DROPS Alaska
DROPS Alaska
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 41.61€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale
DROPS 135-22
DROPS design: Model nr. X-366
Garengroep C
--------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal: DROPS ALASKA van Garnstudio
Kleur nr. 03, lichtgrijs:
700-750-850-950-1000-1100 gr
Kleur nr. 53, donkerroze mix:
100-100-150-150-150-150 gr
Kleur nr. 57, denimblauw:
100-100-150-150-150-150 gr

DROPS RONDBREINLD 5 mm (80 cm) - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 17 st x 22 nld in tricotst met Alaska = 10 x 10 cm.
DROPS RONDBREINLD 4.5 mm (80 cm) - voor de boordsteek.
DROPS BREINLD ZONDER KNOP 4.5 mm – voor de boordsteek op de mouw.
DROPS BREINLD ZONDER KNOP 5 mm – voor de mouw.
--------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Alaska
DROPS Alaska
100% wol
vanaf 2.19 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 41.61€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS Super Sale

BESPAAR 30% op 6 katoenfavorieten!
Geldit tot en met 12.04.2024

Instructies voor het patroon

RIBBELST:
brei alle nld recht.

PATROON:
Zie telpatroon M.1 – het telpatroon wordt in tricotst gebreid.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder door 2 st r samen te breien.

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Meerder 1 st door 1 omsl te maken. Brei de omsl in de volgende nld gedraaid recht, dus brei achter in de st in plaats van voor in de st om een gaatje te voorkomen.
--------------------------------------------------------

LIJF:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld van middenvoor naar middenvoor.
Zet 160-172-184-200-216-236 st op (incl 1 kant st aan iedere kant) met rondbreinld 4.5 mm en lichtgrijs. Brei in de 1e nld (= goede kant) boordsteek als volgt: 1 kant st in ribbelst, * 2 st r, 2 st av *, herhaal van *-* en eindig met 2 st r, 1 kant st in ribbelst. Minder bij een hoogte van 7-7-8-8-9-9 cm 12-12-12-16-16-16 st gelijkmatig in boordsteek in de volgende nld aan de verkeerde kant =148-160-172-184-200-220 st. Ga nu verder met rondbreinld 5 mm. Brei in de volgende nld aan de goede kant als volgt: 1 kant st in ribbelst, brei telpatroon M.1 tot er 3 st over zijn en eindig met de eerste 2 st van telpatroon M.1 en 1 kant st in ribbelst. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!

Brei telpatroon M.1 een keer in de hoogte, brei dan de eerste 6 nld in telpatroon M.1. Plaats 2 markeerders in het werk; 32-35-38-40-43-48 st (= voorpand) vanaf iedere kant middenvoor om de zijkanten aan te geven (achterpand = 84-90-96-104-114-124 st). Neem de markeerders gaandeweg mee naar boven. Minder in de volgende nld (= 7e nld in telpatroon M.1) 1 st aan iedere kant van elke markeerder - Lees tip voor het minderen boven (= 4 st geminderd). Herhaal dit minderen iedere 12 nld (dus minder afwisselend in de 7e en 19e nld van telpatroon M.1 = tricotst met lichtgrijs) in totaal 4 keer = 132-144-156-168-184-204 st.
Splits bij een hoogte van 55-56-57-58-59-60 cm het werk bij de markeerders en brei ieder deel apart verder.

ACHTERPAND:
= 76-82-88-96-106-116 st. Ga verder in telpatroon M.1 tot het werk 68-70-72-74-76-78 cm meet. Kant in de volgende nld de middelste 16-16-16-20-24-24 st af voor de hals en eindig iedere schouder apart. Kant 2 st af in de volgende nld langs de hals = 28-31-34-36-39-44 st over op de schouder. Kant losjes alle st af bij een hoogte van 70-72-74-76-78-80 cm.

RECHTER VOORPAND:
= 28-31-34-36-39-44 st. Ga verder met telpatroon M.1 tot het werk 70-72-74-76-78-80 cm meet, kant losjes alle st af.

LINKER VOORPAND:
Brei als het rechter voorpand maar in spiegelbeeld.

MOUW:
Wordt in de rondte gebreid op breinld zonder knop.
Zet 32-36-40-40-44-48 st op met lichtgrijs op breinld zonder knop 4.5 mm en brei boordsteek als volgt: * 2 st r, 2 st av *, herhaal van *-*. Brei 6-6-6-7-7-7 cm in boordsteek, ga dan verder met breinld zonder knop 5 mm in telpatroon M.1. Plaats een markeerder aan het begin van de nld. LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT!

Maat S, M, L:
Meerder 1 st aan iedere kant van de markeerder - Lees tip voor het meerderen boven – in de 5e nld van telpatroon M.1 (= tricotst met lichtgrijs) = 2 nieuwe st. Herhaal dit meerderen iedere 12 nld (dus meerder afwisselend in de 5e en 17e nld van telpatroon M.1 = tricotst met lichtgrijs) in totaal 8 keer (= meerder 2 st in totaal 8 keer) = 48-52-56 st.

Maat XL, XXL, XXXL:
Meerder 1 st aan iedere kant van de markeerder - Lees tip voor het meerderen boven – in de 5e nld van telpatroon M.1 = 2 nieuwe st. Herhaal dit meerderen iedere 12 nld (dus meerder afwisselend in de 5e en 17e nld van telpatroon M.1 = tricotst met lichtgrijs) in totaal 4 keer (= meerder in totaal 4 keer 2 st) = 48-52-56 st. Meerder dan 1 st aan iedere kant van de markeerder in de 5e, 11e, 17e en 23e nld van telpatroon M.1 (= meerder in totaal 4 keer 2 st) = 56-60-64 st.

Alle maten:
Ga verder tot een totale hoogte van 50-49-49-47-45-43 cm (Minder cm voor de grootste maten voor een grotere mouwkop en bredere schouders). Brei dan heen en weer op de nld en kant 5-5-6-6-6-7 st af voor de mouwkop aan het begin van de volgende 4 nld. Kant aan het begin van de volgende 2 nld 6-7-7-7-8-7 st af = 16-18-18-18-20-22 st over. Het werk meet nu ongeveer 53-52-52-50-48-46 cm. Kant losjes alle st af. Brei nog een mouw.

AFWERKING:
Maas de schoudernaden samen aan de goede kant. Naai de mouwen in het vest in de buitenste lusjes van de st.

LINKER VOORBIES:
Wordt heen en weer gebreid op de nld. Begin bij de hals middenachter, neem aan de goede kant ongeveer 140-180 st op naast de kant st langs de hals en langs het linker voorpand met rondbreinld 4.5 mm en lichtgrijs. Pas in de volgende nld (= verkeerde kant) het aantal st aan naar 146-150-158-166-174-178 st (deelbaar door 4 plus 2) en brei de st TEGELIJKERTIJD averecht. Brei boordsteek in de volgende nld aan de goede kant als volgt: 1 kant st in ribbelst, 1 st r, * 2 st av, 2 st r *, herhaal van *-*. Ga verder met boordsteek tot de voorbies 7-7-7-8-8-8 cm meet. Plaats een markeerder aan de goede kant na de eerste 34-34-38-38-42-42 st op de nld. Meerder nu 1 st in ieder recht-deel (gezien aan de goede kant) over de 34-34-38-38-42-42 st = 8-8-9-9-10-10 nieuwe st langs de hals. Herhaal dit meerderen als de voorbies 10-10-10-11-11-11 cm meet = 162-166-176-184-194-198 st. Kant als de voorbies 11-11-11-12-12-12 cm meet alle st af met recht boven recht en averecht boven averecht.

RECHTER VOORBIES:
Neem langs het rechter voorpand st op vanaf de onderkant tot de hals middenachter. Brei 1 nld av aan de verkeerde kant en pas tegelijkertijd het aantal st aan als op de linker voorbies. De 1e nld in boordsteek wordt als volgt gebreid aan de goede kant: * 2 st r, 2 st av *, herhaal van *-* en eindig met 1 st r en 1 kant st in ribbelst op de hals middenachter. Brei en meerder voor de hals als op de linker voorbies.

AFWERKING:
Naai de voorbiezen samen op de hals middenachter naast de kant st.

RIEM:
Zet 15 st op met nld 4.5 mm en brei boordsteek als volgt: 1 st r, * 1 st av, 1 st r *, herhaal van *-*. Brei 150-160-170-180-190-200 cm in boordsteek, kant dan alle st af met recht boven recht en averecht boven averecht.

Telpatroon

symbols = lichtgrijs
symbols = donkerroze mix
symbols = denimblauw
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Catherine

Asta, Lithuania

Catherine

Jolanta, United Kingdom

Laat een opmerking achter voor DROPS 135-22

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (30)

country flag Pia Bengtsson wrote:

Jeg skal strikke ærme og har taget ud og så passer mønsteret ikke mere altså der kommer fire grå masker ved siden af hinanden. Hvad gør jeg?

14.08.2016 - 21:16

DROPS Design answered:

Hej Pia. Ja, det kommer til at ske automatisk, men er ikke en fejl. Du strikker videre og tager ud som staar og strikker som mönstret er.

07.09.2016 - 14:36

country flag Soulhié Marie France wrote:

Merci pour vos réponses ultra-rapides, je vais essayer !

15.04.2015 - 13:38

country flag Soulhié Marie France wrote:

Excusez-moi encore mais comment sont réparties les 8 augmentations dont il est question pour l'encolure ? merci pour votre réponse

14.04.2015 - 19:09

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Soulhié, pour augmenter dans le col sur les bordures des devants, augmentez 1 m dans chacune des sections 2 m end des 34 m côté col, vous aurez ainsi des côtes 8 fois (3 m end/2 m env) vu sur l'endroit, en haut de la bordure (côté col) et toujours 2 m end/2 m env au-dessus des autres mailles. Bon tricot!

15.04.2015 - 08:45

country flag SOULHIE Michel wrote:

Bonjour, je souhaiterais avoir des explications en ce qui concerne la bordure. Je ne comprends pas la partie des augmentations. Par exemple qu'entendez-vous par " chaque section endroit " ? Je vous remercie d'avance pour votre réponse. Marie-France

01.04.2015 - 14:44

DROPS Design answered:

Bonjour Marie-France, la bordure se tricote d'abord en côtes 2 m end/2 m env - vous augmentez ensuite 1 m end dans chaque section 2 m end (vu sur l'endroit) et continuez ainsi en côtes 3 m end/2 m env, puis 4 m end/2 m env (vu sur l'end) dans les sections concernées. Bon tricot!

01.04.2015 - 16:45

country flag Camilla Jonasson wrote:

Hej. När man börjar denna kofta ska man ju ha en rätstickad maska i varje sida. Ska man även ha det sen när man fortsätter med bakstycket för sig? Eller kör man med bara slätstickning då?

12.01.2015 - 10:33

DROPS Design answered:

Hej Camilla, nej på bakstycket behöver du inte ha en rätstickad maska, här fortsätter du mönstret. Lycka till!

02.02.2015 - 15:58

country flag Karin Overeem wrote:

Jag undrar om hela koftat ska rätstickas? Tycker det på bilden ser ut som slätstickning från resåren och uppåt. Tack på förhand!

28.10.2014 - 17:06

DROPS Design answered:

Hej Karin, Nej det skall slätstickas. Lycka till!

29.10.2014 - 15:20

country flag Tina wrote:

Vielen Dank :)

15.03.2014 - 08:55

country flag Tina wrote:

Ist es möglich, an diese Jacke eine Kapuze zu stricken?

12.03.2014 - 18:33

DROPS Design answered:

Liebe Tina, wegen des Schalkragens eigenet sich dieses Modell weniger für eine Kapuze. Unser Tipp: suchen Sie sich ein anderes Muster mit Kapuze und stricken Sie das sogenannen Pippi-Muster (von Pippi Langstrumpf), wenn Ihnen dies gefällt. Die evtl Anpassung an das Muster ist einfacher als den Schnitt zu ändern. Dort hilft Ihnen sicher der Laden weiter, bei dem Sie die Wolle kaufen.

14.03.2014 - 12:53

country flag Anneli wrote:

Gör inte samma misstag som jag. När du ska bestämma vilken storlek du ska sticka, så står bystvidden uppe vid axlarna! Gå inte efter måttet längst ner. Jag har nyss börjat om, för min blev för liten... Verkar annars vara en trevlig kofta! Jag stickar den i Nepal, och det verkar bli mysigt.

21.12.2012 - 14:25

country flag Ulrika wrote:

Alldeles underbar!!

28.06.2011 - 10:12