DROPS Sky
DROPS Sky
74% Alpaca, 18% Polyamide, 8% Wol
vanaf 4.90 € /50g
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.10 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 54.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Northern Mermaid Cardigan

Gebreid vest in DROPS Sky / DROPS Merino Extra Fine en DROPS Kid-Silk. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met raglan, V-hals en honingraatpatroon. Maten XS/S - XXXL.

DROPS 236-5
DROPS Design: Patroon sk-175
Garengroep B + A
-------------------------------------------------------

MATEN:
XS/S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
Kleur/kwaliteit gebruikt in de afbeelding:
DROPS SKY van garnstudio (behoort tot garengroep B)
300-350-400-400-450-500 g kleur 03, grijze mist
En gebruik:
DROPS KID-SILK van garnstudio (behoort tot garengroep A)
150-150-175-175-200-225 g kleur 38, kalk

Of gebruik:
DROPS MERINO EXTRA FINE van garnstudio (behoort tot garengroep B)
550-600-650-700-800-850 g kleur 08, lichtbeige
En gebruik:
DROPS KID-SILK van Garnstudio (behoort tot garengroep A)
150-150-175-175-200-225 g kleur 38, kalk

DROPS KNOPEN NR 501: 4-4-5-5-5-5 stuks.

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 4.5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm.
DROPS RONDBREINAALD 3.5 MM: Lengte 80 cm.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4.5 MM.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 3.5 MM.
DROPS KABELNAALD.
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – in dat geval heeft u alleen een rondbreinaald nodig van 80 cm in elke maat.

STEKENVERHOUDING:
17 steken in de breedte en 23 naalden in de hoogte met tricotsteek en 1 draad van elke kwaliteit = 10 x 10 cm.
21 steken in de breedte en 27 naalden in de hoogte met honingraatpatroon en 1 draad van elke kwaliteit = 10 x 10 cm.
LET OP: De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Sky
DROPS Sky
74% Alpaca, 18% Polyamide, 8% Wol
vanaf 4.90 € /50g
DROPS Kid-Silk
DROPS Kid-Silk
75% mohair, 25% zijde
vanaf 4.10 € /25g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 54.00€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:
-------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht.
1 ribbel = 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatronen A.1 tot A.5. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven.
Als u meerdert voor de raglan en de V-hals, breit u de nieuwe steken in het patroon zoals te zien is in de telpatronen, dus brei ze in tricotsteek tot ze in de 3 of 6 steken van het patroon passen.

RAGLAN:
Alle meerderingen worden aan de goede kant gebreid!
Meerder 1 steek voor/na de 4 markeerdraadsteken (in elke overgang tussen het lijf en de mouwen). Meerder 1 steek door 1 omslag te maken.
De omslagen worden als volgt gebreid aan de verkeerde kant:
VOOR DE MARKEERDRAAD:
Brei averecht in de achterste lus. Geen gaatje.
NA DE MARKEERDRAAD:
Haal de omslag af en zet hem gedraaid terug (voeg de linker naald in aan de achterkant als u hem terug zet). Brei averecht in de voorste lus. Geen gaatje.

V-HALS:
Alle meerderingen worden aan de goede kant gebreid!
Meerder 1 steek na/voor de biezen. Meerder 1 steek door 1 omslag te maken.
De omslagen worden als volgt gebreid aan de verkeerde kant:
VOOR DE VOORBIES:
Brei de achterste lus averecht. Geen gaatje.
NA DE VOORBIES:
Haal de omslag af en zet hem gedraaid terug (voeg de linker naald in vanaf de achterkant als u hem terug zet). Brei averecht in de voorste lus. Geen gaatje.

KNOOPSGATEN:
Brei knoopsgaten op de rechter voorbies (als het kledingstuk gedragen wordt). Brei aan de goede kant als er 4 steken over zijn op de naald als volgt: Maak 1 omslag, 2 recht samen en 2 recht. Brei op de volgende naald (verkeerde kant), de omslag recht, zodat er een gaatje ontstaat.
Het eerste knoopsgat wordt 1 cm na de laatste meerdering voor de V-hals gebreid. Brei dan de andere 3-3-4-4-4-4 knoopsgaten met ongeveer 9-10-7-7½-6½-7 cm tussen elk.

TIP VOOR HET MINDEREN (voor de mouwen):
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Begin 2 steken voor de markeerdraad, 2 recht samen, markeerdraad, 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK.
Begin met het breien van 2 biezen in ribbelsteek – welke later op de halslijn worden genaaid. Zet dan steken op tussen de biezen voor de halslijn en brei de pas heen en weer gebreid, vanaf midden voor en van boven naar beneden. Er worden steken gemeerderd voor de raglan en de V-hals. De pas wordt verdeeld voor het lijf en de mouwen en het lijf wordt verder heen en weer gebreid met de rondbreinaald. De mouwen worden in de rondte gebreid met breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald.

RECHTER VOORBIES (als het kledingstuk gedragen wordt):
Zet 7-7-7-9-9-9 steken op met rondbreinaald 3.5 mm en 1 draad van elke kwaliteit (2 draden).
Brei RIBBELSTEEK – lees beschrijving hierboven, voor 11-11-12-12-14-14 cm. Eindig na een naald aan de verkeerde kant. Laat het werk rusten.

LINKER VOORBIES:
Zet 7-7-7-9-9-9 steken op met rondbreinaald 3.5 mm en 1 draad van elke kwaliteit (2 draden).
Brei ribbelsteek voor 11-11-12-12-14-14 cm, eindig na een naald aan de goede kant, knip de draad niet af.
Zet 60-60-66-66-72-72 steken op aan het einde van de naald, brei dan de 7-7-7-9-9-9 steken van de rechter voorbies = 74-74-80-84-90-90 steken.
Ga verder met rondbreinaald 4.5 mm. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant, brei de 7-7-7-9-9-9 voorbiessteken aan elke kant in ribbelsteek. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!

PAS:
Voeg 4 markeerdraden in zonder de steken te breien. Deze worden gebruikt bij het meerderen voor de raglan – lees beschrijving hierboven.
Tel 8-8-8-10-10-10 steken, voeg markeerdraad-1 in de volgende steek, tel 12 steken, (mouw) voeg markeerdraad-2 in de volgende steek, tel 30-30-36-36-42-42 steken (achterpand), voeg markeerdraad-3 in de volgende steek, tel 12 steken (mouw), voeg markeerdraad-4 in de volgende steek. Er zijn 8-8-8-10-10-10 steken over na de laatste markeerdraad.

Brei de eerste naald aan de goede kant als volgt: 7-7-7-9-9-9 voorbiessteken in ribbelsteek, meerder 1 steek voor de V-HALS – lees beschrijving hierboven, brei A.1, meerder 1 steek voor de RAGLAN aan elke kant van markeerdraad 1 – lees beschrijving hierboven (de markeerdraadsteek wordt in tricotsteek gebreid), A.2, A.4, meerder 1 steek voor de raglan aan elke kant van markeerdraad 2, A.2, brei A.3 3-3-4-4-5-5 keer, A.4, meerder 1 steek voor de raglan aan elke kant van markeerdraad 3, A.2, A.4, meerder 1 steek voor de raglan aan elke kant van markeerdraad 4, A.5, meerder 1 steek voor de V-hals, 7-7-7-9-9-9 voorbiessteken in ribbelsteek.
Ga verder met dit patroon heen en weer gebreid, meerder gelijktijdig voor de raglan en de V-hals zoals beschreven hieronder; lees daarom de volgende 2 delen door voordat u verder breit!

RAGLAN:
Meerder aan elke kant van de 4 markeerdraadsteken, op elke naald aan de goede kant (8 steken gemeerderd) in totaal 19-19-19-25-22-16 keer, inclusief de eerste meerdering. De nieuwe steken worden in het patroon gebreid zoals te zien is in de telpatronen – lees PATROON in de uitleg hierboven.
Ga dan verder met meerderen voor de raglan, maar iedere andere meerdering is alleen op de voor- en achterpanden (4 steken gemeerderd). U meerdert nu iedere 2e naald op het lijf (iedere naald aan de goede kant) en iedere 4e naald op de mouwen (iedere 2e naald aan de goede kant). Meerder zo 12-18-18-12-18-30 keer op het lijf (6-9-9-6-9-15 keer op de mouwen). In totaal 31-37-37-37-40-46 keer op het lijf en 25-28-28-31-31-31 keer op de mouwen.

V-HALS:
Meerder voor de V-hals aan de binnenkant van de biezen iedere 2e naald 3 keer, inclusief de eerste meerdering. Meerder dan iedere 12-12-15-15-18-18 keer iedere 4e naald.
Na de laatste meerdering zijn er 328-364-376-392-416-440 steken.

Brei verder zonder meerderingen tot de pas 23-27-28-29-31-34 cm meet vanaf de opzetrand op de achterkant – denk om de knoopsgaten op de rechter voorbies – lees beschrijving hierboven. Minder TEGELIJKERTIJD op de laatste naald aan de goede kant 4 steken bij de markeerdraadsteken als volgt te breien:
Markeerdraadsteken 2 en 4: Brei de markeerdraadsteek en de volgende steek gedraaid recht samen.
Markeerdraadsteken 1 en 3: Begin 1 steek voor de markeerdraadsteek, 2 recht samen = 324-360-372-388-412-436 steken.

Verdeel op de volgende naald (verkeerde kant) het werk voor het lijf en de mouwen:
Brei de eerste 54-60-63-65-71-77 steken zoals hiervoor (rechter voorpand), plaats de volgende 62-68-68-74-74-74 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 4-4-10-16-16-22 steken op (in de zijkant onder de mouw), brei 92-104-110-110-122-134 steken (achterpand), plaats de volgende 62-68-68-74-74-74 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 4-4-10-16-16-22 steken op (in de zijkant onder de mouw), brei de laatste 54-60-63-65-71-77 steken zoals hiervoor (linker voorpand).
Het werk meet ongeveer 26-30-31-32-34-37 cm vanaf de schouder.
Het lijf en de mouwen worden apart verder gebreid – het werk wordt nu vanaf hier gemeten.

LIJF:
= 208-232-256-272-296-332 steken. Brei in patroon als volgt: 7-7-7-9-9-9 voorbiessteken in ribbelsteek, 1 tricotsteek, brei A.3 tot er 8-8-8-10-10-10 steken over zijn, (zorg dat het patroon doorloopt vanaf de pas), 1 tricotsteek, 7-7-7-9-9-9 voorbiessteken in ribbelsteek.
Ga verder met dit patroon voor 26-24-25-26-26-25 cm – eindig na naald 4 of 10 in A.3.
Brei 1 naald recht aan de goede kant en minder 19-22-22-22-25-31 steken verdeeld = 189-210-234-250-271-301 steken.
Ga verder met rondbreinaald 3.5 mm.
Brei boordsteek als volgt aan de verkeerde kant: 7-7-7-9-9-9 voorbiessteken in ribbelsteek, * 1 averecht, 2 recht *, brei van *-* tot er 8-8-8-10-10-10 steken over zijn, 1 averecht, 7-7-7-9-9-9 voorbiessteken in ribbelsteek.
Ga verder met deze boordsteek voor 4 cm. Kant ietwat losjes af met recht aan de goede kant.
Het vest meet ongeveer 56-58-60-62-64-66 cm vanaf de schouder naar beneden.

MOUWEN:
Plaats de 62-68-68-74-74-74 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op korte rondbreinaald/breinaalden zonder knop maat 4.5 mm en neem 1 steek op in elk van de nieuw opgezette steken onder de mouw = 66-72-78-90-90-96 steken. Voeg een markeerdraad in, in het midden van de nieuwe steken onder de mouw.
Brei A.3 in de rondte (zorg ervoor dat het overeenkomt met A.3 op de pas).
Als de mouw 4-4-4-3-2-3 cm meet, minder dan 2 steken aan elke kant van de markeerdraad – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 6-5½-3½-2½-2½-1½ cm in totaal 6-6-9-12-12-15 keer = 54-60-60-66-66-66 steken. De steken die niet in het patroon passen door het minderen, worden in tricotsteek gebreid.
Brei verder tot de mouw 38-35-34-34-31-29 cm meet vanaf de scheiding, eindig na naald 4 of 10 in A.3 (ga verder met tricotsteek indien nodig of tot de gewenste lengte - 6 cm over).
Ga verder met breinaalden zonder knop maat 3.5 mm en brei boordsteek (1 recht, 2 averecht) voor 6 cm. Kant dan losjes af met recht. De mouw meet ongeveer 44-41-40-40-37-35 cm vanaf de scheiding.
Brei de andere mouw op dezelfde manier.
AFWERKING:
Naai de biezen samen midden achter en naai ze dan aan de halslijn.
Naai de knopen op de linker voorbies.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = plaats 2 steken op een kabelnaald achter het werk, 1 recht, 2 recht van de kabelnaald
symbols = plaats 1 steek op een kabelnaald en houd deze voor het werk, 2 recht, 1 recht van de kabelnaald
diagram
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 236-5

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (29)

country flag Hson wrote:

Detta mönster menade jag. Det står Honeycomb, är inte det samma sak som Bikupmönster? Men på en video ser bikupemönstret helt annorlunda ut än detta.

22.03.2024 - 13:31

DROPS Design answered:

Hej, det er flere måder at strikke honeycomb / bikupmönster på, vi har ikke en video på dette, så her er du nødt til at følge de 2 diagram-forklaringer i opskriften :)

03.04.2024 - 14:01

country flag Isabelle Calleau wrote:

Bonjour, est-il possible d'utiliser une laine du groupe C seule ? la brushed alpaca silk ? Merci

09.02.2024 - 18:27

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Calleau, tout à fait dans la mesure où vous avez le même échantillon, notez juste que la texture sera différente du modèle photographié en raison des propriétés différentes des laines utilisées. Bon tricot!

12.02.2024 - 07:12

country flag Kirsty Oakes wrote:

Hi, could you use Drops Soft Tweed instead of Sky, in addition to Kid-Silk? Thank you.

15.11.2023 - 14:16

DROPS Design answered:

Dear Mrs Oakes, sure you can as Sky and Soft Tweed both belong to same yarn group, just use the yarn converter to get the new amount required in Soft Tweed for your size - and work together with Kid-Silk as in the pattern. Happy knitting!

16.11.2023 - 09:17

country flag Lone wrote:

Smuk trøje. Jeg er desværre allerede gået i stå ved start på bærestykket. Jeg strikker str. M og har 74 masker. Jeg skal sætte 4 mærker men Fordelingen giver 70 masker. Hvad skal de 4 der er i overs? Mh Lone

05.11.2023 - 20:32

DROPS Design answered:

Hej Lone, har du talt de masker med du sætter mærkerne i?

09.11.2023 - 15:04

country flag Eef wrote:

Hoe zit het precies bij het meerderen voor de mouw en voor/achterpand, wanneer je dit om en om doet ? Op sommige toeren heb ik 3 steken over en moet ik hier een kabel maken. Echter is er dan geen "extra" steek voor of na de markeerder, zoals eerder in de tekeningen. Moet ik hier wel een kabel maken?

03.09.2023 - 16:15

DROPS Design answered:

Dag Eef,

Als er niet genoeg steken zijn om een kabel te maken, dan maak je geen kabel, zodat het meerderen mooi doorloopt. Op een van de foto's is de raglanlijn ook te zien.

04.09.2023 - 20:16

country flag Eef wrote:

Blijf ik na a1/a5 helemaal doorlopen te hebben nog steeds meerderen voor de v hals aan de kant van de voorbiessteken ? Of meerder ik daarna enkel nog voor de mouwen en de panden?(bij de markeringen)

26.08.2023 - 15:17

DROPS Design answered:

Dag Eef,

Je meerdert voor de v-hals zo vaak als staat aangegeven voor jouw maat, onafhankelijk van hoe ver je met de telpatronen bent.

27.08.2023 - 16:59

country flag Eef wrote:

Ik heb een vraag over de eerste naald bij de pas. Hier staat dat je moet meerderen voor en na de markeringen. In de uitleg staat dat je 4 raglansteken hebt. En 1 steek voor en na deze 4 steken meerdert. Echter op de eerste naald heb je de 7 voorbiessteken, dan meerderen voor de hals, maar er zijn aan deze kant van de markeerder nog geen 2 steken waarvoor je kan meerderen. Kan ik uitgelegd krijgen hoe ik dit moet doen ?

19.08.2023 - 09:16

DROPS Design answered:

Dag Eef,

Je meerdert direct voor en na de markeerdraadsteek. Bij elke raglanlijn heb je dus steeds 1 steek tussen de meerderingen en niet 4. Met 4 raglansteken worden de 4 verschillende raglans bedoeld, dat is natuurlijk verwarrend.

20.08.2023 - 15:37

country flag Eef wrote:

Ik heb een vraag over de eerste naald bij de pas. Hier staat dat je moet meerderen voor en na de markeringen. In de uitleg staat dat je 4 raglansteken hebt. En 1 steek voor en na deze 4 steken meerdert. Echter op de eerste naald heb je de 7 voorbiessteken, dan meerderen voor de hals, maar er zijn aan deze kant van de markeerder nog geen 2 steken waarvoor je kan meerderen. Kan ik uitgelegd krijgen hoe ik dit moet doen ?

19.08.2023 - 09:15

country flag Es wrote:

Voor mij is het niet duidelijk welk patroon ik nu over welk gedeelte moet breien ? Brei ik a1 en a5 over de voorkant, a2 over de mouw en a3 en a4 over het achterpand ?

14.07.2023 - 17:58

country flag LONGER MARYLINE wrote:

Bonjour J'ai commencé ce modèle,je prends les mesures et je m'aperçois que: - j'ai le bon nombre de mailles 360 - échantillon du point fantaisie : 27 mailles 10 cms - taille M 51 cms Ma réalisation 48 cms Dites moi pourquoi et ce que je dois faire Merci de votre réponse Maryline

07.04.2023 - 13:11

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Longer, il semble que votre échantillon n'est pas juste, vous devez avoir soit 17 m x 23 rangs en jersey soit 21 m x 27 rangs au point rayons de miel = 10 x10 cm. Si vous avez tricoté votre échantillon au point de miel, essayez à nouveau avec des aiguilles plus grosses. Bon tricot!

11.04.2023 - 12:00