DROPS Belle
DROPS Belle
53% katoen, 33% viscose, 14% linnen
vanaf 1.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 10.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

May Tee

Gebreide trui met korte mouwen / T-shirt in DROPS Belle. Het werk wordt van boven naar beneden gebreid met schoudermeerderingen, tricotsteek en korte pofmouwen. Maat: S - XXXL

DROPS 232-53
DROPS design: Patroon vs-092
Garengroep B
----------------------------------------------------------

MAAT:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS BELLE van garnstudio (behoort tot garengroep B)
350-400-450-450-500-550 g kleur 23, mint creme

NAALDEN:
DROPS RONDBREINAALD 4 mm: Lengte 40 en 80 cm.
DROPS RONDBREINAALD 3 mm: Lengte 40 en 80 cm.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 4 mm
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 3 mm
De techniek MAGIC LOOP kan gebruikt worden – in dat geval heeft u alleen een rondbreinaald nodig van 80 cm in elke maat.

STEKENVERHOUDING:
21 steken in de breedte en 28 naalden in de hoogte in tricotsteek = 10 x 10 cm.
LET OP! De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, brei dan verder met grotere naalden. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, brei dan verder met kleinere naalden.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Belle
DROPS Belle
53% katoen, 33% viscose, 14% linnen
vanaf 1.50 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 10.50€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

----------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

----------------------------------------------------------

VERHOGING (in achterkant van de hals):
Begin aan de goede kant op de markeerdraad midden achter, 15-15-16-16-17-18 steken recht, keer het werk, trek de draad aan en brei 30-30-32-32-34-36 averecht. Keer het werk, trek de draad aan en brei 45-45-48-48-51-54 recht, keer het werk, trek de draad aan en brei 60-60-64-64-68-72 averecht. Keer het werk, trek de draad aan en brei 75-75-80-80-85-90 recht (meerder hier voor de schouders zoals uitgelegd in het patroon – de gemeerderde steken tellen niet mee), keer het werk, trek de draad aan en brei 90-90-96-96-102-108 averecht (denk om het meerderen op de schouder). Keer het werk, trek de draad aan en brei recht tot de markeerdraad midden achter. De verhoging is klaar en het meerderen is 2 keer in de hoogte gedaan in totaal op de schouder (8 steken). Brei dan de PAS zoals uitgelegd in patroon.

TIP VOOR HET MEERDEREN-1 (aan de goede kant):
VOOR DE MARKEERDRAAD:
De nieuwe steek wordt richting rechts gedraaid
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek recht in de voorste lus van de steek.
NA DE MARKEERDRAAD:
De nieuwe steek wordt richting links gedraaid.
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei de steek recht in de achterste lus van de steek.

TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (op de verkeerde kant – geldt alleen voor als u de verhoging breit):
VOOR DE MARKEERDRAAD:
De nieuwe steek wordt richting rechts gedraaid.
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen, neem de draad op vanaf de voorkant en brei de steek averecht in de achterste lus van de steek.
NA DE MARKEERDRAAD:
De nieuwe steek wordt richting links gedraaid.
Gebruik de linker naald om de draad tussen 2 steken van de naald eronder op te nemen, neem de draad op vanaf de achterkant en brei de steek averecht in de voorste lus van de steek.

TIP VOOR HET MINDEREN:
Minder 1 steek aan elke kant van de markeerdraad als volgt: Brei tot er 3 steken over zijn voor de markeerdraad en brei 2 recht samen, 2 recht (de markeerdraad zit tussen deze 2 steken), 1 steek recht afhalen, 1 recht, haal de afgehaalde steek over de gebreide steek.

----------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

----------------------------------------------------------

TRUI - KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Brei de halsrand en de pas in de rondte op de rondbreinaald vanaf midden achter, van boven naar beneden. Verdeel nu de pas voor het lijf en de mouwen. Brei het lijf in de rondte op de rondbreinaald. Brei de mouwen in de rondte op breinaalden zonder knop/een korte rondbreinaald.

HALSRAND:
Zet 106-110-114-118-122-126 steken op rondbreinaald 3 mm met DROPS Belle. Brei 1 naald recht. Brei dan boordsteek (1 recht / 1 averecht) voor 2-2-2-3-3-3 cm.
Brei 1 naald recht en meerder 20-20-24-24-28-28 steken verdeeld = 126-130-138-142-150-154 steken.
Voeg 1 markeerdraad in, in het midden van de naald (midden voor) – meet de pas vanaf deze markeerdraad!
Brei de pas zoals uitgelegd hieronder.

PAS:
Ga verder met rondbreinaald 4 mm. Voeg een markeerdraad in op het begin van de naald (midden achter).
Voeg daarnaast 2 nieuwe markeerdraden in het werk zoals uitgelegd hieronder – dit wordt gedaan zonder de steken te breien en elk van deze 2 markeerdraden worden ingevoegd in de steken. Gebruik deze markeerdraden bij het meerderen voor de schouder. Ze moeten een andere kleur hebben dan de markeerdraad midden voor.
1e markeerdraad: Begin midden achter, tel 31-32-34-35-37-38 steken (½ achterpand), voeg de 1e markeerdraad in de volgende steek.
2e markeerdraad: Tel 62-64-68-70-74-76 steken vanaf de 1e markeerdraad (voorpand), voeg de 2e markeerdraad in de volgende steek.
Er zijn 31-32-34-35-37-38 steken over op het achterpand na de 2e markeerdraad.
Neem deze 2 markeerdraden mee in de hoogte tijdens het breien, meerder aan elke kant van deze markeerdraden.
Brei nu een VERHOGING op de achterkant van de hals - lees uitleg hierboven. De verhoging maakt het kledingstuk hoger in de achterkant van de hals. Let op dat de schoudermeerderingen tegelijkertijd gedaan worden als de laatste 3 naalden in verhoging worden gebreid - lees ook het deel SCHOUDERMEERDERINGEN en TIP VOOR HET MEERDEREN-2 (wanneer u aan de verkeerde kant breit).
Als u geen verhoging wilt, ga dan verder met schoudermeerderingen.

SCHOUDERMEERDERING:
Brei in tricotsteek in de rondte.
TEGELIJKERTIJD op de eerste naald meerdert u 4 steken voor de schouder als volgt:
Meerder VOOR en NA de steek met de 1e en de 2e markeerdraad – lees TIP VOOR HET MEERDEREN-1.

Ga zo verder en meerder op iedere naald 14 keer in totaal = 182-186-194-198-206-210 steken. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Na de laatste meerdering meet het werk ongeveer 5 cm vanaf de markeerdraad bij de hals midden voor.
Brei de volgende naald als volgt: Brei tricotsteek tot er 5-5-6-6-7-7 steken over zijn voor de 1e markeerdraad, kant 11-11-13-13-15-15 steken af (steek met de markeerdraad + 5-5-6-6-7-7 steken aan elke kant hiervan – deze steken zorgen voor een soort kleine "flap"), brei in tricotsteek tot er 5-5-6-6-7-7 steken over zijn voor de 2e markeerdraad, kant 11-11-13-13-15-15 steken af, brei in tricotsteek tot midden achter = 160-164-168-172-176-180 steken.

Voeg nu 4 nieuwe markeerdraden in het werk zoals uitgelegd hieronder. Dit wordt tijdens het breien gedaan. Gebruik deze nieuwe markeerdraden bij het meerderen voor de mouwen.
Brei 40-41-42-43-44-45 steken in tricotsteek (½ achterpand), voeg de 1e markeerdraad in, zet 36-38-40-42-46-50 nieuwe steken op de naald voor de mouw, voeg de 2e markeerdraad in voor de volgende steek, brei 80-82-84-86-88-90 steken in tricotsteek (voorpand), voeg de 3e markeerdraad in, zet 36-38-40-42-46-50 nieuwe steken op de naald voor de mouw, voeg de 4e markeerdraad in voor de volgende steek, brei 40-41-42-43-44-45 steken in tricotsteek (½ achterpand) = 232-240-248-256-268-280 steken. Meerder dan voor de mouwen zoals uitgelegd hieronder.

MOUWMEERDERINGEN:
Brei in tricotsteek in de rondte.
Meerder TEGELIJKERTIJD op de volgende naald 4 steken voor de mouwen als volgt:
Meerder NA de 1e en de 3e markeerdraad en meerder VOOR de 2e en de 4e markeerdraad – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1.
Meerder nu alleen op de mouwen en het aantal steken op het voorpand en het achterpand blijft hetzelfde. Brei de gemeerderde steken in tricotsteek.
Meerder zo iedere andere naald 18-20-21-22-23-24 keer in totaal = 304-320-332-344-360-376 steken.
Het werk meet nu ongeveer 18-19-20-21-21-22 cm vanaf de markeerdraad bij de hals. Brei 1-0-0-0-0-0 cm in tricotsteek zonder te meerderen – het werk meet 19-19-20-21-21-22 cm vanaf de markeerdraad bij de hals. Meerder dan voor de pas zoals uitgelegd hieronder.

PASMEERDERINGEN:
Brei in tricotsteek. Meerder TEGELIJKERTIJD op de volgende naald 4 steken voor de pas als volgt:
Meerder VOOR de 1e en de 3e markeerdraad en NA de 2e en de 4e markeerdraad – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN-1. Meerder steken op het voorpand en het achterpand en het aantal steken op de mouwen blijft hetzelfde.
Herhaal het meerderen als volgt:
S: Meerder iedere 4e naald 2 keer in totaal.
M: Meerder iedere 3e naald 4 keer in totaal.
L, XL, XXL en XXXL: Meerder om de naald 6-6-7-7 keer in totaal, dan op iedere naald 2-5-9-13 keer in totaal.
Na de laatste meerdering zijn er 312-336-364-388-424-456 steken op de naald en meet het werk ongeveer 21-23-25-27-29-31 cm vanaf de markeerdraad midden voor.
Verdeel op de volgende naald de pas voor het lijf en de mouwen als volgt: Brei 42-45-50-54-60-65 steken in tricotsteek (½ achterpand), zet de volgende 72-78-82-86-92-98 steken op een hulpdraad voor de mouw, zet 6-8-8-10-10-12 nieuwe steken op de naald (in de zijkant onder de mouw), brei 84-90-100-108-120-130 steken in tricotsteek (voorpand), zet de volgende 72-78-82-86-92-98 steken op een hulpdraad voor de mouw, 6-8-8-10-10-12 nieuwe steken op de naald (in de zijkant onder de mouw) en brei de laatste 42-45-50-54-60-65 steken in tricotsteek (= ½ achterpand).
Brei het lijf en de mouwen apart verder.

LIJF:
= 180-196-216-236-260-284 steken. Voeg 1 markeerdraad in aan elke kant – in het midden van de 6-8-8-10-10-12 opgezette steken onder elke mouw. Begin de naald op een van de markeerdraden en brei in tricotsteek in de rondte. Minder bij een hoogte van 6 cm vanaf de scheiding, 1 steek aan elke kant van beide markeerdraden - lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 6 cm 3 keer in totaal = 168-184-204-224-248-272 steken. Brei tot het werk 23 cm meet vanaf de scheiding. Ga verder met rondbreinaald 3 mm. Brei boordsteek (1 recht/1 averecht) voor 4 cm. Kant dan losjes af. De trui meet ongeveer 50-52-54-56-58-60 cm vanaf de schouder.

MOUWEN:
Zet de 72-78-82-86-92-98 steken van de hulpdraad aan de ene kant van het werk op breinaalden zonder knop of een korte rondbreinaald 4 mm en neem daarnaast 1 steek op in elk van de 6-8-8-10-10-12 nieuw opgezette steken onder de mouw = 78-86-90-96-102-110 steken.
Voeg 1 markeerdraad in, in het midden onder de mouw – in het midden van de 6-8-8-10-10-12 steken. Neem de markeerdraad mee in de hoogte tijdens het breien - het wordt gebruikt voor het minderen.
Begin de naald op de markeerdraad en brei in tricotsteek in de rondte.
Minder bij een hoogte van 2-2-2-1-1-1 cm, 2 steken midden onder de mouw - denk om TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 2-1-1-1-1-1 cm 4-6-5-4-3-1 keer in totaal = 70-74-80-88-96-108 steken. Brei tot de mouw 10-8-7-5-4-2 cm meet vanaf de scheiding. Brei 1 naald recht en minder 12-14-18-22-26-34 steken verdeeld = 58-60-62-66-70-74 steken. Brei verder met breinaalden zonder knop maat 3 mm. Brei 4 cm boordsteek (1 recht/1 averecht). Kant dan losjes af. De mouw meet ongeveer 14-12-11-9-8-6 cm vanaf de scheiding. Brei de andere mouw op dezelfde wijze.

AFWERKING:
Rijg een draad op en neer door de opzetrand op de bovenkant op de mouw. Rimpel de mouwkop zodat het in een rechte lijn komt met de opening waar steken zijn afgekant op de schouder - LET OP: De steken die afgekant zijn op de schouder vormen een kleine "flap" - deze flap moet onder de mouwkop komen en geeft extra stevigheid aan de pofmouw. Naai de mouwkop aan de opening in een rechte lijn - zie A.1 (het figuur toont de schouder en de flap vanaf boven gezien).
Herhaal aan de andere kant.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 23.02.2024
Het patroon is aangepast. Correctie bij TIP VOOR HET MEERDEREEN-1, na de markeerdraad.

Telpatroon

symbols = schoudermeerdering
symbols = mouwmeerdering
symbols = pasmeerdering
symbols = breirichting
symbols = schouder
symbols = flap
symbols = naai hier de mouwkop aan het armsgat
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 232-53

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (17)

country flag Sedef wrote:

Increase tip 1 is incorrect. Before the marker, after the marker, the tip says to take the yarn from back for both and it doesn't work. Could you please check and correct this?

23.02.2024 - 14:58

DROPS Design answered:

Dear Sedef, you are right, after marker you should pick up the stitch from the front, it will be edited, thanks for noticing. Happy knitting!

23.02.2024 - 15:44

country flag Maria wrote:

Hallo, Ik heb opgemerkt dat de schoudermeerdering in de instructie video anders worden gebreid dan dat in de uitleg staat.Meerdering vóór de steek wordt in video zo gebreid dat de lus van voor naar achter is opgenomen en dan in achterste lus gebreid . Kunt u aub dit uitleggen. Bedankt

18.01.2024 - 20:54

DROPS Design answered:

Dag Maria,

Dat zou kunnen kloppen. De instructies in het patroon zijn altijd leidend.

21.01.2024 - 12:07

country flag Kim wrote:

Hello~Thank you so much for this nice design!:) I love it! I started to work on it just a few hours ago, and I have a question. I've just finished with neck edge,and now I'm about to start with yoke. But sadly, because I'm just a beginner, I don't know how to put the marker without working the stitches. It looks like the markers are also counted as stitches. But I don't know how to make it. Before, I just learned to put marker between stitches. Please help me with this ~

07.01.2024 - 11:33

DROPS Design answered:

Dear Kim, if you use locking markers (the ones in shape of a lock or that can easily be opened) simply insert them as follows: count the number of stitches as indicated and then insert the marker inside the stitch. This will then be a stitch with a marker; it doesn't count separately, it's just counting the stitch it's sitting in. Then, you will move it upwards; when you reach the stitch with the marker in the next row, unlock it, take it out, work the stitch and then put the marker in the new stitch. Happy knitting!

07.01.2024 - 18:26

country flag HKBS wrote:

Hei! Takk for oppskrifta - dette ser ut som ein veldig fin topp! Men me har no lese oppskrifta mange ganger, og det ser ut som det er ein feil: Når ein har strikka høgare nakke har ein hatt 2 skulderaukingar. Då skal det berre strikkast 12 skulderaukingar vidare (ikkje 14, som det står i mønsteret - det gjeld berre om ein ikkje har strikka høgare nakke). Vonar de vil rette dette.

01.10.2023 - 15:14

country flag Dagmara wrote:

DODAWANIE OCZEK NA RAMIONA: Czy nie ma błędu w liczbie oczek rozmiar L? „Dalej przerabiać tak samo, dodając oczka w sumie 14 razy w każdym okrążeniu = 194” Nabrane 114 oczek + 8 (podwyższenie) + (14x4) = 178

28.07.2023 - 19:09

DROPS Design answered:

Witaj Dagmaro, w rozmiarze L na początku masz 114 oczek. Na wykończeniu dekoltu równomiernie dodajesz 24 oczka =138. Później dodajesz oczka na ramiona już na podwyższeniu dekoltu, w sumie tych powtórzeń z dodawaniem oczek musisz wykonać 14 > 14x4=56 oczek. 138+56=194 oczka. Pozdrawiamy!

29.07.2023 - 09:29

country flag Wendy wrote:

Is this pattern listed on Ravelry? I was unable to find it there. Thank you so much! Wendy

08.07.2023 - 23:01

DROPS Design answered:

Dear Wendy, maybe some of our patterns are not in Ravelry. Happy knitting!

10.07.2023 - 17:32

country flag Mary wrote:

Is increase tip #1, right side after marker, correct? Pick up from behind and knit through back loop???? Thanks

17.03.2023 - 03:34

DROPS Design answered:

Dear Mary, Increase tip 1 is worked from the right side of piece, and yes, before the marker means on the right hand side of the marker and after the marker means on the left hand side of the marker. Happy knitting!

17.03.2023 - 08:55

country flag Nicole wrote:

Bonjour. Je me permets de vous contacter car j’ai vu une vidéo sur YouTube d’une femme qui ne fait que critiquer les laines Drops et donner des avis négatifs. Je trouve ça inadmissible. Je travaille beaucoup avec vos fils que j’adore. Je vous envoie le lien de la personne en question. https://youtu.be/ruELfUwajG8. Je trouve que c’est scandaleux.

21.12.2022 - 22:28

country flag Christinetra Traen wrote:

Een top truitje, zal uit proberen. Hartelijk dank

30.09.2022 - 21:59

country flag Nicole wrote:

Bonjour. pour le rehaussement, au rg suivant on doit tricoter sur la maille où nous avons serré et tourné? Ex exemple : pour tricoter 45m je suis obligée de tricoter là où j’ai tourné à la 30 eme maille ? Ce n’est pas la même technique que pour les Germain short rows ? Merci beaucoup pour votre aide.

03.09.2022 - 11:55

DROPS Design answered:

Bonjour Nicole, dans cette technique, vous tricotez effectivement la 1ère maille au début du rang suivant, mais vous pouvez également utiliser une autre technique pour les rangs raccourcis si vous le préférez. Bon tricot!

05.09.2022 - 08:53