DROPS Delight
DROPS Delight
75% wol, 25% polyamide
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS SS24
DROPS Baby 20-1
DROPS design: Model nr. DE-004-by + DE-005 + DE-007.
----------------------------------------------------------
VEST
----------------------------------------------------------
Maat: 1/3 - 6/9 - 12/18 maanden (2 - 3/4) jaar
Maat in cm: 50/56 - 62/68 - 74/80 (86/92 - 98/104)
Materiaal: DROPS DELIGHT
Kleur nr. 06, roze/paars mix
150-150-200 (200-250) gr

DROPS RONDBREINLD 3 mm –
of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 24 st x 48 nld in ribbelst = 10 x 10 cm.
DROPS HAAKNLD 2.5 mm
Gebreide DROPS muts in ribbelst van "Delight".
DROPS design: Model nr. DE-007-by
----------------------------------------------------------
SOKKEN
----------------------------------------------------------
Gebreide DROPS sokken van "Delight".
DROPS design: Model nr. DE-005-by
--------------------------------------------------------
Maat: 1/3 - 6/9 - 12/18 maanden (2) jaar
Voor een voetlengte van: 10-11-12 (14) cm
Materiaal: DROPS DELIGHT
50 gr voor alle maten in kleur nr. 06, roze/paars mix of in kleur nr. 04, lichtblauw mix

DROPS NLD 2.5 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 26 st x 52 nld in ribbelst = 10 x 10 cm.
---------------------------------------------------------
MUTS
----------------------------------------------------------
Maat: 1/3 - 6/9 - 12/18 maanden (2 - 3/4) jaar
Voor een hoofdomtrek in cm van:
40/42-42/44-44/46 (48/50-50/52)
Materiaal: DROPS DELIGHT
50 gr voor alle maten in kleur nr. 04, lichtblauw mix, of kleur nr. 06, roze/paars mix.

DROPS NLD 2.5 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 26 st x 52 nld in ribbelst = 10 x 10 cm.

-----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Delight
DROPS Delight
75% wol, 25% polyamide
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

VEST:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld in ribbelsteek, dus brei alle nld recht.
Begin met het voorpand, zet st op voor de mouw en brei omhoog tot de schouder. Brei het andere voorpand, voeg beide voorpanden samen en brei het achterpand naar beneden.

LINKER VOORPAND:
Zet LOSJES 29-34-38 (41-44) st op met rondbreinld 3 mm en Delight. Brei alle nld recht – Zet TEGELIJKERTIJD in de 2e nld 1 nieuwe st op middenvoor. Herhaal dit meerderen afwisselend elke 2e en 3e nld in totaal 18-20-24 (28-30) keer = 47-54-62 (69-74) st. Brei 10 nld recht na de laatste meerdering, het werk meet nu ongeveer 11-12-15 (17-18) cm.
LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAAT
Minder in de volgende nld 1 st middenvoor door de laatste 2 st samen te breien. Herhaal dit minderen elke nld (dus aan de goede kant en de verkeerde kant): in totaal 0-0-7 (19-12) keer en dan om de nld (dus alleen aan de goede kant): in totaal 28-31-29 (21-32) keer (er zijn in totaal 28-31-36 (40-44) st geminderd).
Zet TEGELIJKERTIJD bij een hoogte van 17-18-20 (21-23) cm nieuwe st op aan het einde van de nld aan de zijkant voor de mouw: 2-2-3 (3-3) x 6 st, 1-1-1 (2-3) x 8 st en 1 x 21-22-20 (23-24) st. Als alle meerderingen en minderingen gedaan zijn, staan er 60-65-72 (86-96) st op de nld voor de schouder/mouw.
Plaats bij een hoogte van 26-28-31 (33-36) cm een markeerdraad = midden op de schouder – zet TEGELIJKERTIJD 2 nieuwe st op aan het einde van de nld langs de hals, en herhaal dit meerderen in de volgende nld langs de hals = 64-69-76 (90-100) st. Zet alle st op een hulpdraad.

RECHTER VOORPAND: Zet op en brei als het linker voorpand maar in spiegelbeeld.

ACHTERPAND:
Brei het linker voorpand op de rondbreinld, zet 12-12-16 (16-20) nieuwe st op (=hals middenachter) en brei het rechter voorpand op de rondbreinld = 140-150-168 (196-220) st.
MEET NU HET WERK VANAF DE MARKEERDERS OP DE SCHOUDERS.
Ga verder en brei heen en weer op de nld.
Ga bij een hoogte van 6.5 – 7.5 – 8 (8.5 – 9) cm verder met het afkanten van de mouw st. Kant af aan het begin van iedere nld aan iedere kant als volgt: 1 x 21-22-20 (23-24) st, 1-1-1 (2-3) x 8 st en 2-2-3 (3-3) x 6 st = 58-66-76 (82-88) st over op de nld. Ga verder tot een totale hoogte van ongeveer 26-28-31 (33-36) cm – vouw het werk dubbel bij de markeerders op de schouders en zorg dat de voorpanden en het achterpand even lang zijn – kant dan alle st af.

AFWERKING:
Naai de zij- en mouwnaden samen met de zijkanten tegen elkaar in de buitenste lusjes van de st om een dikke naad te voorkomen.

GEHAAKTE RAND:
Haak met Delight en haaknld 2.5 mm langs de opening van het vest als volgt: 1 v * 2 l, sla 2 st/2 nld ribbelst over, 1 v in de volgende st *, herhaal van *-*, en haak aan de punten van de voorpanden een strikband als volgt: 1 v in de punt, haak dan ongeveer 25 cm l, keer en haak 1 hv in iedere l op de teruggaande toer, haak dan weer 1 v in de punt van het voorpand, ga verder met de gehaakte rand langs het vest tot de punt aan het andere voorpand, haak nog een strikband op dezelfde manier en ga verder langs de rest van het vest.
Haak op dezelfde manier langs de mouwranden.
Haak dan nog een strikband op dezelfde manier als die in de punten, eentje aan de naad aan de binnenkant aan de rechterkant en eentje aan de buitenkant aan de linkerkant – zorg dat de strikbanden op dezelfde hoogte komen als de punten van de voorpanden.



SOKKEN
---------------------------------------------------------
RIBBELST:
Brei alle nld recht.

SOKKEN:
De sokken worden heen en weer gebreid op de nld vanaf middenachter. Zet 48-52-56 (56) st op met nld 2.5 mm en 2 draden Delight. Knip 1 draad af en brei 5-6-6 (7) cm boordsteek (= 2 st recht/2 st av) – pas zo aan dat de volgende nld aan de verkeerde kant is. Brei 1 nld av aan de verkeerde kant en minder TEGELIJKERTIJD 14-14-18 (14) st gelijkmatig = 34-38-38 (42) st.

MET GAATJESRAND: Brei de volgende nld aan de goede kant als volgt: 1 st recht, *2 st recht samen, 1 omsl *, herhaal van *-* en eindig met 1 st recht. Brei 1 nld av aan de verkeerde kant.
ZONDER GAATJESRAND: brei 1 nld recht aan de goede kant en brei 1 nld av aan de verkeerde kant.
Zet nu de buitenste 12-13-13 (15) st aan iedere kant op een hulpdraad. Brei 4 - 4.5 - 5.5 (6.5) cm ribbelst over de middelste 10-12-12 (12) st. Zet de st van de hulpdraad terug op de nld en neem 10-11-13 (16) st op aan iedere kant van het midden van het werk = 54-60-64 (74) st op de nld. Brei 3-4-5 (5) cm ribbelst over alle st en minder TEGELIJKERTIJD na 1.5 - 2 - 2.5 (3) cm om de nld als volgt tot de sokken klaar zijn: Minder 1 st aan het begin en het einde van het werk en brei 2 st recht samen aan iedere kant van de 2 middelste st. Kant af en naai de sokken samen midden onder de voet en ga verder middenachter – naai in de buitenste lusjes van de st om een dikke naad te voorkomen.
Rijg als u wenst een satijnen lint door de gaatjesrand.


MUTS:
----------------------------------------------------------
TIP VOOR HET MEERDEREN:
Alle meerderingen worden aan de goede kant gemaakt.
Meerder 1 st voor en na de st met de markeerdraad door 1 omsl te maken. Brei in de volgende nld de omsl gedraaid (dus brei achter in de st in plaats van voor in de st) om een gaatje te voorkomen.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Alle minderingen worden aan de goede kant gemaakt.
Minder 1 st aan iedere kant van de st met de markeerdraad. Begin 1 st voor de st met de markeerdraad. Zet 1 st op een kabelnld en hou deze achter het werk, haal 1 st af (= st met de markeerdraad), brei de volgende st en de st op de kabelnld samen, afgeh st overh.

----------------------------------------------------------

MUTS:
Wordt heen en weer gebreid op de nld – brei alle nld recht (= ribbelst).
Zet 119-127-135 (139-145) st op met nld 2.5 mm en Delight. Brei 6 nld recht (1e nld = goede kant).
Plaats 7 markeerders in het werk als volgt (aan de goede kant):
1e markeerdraad in de 1e st op de nld,
2e markeerdraad in de 22e-24e-26e (28e-31e) st,
3e markeerdraad in de 43e-47e-51e (55e-61e) st,
4e markeerdraad in de 60e-64e-68e (70e-73e) st,
5e markeerdraad in de 77e-81e-85e (85e-85e) st,
6e markeerdraad in de 98e-104e-110e (112e-115e) st en de
7e markeerdraad in de laatste st op de nld.
Ga verder in ribbelst – begin TEGELIJKERTIJD in de 1e nld met meerderen en minderen – ZIE TIP VOOR HET MEERDEREN EN TIP VOOR HET MINDEREN!
Meerder 1 st na de 1e markeerdraad om de nld.
Minder 1 st aan iedere kant van de 2e markeerdraad om de nld.
Meerder 1 st voor de 3e markeerdraad om de nld.
Meerder 1 st na de 3e markeerdraad elke 4e nld.
Minder 1 st aan iedere kant van de 4e markeerdraad iedere 4e nld.
Meerder 1 st voor de 5e markeerdraad elke 4e nld.
Meerder 1 st na 5e markeerdraad om de nld.
Minder 1 st aan iedere kant van de 6e markeerdraad om de nld.
Meerder 1 st voor de 7e markeerdraad om de nld.
Brei bij een hoogte van 13-15-16 (18-19) cm (gemeten vanaf de punt aan de onderkant bij de 2e en 6e markeerdraad) de volgende nld aan de goede kant als volgt: * 1 st recht, 2 st recht samen *, herhaal van *-* en kant TEGELIJKERTIJD af.

AFWERKING:
Achterkant van de muts = afkant rand, dus met 2 hele punten en 2 halve punten.
De 2e punt van de 3 hele punten aan de andere kant van het werk = opzetrand, komt midden op het voorhoofd en is dus de voorkant van de muts.
Naai de muts samen met de zijkanten tegen elkaar met 1 steek in iedere st langs de afkantrand als volgt: Naai de eerste halve punt samen met eerste helft van de eerste hele punt. Ga verder en naai de tweede helft van eerste hele punt samen met eerste helft van tweede hele punt. Naai dan de andere helft van de tweede hele punt samen met de laatste halve punt. Eindig door de muts samen te naaien middenachter – zorg dat u met de zijkanten tegen elkaar naait in de buitenste lusjes van de st om een dikke naad te voorkomen.

STRIKBAND:
Zet 4 st op met nld 2.5 mm en Delight.
Brei als volgt: * 1 st recht, haal het garen naar de voorkant van het werk (naar u toe), haal 1 st av af, haal het garen naar de achterkant van het werk (van u af) *, herhaal van *-* de rest van de nld en over alle nld.
Dit wordt een mooi rond koordje.
Kant af als het koord ongeveer 20-22-24 (26-28) cm meet. Brei nog een strikband.
Naai een strikband aan iedere punt aan de onderkant.

Telpatroon

diagram measurements
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS Baby 20-1

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (68)

country flag Karen Harrison wrote:

When I'm placing the marker on the left front after 27cm, it's not clear where this needs to be. Do you mean before the sleeve increases or actually the middle of the 'shoulder' as in spouting the stitches bef6the sleeve starts?

23.04.2024 - 13:31

DROPS Design answered:

Dear Mrs Harrison, the marker added when piece measures 26-28-31 (33-36) cm from cast on edge should be inserted in the middle of the row, this will mark the top on shoulder, you will then cast on new stitches for neck on back piece and slip stitches aside. Work right front piece mirrored then cast on new stitches between both front pieces, back piece will be measured from the marker added on top of shoulder. Happy knitting!

23.04.2024 - 13:47

country flag Åsa wrote:

Kan ej montera mössan

16.08.2023 - 15:47

country flag Carla Radatz wrote:

I have just started a DROPSbaby 20-1 Sweet Evelina wrap around jacket. Starting at the Left Front Piece , I am unsure as to what is meant by the ‘mid front’. I would be thankful for a clarification. Best Wishes, Carla

17.01.2022 - 11:49

DROPS Design answered:

Dear Carla, the "mid front" side will be on the left front piece the end of the row, seen from the right side, this means towards the opening of the jacket opposed to the side sew to the back piece. Happy knitting!

17.01.2022 - 15:20

country flag Anne wrote:

Wie funktioniert die Maschenzunahme für den Ärmel? Bei Gr. 50 6M. 2mal, 8 M. 1 Mal und 21 M. 1 Mal bedeutet das, dass ich 41 M. auf einmal zunehme? Oder in einer Reihe 6, in der nächsten wieder 6 usw? Und wenn es 41M. auf einmal sind, warum wird es dann so kompliziert beschrieben?

21.07.2021 - 11:11

DROPS Design answered:

Liebe Anne, für den Ärmel (linkes Vorderteil) schlagen Sie die neuen Maschen am Ende jeder Rückreihe so: 6 Maschen 2 Mal, 8 Maschen 1 Mal und 21 Maschen 1 Mal (= 41 neuen Maschen für den Ärmel). Kann es Ihnen helfen? Viel Spaß beim stricken!

21.07.2021 - 14:25

country flag Anne wrote:

Ich bin verwirrt mit der Angabe von Hin- und Rückreihe in der Anleitung. Die Abnahmen gegen die vordere Mitte im linken Vorderteil wären doch am Anfang der Hinreihe oder am Schluss der Rückreihe, oder? In der Anleitung steht anders herum...oder hab ich was falsch verstanden?

21.07.2021 - 10:04

DROPS Design answered:

Liebe Anne, die Abnahmen gegen die vordere Mitte werden je nach der Größe in jeder Reihe (= am Ende einer Hinreihe und am Anfang einer Rückreihe) und/oder nur in jede 2. Reihe (= am Ende einer Hinreihe). Viel Spaß beim stricken!

21.07.2021 - 10:33

country flag Silvia wrote:

Salve, mi sto cimentando con questo bellissimo modello, ma ho un dubbio circa dove vanno fatti gli aumenti sin dal 2. Ferro. Cosa significa al centro davanti? A metà del ferro? Grazie

25.05.2021 - 14:25

DROPS Design answered:

Buonasera Silvia, vuol dire che la parte dove farà gli aumenti sarà verso il centro davanti. Buon lavoro!

25.05.2021 - 23:37

country flag Vivi Karlsson wrote:

Var mäter man mitt på axeln?

16.02.2021 - 13:01

DROPS Design answered:

Hej Vivi, du måler fra der hvor du satte et mærke, sæt det i en af de masker som er nærmest halsen. God fornøjelse!

16.02.2021 - 13:46

country flag Michaela wrote:

Die Aufnahmen abwechslungsweise bei jeder 2. und 3. R. total 18-20-24 (28-30) Mal wiederholen = 47-54-62 (69-74) M. Nach der letzten Aufnahmen 10 R. re. stricken  Die Arbeit misst ca. 11-12-15 (17-18) cm. Das verstehe ich nicht. Wenn ich bei Reihe 2 und dann gleich bei Reihe 3 eine Masche zunehme, dann eine Reihe ohne Zunahme, dann komme ich nicht auf die angegebene Höhe, nach den 10Reihen ohne Zunahme.

11.08.2019 - 07:43

country flag MK wrote:

Ich verstehe nicht, wo und wie ich die Fäden zum Zubinden anbringen soll. Eine Seite ist ja unter der anderen???

25.01.2019 - 19:01

DROPS Design answered:

Liebe MK, Sie haben je 1 Band außen an den Spitzen, dann eins an der einen Seite der Jacke an der Naht außen an der Jacke und eins an der anderen Seite der Jacke auch an der Naht, aber diesmal an der Innenseite, sodass Sie das Band der innen liegenden Spitze innen zubinden können. Viel Spaß beim stricken!

28.01.2019 - 08:58

country flag Lut Zurings wrote:

Hallo, ik probeer de muts Sweet Eveline model DROPS Baby 20-1 te breien. Volgens beschrijving gebeuren meerderingen en minderingen altijd aan de goede kant van het werk. Hoe zit het dan met de meerderingen en minderingen die op elke 4de naald moeten gedaan worden? 4de naald is toch steeds aan de achterkant van het werk?

05.06.2018 - 16:51

DROPS Design answered:

Dag Lut, Je hoeft niet letterlijk op de 4e naald te meerderen/minderen, maar het gaat er om dat je het om de 4 naalden doet, dus je begint bijvoorbeeld op naald 1 en dan minder/meerder je weer op naald 5.

08.06.2018 - 11:08