DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 2.10 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 27.30€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 89-15
Maat: S - M - L - XL - XXL
Materialen: DROPS Muskat van Garnstudio
650-700-800-850-950 gr nr. 08, ecru

DROPS Haaknld 4mm.
DROPS Parelmoeren knoop nr. 522: 6 stk

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Muskat
DROPS Muskat
100% katoen
vanaf 2.10 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 27.30€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

Steekverhouding:
19 stk breed en ca 8 tr hoog met haaknld 4mm = 10 x 10 cm.
Gebruik eventueel een kleinere of grotere nld om de juiste steekverhouding te krijgen. Haak een proeflapje!

Info haken: vervang het eerste stk van elke tr door 3 l en eindig elke tr met 1 stk in de 3e l van het begin van de vorige tr.

Gaatjesmotief: zie teltekening 1.

Structuurmotief: haak in de voorste lus van de st/stk, dwz haak niet door de hele st/stk. Op deze manier creëert u een streepjeseffect – haak op deze manier in elke tr met stk.

Tips minderen (geldt voor de armsgaten en de hals):
Minderen aan het begin van de tr: 1 stk door 1 hv vervangen.
Minderen aan het eind van de tr: als het aantal stk dat u moet minderen over zijn op de tr, keren en terughaken.

Rugpand: haak met haaknld nr. 4 en Muskat 119-133-146-160-178 l (incl. de 3 l om mee te keren).
Haak de eerste tr als volgt: haak 1 stk in de 4e l van de nld. * 1 l overslaan, 1 stk in elk van de 2 volgende l *, herhaal steeds *-* op de hele tr (Sluit voor maat S + L af met 1 stk in de laatste l) = 79-88-97-106-118 stk, keer het werk. Haak vervolgens het Structuurmotief – zie beschrijving hierboven – met 1 stk in elk stk. Haak bij een hoogte van 8-8-8-9-9 cm teltekening 1, en haak vervolgens verder met stk als tevoren (haak 2 stk om elk l-boogje en 1 stk op elk stk – er moeten steeds 79-88-97-106-118 stk zijn). Haak na de 2e tr volgens teltekening 1 en meerder aan beide kanten door 1 extra stk in het 2e stk aan beide zijkanten te haken. Herhaal het meerderen bij 22 en 30 cm = 85-94-103-112-124 stk. Haak bij een hoogte van 31-31-32-32-33 cm teltekening 1 nog een keer, en haak daarna door met stk in Structuurmotief op de rest van het rugpand. Vanaf een hoogte van 37-38-39-40-41 cm minderen voor de armsgaten aan beide kanten in elke tr – zie Tips minderen: 1-1-1-2-3 x 3 stk, 2-3-4-4-5 x 2 stk en 1-2-3-3-4 x 1 stk = 69-72-75-78-78 stk. Haak bij een hoogte van 54-56-58-60-62 cm (u moet dan nog 2 tr haken), 1 tr alleen op de eerste 24-25-26-27-27 stk aan beide kanten (dwz niet op de middelste 21-22-23-24-24 stk haken = de hals). Hierna 1 stk minderen aan de halszijde in de laatste tr = 23-24-25-26-26 stk op elke schouder. Hecht de draad af. Het werk heeft een totale hoogte van ca 56-58-60-62-64 cm.

Linker voorpand: haak met haaknld nr. 4 en muskat 61-65-74-79-88 l (incl. de 3 l om mee te keren).
Haak de eerste tr als volgt: haak 1 stk in de 4e l van de nld, * 1 l overslaan, 1 stk in elke van de 2 volgende l *, herhaal steeds *-* op de hele tr ( Sluit voor maat M + L af met 1 stk in de laatste l) = 40-43-49-52-58 stk. Keer het werk. Haak vervolgens het Structuurmotief en het Gaatjesmotief zoals op het rugpand. Tegelijkertijd in de 2e tr (nadat teltekening 1 is één keer gehaakt) stk meerderen aan beide kanten als op het rugpand = 43-46-52-55-61 stk. Bij een hoogte van 37-38-39-40-41 cm minderen voor het armsgat als op het rugpand = 35-35-38-38-38 stk. Bij een hoogte van 49-51-52-54-56 cm de eerste 8-7-9-8-8 stk afkanten voor de hals – zie Tips minderen. Daarbij minderen aan de halszijde in elke tr: 2 stk 1 keer en 1 stk 2 keer = 23-24-25-26-26 stk op de schouder. Haak door tot hetzelfde hoogte als het rugpand en hecht de draad af.

Rechter voorpand: als het linker voorpand haken, maar in spiegelbeeld.

Mouw: haak met haaknld 4 mm en Muskat losjes een ketting van 63-63-71-71-75 lossen (incl. 6 l om mee te keren).
Haak de eerste tr als volgt: 1 stk in de 7e l van de nld, * 3 l overslaan, 1 stk in de volgende l, 3 l, 1 stk in dezelfde l *, herhaal steeds *-* = 15-15-17-17-18 stk-groepen. Keer het werk.
Haak de 2 volgende tr als volgt: 1 l, 1 hv in het eerste l-boogje, 6 l, 1 stk in hetzelfde l-boogje, haak in de volgende 14-14-16-16-17 l-boogjes 1 stk 3 l en 1 stk. Haak na deze 3 tr door op dezelfde manier, maar nu met alleen 2 l tussen de stk in plaats van 3 l. Haak bij een hoogte van 15 cm door met stk en het Structuurmotief (haak 2 stk in elk l-boogje en 1 st tussen elke stk-groep, maar in het laatste l-boogje alleen 1 stk haken – zie tekening) = 43-43-49-49-52 stk. Meerder bij een hoogte van 16 cm aan weerskanten door 1 extra stk in de 2 stk in het eerste en laatste stk te haken. Herhaal het meerderen bij een hoogte van 18 en 21 cm = 49-49-55-55-58 stk. Haak vanaf een hoogte van 22 cm teltekening 1. En haak vervolgens door met stk en het Structuurmotief. Bij een hoogte van 27 cm nog een keer meerderen op dezelfde manier aan beide kanten. Herhaal nu het meerderen op elke 2½-1½-1½-1-1 cm (voor maat XL + XXL in elke tr meerderen) nog 5-8-8-11-11 keer = 61-67-73-79-82 stk. Haak vanaf een hoogte van 42-42-41-40-40 cm teltekening 1 nog een keer, en haak daarna door met stk in het Structuurmotief op de rest van de mouw. Minder tegelijkertijd vanaf een hoogte van 47-47-46-45-45 cm voor de mouwkop aan beide kanten van elke tr – zie Tips minderen: 1 x 4 stk keer en 1 x 3 stk . Hierna 2 stk minderen aan beide kanten tot een hoogte van ca 55-56-56-56-57 cm, en daarna 1 x 3 stk keer aan beide kanten minderen. Hecht de draad af. De mouw heeft een totale hoogte van ca 56-57-57-57-58 cm.

Afwerken: sluit de schoudernaden met de goede kanten op elkaar met mooie kleine steken. Splits de draad, zodat de naad niet te dik wordt. Zet de mouwen in. Sluit de mouw- en zijnaden in één keer – met de goede kanten op elkaar, vlak langs de kant met mooie kleine steken.

Gehaakte rand langs de onderkant van de mouwen: haak een tr van l-boogjes de onderkant van elke mouw met haaknld 4 mm en Muskat als volgt: 1 v in het eerste l-boogje, * 5 l, 1 v in het volgende l-boogje *, herhaal steeds *-* en eindig met 5 l en 1 hv in de eerste v van het begin van de tr.

Linker Voorkant: haak 4 tr v langs het linker voorpand (ca 2 tot 3 v om elk stk) = ca 78 tot 135 v (keer elke tr met 1 l) – haak niet te veel of te weinig v, de voorkant moet mooi en vlak zijn.

Rechter voorkant: als de linker voorkant haken in spiegelbeeld, maar maak na de 2e tr gelijkmatig verdeeld 6 knoopsgaten in de voorkant. Het eerste knoopsgat moet ca 10 cm vanaf de onderrand komen, en de laatste ca 2 v van de bovenrand.

1 knoopsgat = 2 l, 2 v overslaan, 1 v in de volgende v. Haak in de volgende tr 2 v om de 2 l.

Kraag: Haak met haaknld 4 mm en Muskat ca 64 tot 76 v (het aantal v moet deelbaar door 3 + 1 zijn) rondom de hals (niet over de voorkanten haken) – begin op de verkeerde kant, zodat de rand niet zichtbaar wordt. Haak vervolgens het gaatjesmotief volgens teltekening 1. Meerder na de 1e tr van de teltekening aan weerskanten door 1 extra stk-groep in elke 2e tr op de rest van de kraag te haken in de 2e l-boogje aan beide kanten. Meerder tegelijkertijd, gelijkmatig verdeelt 3 extra stk-groepen in elke 2e tr op de rest van de kraag. Haak bij een hoogte van ca 8-9-9-10-10 cm 1 laatste tr met l-boogjes zoals aan de onderkanten van de mouwen.

Naai de knopen aan.

Telpatroon

symbols = 1 l (losse)
symbols = 1 stk (stokje)
symbols = 1 hv (halve vaste)
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Sparks in DROPS Fabel

Liubov, Russian Federation

Shitake Flare

Janet, United Kingdom

Laat een opmerking achter voor DROPS 89-15

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (13)

country flag Greet Horemans wrote:

Hallo, de beschrijving van het telpatroon komt niet overeen met de uitleg. Er staat 2stokjes in het boogje en 1 stokje op elk stokje. De tekening toont aan...2 stokjes in het boogje en maar 1 stokje tussen de boogjes. Als je de beschrijving volgt krijg je veel te veel steken. Mvg Greet

23.01.2023 - 14:26

country flag Jette wrote:

Er der en sværheds kode på jeres opskrifter?? Kan desværre ikke se om der er. Er vild med jeres side og alle de muligheder der er for hjælp. Men mangler sværhedsgraden

25.07.2020 - 19:36

DROPS Design answered:

Hej Jette, Vi har nogle "begynder-opskrifter" hvis man er ny. Ellers vil vi ikke kategorisere i sværhedsgrad, da det er meget individuelt hvad som er svært. Husk at vi har videoer til alle opskrifter og at vi gerne hjælper til her i bloggen. God fornøjelse!

27.07.2020 - 15:55

country flag Maribel wrote:

Hola. Al hacer el escote de la espalda dice: trabajar 1 fila sobre unicamente 24 pts a cada lado (no trabajar sobre los 21 p.a. centrales = escote). ¿Se hacen puntos bajísimos sobre los puntos centrales para pasar al otro lado o bien hago un lado y posteriormente cojo otra hebra y hago el otro lado? Muchas gracias.

17.07.2018 - 22:54

DROPS Design answered:

Hola Maribel. Cada hombro se trabaja por separado. Se corta el hilo después de trabajar un hombro y se empieza otro hombro con hilo nuevo.

18.07.2018 - 21:40

country flag Demartin wrote:

Pourquoi faut-il crocheter le dos et les manches avec un crochet 4 et les devants avec un crochet 3 ? Les hauteurs des rangs ne correspondent donc pas pour l’assemblage des pièces. Merci de votre réponse

13.02.2018 - 20:37

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Demartin, les explications ont été corrigées, on utilise bien un crochet 4 pour les devants, comme pour le dos et les manches. Bon crochet!

14.02.2018 - 08:41

Janet Castle wrote:

I like to use an alternative foundation chain when making garments, but I am wondering if the skip 1 chain in the first row will look strange if I don't use the chains to begin with as follows: (Ch 119-133-146-160-178 (incl. ch 3 for turning). Crochet the first row as follows: 1 dc in 4th ch from hook, * skip over 1 ch, 1 dc in each of the following 2 ch *, repeat * - * across row (in sizes S + L end with 1 dc in last ch) = 79-88-97-106-118 dc, turn the work.)

01.08.2016 - 15:58

DROPS Design answered:

Dear Mrs Castle, skipping some chains on 1st row as done here allows to get a nice bottom edge, not that tight. Check on a swatch your alternative fundation chain and if it isn't too tight, you can then cast on the number of dc given for each size on 1st row, ie 79-88-97-106-118 dc. Happy crocheting!

02.08.2016 - 09:05

country flag Lopez Christel wrote:

Bonjour,Je ne trouve pas le même nombre de maille pour les diminutions d emmanchures .Je fais la taille M , j'ai 94 brides moins 1 fois 1 B , 3 fois 2 B et 2 fois 1 B .il reste 76 B et pas 72comme dans les explications . Ai je mal compris où es ce une erreur ? Merci

04.06.2016 - 17:43

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Lopez, une erreur s'était glissée dans la 1ère diminution des emmanchures, on diminue 1 fois 3 B (et non 1B), on a ainsi un total de 11 m diminuée pour chaque emmanchure et un total de 72 B en taille M. Bon crochet!

06.06.2016 - 09:13

country flag Michelle Meyers wrote:

I'm having trouble interpreting the lace pattern diagram. The symbols and presentation are unusual to me, perhaps a result of different countries. I'm able to produce a lace-like pattern that looks similar, but I don't see where the slip stitch fits in? I am placing two double crochets (separated by two chains) within the same stitch. Advice appreciated!

21.04.2012 - 23:11

DROPS Design answered:

1st row: ch 3 + ch 2, 1 dc in first dc, *skip 2 dc, in next dc work 1 dc, ch 2, 1 dc*, repeat til end of row. 2nd row: ch 1, 1 sl st in first ch space, then ch 3 + ch 2, 1 dc in ch space, *in next chain space work 1 dc, ch 2, 1 dc*, repeat til end of row. Repeat row 2 for pattern.

23.04.2012 - 20:05

country flag Drops Design wrote:

Valerine, I'm guessing you mean the dec for armhole. For smallest size you dec 3 dc 1 time, 2 dc 2 times, 1 dc 1 time. Dec.tips tells you how to dec: replace 1 dc with 1 sl st. Dec as follows at end of row: turn piece when 1 dc remains, then crochet back.

07.12.2009 - 17:45

country flag Valerine wrote:

I am trying to figure out what the instructions mean where the pattern lists the following instructions: "3 dc 1-1-1-2-3 times, 2 dc 2-3-4-4-5 times and 1 dc 1-2-3-3-4 times = 69-72-75-78-78 dc" Does it mean to do 3 dc in a single stitch 1 time, then 2 dc in single stitch twice, etc? Thanks for your help!

06.12.2009 - 08:42

country flag Anette wrote:

Hur ska man läsa diagrammet? Vad betyder kjm och km?

28.01.2008 - 21:08