DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.45 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 7.25€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24

Playful Petals

Gebreide trui met korte mouwen in DROPS Safran. Het werk wordt gebreid met kantpatroon. Maten S - XXXL.

DROPS 220-24
DROPS Design: Patroon nr. e-312
Garengroep A
-------------------------------------------------------

MATEN:
S - M - L - XL - XXL - XXXL

MATERIAAL:
DROPS SAFRAN van garnstudio (behoort tot garengroep A)
250-250-300-350-350-400 g kleur 58, amethist

STEKENVERHOUDING:
23 steken in de breedte en 30 naalden in de hoogte met kantpatroon = 10 x 10 cm.

NAALDEN:
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 3.5 MM.
DROPS RONDBREINAALD 3.5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm voor het kantpatroon.
DROPS NAALDEN ZONDER KNOP MAAT 2.5 MM.
DROPS RONDBREINAALD 2.5 MM: Lengte 40 cm en 80 cm voor de randen.
De naalddikte is slechts een richtlijn. Als u te veel steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een grotere naald. Als u te weinig steken heeft op 10 cm, ga dan verder met een kleinere naald.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Safran
DROPS Safran
100% katoen
vanaf 1.45 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 7.25€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

-------------------------------------------------------

UITLEG VOOR HET PATROON:

-------------------------------------------------------

RIBBEL/RIBBELSTEEK (wordt in de rondte gebreid):
1 ribbel in de hoogte = 2 naalden; Brei 1 naald recht en 1 naald averecht.

RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid):
Brei alle naalden recht.
1 ribbel in de hoogte = Brei 2 naalden recht.

PATROON:
Zie telpatroon A.1. Het telpatroon laat alle naalden in het patroon aan de goede kant zien.

TIP VOOR HET MEERDEREN (voor de mouwen):
Zorg ervoor dat de meerderingen op een naald zonder patroon worden gebreid, dus een even naald in het telpatroon.
Brei tot de markeerdraadsteek, maak 1 omslag, 1 recht (= markeerdraadsteek), maak 1 omslag (= 2 steken gemeerderd). Brei op de volgende naald de omslagen gedraaid recht om gaatjes te voorkomen.

-------------------------------------------------------

BEGIN HET WERK HIER:

-------------------------------------------------------

TRUI – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK:
Het lijf wordt in de rondte gebreid met de rondbreinaald, van onder naar boven tot de armsgaten. Dan worden de voor- en achterpanden apart heen en weer verder gebreid. De mouwen worden in de rondte gebreid met breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald, van onder naar boven tot de armsgaten en de mouwkop wordt verder heen en weer gebreid.
Het werk wordt samen genaaid en de hals wordt op het einde gebreid.

LIJF:
Zet 224-240-256-288-304-336 steken op met rondbreinaald 2.5 mm en Safran. Brei 3 RIBBELS in de rondte – lees beschrijving hierboven. Ga verder met rondbreinaald 3.5 mm en brei 1 naald tricotsteek. Brei dan A.1 in de rondte (= 28-30-32-36-38-42 herhalingen van 8 steken). Voeg 1 markeerdraad in, in de 2e steek op de naald en 1 markeerdraad in de 114e-122e-130e-146e-154e-170e steek. Neem de markeerdraden mee tijdens het breien in de hoogte; ze geven de zijkanten van het lijf aan. Ga verder met het patroon. DENK OM DE STEKENVERHOUDING!
Als het werk 29-30-31-32-33-34 cm meet, kant dan af voor de armsgaten op de volgende oneven naald in het telpatroon (dit is belangrijk om te voorkomen dat het patroon aan de verkeerde kant zit als er heen en weer wordt gebreid) als volgt: Begin 2-3-3-4-4-4 steken voor de markeerdraadsteek op het begin van de naald en kant 5-7-7-9-9-9 steken af (de markeerdraadsteek zit in het midden van deze 5-7-7-9-9-9 steken), brei zoals hiervoor tot er 2-3-3-4-4-4 steken over zijn voor de volgende markeerdraadsteek, kant 5-7-7-9-9-9 steken af en brei zoals hiervoor tot het einde van de naald. De voor- en achterpanden worden apart verder gebreid.

ACHTERPAND:
= 107-113-121-135-143-159 steken. Ga verder met het patroon heen en weer gebreid en kant af voor de armsgaten op het begin van elke naald als volgt: Kant 1-1-1-2-2-3 keer 3 steken af, 2-3-3-4-4-6 keer 2 steken en 4-4-4-6-6-7 keer 1 steek aan elke kant = 85-87-95-95-103-103 steken. LET OP: De steken die niet in het kantpatroon passen aan elke kant na het afkanten, worden gebreid in tricotsteek. Als alle delen afgekant zijn, ga dan verder met het patroon zover mogelijk richting de zijkanten als mogelijk is, met 1 kantsteek in RIBBELSTEEK aan elke kant – lees beschrijving hierboven.
Als het werk 46-48-50-52-54-56 cm meet, kant dan de middelste 49-51-51-51-51-51 steken voor de hals af en elk schouder wordt apart verder gebreid. Ga zo verder als hiervoor en kant 2 steken af op de volgende naald vanaf de hals = 16-16-20-20-24-24 steken op de schouder (de steken die niet in het kantpatroon passen worden in tricotsteek gebreid). Brei verder tot het werk 48-50-52-54-56-58 cm meet. Kant af met recht aan de goede kant. Brei de andere schouder op dezelfde manier.

VOORPAND:
= 107-113-121-135-143-159 steken. Ga verder met het patroon heen en weer gebreid en kant af voor de armsgaten op het begin van elke naald als volgt: Kant 1-1-1-2-2-3 keer 3 steken af, 2-3-3-4-4-6 keer 2 steken en 4-4-4-6-6-7 keer 1 steek aan elke kant = 85-87-95-95-103-103 steken. LET OP: De steken die niet in het kantpatroon passen aan elke kant na het afkanten worden in tricotsteek gebreid. Als alle steken afgekant zijn, ga dan verder met het patroon zover mogelijk richting de zijkanten, met 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant.
Als het werk 41-43-45-46-48-50 cm meet, plaats dan de middelste 35-37-37-37-37-37 steken op 1 hulpdraad voor de hals en elk schouder wordt apart verder gebreid. Ga zo verder als hiervoor en kant af op elke naald vanaf de hals als volgt: Kant 1 keer 3 steken af, 2 keer 2 steken en 2 keer 1 steek = 16-16-20-20-24-24 steken op de schouder (de steken die niet in het kantpatroon passen worden in tricotsteek gebreid). Brei verder tot het werk 48-50-52-54-56-58 cm meet. Kant af met recht aan de goede kant. Brei de andere schouder op dezelfde manier.

MOUWEN:
Zet 64-72-80-88-96-104 steken op met breinaalden zonder knop/korte rondbreinaald 2.5 mm en Safran. Brei 3 ribbels in de rondte. Ga verder met naald 3,5 mm en brei 1 naald tricotsteek. Brei dan A.1 in de rondte (= 8-9-10-11-12-13 herhalingen van 8 steken). Voeg 1 markeerdraad in, in de 2e steek op de naald (midden onder de mouw). Neem de markeerdraad gaandeweg mee tijdens het breien in de hoogte. Ga verder met het patroon. Meerder TEGELIJKERTIJD als de mouw 2 cm meet, 2 steken midden onder de mouw – lees TIP VOOR HET MEERDEREN. Meerder zo iedere 1-1-1-1½-1½-1½ cm in totaal 6-5-4-4-3-2 keer = 76-82-88-96-102-108 steken (de steken die niet in het kantpatroon passen worden in tricotsteek gebreid).
Als de mouw 9-9-9-8-8-6 cm meet en op een oneven naald in A.1, kant dan af voor het armsgat onder de mouw; begin 2-3-3-4-4-4 steken voor de markeerdraadsteek, kant 5-7-7-9-9-9 steken af (de markeerdraadsteek is in het midden van deze 5-7-7-9-9-9 steken) en brei tot het einde van de naald.
Ga verder met het patroon heen en weer gebreid en kant af voor de mouwkop op het begin van alle naalden als volgt: Kant 1-1-1-1-1-1 keer 3 steken af, 3-3-3-2-2-2 keer 2 steken en 8-8-8-12-12-15 keer 1 steek aan elke kant. Kant dan 2 steken af aan elke kant tot de mouw 19-19-19-20-20-20 cm meet. Kant 1 keer 3 steken af aan elke kant. Kant de overgebleven steken af. De mouw meet ongeveer 20-20-20-21-21-21 cm van boven naar beneden. Brei de andere mouw op dezelfde manier.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen aan de binnenkant van de afkantrand. Naai de mouwen aan de binnenkant van de kantsteek op de voor- en achterpanden.

HALS:
Begin aan de goede kant op een schouder en neem 120 tot 132 steken op rondom de hals (inclusief de steken op de hulpdraad aan de voorkant) met korte rondbreinaald 2.5 mm en Safran. Brei 1 naald averecht, brei 1 naald recht, 1 naald averecht, brei 1 naald recht en 1 naald averecht. Kant af met recht.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 20.09.2021
MOUWEN: ...Brei 3 ribbels in de rondte. Ga verder met naald 3,5 mm en brei 1 naald tricotsteek...

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = maak 1 omslag tussen 2 steken
symbols = 2 recht samen
symbols = 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek
symbols = 1 steek recht afhalen, 2 recht samen en haal de afgehaalde steek over de samengebreide steken
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 220-24

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (19)

country flag Anna wrote:

Bonjour pour les manches, on diminue les 2 mailles avant les 3 dernières mailles une seule fois ?

14.03.2024 - 08:49

DROPS Design answered:

Bonjour Anna, à la fin des manches, on doit rabattre et non diminuer les mailles pour la tête de manche, autrement dit, on rabat 3 mailles au début des 2 rangs suivants, puis 2 mailles au début des 6 ou 4 rangs suivants (3 ou 2 fois de chaque côté), puis 1 maille au début des 16-16-16-24-24-30 rangs suivants, puis 2 mailles au début de chacun des 2 rangs suivants jusqu'à ce que la manche mesure 19 ou 20 cm, puis rabattez 3 mailles au début des 2 rangs suivants et enfin les mailles restantes (le nombre restant dépendra de votre tension en hauteur et du nombre de fois où vous avez rabattu 2 m de chaque côté jusqu'à 19-20 cm). Bon tricot!

14.03.2024 - 16:35

country flag Anna wrote:

Bonjour. A la fin des manches on diminue les deux mailles avant les 3 mailles une seule fois ? Merci.

14.03.2024 - 08:47

country flag Cathie Castaneda wrote:

Playful Petals pattern #220-24. “Sleeves” section that states “do at beginning of all rows,” “Bind off 3 stitches (1) time.” Do you bind off 3 stitches on just one side of the sleeve since it says do it (1) time? Or do you bind off 3 stitches on BOTH sides of the sleeve (1) time? Same with the next decreases, says “decrease 2 stitches (3) times.” & 1 stitch (8) times. The decreases won’t be equal on each side of the sleeve if the decreases aren’t duplicated on each side

02.04.2022 - 03:46

DROPS Design answered:

Dear Mrs Castaneda, you need to cast off at the beginning of each row on each side, ie when you have to cast off 3 sts 1 time, cast off 3 sts at the beginning of next 2 rows (= 1 time from RS + 1 time from WS), so that sleeve cap is symmetrical on each side. Continue like this: cast off 2 stitches 3 times = cast off 2 sts at the beginning of next 6 rows (= 2 sts on each side 3 times= 6 sts cast off on each side), etc.. Happy knitting!

04.04.2022 - 08:27

country flag Marion wrote:

Ik wil dit patroon op twee breinaalden breien. Hoe moet ik het dan berekenen?

25.10.2021 - 17:41

DROPS Design answered:

Dag Marion,

Om een patroon aan te passen om op rechte naalden te breien hebben we een instructie gemaakt. Deze vind je hier.

26.10.2021 - 10:34

country flag Anja Van Weerden wrote:

In het telpatroon staat bij het vierkantje 'recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant'. betekent dit bij werken met een rondbreinaald dat alles recht gebreid wordt? Er is dan namelijk geen goede of verkeerde kant toch?

22.10.2021 - 16:21

DROPS Design answered:

Dag Anja,

Klopt helemaal, bij het in de rondte breien, brei je steeds op de goede kant, dus brei je dat symbool steeds recht.

22.10.2021 - 17:24

country flag Annette wrote:

Bei den Ärmeln soll man nach den Krausrippen, die mit 2,5 Nadeln gestrickt werden für das Muster dann zu Nadeln Nr 3 wechseln. Beim benötigten Material werden nur Nadeln 2,5 und 3,5 aufgeführt und auch beim Rumpfteil wird zu Nadeln Nr 3,5 gewechselt. Ist hier ein Schreibfehler (allerdings dann auch bei anderen Sprachen) oder hat es irgendeine Bewandnis, dass zu Nadeln Nr 3 und nicht 3,5 gewechselt wird?

31.08.2021 - 23:10

DROPS Design answered:

Liebe Annette, es sieht so aus, daß es sich um ein Schreibfehler handelt, bei den Ärmeln stricken Sie auch mit Nadeln 3,5 - wie beim Rumpfteil. Danke für den Hinweis, eine Korrektur erfolgt. Viel Spaß beim stricken!

01.09.2021 - 07:13

country flag Agnès wrote:

Un grand merci 🤗 pour cette rapide réponse 🤗

30.07.2021 - 09:03

country flag Agnès wrote:

Bonjour 🤗, dois-je intégrer les augmentations des manches au motif? Quelle que soit la réponse comment procéder ? En effet je tricote à l'endroit torse sur le rang impair mais quid du motif? J'ai essayé plusieurs choses et je ne suis pas satisfaite du résultat 🙄. Merci de votre attention et de votre réponse. Cordialement Agnès

29.07.2021 - 13:11

DROPS Design answered:

Bonjour Agnès, les augmentations des manches se font toujours sur un tour pair (= sans jetés du point fantaisie), les augmentations vont ensuite se tricoter progressivement en A.1 dès lors que vous avez suffisamment de mailles pour un motif complet, autrement dit, en début de tour, vous ajoutez un nouveau motif (les nouvelles mailles vont se tricoter progressivement comme un nouveau motif de gauche à droite) et en fin de tour, on rajoute un motif (elles se tricotent comme un nouveau motif de droite à gauche). Si vous n'avez pas suffisamment de mailles pour tricoter le/les jetés et la/les diminutions, tricotez ces mailles en jersey. Bon tricot!

30.07.2021 - 08:03

country flag Karen Klein wrote:

What size is the model wearing?

01.07.2021 - 07:47

DROPS Design answered:

Dear Mrs Klein, she might be wearing either a Size S or M on the picture, the best way to find out your size is to measure a similar garment you have and like the shape and compare these measurements to those in the chart. Read more about measurements and sizing here. Happy knitting!

01.07.2021 - 09:09

country flag Birgitta wrote:

Hej! Jag saknar en måttskiss över arbetet.

14.05.2021 - 08:20

DROPS Design answered:

Hej Birgitta, Så er det også lagt ud - Tak for info :)

14.05.2021 - 09:17