DROPS Cotton Viscose
DROPS Cotton Viscose
54% katoen, 46% viscose
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS SS24

Lady Ascot

Gehaakte DROPS top met waaierpatroon en ronde pas, wordt van boven naar beneden gehaakt van ”Cotton Viscose”. Maat: S - XXXL.

DROPS 162-26
DROPS design: Model nr. n-171
Garengroep A
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal:
DROPS COTTON VISCOSE van Garnstudio
400-450-500-550-600-650 gr. kleur nr. 29, licht grijsgroen

DROPS HAAKNLD 3,5 mm - of de maat die u nodig hebt voor een stekenverhouding van 22 stk x 12 toeren = 10 x 10 cm en 3 herhalingen van de 3e en 4e toer in A.1 = 9 cm breed.
----------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Cotton Viscose
DROPS Cotton Viscose
54% katoen, 46% viscose
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

PATROON:
Zie telpatronen A.1-A.2.

INFORMATIE VOOR HET HAKEN-1:
Vervang het eerste stk elke stk-toer door 3 l, eindig de toer met 1 hv in de 3e l.

INFORMATIE VOOR HET HAKEN-2:
Begin elke toer met 3 l en eindig de toer met 1 hv in 3e l.

TIP VOOR HET MEERDEREN:
Meerder 1 stk door 2 stk in 1 stk te haken.
----------------------------------------------------------

TOP:
Wordt van boven naar beneden gehaakt vanaf middenachter. Haak 133-137-142-147-152-157 l met haaknld 3,5 mm en Cotton Viscose en vorm een ring met 1 hv in de eerste l. Haak de volgende toer als volgt:
3 l (= 1 stk), 1 stk in eerste l van l-ring, * sla 1 l over, 1 stk in elke van de volgende 5 l *, herhaal van *-* tot er 0-4-3-2-1-0 l over zijn, 1 stk in elke van de laatste 0-4-3-2-1-0 l = 112-116-120-124-128-132 stk. Haak dan het werk heen en weer. Haak elke toer samen aan het einde van de toer met 1 hv in de eerste l op de toer - LEES INFORMATIE VOOR HET HAKEN-1. Keer het werk. Haak 1 toer met 1 stk in elk stk en meerder TEGELIJKERTIJD 28 stk gelijkmatig (dus meerder 1 stk na ongeveer elk 4e stk) – LEES TIP VOOR HET MEERDEREN = 140-144-148-152-156-160 stk. Plaats 12 markeerders in het werk als volgt: haak 17-18-19-20-21-22 stk (= helft van het achterpand) en meerder TEGELIJKERTIJD 1-0-0-2-2-1 stk gelijkmatig, plaats eerste markeerder, * haak 4 stk, plaats volgende markeerder *, herhaal van *-* nog 1 keer, haak 20 stk, plaats volgende markeerder, * haak 4 stk, plaats volgende markeerder *, herhaal van *-* nog 1 keer, haak 34-36-38-40-42-44 stk (= voorpand) en meerder TEGELIJKERTIJD 2-0-0-4-4-2 stk gelijkmatig, plaats volgende markeerder, * haak 4 stk, plaats volgende markeerder *, herhaal van *-* nog 1 keer, haak 20 stk, plaats volgende markeerder, * haak 4 stk, plaats volgende markeerder *, herhaal van *-* nog 1 keer, haak 17-18-19-20-21-22 stk (= helft van het achterpand) en meerder TEGELIJKERTIJD 1-0-0-2-2-1 stk gelijkmatig = 144-144-148-160-164-164 stk.

DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Meerder in de volgende toer aan de goede kant als volgt: meerder 1 stk aan elke kant van elke markeerder (= 24 stk gemeerderd), herhaal dit meerderen elke toer aan de goede kant 1-4-5-7-8-10 keer in totaal, meerder dan voor elke markeerder (= 12 stk gemeerderd) en herhaal dit meerderen elke toer aan de goede kant 9-6-6-4-4-3 keer in totaal = 276-312-340-376-404-440 stk. Het werk meet ongeveer 18-18-20-20-22-23 cm. Haak de volgende toer als volgt: 36-43-48-54-59-66 stk (= helft van het achterpand), haak 12 l (plaats een markeerder in het midden van deze nieuwe st = armsgat), sla 66-70-74-80-84-88 stk van de vorige toer over (= mouw), haak 72-86-96-108-118-132 stk (= voorpand), haak 12 l (plaats een markeerder in het midden van deze nieuwe st = armsgat), sla 66-70-74-80-84-88 stk van de vorige toer over en haak 36-43-48-54-59-66 stk (= helft van het achterpand) = 168-196-216-240-260-288 stk/l (= 84-98-108-120-130-144 stk/l op het achterpand en voorpand). Plaats 1 markeerder in het werk. MEET NU HET WERK VANAF HIER! Haak 1 toer met 1 stk in elk stk en 1 stk in elke l van de armsgaten en meerder TEGELIJKERTIJD 18-8-6-0-10-6 stk gelijkmatig = 186-204-222-240-270-294 stk. Haak 1 toer met 1 stk in elk stk. Haak nu het werk in de rondte zonder te keren.

WAAIERPATROON:
Haak de 1e-3e toer in A.1 31-34-37-40-45-49 keer - LEES INFORMATIE VOOR HET HAKEN-2. Herhaal dan de 3e toer tot het werk ongeveer 29-31-31-33-31-31 cm meet. Haak nu de 4e toer tot het werk ongeveer 40-42-43-45-45-45 cm meet. Hecht af.

MOUWRAND:
Begin midden onder de mouw als volgt: haak 1 v in de 6e l van de 12 l van het armsgat op het lijf. Haak 3 l (= 1 stk). Haak dan 1 stk in elke van de volgende 6 l, haak 1 stk in de stk-toer waar de l voor het armsgat zijn gehaakt, 1 stk in de volgende 66-70-74-80-84-88 stk (= bovenkant mouw) en meerder TEGELIJKERTIJD 0-4-0-2-6-2 stk gelijkmatig, haak 1 stk in fr stk-toer waar de l voor het armsgat gehaakt zijn, haak 1 stk in elke van de overgebleven 5 l onder de mouw = 80-88-88-96-104-104 stk. Haak dan A.2 10-11-11-12-13-13 keer in totaal. Hecht af als A.2 een keer in de hoogte is gehaakt. Haak de andere mouwrand op dezelfde manier.

Telpatroon

symbols = l
symbols = v
symbols = stk in st
symbols = dstk in st
symbols = begin hier
symbols = 3 stk om l-lus
symbols = 3 dstk om l-lus
symbols = 4 stk om l-lus
symbols = stk om l-lus
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 162-26

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (108)

country flag Trine wrote:

Jeg hækler toppen i en str. small, men var forvirret over, at man skulle gentage rækken med 24 udtagninger 1 gang og samtidig ende med 276 masker (altså hækle 2 rækker m. 24 udtagninger). Kan så se på en tidligere kommentar, at man ikke skal GENTAGE den 1 gang, men kun lave den 1 gang TOTALT... Nu kan jeg så trævle 19 rækker op, fordi jeg er endt med 300 masker. Lidt forkert formulering :(

23.07.2023 - 22:43

country flag Melissa wrote:

Hello. I'm following the 2nd set of digits, so starting with 137 ch, decrease to 116 dc, inc to 144 dc. After putting in the stitch markers, I followed the increases of 24 dc as per pattern & had 312 st, BUT I hadn't yet done the rows of 12dc increases. The pattern says I should have 312 stitches after all of those but the maths don't work. What should the stitch count be after adding the rows of 12 dc increases?

13.06.2023 - 17:59

DROPS Design answered:

Dear Melissa, you have inserted a total of 12 markers, and you will first increase 4 times 1 dc on each side of each marker (= you increase 2 sts x 12 markers = 24 sts on every increase round) a total of 4 times (= 144+ (24 sts increased x 4 times) = 240 sts; then you will increase only 1 st before each marker (1 stitch at 12 markers = 12 sts increased ) a total of 6 times = 240 + (12 sts increased x 6 times) = 312 sts. Happy crocheting!

14.06.2023 - 07:32

country flag Pavla Matoušková wrote:

Začínám vějířovity vzor A1 a není jednoznačné jak háçkovat 1. řadu. Krátký sloupek jasný, 4 řetízková oka jasná. Nechápu kam se krátký sloupek dává. Do každéko třetího dlouhého sloupku? Nebo nejak jinak? Předem děkuji za vysvětlení Pavla Matoušková

02.02.2023 - 14:01

country flag Birgitte Skov Iversen wrote:

Ups kom til at skrive, at det var en kommentar, men det er et spørgsmål. I starten af opskriften står fl.g "DROPS HÆKLENÅL NR 3,5 – eller den nål du skal bruge for at få 22 st x 12 rækker på 10 x 10 cm, og 3 rapporter af 3. og 4.omg i A.1 på 9 cm i bredden2 Hvad betyder 3 rapporter af 3. og 4. omg. i A.1 på 9 cm. i bredden.

09.12.2022 - 12:16

DROPS Design answered:

Hei Birgitte. Da skal du hekle 3. og 4. omg av diagram A.1 3 ganger og få det til å bli 9 cm i bredden. Altså A.1 omgang (3+4)+(3+4)+(3+4) = 9 cm i bredden. mvh DROPS Design

12.12.2022 - 13:59

country flag Birgitte Skov Iversen wrote:

I starten af opskriften står flg. "DROPS HÆKLENÅL NR 3,5 – eller den nål du skal bruge for at få 22 st x 12 rækker på 10 x 10 cm, og 3 rapporter af 3. og 4.omg i A.1 på 9 cm i bredden." Hvad betyder 3 rapporter af 3. og 4. omg. i A.1. på 9 cm. i bredden Hilsen Birgitte

09.12.2022 - 12:12

country flag Geetha wrote:

For round 3 , we put a DC in the previous stitch , " 3dc,2 chain,3dc" in the chain space 1 and again "3dc,2chain,3dc" in chain space 2 , then put a DC in each of the below DC stitch ( total 7) before we reach the next 2 chains and put the "3dc,2chain,3dc" in each chain space and continue ?

01.08.2022 - 10:56

DROPS Design answered:

Dear Geetha, on round 3 work: *1 dc in the dc from previous round, skip 3 dc, 3 dc + 2 ch + 3 dc around the 2-chain-space, skip the next 3 dc*, repeat from *-*. So that you will work 3 dc+2ch+3 dc around the 2 chains from previous round. Happy crocheting!

01.08.2022 - 12:09

country flag Geetha wrote:

So as per A1 diagram , for round 2 , we put a DC in chain space 1 , " 3dc,2chain,2dc" in chain space 2 , then dc in chain space 3 , "3dc,2chain,3dc" in chain space 4 , skip the single crochet stitch below and continue as above in the next 4 chain space?

01.08.2022 - 10:53

DROPS Design answered:

Dear Geetha, A.1 will be worked as follows on 2nd row: *1 dc in first chain space, (3 dc+2ch+3 dc) in next ch-space*, and repeat from *-* all the round. Happy crocheting!

01.08.2022 - 12:08

country flag Geetha wrote:

Can you please explain the A1 diagram please ? The first round is a single crochet , 4 chains ,single crochet ( skipping 2 double crochet below ). The second round which chain space do we start the double crochet ? And the 3 DC ,chain 2 ,3 DC do all go into a single chain space ? Which chain space do we place them ? Similarly for round 3 which chain space do we need to place the stitches ?

30.07.2022 - 19:46

DROPS Design answered:

Dear Geetha, you work 1 double crochet in the first chain space and then, in the second one, work 3dc, chain 2, 3 dc in the next chain space (all in a single one). In round 3 and all the next ones you work double crochet groups inside each of the chain-2 spaces of the previous row. Happy crocheting!

31.07.2022 - 17:44

country flag Daniela wrote:

Buongiorno, chiedo scusa ma avevo inserito il messaggio precedente nella categoria sbagliata. Per questo motivo lo riscrivo di seguito:\r\nBuongiorno e grazie per questo modello così carino! Mi piacerebbe realizzarlo, ma con le maniche a 3/4, potreste darmi delle indicazioni su come fare le maniche più lunghe? Grazie

12.06.2022 - 11:18

DROPS Design answered:

Buonasera Daniela, per un'assistenza così personalizzata, può rivolgersi al suo rivenditore DROPS di fiducia. Buon lavoro! Per inserire il commento come domanda deve selezionare la categoria dal menù a tendina.

15.06.2022 - 19:44

country flag Daniela wrote:

Buongiorno e grazie per questo modello così carino! Mi piacerebbe realizzarlo, ma con le maniche a 3/4, potreste darmi delle indicazioni su come fare le maniche più lunghe? Grazie

10.06.2022 - 18:04

DROPS Design answered:

Buonasera Daniela, per un'assistenza così personalizzata, può rivolgersi al suo rivenditore DROPS di fiducia. Buon lavoro!

15.06.2022 - 19:43