DROPS Bomull-Lin
DROPS Bomull-Lin
53% katoen, 47% linnen
vanaf 3.10 € /50g
DROPS Cotton Viscose
DROPS Cotton Viscose
54% katoen, 46% viscose
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS SS24

Claudia

Gebreid DROPS gilet met structuur patroon, gevallen st en franjes van ”Bomull-Lin” en ”Cotton Viscose”. Maat: S - XXXL

DROPS 139-23
DROPS design: Model nr. L-106
Garengroep A en C
--------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal: DROPS BOMULL-LIN van Garnstudio
200-200-200-250-250-300 gr. kleur nr. 05, bruin
En gebruik: DROPS COTTON VISCOSE van Garnstudio
150-150-150-200-200-250 gr. kleur nr. 26, kastanjebruin

DROPS RONDBREINNLD (80 cm) 7 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 12 st in tricotst met 1 draad Bomull-Lin en 1 draad Cotton Viscose = 10 cm breed.
--------------------------------------------------------

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Bomull-Lin
DROPS Bomull-Lin
53% katoen, 47% linnen
vanaf 3.10 € /50g
DROPS Cotton Viscose
DROPS Cotton Viscose
54% katoen, 46% viscose
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

PATROON:
Zie telpatroon M.1, het telpatroon geeft de goede kant van het werk weer. De eerste nld in het telpatroon wordt aan de verkeerde kant gebreid.

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht.

INFORMATIE VOOR HET BREIEN (voor de armsgaten na het splitsen van het werk):
Brei de st die niet in het patroon passen in tricotst. LET OP: Dit geldt niet voor de nld met omsl. In de nld waarin u omsl laat vallen en in de nld waarin recht wordt gebreid aan de verkeerde kant moeten alle st in patroon worden gebreid. De kantsteken worden steeds recht gebreid iedere nld, ook aan de verkeerde kant.
--------------------------------------------------------

LIJF:
Wordt heen en weer gebreid op de nld van middenvoor naar middenvoor.
Zet 98-112-126-140-154-168 st op met nld 7 mm en 1 draad Bomull-Lin en 1 draad Cotton Viscose. Brei telpatroon M.1 (1e nld = verkeerde kant). De buitenste st aan iedere kant maken ook deel uit van het patroon maar worden recht gebreid in alle nld aan de verkeerde kant. Brei bij een hoogte van ongeveer 33-34-35-36-37-38 cm (pas zo aan dat het na een rechte nld aan de verkeerde kant is over alle st) de volgende nld als volgt aan de goede kant: brei 23-26-29-32-35-37 st als hiervoor, kant 4-4-6-6-8-10 st af voor het armsgat, brei 44-52-56-64-68-74 st als hiervoor, kant 4-4-6-6-8-10 st af voor het armsgat en brei de laatste 23-26-29-32-35-37 st als hiervoor. Brei ieder deel apart verder.

LINKER VOORPAND: = 23-26-29-32-35-37 st.
LEES ALLE ONDERSTAANDE AANWIJZINGEN DOOR VOOR U VERDER GAATGa verder in telpatroon M.1 als hiervoor – LEES INFORMATIE VOOR HET BREIEN!
MINDEREN VOOR DE HALS EN DE ARMSGATEN:
Minder TEGELIJKERTIJD in de 1e nld aan de goede kant voor de hals en het armsgat. Minder voor het armsgat door de eerste 2 st op de nld gedraaid r samen te breien (dus brei achter in de st). Herhaal dit minderen om de nld in totaal 0-2-3-6-8-10 keer (minder geen st voor maat S). Minder voor de hals door de laatste 2 st middenvoor samen te breien. Herhaal dit minderen om de nld in totaal 7-7-8-8-9-9 keer. Als alle minderingen voor het armsgat en de hals gedaan zijn, zijn er 16-17-18-18-18-18 st over op de nld.
Brei bij een hoogte van ongeveer 46-48-50-52-54-56 cm (pas zo aan dat het na een rechte nld over alle st aan de verkeerde kant is) in RIBBELST (zie uitleg boven) over alle st. Kant alle st af bij een hoogte van ongeveer 50-52-54-56-58-60 cm.

RECHTER VOORPAND:
Brei als het linker voorpand maar in spiegelbeeld. Minder als volgt voor de hals: brei de eerste 2 st op de nld gedraaid r samen en brei bij het minderen voor het armsgat de laatste 2 st op de nld r samen.

ACHTERPAND:
= 44-52-56-64-68-74 st.
Brei telpatroon M.1 – LEES INFORMATIE VOOR HET BREIEN - minder TEGELIJKERTIJD voor de armsgaten aan de goede kant als volgt: brei de eerste 2 st op de nld gedraaid r samen en brei de laatste 2 st op de nld r samen. Herhaal dit minderen aan iedere kant om de nld in totaal 0-2-3-6-8-10 keer (minder geen st voor maat S) = 44-48-50-52-52-54 st. Ga verder in telpatroon M.1 tot het werk ongeveer 46-48-50-52-54-56 cm meet – eindig het patroon in dezelfde nld als op de voorpanden. Ga verder in ribbelst over alle st. Kant bij een hoogte van ongeveer 48-50-52-54-56-58 cm de middelste 12-14-14-16-16-16 st af voor de hals = 16-17-18-18-18-18 st over op elke schouder. Brei in ribbelst tot het werk 50-52-54-56-58-60 cm meet, kant alle st af.

AFWERKING:
Naai de schoudernaden samen – naai met de zijkanten tegen elkaar in de afkantrand om een dikke naad te voorkomen.

FRANJES:
Zet de franjes vast langs de opzetrand.
1 franje = knip 2 draden van Bomull-Lin en 2 draden van Cotton Viscose met een lengte van ongeveer 35 cm elk. Vouw de draden samen dubbel, haal ze door en st, rijg de draadeindes door de lus en trek ze goed aan. Knoop de draden 2 aan 2 (1 draad Bomull-Lin en 1 draad Cotton Viscose) samen met een klein knoopje aan de onderkant. Dit doet u om te voorkomen dat het garen uitrafelt. Zet 1 franje vast in ongeveer iedere 4e st langs de hele opzetrand.

KOORDJES:
Knip 2 draden van Bomull-Lin en 2 draden van Cotton Viscose af met een lengte van 70 cm ieder, draai ze stevig rond, vouw ze dubbel en laat ze om elkaar heen krullen. Leg 1 knoopje op ongeveer 10 cm van het
uiteinde zodat er een franje komt onderaan het koord.
Rijg het koordje door een buitenste st op de voorbies, een paar centimeter onder het punt waarop het minderen voor de hals begon. Steek het uiteinde van het koord waar de draden dubbelgevouwen zijn door de steek en rijg de draadeindes door deze lus en trek stevig aan. Knoop de draden 2 aan 2 (1 draad Bomull-Lin en 1 draad Cotton Viscose) samen met een klein knoopje aan de onderkant. Herhaal op het andere voorpand.



Telpatroon

symbols = Recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = Averecht aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = 1 st r, 3 omsl om de nld
symbols = brei r en laat TEGELIJKERTIJD de 3 omsl van de nld glijden(= gevallen st)
symbols = 1 st r, 2 omsl
symbols = 2 st recht samen, 1 omsl
symbols = 1 omsl, 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh
symbols = 1 omsl, 1 st r afh, 2 st recht samen, afgeh st overh, 1 omsl
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS 139-23

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (48)

country flag Cynthia wrote:

Hallo, kann man diese Weste auch nur mit Bomull-Lin stricken? Falls nein, was wäre die beste Garnalternative?

18.12.2019 - 21:54

DROPS Design answered:

Liebe Cynthia, die beiden Garne werden hier zusammengestrickt, so sollen Sie Cotton Viscose ersetzen, gerne benutzen Sie unseren Garnumrechner, Ihr DROPS Laden empfiehlt Ihnen gerne weiter - auch telefonisch oder per E-Mail. Viel Spaß beim stricken!

19.12.2019 - 07:50

country flag Belinda Scekic wrote:

Hej, kan ikke få maske antal til at passe på pind 5, starter med tre ret slutter med to ret? str s 98 masker

19.09.2017 - 17:23

DROPS Design answered:

Hei Belinda. 1 rapport av diagram M.1 går over 7 masker. Du strikker M.1 14 ganger = 7 x 14 = 98 masker. Så har du strikket riktig skal du ha 3 masker rett til slutt. Husk at ytterste maske i hver side er vist i diagrammet, bare at de strikkes rett på alle pinner fra vrangen. God Fornøyelse!

20.09.2017 - 09:04

Heather Halom wrote:

When working the chart do I work from right to left or left to right thanks

21.04.2017 - 10:38

DROPS Design answered:

Dear Mrs Halom, start reading diagram from the bottom corner on the left side towards the right from WS (1st row in diagram = WS) and from the right towards the left from RS (= row 2, 4, 6, etc...). Happy knitting!

21.04.2017 - 11:00

country flag Sandra wrote:

No entiendo bien el comienzo del diagrama M1 la primera fila dice arriba que empieza por el lado izquierdo, ¿ entonces la primera vuelta seria punto de derecho y la segunda vuelta seria por el lado derecho y punto derecho?

08.09.2015 - 10:11

DROPS Design answered:

Hola Sandra. Si, es correcto.

08.09.2015 - 11:06

country flag Isabel wrote:

Tricotei este modelo no tamanho S ficou lindo e é muito fácil. Muito obrigada por disponibilizarem as receitas. Substitui o cotton viscose por safran.

08.08.2015 - 20:33

country flag Manuela Boer wrote:

Hallo, Ik wil graag deze gilet maken, maar het patroon geeft aan twee soorten garen bruin. Ik wil deze graag in het wit maken, moet ik dan ook twee soorten garen gebruiken maar dan wit?

21.05.2015 - 18:32

DROPS Design answered:

Hoi Manuela. Ja, je breit met een dubbele draad (= 2 draden). je kan vervangen door 2 draden wit van een gelijkmatige dikte (categorie A) of door 1 draad uit categorie C.

22.05.2015 - 15:10

country flag Marias wrote:

Scusate ora mi è chiaro,ho capito! Dovevo contare nel motivo il vivagno!

28.08.2014 - 08:56

country flag Marias wrote:

Scusate ma ho montato 112 maglie e per il motivo m1 lavoro le 2 laterali a diritto,e poi? Il motivo sotto è composto da ripetizioni da 7,ma 112-2 è 110 e 110 diviso 7?

28.08.2014 - 08:53

country flag Gea wrote:

Ik ben nu toe aan om de gedeeltes afzonderlijk verder te breien. Hoe wordt het patroon gebreid? ik heb immers minderingen gehad. B.v. 26 steken voorpand, komt het patroon dan maar 2 keer voor en worden de andere steken recht gebreid?

24.05.2014 - 17:46

DROPS Design answered:

Hoi Gea. Je breit door zoals eerst. Heb je 26 st, dat wordt dus 3 herhalingen van M.1 (24 st) en de st die niet passen in het patroon worden in tricotst gebreid (lees ook INFORMATIE VOOR HET BREIEN)

27.05.2014 - 16:20

country flag Ilona Hessner wrote:

Hallo,unklar ist mir hier das Diagramm (Mustersatz): Ist es richtig, dass hier teilweise nur die Hinrunden dargestellt sind (Rückrunden zu stricken, wie die Maschinen erscheinen), und dann aber auch Hin- und Rückrunde (3 Umschläge, dann rückwärts gleiten lassen)? Hab die Wolle noch nicht, aber mit anderer schon mal 1 MS ausprobiert. Welche Höhe/Breite hat ein Mustersatz? Viele Grüße und danke für die herrlichen Anleitungen! Ilona Hessner

28.01.2013 - 17:23

DROPS Design answered:

Lieeb Frau Hessner, Angaben zur Maschenprobe finden Sie im oberen Teil der Anleitung. Im Diagramm sind alle Reihen dargestellt, also Hin-und Rückreihen.

29.01.2013 - 09:06