Flower Wish Wrap |
||||||||||||||||
|
|
|||||||||||||||
Gebreid overslagvest in DROPS Flora. Het werk wordt gebreid met kantpatroon en korte pofmouwen. Maten S - XXXL.
DROPS 222-13 |
||||||||||||||||
------------------------------------------------------- UITLEG VOOR HET PATROON: ------------------------------------------------------- RIBBEL/RIBBELSTEEK (heen en weer gebreid): Brei alle naalden recht. 1 ribbel in de hoogte = Brei 2 naalden recht. PATROON: Zie telpatronen A.1 tot A.4. De telpatronen laten het patroon aan de goede kant zien. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven. TIP VOOR HET MINDEREN-1 (voor de zijkanten van de voor- en achterpanden): Alle minderingen worden aan de goede kant gebreid! Minder aan de binnenkant van de 3 buitenste steken aan elke kant. VOOR DE 3 BUITENSTE STEKEN: 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek. NA DE 3 BUITENSTE STEKEN: Brei tot er 2 steken over zijn voor de 3 buitenste steken en brei deze 2 steken recht samen. TIP VOOR HET MINDEREN-2 (voor de halslijn aan de voorkant): Alle minderingen worden aan de goede kant gebreid! Minder voor de hals aan de binnenkant van de 9 voorbiessteken. NA DE 9 VOORBIESSTEKEN: 1 steek recht afhalen, 1 recht en haal de afgehaalde steek over de gebreide steek. VOOR DE 9 VOORBIESSTEKEN: Brei tot er 2 steken over zijn voor de 9 voorbiessteken en brei deze 2 steken recht samen. TIP VOOR HET MEERDEREN (voor de zijkanten van het lijf): Alle meerderingen worden aan de goede kant gebreid! Meerder aan de binnenkant van de 3 buitenste steken aan elke kant door 1 omslag te maken. Brei op de volgende naald (verkeerde kant) de omslag gedraaid averecht om een gaatje te voorkomen. Brei dan de nieuwe steken in tricotsteek. ------------------------------------------------------- BEGIN HET WERK HIER: ------------------------------------------------------- VEST – KORTE SAMENVATTING VAN HET WERK: Elk deel wordt apart heen en weer gebreid, met de rondbreinaald en van onder naar boven. Het werk wordt samen genaaid en de strikbanden worden aan het einde gebreid. ACHTERPAND: Zet 98-109-118-131-142-158 steken op (inclusief 1 kantsteek aan elke kant) met rondbreinaald 2.5 mm en Flora. Brei 4 RIBBELS – lees beschrijving hierboven. Ga verder met rondbreinaald 3 mm. Brei de volgende naald als volgt aan de goede kant: 1 kantsteek in ribbelsteek, 5-6-6-8-9-8 steken in tricotsteek, brei A.1 (= 9 steken), A.2 over de volgende 72-81-90-99-108-126 steken (= 8-9-10-11-12-14 herhalingen van 9 steken), A.3 (= 5 steken), 5-6-6-8-9-8 steken in tricotsteek en 1 kantsteek in ribbelsteek. Ga verder met dit patroon. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Als het werk 4 cm meet, minder dan 1 steek aan elke kant – lees TIP VOOR HET MINDEREN-1. Herhaal het minderen aan elke kant als het werk 8 cm meet = 94-105-114-127-138-154 steken. Als het werk 12-12-13-13-13-13 cm meet, meerder dan 1 steek aan elke kant – lees TIP VOOR HET MEERDEREN. Meerder zo iedere 4-4-4½-4½-5-5 cm in totaal 4 keer aan elke kant = 102-113-122-135-146-162 steken. Als het werk 28-29-30-31-32-33 cm meet, kant dan af voor de armsgaten op het begin van elke naald als volgt: Kant 1-1-1-1-1-1 keer 5 steken af, 0-0-1-1-2-3 keer 3 steken, 1-2-2-4-4-5 keer 2 steken en 2-4-5-6-7-9 keer 1 steek aan elke kant = 84-87-88-91-94-96 steken. Ga verder met dit patroon met 1 kantsteek in ribbelsteek aan elke kant. LET OP: De steken die niet in het patroon passen bij het armsgat worden in tricotsteek gebreid. Als het werk 45-47-49-51-53 55 cm meet, kant dan de middelste 22-23-24-25-28-30 steken voor de hals af en elk schouder wordt apart verder gebreid. Ga verder met het patroon en kant 2 steken af op de volgende naald vanaf de hals = 29-30-30-31-31-31 steken op de schouder. Brei verder tot het werk 47-49-51-53-55-57 cm meet. Kant af met recht aan de goede kant. Brei de andere schouder op dezelfde manier. RECHTER VOORPAND (als het kledingstuk gedragen wordt): Zet 65-75-79-88-96-104 steken op (inclusief 9 voorbiessteken richting midden voor en 1 kantsteek richting de zijkant) met rondbreinaald 2.5 mm en Flora. Brei 4 ribbels. Ga verder met rondbreinaald 3 mm. Brei de volgende naald als volgt aan de goede kant (dus vanaf midden voor): 9 voorbiessteken in ribbelsteek, 0-0-4-2-0-0 steken in tricotsteek, brei A.1 (= 9 steken), A.2 over de volgende 36-45-45-54-63-72 steken (= 4-5-5-6-7-8 herhalingen van 9 steken), A.3 (= 5 steken), 5-6-6-8-9-8 steken in tricotsteek en 1 kantsteek in ribbelsteek richting de zijkant. Ga verder met dit patroon. Als het werk 4 cm meet, minder dan 1 steek in de zijkant – denk om TIP VOOR HET MINDEREN-1. Herhaal het minderen als het werk 8 cm meet = 63-73-77-86-94-102 steken. Als het werk 12-12-13-13-13-13 cm meet, begin dan met minderen voor de halslijn en meerder tevens in de zijkant zoals beschreven hieronder: HALSLIJN: Minder 1 steek aan de binnenkant de 9 voorbiessteken – lees TIP VOOR HET MINDEREN-2. Minder zo iedere 4e naald (iedere 2e naald aan de goede kant) in totaal 8-17-17-22-31-32 keer, dan iedere 6e naald in totaal 12-8-8-6-1-1 keer. MEERDEREN IN DE ZIJKANT: Meerder 1 steek in de zijkant – lees TIP VOOR HET MEERDEREN. Meerder zo iedere 4-4-4½-4½-5-5 cm in totaal 4 keer. ARMSGAT: Tegelijkertijd als het werk 28-29-30-31-32-33 cm meet, kant dan af voor het armsgat op het begin van elke naald vanaf de kant als volgt: Kant 1-1-1-1-1-1 keer 5 steken af, 0-0-1-1-2-3 keer 3 steken, 1-2-2-4-4-5 keer 2 steken en 2-4-5-6-7-9 keer 1 steek. Na alle minderingen en meerderingen zijn er 38-39-39-40-40-40 steken op de naald. Ga verder met het patroon met 9 voorbiessteken in ribbelsteek richting midden voor en 1 kantsteek in ribbelsteek bij het armsgat. LET OP: De steken die niet in het patroon passen bij het armsgat worden in tricotsteek gebreid. Als het werk 47-49-51-53-55-57 cm meet, kant dan af voor de schouder als volgt: Begin aan de verkeerde kant en kant de eerste 29-30-30-31-31-31 steken af = 9 ribbelsteken over op de naald. Brei ribbelsteek heen en weer gebreid over deze 9 steken tot het werk 7-7-8-8-8-9 cm meet vanaf waar u afkant voor de schouder. Kant af met recht aan de goede kant. LINKER VOORPAND (als het kledingstuk gedragen wordt): Zet 65-75-79-88-96-104 steken op (inclusief 1 kantsteek richting de zijkant en 9 voorbiessteken richting midden voor) met rondbreinaald 2.5 mm en Flora. Brei 4 ribbels. Ga verder met rondbreinaald 3 mm. Brei de volgende naald als volgt aan de goede kant (dus vanaf de zijkant): 1 kantsteek in ribbelsteek, 5-6-6-8-9-8 steken in tricotsteek, brei A.1 (= 9 steken), A.2 over de volgende 36-45-45-54-63-72 steken (= 4-5-5-6-7-8 herhalingen van 9 steken), A.3 (= 5 steken), 0-0-4-2-0-0 steken in tricotsteek en 9 voorbiessteken in ribbelsteek. Ga verder met dit patroon. Als het werk 4 cm meet, minder dan 1 steek in de zijkant – denk om TIP VOOR HET MINDEREN-1. Herhaal het minderen als het werk 8 cm meet = 63-73-77-86-94-102 steken. Als het werk 12-12-13-13-13-13 cm meet, begin dan met meerderen in de zijkant en minderen voor de halslijn zoals beschreven hieronder: MEERDEREN IN DE ZIJKANT: Meerder 1 steek in de zijkant – denk om TIP VOOR HET MEERDEREN. Meerder zo iedere 4-4-4½-4½-5-5 cm in totaal 4 keer. HALSLIJN: Minder 1 steek aan de binnenkant van de 9 voorbiessteken – denk om TIP VOOR HET MINDEREN-2. Minder zo iedere 4e naald (iedere 2e naald aan de goede kant) in totaal 8-17-17-22-31-32 keer, dan iedere 6e naald in totaal 12-8-8-6-1-1 keer. ARMSGAT: Tegelijkertijd als het werk 28-29-30-31-32-33 cm meet, kant af voor het armsgat op het begin van elke naald vanaf de zijkant als volgt: Kant 1-1-1-1-1-1 keer 5 steken af, 0-0-1-1-2-3 keer 3 steken, 1-2-2-4-4-5 keer 2 steken en 2-4-5-6-7-9 keer 1 steek. Na alle minderingen en meerderingen zijn er 38-39-39-40-40-40 steken op de naald. Ga verder met het patroon met 1 kantsteek in ribbelsteek bij het armsgat en 9 voorbiessteken in ribbelsteek richting midden voor. LET OP: De steken die niet in het patroon passen bij het armsgat worden in tricotsteek gebreid. Als het werk 47-49-51-53-55-57 cm meet, kant dan af voor de schouder als volgt: Begin aan de goede kant en kant de eerste 29-30-30-31-31-31 steken af = 9 ribbelsteken over op de naald. Brei ribbelsteek heen en weer gebreid over deze 9 steken tot het werk 7-7-8-8-8-9 cm meet vanaf waar u afkant voor de schouder. Kant af met recht aan de verkeerde kant. MOUWEN: Zet 66-74-82-86-94-102 steken op (inclusief 1 kantsteek aan elke kant) met rondbreinaald 2.5 mm en Flora. Brei 4 ribbels heen en weer gebreid. Brei dan A.4. Als A.4 klaar is, brei dan de volgende naald aan de goede kant als volgt: 1 kantsteek in ribbelsteek, * 2 recht, maak 1 omslag *, brei van *-* tot er 1 steek over is en eindig met 1 kantsteek in ribbelsteek = 98-110-122-128-140-152 steken. Ga verder met rondbreinaald 3 mm. Brei 1 naald averecht aan de verkeerde kant (kantsteken in ribbelsteek en de omslagen worden gedraaid gebreid om gaatjes te voorkomen). Ga verder met tricotsteek. Als het werk 17-16-16-15-15-13 cm meet, kant dan af voor de mouwkop op het begin van elke naald als volgt: Kant 1-1-1-1-1-1 keer 5 steken af, 1-1-1-1-1-1 keer 2 steken en 13-15-16-18-19-23 keer 1 steek aan elke kant = 58-66-76-78-88-92 steken over. Er zijn 2 naalden over voordat het werk 27-27-28-28-29-29 cm meet. Brei op de volgende naald aan de goede kant de eerste 4-0-4-6-4-2 steken 2 aan 2 recht samen (= 2-0-2-3-2-1 steken geminderd), brei dan de overgebleven 54-66-72-72-84-90 steken 3 aan 3 recht samen = 20-22-26-27-30-31 steken over. Brei 1 naald averecht. Kant af met recht aan de goede kant. De mouw meet ongeveer 27-27-28-28-29-29 cm. Brei de andere mouw op dezelfde manier. AFWERKING: Naai de schoudernaden samen aan de binnenkant van de afkantranden. Naai de voorbiessteken samen midden achter met de naad naar de verkeerde kant, naai dan de biezen aan de halslijn met de naad naar de verkeerde kant. Naai de mouwen in, aan de binnenkant van de 1 kantsteek langs de armsgaten. Naai de mouw- en zijnaden in een keer dicht, aan de binnenkant van de 1 kantsteek; laat een opening op de goede kant van het werk (als het kledingstuk gedragen wordt) om de strikband doorheen te rijgen. De opening moet ongeveer 2½ tot 3 cm zijn en 8-8-9-9-9-9 cm vanaf de onderrand. STRIKBANDEN: Neem 8 steken op lans het voorpand met naald 3 mm en Flora, ongeveer 9-9-10-10-10-10 cm vanaf de onderrand. Brei op het rechter voorpand ribbelsteek heen en weer tot de strikband 84 tot 94 cm meet, kant dan af. Brei op het linker voorpand ribbelsteek heen en weer gebreid tot de strikband 40 tot 50 cm meet, kant dan af. |
||||||||||||||||
Uitleg van het telpatroon |
||||||||||||||||
|
||||||||||||||||
Heeft u deze of een van onze andere ontwerpen gemaakt? Tag uw afbeeldingen in social media met #dropsdesign, zodat we ze kunnen zien! Heeft u hulp nodig voor dit patroon?U vind instructievideo's, een commentaar/vragengedeelte en nog veel meer, als u naar het patroon gaat op garnstudio.com © 1982-2024 DROPS Design A/S. Alle rechten voorbehouden. Op dit document, inclusief alle subdocumenten, rust copyright. Lees meer over wat u kunt doen met onze patronen onderaan elk patroon op onze site |
Opmerkingen / Vragen (5)
Katja wrote:
Moi, kun hihoja päätellään (Päätä 5 silmukkaa 1-1-1-1-1-1 kertaa, 2 silmukkaa 1-1-1-1-1-1 kertaa ja sitten 1 silmukka 13-15-16-18-19-23 kertaa kummassakin reunassa) kuuluuko päättelykerroksen väliin neuloa yksi välikerros? Koska ilman välikerrosta päättelykerroksien pituus on noin 5cm kun ohjeessa lukee että korkeus olisi kuulunut kasvaa 10cm?
25.08.2021 - 10:17DROPS Design answered:
Silmukat päätetään aina kerrosten alusta, joten kun olet päättänyt kummastakin reunasta ensimmäiset 5 silmukkaa, olet neulonut 2 kerrosta.
09.09.2021 - 17:20Erzsebet wrote:
Nice pattern and design. And i love the sleeves!
10.02.2021 - 11:35Odile wrote:
J'aime aussi beaucoup ce modele
18.01.2021 - 12:53Elizabeth wrote:
Delicata
16.01.2021 - 17:17Merike wrote:
Hydrangea
09.01.2021 - 09:54