, haak dan 1 v in elke van de laatste 3 v = 9 v.
TOER 4-6: haak 1 v in elke v.
TOER 7: haak 2 v in eerste v, 1 v in elke van de volgende 7 v en 2 v in laatste v = 11 v.
TOER 8: haak 2 v in eerste v, 1 v in elke van de volgende 9 v en 2 v in laatste v = 13 v. Hecht de draad af.
Haak nog een achterpoot. Vul ze met wat kussenvulling en bevestig ze aan de achterkant van het lijf, zodat ze naar voren wijzen.

VOORPOTEN:
Haak 4 l met oranje en vorm een ring met 1 hv in eerste l.
TOER 1: haak 5 v in l-ring.
TOER 2: haak 2 v in elke v = 10 v.
TOER 3: haak 1 v in elke van de eerste 2 v, haak dan de volgende 6 v 2 aan 2 samen – ZIE TIP VOOR HET MINDEREN, haak dan 1 v in elke van de laatste 2 v = 7 v.
TOER 4-6: haak 1 v in elke v.
TOER 7: haak 2 v in eerste v, 1 v in elke van de volgende 5 v en 2 v in laatste v = 9 v.
TOER 8: haak 2 v in eerste v, 1 v in elke van de volgende 7 v en 2 v in laatste v = 11 v. Hecht de draad af.
Haak nog een voorpoot. Vul ze met wat kussenvulling en bevestig ze aan de voorkant van het lijf, zodat ze naar voren wijzen.

STAART:
Haak 10 l met oranje, keer en haak 2 stk in 3e l vanaf haak, haak dan 2 l, zet vast met 1 hv in dezelfde l waar de 2 stk gehaakt zijn, haak dan 1 v in elke van de laatste 7 l. Hecht de draad af en zet de staart vast aan de achterkant van het lijf zodat hij naar beneden hangt.

MANEN OP DE KOP:
TOER 1: haak met oranje als volgt in de 37e toer rondom de kop: 1 v in eerste v, * 5 l, dan 1 hv in 2e l vanaf haak en 1 hv in elke van de laatste 3 l, zet vast met 1 v in volgende v op toer *, herhaal van *-* rondom hele kop, Hecht de draad af.
TOER 2: Nu alleen haak langs de bovenste kant van de kop, begin aan de zijkant, 2 toeren achter de vorige toer. Haak met lichtbruin als volgt: 1 v in eerste v, * 5 l, dan 1 hv in 2e l vanaf haak en 1 hv in elke van de laatste 3 l, zet vast met 1 v in volgende v op toer *, herhaal van *-* langs de andere kant van de kop, hecht de draad af.
TOER 3: haak in 2e toer achter de vorige toer, haak nu met oranje op dezelfde manier als de 2e toer.

OREN:
Haak 4 l met licht bruin, haak dan 1 stk in de eerst gehaakte l, hecht de draad af. Haak nog een oor en naai ze op de bovenkant van de kop.

Borduur ogen, snuit en mond met zwart.

----------------------------------------------------------
GROTE LEEUW:
Haak zoals de kleine leeuw, maar met haaknaald 4 mm en Paris. Vervang kleur oranje door lichtgeel en kleur lichtbruin door donkerbeige.
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS Children 24-10

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (13)

country flag Carina wrote:

Hej, (mönster Mufasa) från varv 15 ska man jobba med 18 m (Hoppa över de 2 första fm, virka 1 fm i var och en av de 16 nästa fm) Var finns de 18 maskorna? Fr.o.m. varv 5 finns det 24 m och då ska man bara jobba med 10 m för bröstkorgen, det förstår jag, men från varv 15 ska man jobba med 18m, vilka 18m menar ni? Det är ju 24 runt och om jag tar bort de 10 till bröstkorg så blir det bara 14 kvar att jobba med.

04.12.2021 - 19:31

DROPS Design answered:

Hei Carina. Du har 24 fastmasker på omgangen, men nå skal det hekles rader frem og tilbake et stykke til brystkasse. Hekle 10 fastmasker, SNU arbeidet med 1 luftmaske og deretter hekles det slik: 15.RAD (vrangen): Hopp over de 2 første fm, hekle 1 fm i hver av de 16 neste fm, SNU med 1 lm. 16.RAD (retten): Hopp over de 2 første fm, hekle 1 fm i hver av de neste 13 fm, SNU med 1 lm. Les i oppskriften hvordan det hekles videre. mvh DROPS Design

07.12.2021 - 13:25

country flag Nathalie wrote:

Où trouver les explications d'un ancien modèle de veste pour femme Drops ? Veste en laine, modèle Drops, tricotée en Eskimo Tweed, aux aiguilles numéro 8 ? Je sais que Eskimo est remplacé par Snow mais comment avoir les explications ?

08.03.2021 - 19:24

DROPS Design answered:

Bonjour Nathalie, retrouvez tous nos modèles de gilets et veste femme tricotés en DROPS Snow ici - ne s'agirait-il pas du modèle Tweed on the town ? Bon tricot!

09.03.2021 - 07:32

country flag Guittard wrote:

Où trouver les explications d'un ancien modèle de gilet pour femme Drops ?

08.03.2021 - 19:16

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Guittard, si vous connaissez le numéro ou son nom, vous pouvez l'indiquer dans la case concernée du moteur de recherche de notre page d'accueil - sinon, vous pouvez retrouvez tous nos modèles de gilets femme ici - filtrez les résultats pour affiner la recherche. Bon tricot!

09.03.2021 - 07:30

country flag Vanessa wrote:

Ce modèle n'est pas vraiment facile. C'est pire qu'un sudoku :) :) même avec les explications des pcédentes crocheuteuses. le tour 24 fait bien 22 ms (il comprend bien les 16 ms. Je n'arrive pas du tout à m'imaginer la "bestiole". . Merci d'avance

20.04.2020 - 15:57

DROPS Design answered:

Bonjour Vanessa, tout à fait le tour 24 fait bien 22 ms. Parfois, tout prend son sens quand on a les mailles sous les yeux, en suivant pas à pas les explications, votre lion va prendre forme petit à petit. Pour toute assistance individuelle complémentaire, n'hésitez pas à contacter le magasin où vous avez acheté votre laine, même par mail ou téléphone. Bon crochet!

20.04.2020 - 16:38

country flag Vanessa wrote:

Bonjour, je ne comprends pas à partir soir au rang 5 à 14 , fait-on en rond 24 m ? ou seulement 10 m que nous faisons en aller retour ? ensuite pour le rang 15 vous dites : Sauter les 2 premières ms, 1 ms dans chacune des 16 ms suivantes, 1 ml pour tourner. mais où fait-on les augmentations ? je ne comprend pas trop Merci d'avance

17.04.2020 - 15:06

DROPS Design answered:

Bonjour Vanessa, du tour 5 au tour 14, vous crochetez 1 ms dans chaque ms. Quand le tour 14 est fait, crochetez 1 ms dans chacune des 10 premières ms du tour, puis 1 maille en l'air, tournez et crochetez maintenant le poitrail en rangs, on a décalé le début des rangs pour que le poitrail soit situé au bon endroit. Aux rangs 15 à 19, vous sautez simplement les 2 premières ms sans les crocheter, aux rangs 20 à 23 vous sautez la 1ère ms et vous continuez en rond à partir du rang 23. Bon crochet!

17.04.2020 - 15:43

country flag Fanchon wrote:

Merci pour votre réponse mais je ne comprends toujours pas très bien. Je ne fais pas la différence entre rang précédent et rangs précédents. A la fin du rang 23, j'ai un poitrail de 16m, quand vous parlez de tour de 22 m, le poitrail en fait-il partie ? d'avance merci pour votre réponse.

22.02.2016 - 17:23

DROPS Design answered:

Bonjour Fanchon, tout à fait, le rang 23 se fait sur l'envers, tournez et crochetez le tour 24 sur l'endroit: 1 m dans les 16 m du rang 23 + 6 ms réparties le long des rangs précédents pour terminer en rond par 1 mc dans la 1ère ms du tour. Bon crochet!

23.02.2016 - 08:43

country flag Fanchon wrote:

Tout va bien jusqu'au rang 24 mais après, je suis perdue. Merci

21.02.2016 - 19:34

DROPS Design answered:

Bonjour Fanchon, au tour 24, crochetez de nouveau en rond (sur l'endroit), 1 m dans chaque m du rang précédent + 1 m dans chaque début/fin des rangs précédents (ajustez si nécessaire le nbe de mailles pour bien avoir 22 ms à la fin de ce tour). Bon crochet!

22.02.2016 - 10:47

country flag Monika Schenk wrote:

Möchte den Löwen häkeln. Verstehe nicht die Anleitung ab der 20 Reihe. Wie kann ich aufeinmal wieder 7 fM stricken wenn nur noch 4 fM da sind? Sehr verwirrend. Viele Grüße Monika Schenk

23.01.2016 - 13:58

DROPS Design answered:

Sie können in die fM der darunterliegenden R häkeln. Mit den verkürzten Reihen häkeln Sie ja den Brustkorb, danach geht es dann nach und nach wieder über alle M der Rd weiter.

02.02.2016 - 13:15

country flag Lise Lotte Stenberg wrote:

24.omg: hækl 22 fm hele vejen rundt ( omg starter nu midt ovenpå nakken) Hvordan kan det være midt ovenpå nakken, da jeg lige har hæklet brystkassen (frem og tilbage) og slutter den af med de 22 fm?

30.08.2015 - 21:39

DROPS Design answered:

Hej LiseLotte, du må om i nakken inden du häkler de 8 fm sammen 2 og 2. God fornöjelse!

04.09.2015 - 13:01

country flag Seija Ala-villilä wrote:

Leijonasta : Nyt en ymmärrä ? Mihin lisätään 19 kerroksessa ne 7 silmukkaa kerroksella 20 ??? On vain ne neljä silmukkaa ?

11.03.2015 - 12:04

DROPS Design answered:

Voisitko vielä tarkentaa kysymystä? Lisäykset aloitetaan heti kjs-renkaassa.

12.03.2015 - 16:06