DROPS Bomull-Lin
DROPS Bomull-Lin
53% katoen, 47% linnen
vanaf 1.95 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 13.65€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Western Sun

Gebreide DROPS tuniek, wordt van boven naar beneden gebreid met extra wijdte van ”Bomull-Lin”. Maat: S - XXXL.

DROPS 129-16
DROPS design: Model nr. L-100
--------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal: DROPS BOMULL-LIN
Kleur nr. 03, naturel mix:
350-400-450-500-550-600 gr.

DROPS RONDBREINLD 4 mm (60 cm) - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 17 st x 32 nld in ribbelst = 10 x 10 cm.
DROPS RONDBREINLD 7 mm (80 cm) - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 14 st x 17 nld in tricotst = 10 x 10 cm.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Bomull-Lin
DROPS Bomull-Lin
53% katoen, 47% linnen
vanaf 1.95 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 13.65€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht.

TIP VOOR HET MEERDEREN 1:
Meerder 1 st door 2 st te breien in de buitenste st op de nld.

TIP VOOR HET MEERDEREN 2:
Meerder door 1 omsl te maken aan iedere kant van de st met de markeerdraad aan iedere kant als volgt: Brei in tricotst tot de markeerdraad, 1 omsl, brei de st met de markeerdraad recht, 1 omsl. Brei de omsl in de volgende nld recht om gaatjes te krijgen.
--------------------------------------------------------
De tuniek wordt van boven naar beneden gebreid. Het voorpand en achterpand worden apart heen en weer gebreid op de nld tot het lijf. Dan worden alle st op dezelfde rondbreinld gezet. Brei dan verder in de rondte.

VOORPAND:
Linker Schouder:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld. Zet 17-17-17-18-18-18 st op met rondbreinld 4 mm en Bomull-Lin. Brei in RIBBELST - zie uitleg boven. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
(MAAT XL-XXXL: LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT!)
Meerder bij een hoogte van 10-11-12-13-14-15 cm 1 st richting de hals aan het einde van de volgende nld aan de verkeerde kant - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN 1! Herhaal dit meerderen richting de hals aan het einde van iedere nld aan de verkeerde kant in totaal 3 keer.
MAAT S-L:
Zet dan 2 nieuwe st op aan het einde van iedere nld aan de verkeerde kant in totaal 2 keer, eindig met 1 nld recht aan de goede kant = 24-24-24 st. Laat het werk rusten. Het werk meet ongeveer 13-14-15 cm. Knip de draad af.

MAAT XL-XXXL:
LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT:
Zet dan 2 nieuwe st op aan het einde van iedere nld aan de verkeerde kant in totaal 2 keer, eindig met 1 nld recht aan de goede kant. Meerder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 15-14-12 cm, 1 st aan het einde van iedere nld aan de goede kant richting het armsgat - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN 1! Herhaal dit meerderen aan het einde van iedere nld aan de goede kant in totaal 9-13-17 keer. Laat TEGELIJKERTIJD als de laatste st voor de hals is opgezet het werk rusten, de laatste nld is aan de goede kant (het meerderen richting het armsgat is nog niet klaar, maar wordt later voortgezet). Het werk meet ongeveer 16-17-18 cm. Knip de draad af.

ALLE MATEN:
Rechter Schouder:
Zet 17-17-17-18-18-18 st op en brei in ribbelst. (MAAT XL-XXXL: LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT.)
Meerder bij een hoogte van 10-11-12-13-14-15 cm 1 st richting de hals aan het einde van de volgende nld aan de goede kant. Herhaal dit meerderen richting de hals aan het einde van iedere nld aan de goede kant in totaal 3 keer.
MAAT S-L:
Zet dan 2 nieuwe st op aan het einde van iedere nld aan de goede kant in totaal 2 keer en zet 1 keer 12-14-16 st op (eindig met deze laatste nld met meerderingen aan de goede kant) = 36-38-40 st. Knip de draad af. Zet de st van de linker schouder op dezelfde nld = 60-62-64 st. Ga verder in ribbelst over alle st, begin aan de verkeerde kant. Meerder TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 17-17-16 cm 1 st aan het einde van iedere nld aan iedere kant - LEES TIP VOOR HET MEERDEREN 1! Herhaal dit meerderen in totaal 1-3-6 keer aan iedere kant, zet dan 3 nieuwe st op aan het einde van de volgende 2 nld = 68-74-82 st. Ga verder in ribbelst. Laat het werk rusten als het voorpand 26-28-30 cm meet, gemeten vanaf de schouder naar beneden. (pas zo aan dat volgende nld aan de goede kant is).

MAAT XL-XXXL:
Zet dan 2 nieuwe st op aan het einde van iedere nld aan de goede kant in totaal 2 keer en zet 1 keer 16-18-20 st op (eindig met deze laatste nld met meerderingen aan de goede kant). Begin TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 15-14-12 cm met meerderen aan de zijkant richting het armsgat als op de linker schouder maar aan het einde van iedere nld aan de verkeerde kant. Zet TEGELIJKERTIJD als de laatste st voor de hals is opgezet (eindig aan de goede kant en knip de draad af) de st van de linker schouder op dezelfde nld. Ga verder in ribbelst en meerder aan iedere zijkant als hiervoor en begin aan de verkeerde kant. Zet als er in totaal 9-13-17 keer gemeerderd is aan iedere kant, 3 nieuwe st op aan het einde van de volgende 2 nld = 90-100-110 st. Ga verder in ribbelst. Laat het werk rusten als het voorpand 32-34-36 cm meet, gemeten vanaf de schouder naar beneden (pas zo aan dat volgende nld aan de goede kant is).

ACHTERPAND (ALLE MATEN):
Linker Schouder:
Zet 17-17-17-18-18-18 st op met rondbreinld 4 mm en Bomull-Lin. Brei in ribbelst heen en weer op de nld. Meerder bij een hoogte van 4 cm 1 st richting de hals aan het einde van de volgende nld aan de goede kant = 18-18-18-19-19-19 st. Brei 1 nld recht aan de verkeerde kant. Knip de draad af en laat het werk rusten.
Rechter Schouder:
Zet op en brei als de linker schouder. Meerder bij een hoogte van 4 cm 1 st richting de hals aan het einde van de volgende nld aan de verkeerde kant.
Brei 1 nld aan de goede kant. Zet dan 24-26-28-28-30-32 st op voor de hals aan het einde van de volgende nld aan de verkeerde kant = 42-44-46-47-49-51 st. Knip de draad af. Zet de st van de linker schouder op dezelfde nld = 60-62-64-66-68-70 st. Ga verder in ribbelst, begin aan de goede kant. Meerder bij een hoogte van 17-17-16-15-14-12 cm 1 st aan het einde van de nld aan iedere kant. Herhaal dit meerderen in totaal 1-3-6-9-13-17 keer aan iedere kant, zet dan 3 nieuwe st op aan het einde van de volgende 2 nld = 68-74-82-90-100-110 st. Ga verder in ribbelst tot een hoogte van 26-28-30-32-34-36 cm.

LIJF:
Zet de st van het voorpand en achterpand op de rondbreinld 7 mm, brei nu het werk in tricotst in de rondte op de rondbreinld, begin aan een zijkant = 136-148-164-180-200-220 st. Brei 1 nld recht en minder TEGELIJKERTIJD 12-14-18-20-24-26 st gelijkmatig (minder evenveel st op het voorpand en het achterpand) = 124-134-146-160-176-194 st. Plaats een markeerdraad in de 62e-67e-73e-80e-88e-97e st en in de laatste st op de nld = 61-66-72-79-87-96 st tussen de st met de markeerders. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Brei als er 4 cm in tricotst zijn gebreid (Het werk meet ongeveer 30-32-34-36-38-40 cm, gemeten van de schouder naar beneden) 1 nld meerder daarbij 1 st aan iedere kant van de st met de markeerdraad aan iedere zijkant – LEES TIP VOOR HET MEERDEREN 2! Ga verder en brei als volgt: 2 nld met meerderingen, 1 nld zonder te meerderen. Ga verder en meerder tot het werk klaar is = ongeveer 45 nld met meerderingen (ongeveer 40 cm). Brei TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 69-71-73-75-77-79 cm, gemeten middenvoor (van de schouder naar beneden) als volgt: brei 1 nld recht, brei 1 nld av, brei 1 nld recht, brei 1 nld av. Als alle meerderingen gedaan zijn, staan er ongeveer 304-314-326-340-356-374 st op de rondbreinld. Kant LOSJES alle st af. Het werk meet nu ongeveer 70-72-74-76-78-80 cm middenvoor (de zijkanten zijn langer vanwege de meerderingen die het werk extra breed maken aan de onderkant).

AFWERKING:
Naai de schoudernaden dicht. Naai de zijnaadjes dicht tot het armsgat.

Telpatroon

diagram measurements
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 129-16

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (64)

country flag Patricia wrote:

Buenas noches. Cuando tejemos el cuerpo y empezamos con los aumentos antes y después de los marcadores colocados en puntos 62 67, 73, etc, tengo una duda sobre si el punto donde está el marcador se teje o no, ¿Cómo es la secuencia? Ejemplo: punto 61+ punto 62+ punto 63: (Aumento en el p.61+ el p.62 tejido a jersey+ aumento en el p.63) Gracias

02.03.2024 - 21:23

DROPS Design answered:

Hola Patricia, trabajas un aumento antes y después del punto con marcapuntos, esto quiere decir que, por ejemplo, trabajas el punto 61, aumentas con 1 hebra entre el 61 y 62, trabajas el 62, aumentas con 1 hebra entre el 62 y 63, trabajas el punto 63. Lee TIP-2 PARA LOS AUMENTOS para más información.

04.03.2024 - 00:25

country flag Momo wrote:

Hallo, ich möchte dieses Modell stricken und habe jetzt die beiden Maschenproben gemacht. Ungewaschen hat die Krausrippe 17M x 38R und die glattgestrickte 13Mx 19R. Wenn ich jetzt aufgrund der zu vielen R größere Nadeln nehme, würde sich doch auch die M verändern die jetzt stimmt. Und wenn ich die Maschenproben wasche und dann alles stimmt, dann stimmt doch die Anleitung nicht mehr da ich diese mit der ungewaschenen Wolle stricke.

03.12.2021 - 10:54

DROPS Design answered:

Liebe Momo, dann am besten eine neue Maschenprobe mit Krausrechts sowie glatt rechts stricken, um die richtige Nadelgröße zu finden. Hier lesen Sie mehr über Maschenprobe. Viel Spaß beim stricken!

03.12.2021 - 13:40

country flag Olga Toaza wrote:

Gracias x los patrones son muy lindos para aserles y nos enseñan muchas cosas

10.06.2021 - 06:44

country flag Olga Toaza wrote:

Gracias x los patrones son muy lindos para aserles y nos enseñan muchas cosas

10.06.2021 - 06:44

country flag Anita wrote:

Thank you for your reply I still need clarification. I started the counting at The middle of the side. The markers still end up in one cluster. How many sts do you have between the markers? And how many times do I need to increase one row? Based on the markers: you have 5-6-7-8-9 sts between the markers and you increasing on both side of them that’s 10 sts increase per row but close to each other. Is this correct?

29.05.2020 - 10:02

DROPS Design answered:

Dear Anita, you should have 124-134-146-160-176-194 sts in total, this means: 1 st with marker (side = beg of round = last st on back piece for example)), 61-66-72-79-87-96 sts (= front piece), 1 st with marker (= other side), 61-66-72-79-87-96 sts (= back piece). Hope this will help :) happy knitting!

29.05.2020 - 11:48

country flag Anita wrote:

I am knitting the body part and trying to understand the increases. I added the markers as noted, but they are on all one side, the pictures shows longer knitting on both sides. If all increases happens on one side it does not make any sense. Where do you count the first marker from? I counted from the first side st. That’s how I ended up with all markers on one side. It would be better note how many markers need on each side...please help.

29.05.2020 - 02:14

DROPS Design answered:

Dear Anita, start to count in the middle of the side and insert the marker in the last st of the round, then add a marker after 61-66-72-79-87-96 sts (= in the 62nd-67th-73rd-80th-88th-97th sts) you should have now 61-66-72-79-87-96 sts between the markers for both front and back piece and 2 sts with 1 marker each. Hope this helps. Happy knitting!

29.05.2020 - 08:47

country flag Ulrike wrote:

Hallo Drops Team Die Maschenmarkierer für die Zunahme wenn beide Teile in Runden gestrickt werden .....kommen die auf das Vorderteil oder das Rückenteil?

09.06.2019 - 23:33

DROPS Design answered:

Liebe Ulrike, die Markierer sind beide auf je eine Seite: Die 62.-67.-73.-80.-88.-97. M. und die letzte M. markieren = 61-66-72-79-87-96 M. zwischen den Markierungen für je das Vorder- und das Rückenteil. Viel Spaß beim stricken!

11.06.2019 - 11:39

country flag Christine wrote:

Ist der Rock glatt rechts oder links gestrickt? Ich erkenne es leider nicht auf dem Bild!

06.04.2019 - 23:30

DROPS Design answered:

Liebe Christine, der Rock wird hier glatt rechts gestrickt. Viel Spaß beim stricken!

08.04.2019 - 09:31

country flag Sarah Saggers wrote:

Front left shoulder. End on RS or WS before increase? Is inc then: 1st at the end of every row (or just WS) followed by 2 new ads at end if every row (or just WS). Or are these done at the same time? At the same time: does this mean from the first increase row? What does every row from RS / WS mean? Is only increase at the end of every RS row or the side each individual stitch is worked. I an really struggling with the ambiguity of this pattern.

28.07.2018 - 01:09

DROPS Design answered:

Dear Mrs Saggers, you increase first 1 st for neck at the end of WS a total of 3 times, then cast on 2 sts 2 times at the end of a WS row,after last increase work 1 more row from RS (size S, M, L) and put aside. Happy knitting!

31.07.2018 - 08:49

Yael R Berlinger wrote:

Theres a typo in the gauge for garter stitch. Pattern states gauge as 17 st/32 rows, when actual gauge is 17 st/22 rows, according to the bomull/lin page.

03.04.2016 - 06:06

DROPS Design answered:

Dear Mrs Berlinger, the gauge with 17 sts / 22 rows is when you work in stockinette st, the tension here is in garter st and you should get 17 sts x 32 rows in garter st (= 16 ridges) = 10 x 10 cm. Happy knitting!

04.04.2016 - 09:39