DROPS Snow
DROPS Snow
100% wol
vanaf 2.00 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 18.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 110-9
Maat: S/M - L/XL
Materiaal: DROPS Snow van Garnstudio,
450-550 gr nr. 47, lichtbeige mix

DROPS Haaknaald 8 - of de haaknld, die u nodig heeft voor een haaksteekverhouding van: 9 dstk/v = 10 cm breed.

DROPS Parelmoerknoop m/gaatje, nr. 540:
2 stk.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Snow
DROPS Snow
100% wol
vanaf 2.00 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 18.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

Tip Haken-1: Vervang de eerste v van de toer door 1 l, het eerste stk door 3 l en het eerste dstk door 4 l.

Tip Haken-2: Als er v boven dstk worden gehaakt, haak dan in het dstk, maar worden er v boven de waaier met picots gehaakt, haak dan de v tussen de stk. Zorg ervoor dat de picots op de goede kant van het werk komen.

Tip Meerderen: Meerder 2 st tussen elke waaier als volgt: haak 2 v in het eerste dstk/v en laatste dstk/v in elke herhaling van M.2.
NB! Meerder niet aan het middenvoor aan beide kanten (dwz, meerder niet aan het begin van de eerste herhaling van M.2 of aan het eind van de laatste herhaling van M.2).

Waaiermotief: Zie de teltekening M.1 tot M.3.

Structuurmotief:
Het structuurmotief wordt over de st, die geen deel van M.2 maken, gehaakt. Het structuurmotief volgt het motief van M.2. Dwz, wordt er v in M.2 gehaakt, dan wordt er ook v in het structuurmotief gehaakt. En wordt er waaiers in M.2 gehaakt, dan wordt er dstk in het structuurmotief gehaakt.

Cape: het werk wordt van boven en naar beneden en heen en weer van middenvoor naar middenvoor gehaakt.
Haak 47-53 l (incl. 1 l om mee te keren) met haaknld 8 mm en Snow. Haak 1 v in de 2e l en 3e l van de haaknld, * 1 l overslaan, 1 v in de volgende 4 l *, herhaal *-* tot er nog 4-5 l over zijn, 1 l overslaan en haak 1 v in de laatste 3-4 l = 37-42 v op de tr. Haak door als volgt (= op de goede kant):
Lees Tip Haken-1 en Structuurmotief!
1 stk in de eerste st, M.1 over de volgende 35-40 st (dwz, herhaal M.1 7-8 keer), 1 stk in de laatste st op de tr. Lees Tip Haken 2! Haak, als M.1 1 keer in de hoogte is gehaakt (= 65-74 stk), door volgens M.2. Meerder tegelijkertijd 5 x 2 st tussen elke herhaling van M.2 in toeren van v – Lees Tip Meerderen! = 125-144 st op de toer. Haak de vermeerderde st gaandeweg in het structuurmotief. Dwz, er komen steeds meer st tussen elke herhaling van M.2.
Haak, als alle meerderingen voltooid zijn, door als volgt: 1 st in de eerste st op de toer, * M.2 over de volgende 9 st, 1 st in de volgende 10 st *, herhaal *-* totdat er nog 10 st over zijn op de toer, haak M.2 over de volgende 9 st en 1 st in de laatste st op de toer. Haak, als M.2 totaal 9-10 keer in de hoogte is gehaakt, door als volgt: M.3A in de eerste st, * M.3B over de volgende 9 st, M.3C over de volgende 10 st *, herhaal *-* totdat er nog 10 st over zijn op de toer, M.3B over de volgende 9 st en M.3A in de laatste st op de toer. Lees Tip Haken 2! Knip de draad af, als M.3 één keer in de hoogte is gehaakt (= 2 toeren).

Voorbies en halsboord: Begin beneden op het linker voorpand aan het middenvoor (1e toer = verkeerde kant). Haak ca 100 tot 120 v met haaknld 8 mm en Snow. Haak langs het linker voorpand, rondom de hals en langs het rechter voorpand (zorg ervoor dat deze rand niet te strak wordt). Keer het werk. Haak 1 stk in elke v en maak tegelijkertijd 2 knoopsgaten in het rechter voorpandt. Maak het eerste knoopsgat ca 8 cm onder de hals en het tweede knoopsgat ca 1 cm onder de hals als volgt: Vervang 1 stk door 1 l. Haak in de volgende toer 1 v in elke stk en in elke l boven de knoopsgaten. Knip de draad af en hecht stevig af. Naai de knopen aan.

Telpatroon

symbols = stk (stokje)
symbols = dstk (dubbelstokje)
symbols = v (vaste) - lees Tip Haken 2
symbols = st met picot. Dwz, haak een st zoals gewoon en haak vervolgens 3 l, en 1 hv in de 1e van de 3 l
symbols = deze toer wordt in het patroon beschreven. Begin op de volgende toer
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 110-9

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (42)

country flag María Del Carmen wrote:

Buen día. Sería más fácil si pusieran el gráfico clásico, el que todos entendemos y mejor todavía, pongan un vídeo y no haremos preguntas, pues sus respuestas mayoritariamente no nos aclaran nada. Si ustedes quieren vender más, pongan una de las soluciones que les propongo.\r\nUn saludo,\r\nCarmen

25.11.2022 - 18:10

country flag Tranisabelle wrote:

Bonjour J aime beaucoup ce modèle et j ai déjà acheté la laine Drops Je ne comprends pas ce que veut dire le point structuré. Pourriez vous me donner des explications plus claires ou autrement pour comprendre ? En tout ce modèle se crochete combien de lignes (de haut en bas) ? Sans compter les bordures. Auriez vous 1 grille ou 1 schéma pour m aider avec les explications ? Merci beaucoup pour votre aide Isabelle

10.04.2022 - 23:57

DROPS Design answered:

Bonjour Isabelle, le point structuré se crochète sur les mailles augmentées entre les coquilles, autrement dit, vous crochetez les mêmes mailles que les diagrammes: soit 1 maille serrée ou 1 double-bride, tout comme les mailles de bordure de chaque côté. Suivez bien les diagrammes M.1, M.2 et M.3 - cette leçon vous aidera à comprendre comment lire ces diagrammes. Bon crochet!

19.04.2022 - 08:05

country flag Dollie Rials wrote:

How do you increase this to a size 3x

09.08.2020 - 17:42

DROPS Design answered:

Dear Mrs Rials, we are unfortunately not able to adjust every pattern to every single request, please contact your DROPS store or any crochet forum for any individual assistance. Happy crocheting!

10.08.2020 - 09:30

country flag Marianela wrote:

Me encanta Ojalá pudieran traducirlo al español

28.04.2020 - 15:15

DROPS Design answered:

Hola Marianela. Está traducido. Aquí tienes el línk: https://www.garnstudio.com/pattern.php?id=3820&cid=23

28.04.2020 - 16:24

country flag Isa wrote:

Je comprends bien pour les augmentations mais au rang 3, le nombre de DB augmente t- il pour faire en sorte que les coquilles soient alignées ?

11.11.2019 - 17:28

DROPS Design answered:

Bonjour Isa, comme vous augmentez entre les coquilles, elles seront toujours alignées, c'est simplement le nombre de mailles entre les coquilles qui va augmenter. Bon crochet!

12.11.2019 - 08:11

country flag Isa wrote:

Décidément, beaucoup de questions sur ce modèle. Au rang 3 de M2, entre chaque coquille, il y a toujours que 2 doubles brides ? C'est ce que j'obtiens quand je suis les directives mais au bout d'un moment les coquilles ne sont plus alignées. Merci de votre réponse

11.11.2019 - 15:29

DROPS Design answered:

Bonjour Isa, on doit augmenter 5 fois 2 mailles entre les motifs de M.2 = on aura donc 10 ms/double-brides entre chaque M.2 quand toutes les augmentations sont faites - les augmentations se font entre chaque M.2, les coquilles doivent toujours être alignées. Bon crochet!

11.11.2019 - 16:09

country flag Isa wrote:

Si j'augmente au rang 1 et 3, j'augmente alors en faisant des doubles brides alors qu'il est marqué d'augmenter en faisant des mailles serrées (si je fais des mailles serrées sur les doubles brides, il s'agit des rangs 2 et 4). Je suis un peu perdu là. Merci de votre éclairage.

11.11.2019 - 12:15

DROPS Design answered:

Bonjour Isa, effectivement, erreur de ma part, il semble que cette phrase devrait être supprimée (cela va être vérifié avant), vous augmentez tous les 2 rangs, autrement dit aux rangs de mailles serrées seulement, en commençant par le 2ème rang de M.2 = rang de ms, puis au 4ème rang de M.2, et ainsi de suite. Bon crochet!

11.11.2019 - 12:53

country flag Isa wrote:

Bonjour, Il est marqué de faire les augmentations sur les rangs 1, 3 et 5 de M2. Or, le motif M2 ne comprend que 4 rangs. Où se trouve le 5 ème rang ? Merci de votre réponse.

11.11.2019 - 11:29

DROPS Design answered:

Bonjour Isa, vous augmentez aux rangs de double-brides, soit au rang 1 de M.2, puis au rang 3, puis au rang 5 (= le 5ème rang de M.2 qui sera le 1er rang quand on répète M.2 en hauteur). bon crochet!

11.11.2019 - 11:54

country flag Isa wrote:

Bonjour, J'ai acheté de la laine Népal pour réaliser ce modèle. Dois prendre un crochet n°5 comme préconisé pour Népal pour obtenir le même résultat ? Merci de votre réponse

22.10.2019 - 13:55

DROPS Design answered:

Bonjour Isa, ce modèle se crochète en Eskimo (= laine du groupe E), alors que Nepal est du groupe C; il vous faudra crocheter avec 2 fils du groupe C, donc 2 fils Nepal pour le même résultat (2 fils C = 1 fil E); ajustez la taille du crochet pour obtenir l'échantillon et pensez à vérifier la quantité grâce à notre convertisseur - plus d'infos sur les alternatives ici. Bon crochet!

22.10.2019 - 14:35

country flag Ulrika Arvidsson wrote:

Jag fattar INGENTING av beskrivningen! Varför måste det vara så tillkrånglat?!?! Hur gör man M2?! På bilden är det dst mellan picoterna men i mönstret står ökning på fm men ingenting om dst. Ja, jag är nog dum men beskriv så alla förstår!!!

20.10.2019 - 10:48

DROPS Design answered:

Hei Ulrika. Synd å høre at du har problemer med oppskriften. Om du leser oppskriften, ser på diagrammene og leser diagramforklaringen til symbolene skal ikke denne oppskriften være umulig. I diagram M.2 har du 4 rader (=1 rapport): 1.rad hekles det rader med picoter og dbl staver, 2.rad fastmasker, 3.rad hekles det picoter igjen og 4. rad hekles det fastmasker igjen. Det er i 2. rad i rapporten det økes. Les Øketips. God Fornøyelse!

21.10.2019 - 11:53