DROPS Nord
DROPS Nord
45% Alpaca, 30% Polyamide, 25% Wol
vanaf 2.40 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 16.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Green Harmony

Gebreide trui in DROPS Nord. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met raglan, structuurpatroon en dubbele halsrand. Maten S - XXXL.

DROPS 237-23
DROPS Design: Patroon no-062
Garengroep A
-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS NORD van garnstudio (behoort tot garengroep A)
350-400-450-500-550-600 g kleur 19, bosgroen

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 3.5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS RONDBREINAALD 2.5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 3.5 MM.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 2.5 MM.
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – in dat geval heeft u alleen een rondbreinaald nodig van 80 cm in elke maat.

STEKENVERHOUDING:
24 steken in de breedte en 32 naalden in de hoogte met tricotsteek = 10 x 10 cm.
LET OP: De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Nord
DROPS Nord
45% Alpaca, 30% Polyamide, 25% Wol
vanaf 2.40 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 16.80€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:
-------------------------------------------------------

RAGLAN:
Meerder 1 steek aan elke kant van de 2 rechte steken in elke overgang tussen het lijf en de mouwen als volgt:
NA DE MARKEERDRAAD:
1 recht, maak 1 omslag.
VOOR DE MARKEERDRAAD:
Brei tot er 1 steek over is voor de markeerdraad, maak 1 omslag, 1 recht.

TIP VOOR HET OPMETEN:
Alle afmetingen worden genomen terwijl het werk omhoog gehouden wordt, omdat het patroon in A.1 het kledingstuk samentrekt als het plat ligt.

TIP VOOR HET MINDEREN (mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad, 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
De hals en de pas worden in de rondte gebreid met de rondbreinaald, vanaf midden achter en van boven naar beneden. De pas wordt verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf wordt verder in de rondte gebreid met de rondbreinaald. De mouwen worden in de rondte gebreid met korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop.

DUBBELE HALSRAND:
Zet 128-132-136-144-148-156 steken op met korte rondbreinaald 3.5 mm en DROPS Nord. Ga verder met rondbreinaald 2.5 mm en brei boordsteek in de rondte (2 recht, 2 averecht) voor 13 cm (de hals wordt later dubbel gevouwen).
Brei 1 naald recht en minder 12 steken verdeeld = 116-120-124-132-136-144 steken.Ga verder met rondbreinaald 3.5 mm.

PAS:
Voeg 4 markeerdraden in zonder de steken te breien als volgt:
Voeg markeerdraad 1 in op het begin van de naald (voor de eerste steek), tel 16 steken (mouw), voeg markeerdraad 2 in voor de volgende steek, tel 42-44-46-50-52-56 steken (voorpand), voeg markeerdraad 3 in voor de volgende steek, tel 16 steken (mouw), voeg markeerdraad 4 in voor de volgende steek. Er zijn 42-44-46-50-52-56 steken over (achterpand). Voeg een andere markeerdraad in midden achter, vanaf waar de pas gemeten wordt.
Brei A.1 in de rondte, begin TEGELIJKERTIJD op de eerste naald met meerderen voor de RAGLAN – lees beschrijving hierboven. Meerder zo iedere 2e naald in totaal 28-33-36-39-43-48 keer = 340-384-412-444-480-528 steken. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Als de meerderingen klaar zijn, ga dan verder in patroon zonder verdere meerderingen tot de pas 23-25-26-28-30-32 cm meet vanaf de markeerdraad midden achter – lees TIP VOOR HET OPMETEN.
Verdeel het werk voor het lijf en de mouwen: Brei 3-2-2-3-4-6 steken voorbij markeerdraad-1 (deze steken horen bij het achterpand), plaats de volgende 66-78-84-88-94-100 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 10-10-12-12-12-12 steken op (in de zijkant onder de mouw), brei 104-114-122-134-146-164 steken (voorpand), plaats de volgende 66-78-84-88-94-100 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 10-10-12-12-12-12 steken op (in de zijkant onder de mouw), brei de laatste 101-112-120-131-142-158 steken (achterpand). Knip de draad af. Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid.

LIJF:
= 228-248-268-292-316-352 steken. Voeg een markeerdraad in, in een zijkant van het werk, in het midden van de opgezette steken. Begin op de markeerdraad en ga verder met A.1 in de rondte tot het lijf ongeveer 26-26-27-27-27-27 cm meet vanaf de scheiding – pas aan zodat er minstens 3 naalden zijn gebreid na de laatste textuurstreep. Brei 1 naald recht en meerder 36-40-44-44-48-48 steken verdeeld = 264-288-312-336-364-400 steken. Ga verder met rondbreinaald 2.5 mm. Brei boordsteek (2 recht, 2 averecht) voor 4 cm. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht. De trui meet ongeveer 56-58-60-62-64-66 cm vanaf de schouder naar beneden.

MOUWEN:
Plaats de 66-78-84-88-94-100 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 3.5 mm en neem 1 steek op in elk van de nieuwe 10-10-12-12-12-12 opgezette steken onder de mouw = 76-88-96-100-106-112 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de nieuwe steken onder de mouw. Begin op de markeerdraad en ga verder met A.1 in de rondte met 1 rechte steek aan elke kant van de markeerdraad.
Als de mouw 3 cm meet, minder dan 1 steek aan elke kant van de markeerdraad – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 3½-2-1½-1-1-1 cm in totaal 7-11-15-16-18-19 keer = 62-66-66-68-70-74 steken. Brei verder tot de mouw ongeveer 36-35-34-32-31-29 cm meet vanaf de scheiding – pas aan zodat er minstens 3 naalden zijn gebreid na de laatste textuurstreep. Brei 1 naald recht terwijl u 10-10-10-12-10-10 steken verdeeld meerdert = 72-76-76-80-80-84 steken. Ga verder met breinaalden zonder knop maat 2.5 mm. Brei boordsteek (2 recht, 2 averecht) voor 4 cm. Kant af met recht boven recht en averecht boven averecht. De mouw meet ongeveer 40-39-38-36-35-33 cm.
Brei de andere mouw op dezelfde manier.

AFWERKING:
Vouw de hals dubbel naar de binnenkant en naai naar beneden vast met een aantal steken om het op de plaats te houden

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 02.11.2022
Aanpassing naalddikte in de patroontekst.

Telpatroon

symbols = recht
symbols = averecht
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 237-23

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (7)

country flag Elke wrote:

Nach den raglanzunahmen habe ich 412 Maschen auf der Nadel. Passen die alle auf eine kurze rundstrickkadel? Oder muss ich irgendwann von der kurzen zur langen rundstricknadel wechseln? Und wenn ja, wann? Vielen Dank für die Antwort. Elke

16.05.2023 - 15:13

DROPS Design answered:

Liebe Elke, wechseln Sie für die längere Stricknadel, wenn es zuviele Maschen für die kurzere gibt. Viel Spaß beim stricken!

16.05.2023 - 16:05

country flag Linda Björk Gunnarsdóttir wrote:

Daginn, ég er nýgræðingur að fara eftir uppskriftum og prjóna peysu. A1 - á að prjóna alltaf 3 sléttar umferðir á milli slétt og brugðið eða fyrsta umferð 3 og svo alltaf 6 umferðir sléttar og svo 4 umf. slétt/brugðið?

16.05.2023 - 10:14

DROPS Design answered:

Blessuð Linda Björk. Þú prjónar fyrst 3 umferðir slétt og síðan slétt-brugðið í 4 umferðir (mundu bara að víxla sléttu og brugðnu lykkjunum eftir umferð 2) og svo 6 umferðir slétt á milli. Gangi þér vel.

16.05.2023 - 19:54

country flag Patricia Olivia Fuchs wrote:

Hallo! Laut Skizze hat der Ärmel nach dem Aufteilen in Rumpf und Ärmel eine Breite von 23 cm (S), das wäre dann ein Umfang von 46 cm - richtig? Laut Strickanleitung soll dies 76 Ärmelmaschen insgesamt entsprechen. Bei der angegebenen Maschenprobe von 24x32 = 10x10 cm stimmen diese Angaben aber nicht. 76 Maschen sind in der Breite 31,6 cm, damit wäre der Ärmel aber nur 15,83 cm breit. Ich verstehe beim besten Willen nicht, wie sie da rechnen?

24.01.2023 - 15:41

DROPS Design answered:

Liebe Frau Fuchs, die 23 cm bei der Ärmel in S ist die Länge der Passe, dh vor der Verteilung - und nicht der Umfang von den Ärmeln. Umfang für die Ärmel ist: 66 stillgelegten Maschen bei der Verteilung + 10 Maschen aufgefassen = 76 Maschen. Viel Spaß beim stricken!

24.01.2023 - 16:55

country flag Dorit wrote:

Hej :-) Jeg er godt i gang med denne trøje, men hvorfor skal der tages ud før ribbort på både bul og ærmer ? Hvis man strikker nedefra tager man ikke ind de samme steder. Ved godt, at en ribbort trækker arbejdet sammen, men synes udtagning på ca. hver 6. pind er meget. VH Dorit

27.12.2022 - 12:58

DROPS Design answered:

Hei Dorit. Det er for å få en penere overgang mellom bol/vrangbord og erme/vrangbord. Om man ikke ønsker å øke før vrangbord, kan man fint la være å gjøre det. Bare husk å ha et maskeantall der vrangborden vil stemme. mvh DROPS Design

02.01.2023 - 13:32

country flag Paulien wrote:

Goedendag, Ik heb even uitleg nodig wat er wordt bedoelt met 33x de 2de steek meerderen. Als ik dat doe kom ik niet uit op 384 steken. Alvast bedankt. Mvg paulien

11.12.2022 - 19:44

DROPS Design answered:

Dag Paulien,

Er staat dat er 33 keer gemeerderd moet worden op iedere 2e naald. Per naald meerder je 8 steken. Hierdoor kom je op 384 steken.

12.12.2022 - 20:45

country flag Susanna wrote:

Hallo liebes Drops Team, ich stecke gerade bei der Raglanzunahme in A1 fest. Ich muss ja auch in den Musterrunden Zunahmen stricken. Wie füge ich diese Zunahmen in das Muster ein? Bei mir sind die rechten und linken Mädchen nicht versetzt, sondern auch übereinander. Das Diagramm lese ich immer von rechts nach links.

17.11.2022 - 15:16

DROPS Design answered:

Liebe Susanna, die neuen Maschen am Anfang A.1 sollen wie die vorrige Maschen einen neuen Rapport gestrickt werden, und die neuen Maschen am Ende A.1 sollen wir die nächste Maschen einen neuen Rapport damit das Muster immer gleich wird (und sich beidseitig vergrössert). Viel Spaß beim stricken!

17.11.2022 - 16:28

country flag Inga wrote:

Der er fejl i pinde str . I starten står man skal bruge 2,5 og 3,5 str pinde , men i opskrift bliver brugte 3 og 3,5 str. pinde . Hvad er rigtigt ?

22.10.2022 - 19:29

DROPS Design answered:

Hej Inga, Tak for info. Vi skal undersøge det, så kommer der en rettelse :)

25.10.2022 - 13:28