DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.05 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 3.15€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

White Sails

Gebreide top in DROPS Safran. Het werk wordt van onder naar boven gebreid in tricotsteek. Maten S - XXXL.

DROPS 230-1
DROPS Design: Patroon nr. e-338
Garengroep A
-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL
DROPS SAFRAN van garnstudio (behoort tot garengroep A)
150-200-200-200-250-250 g kleur 18, naturel

NAALDEN:
DROPS NAALD 3 MM.
DROPS NAALDEN MAAT 2.5 MM.

STEKENVERHOUDING:
24 steken in de breedte en 32 naalden in de hoogte met tricotsteek = 10 x 10 cm.
LET OP: De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.05 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 3.15€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht.
1 ribbel = 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatroon A.1. Het telpatroon laat alle naalden in het patroon aan de goede kant zien.

TIP VOOR HET MEERDEREN (zijkanten):
Alle meerderingen worden aan de goede kant gebreid.
Meerder 1 steek aan de binnenkant van de 2 buitenste steken door 1 omslag te maken. Brei op de volgende naald de omslag gedraaid averecht om een gaatje te voorkomen. Brei dan de nieuwe steek in tricotsteek.

TIP VOOR HET MINDEREN (voor de armsgaten en V-hals):
AAN DE GOEDE KANT:
Na de 1 kantsteek:
1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek (= 1 steek geminderd).
Voor de 1 kantsteek:
Brei tot er 3 steken over zijn, 2 recht samen, 1 kantsteek in ribbelsteek (= 1 steek geminderd).
AAN DE VERKEERDE KANT:
Na de 1 kantsteek:
2 averecht samen (= 1 steek geminderd).
Voor de 1 kantsteek:
Brei tot er 3 steken over zijn, 2 gedraaid averecht samen, kantsteek in ribbelsteek (= 1 steek geminderd).

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TOP – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
De achter- en voorpanden worden apart heen en weer gebreid en van onder naar boven. Er worden bandjes gebreid op het voorpand en dan op het achterpand genaaid.

ACHTERPAND:
Zet 100-112-122-136-150-166 steken op met naald 2.5 mm en DROPS Safran. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant, brei dan boordsteek (1 recht, 1 averecht), met 1 kantsteek in RIBBELSTEEK aan elke kant – lees beschrijving hierboven.
Als de boordsteek 3 cm meet, brei dan 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 10-12-12-14-14-16 steken verdeeld mindert = 90-100-110-122-136-150 steken.
Ga verder met naald 3 mm. Brei tricotsteek heen en weer gebreid met 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant.
DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Als het werk 6 cm meet, meerder dan 1 steek aan elke kant – lees TIP VOOR HET MEERDEREN. Meerder zo iedere 6 cm in totaal 4 keer aan elke kant = 98-108-118-130-144-158 steken.
Als het werk 26-27-28-29-30-31 cm meet, brei dan 2 ribbels over de buitenste 6-8-10-12-14-16 steken aan elke kant (de andere steken worden verder gebreid in tricotsteek).
Kant na de 2 ribbels, 5-7-9-11-13-15 steken af op het begin van de volgende 2 naalden voor de armsgaten = 88-94-100-108-118-128 steken.
Ga verder met tricotsteek en 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant. Minder TEGELIJKERTIJD op de eerste naald aan de goede kant 1 steek aan elke kant voor de armsgaten – lees TIP VOOR HET MINDEREN. Minder zo iedere 2e naald (elke naald aan de goede kant) in totaal 16-17-18-19-21-22 keer = 56-60-64-70-76-84 steken.
Brei 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 7-7-7-7-9-9 steken verdeeld meerdert = 63-67-71-77-85-93 steken. Ga verder met naald 2.5 mm.
Brei boordsteek als volgt aan de verkeerde kant: 1 kantsteek in ribbelsteek, * 1 averecht, 1 recht *, brei van *-* tot er 2 steken over zijn, 1 averecht en 1 kantsteek in ribbelsteek.
Ga verder met deze boordsteek voor 3 cm. Kant dan ietwat losjes af.

VOORPAND:
Zet 100-112-122-136-150-166 steken op met naald 2.5 mm en DROPS Safran. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant, brei dan boordsteek (1 recht, 1 averecht) met 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant.
Als de boordsteek 3 cm meet, brei dan 1 naald recht aan de goede kant terwijl u 10-12-12-14-14-16 steken verdeeld mindert = 90-100-110-122-136-150 steken.
Ga verder met naald 3 mm. Brei tricotsteek heen en weer gebreid met 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant.
Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant met 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant.
De volgende naald wordt als volgt gebreid aan de goede kant: 1 kantsteek in ribbelsteek, 42-47-52-58-65-72 steken in tricotsteek, A.1, 42-47-52-58-65-72 steken in tricotsteek en 1 kantsteek in ribbelsteek.
Ga verder met dit patroon.
Als het werk 6 cm meet, meerder dan 1 steek aan elke kant. Meerder zo iedere 6 cm in totaal 4 keer aan elke kant = 98-108-118-130-144-158 steken.
Als het werk 26-27-28-29-30-31 cm meet (pas aan zodat de volgende naald of naald 3 of naald 7 in A.1 is), brei dan 2 ribbels over de buitenste 6-8-10-12-14-16 steken aan elke kant (de andere steken worden verder gebreid in tricotsteek en patroon zoals hiervoor).
Na de 2 ribbels breit u de volgende naald aan de goede kant als volgt: Kant 5-7-9-11-13-15 steken af voor het armsgat, brei 42-45-48-52-57-62 steken in tricotsteek, plaats de volgende 2 steken op een kabelnaald voor het werk, brei de volgende 3 steken samen en zet deze 43-46-49-53-58-63 steken op een hulpdraad of extra naald = DEEL-1.

DEEL-2:
Brei de 2 steken van de kabelnaald gedraaid recht samen, brei 41-44-47-51-56-61 steken in tricotsteek en 6-8-10-12-14-16 steken in ribbelsteek.
Keer het werk, kant 5-7-9-11-13-15 steken af voor het armsgat, brei tricotsteek tot er 1 steek over is en 1 steek in ribbelsteek = 43-46-49-53-58-63 steken.

SAMENVATTING VAN DE VOLGENDE PARAGRAAF:
Ga verder met tricotsteek en 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant.
Begin TEGELIJKERTIJD op de eerste naald aan de goede kant, met minderen voor het armsgat en de V-hals. Minder aan de binnenkant van de 1 kantsteek – lees TIP VOOR HET MINDEREN; de minderingen zijn verschillend voor het armsgat en de hals - lees ARMSGAT en V-HALS voordat u verder gaat.

ARMSGAT:
Minder iedere 2e naald (elke naald aan de goede kant) in totaal 16-17-18-19-21-22 keer.

V-HALS:
Minder iedere naald (zowel aan de goede kant als de verkeerde kant) in totaal 7-7-9-9-13-17 keer, dan iedere 2e naald (elke naald aan de goede kant) 15-17-17-18-17-17 keer.

Na alle minderingen zijn er 5-5-5-7-7-7 steken over voor het bandje.

BANDJE:
= 5-5-5-7-7-7 steken. Brei 1 naald recht aan de goede kant, * duw de steken terug naar het begin van de naald, trek de draad aan en brei de 5-5-5-7-7-7 steken aan de goede kant opnieuw recht *, brei van *-* tot het bandje 9-9-10-11-11-11 cm meet – brei tot de gewenste lengte; het bandje wordt later aan het achterpand genaaid. Knip de draad af, haal het door de 5-5-5-7-7-7 steken, trek aan en hecht goed af.

DEEL-1:
Zet de 43-46-49-53-58-63 steken van DEEL-1 terug op naald 3 mm. Brei tricotsteek heen en weer gebreid met 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant. Begin TEGELIJKERTIJD op de eerste naald aan de goede kant met minderen voor het armsgat en de V-hals op dezelfde manier als op DEEL-2 = 5-5-5-7-7-7 steken over voor het bandje. Brei het bandje op dezelfde manier als op deel-2.

AFWERKING:
Naai de bandjes aan het achterpand – aan elke kant zoveel mogelijk aan de buitenkant.
Naai de zijnaden dicht aan de binnenkant van de 1 kantsteek.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 15.08.2022
VOORPAND:...plaats de volgende 2 steken op een kabelnaald voor het werk, brei de volgende 3 steken samen en zet deze 43-46-49-53-58-63 steken op een hulpdraad of extra naald = DEEL-1.
Gewijzigd online: 18.04.2023
DEEL-1:
Zet de 43-46-49-53-58-63 steken van DEEL-1 terug op naald 3 mm.

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken
symbols = 3 recht, haal de eerst gebreide steek over de andere 2 steken
symbols = dit is geen steek; ga gelijk verder met het volgende symbool in het telpatroon
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

White Sails

Alexandra, Åland Islands

White Sails

Rosie, United Kingdom

White Sails

Gabriela, Czech Republic

White Sails

Meiling, Italy

White Sails

Maria S, Sweden

White Sails

Kornelia, Poland

White Sails

Maria Staffansson, Sweden

White Sails

Maria Staffansson, Sweden

Laat een opmerking achter voor DROPS 230-1

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (62)

country flag Emanuela wrote:

Ciao, non capisco come interpretare il simbolo tutto nero del diagramma A.1 che dice nessuna maglia; passare direttamente al simbolo successivo del diagramma. Significa che devo passare la maglia senza lavorarla? Grazie

11.04.2024 - 21:41

DROPS Design answered:

Buonasera Emanuela, significa che in quel punto la maglia non c'è e deve lavorare il simbolo successivo. Buon lavoro!

11.04.2024 - 22:21

country flag Corina Avram wrote:

Hello! I want to knit this top, but I am not sure what size to make it. I have 88cm in bust measurements, would this mean that I should knit size L or M? In Size M the circumference of the item is exactly 88 cm, but it seems too tight. Thanks

01.02.2024 - 10:33

DROPS Design answered:

Dear Mrs Avram, measure a similar garment you have and like the shape and compare these measurements to the chart, this is the best way to find out the matching size; read more here. Happy knitting!

01.02.2024 - 15:43

country flag Maika wrote:

Hola! En la parte donde dice que hay que * Rematar 5-7-9-11-13-15 puntos para la sisa, tejer 42-45-48-52-57-62 puntos en punto jersey, colocar los 2 puntos siguientes en una aguja auxiliar en el frente de la pieza, tejer los 3 puntos siguientes juntos de derecho y colocar estos 43-46-49-53-58-63 puntos en un hilo o en una aguja suplementaria = PARTE-1.* , no me quedan 43 puntos tengo 46 puntos. Porqué?

21.01.2024 - 20:46

DROPS Design answered:

Hola Maika, trabaja la fila como sigue: cerrar 5 pts para la sisa, el último pt rematado cuenta como el 1º pt en pt jersey, trabajar 41 pts más en pt jersey, colocar los 2 pts en una aguja para trenzar delante de la labor, trabajar 3 puntos juntos de derecho (disminuyes a 1 pt) y colocar los 42 pts en pt jersey + el pt disminuido (= 43 pts) en un gancho auxiliar para trabajar la Parte -1 después. Ahora trabajas como sigue sobre los 47 pts restantes de la fila (Parte-2): trabajar juntos de derecho retorcido los pts desde la aguja para trenzar, trabajar 41 pts en pt jersey y 6 pts en pt musgo.

22.01.2024 - 23:51

country flag Claudia wrote:

Favor de no hacer caso a mi pregunta anterior, Mi pregunta es sí es correcto que se tejan 3 puntos juntos Cómo dice el párrafo siguiente:” Rematar 5-7-9-11-13-15 puntos para la sisa, tejer 42-45-48-52-57-62 puntos en punto jersey, colocar los 2 puntos siguientes en una aguja auxiliar en el frente de la pieza, tejer los 3 puntos siguientes juntos de derecho y colocar estos 43-46-49-53-58” Ya que no me quedan los mismos puntos de cada lado.

25.08.2023 - 07:44

DROPS Design answered:

Hola Claudia, tienes 42 pts + los 3 pts juntos (= 1 pt) que son los 43 que vas a deslizar. En el otro lado, tienes los 2 puntos de la aguja auxiliar de la parte 1 que se trabajan juntos (= 1 punto) + 41 pts en pt jersey + 1 pt después de cerrar 5 pts de la sisa.

28.08.2023 - 00:05

country flag Claudia wrote:

En este párrafo: “ Después de los 2 surcos tejer la hilera siguiente por el lado derecho de la manera siguiente: Rematar 5-7-9-11-13-15 puntos para la sisa, tejer 42-45-48-52-57-62 puntos en punto jersey, colocar los 2 puntos siguientes en una aguja auxiliar en el frente de la pieza, tejer los 3 puntos siguientes juntos …. = PARTE-1.”. Es correcto la tener 3 puntos junto?, porque no me checando las cuentas.

25.08.2023 - 07:36

DROPS Design answered:

Hola Claudia, tienes 42 pts + los 3 pts juntos (= 1 pt) que son los 43 que vas a deslizar. En el otro lado, tienes los 2 puntos de la aguja auxiliar de la parte 1 que se trabajan juntos (= 1 punto) + 41 pts en pt jersey + 1 pt después de cerrar 5 pts de la sisa.

28.08.2023 - 00:05

country flag Hilde wrote:

Sorry, ik heb mijn vraag te vroeg gesteld. Ik heb intussen de oplossing gevonden. Ik moest gewoon overschakelen op naalden zonder stop, met punten aan beide zijden. Nu gaat het prima.

09.07.2023 - 02:34

country flag Hilde wrote:

Hallo, Mijn topje is bijna af maar bij de bandjes gekomen, begrijp ik dit niet : "Brei 1 naald recht aan de goede kant * duw de steken terug naar het begin van de naald, trek de draad aan en brei de 5-5-5-7-7-7 steken aan de goede kant opnieuw recht *, brei van *-* tot...." Kan iemand me helpen?

07.07.2023 - 21:43

country flag Ute Burrage wrote:

Hi, first of all, thanks for all the patterns! Secondly, can this be knit in the round? I just don’t like seaming…thank you!

02.07.2023 - 13:27

DROPS Design answered:

Dear Mrs Burrage, yes probably, you can remove the edge stitches, make sure the number of stitches fit for the ribbing edge and then increase on each side of piece and read diagrams, seen from RS (until you divide piece for each side). Happy knitting!

03.07.2023 - 10:34

country flag Marie-Laure Bougant wrote:

Et pour les rangs côte mousse on compte aussi la maille lisière au-dessus des 6….16 mailles ?

27.06.2023 - 16:07

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Bougant, tout à fait, vous tricotez au point mousse les 6 à 16 premières mailles et les 6 à 16 dernières mailles du rang (= de chaque côté, y compris les m lisières). Bon tricot!

28.06.2023 - 08:32

country flag Marie-Laure Bougant wrote:

Bonjour, Quand on rabat les 5….15 mailles pour les emmanchures (dos), nous devons y inclure les mailles lisière ou commencer à rabattre après? Merci, Bonne journée.

27.06.2023 - 12:10

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Bougant, effectivement, vous devez rabattre les 5 à 15 premières mailles en début de rang sur l'endroit (y compris la m lisière), tricotez le rang jusqu'à la fin, tournez, rabattez les 5 à 15 premières mailles au début du rang sur l'envers (y compris la m lisière) et tricotez le rang jusqu'à la fin. Continuez en jersey avec 1 maille lisière de chaque côté (= la 1ère et la dernière maille). Bon tricot!

27.06.2023 - 13:40