DROPS BabyAlpaca Silk
DROPS BabyAlpaca Silk
70% alpaca, 30% zijde
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS Super Sale

Tender Temptation

Gebreid DROPS vest met ronde pas en kantpatroon van "BabyAlpaca Silk". Maat: S - XXXL.

DROPS 134-2
DROPS design: Model nr. BS-001
Garengroep A
--------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal: DROPS BABY ALPACA SILK van Garnstudio.
Kleur nr. 4314, grijspaars:
350-400-450-500-550-600 gr

DROPS BREINLD ZONDER KNOP EN RONDBREINLD (40 en 80 cm) 3 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 24 st x 32 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS BREINLD ZONDER KNOP en RONDBREINLD (80 cm) 2.5 mm - voor de randen in ribbelst.
DROPS PARELMOER KNOPEN NR. 521: 7-7-8-8-8-8 stuks

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS BabyAlpaca Silk
DROPS BabyAlpaca Silk
70% alpaca, 30% zijde
Uit het assortiment
find alternatives

DROPS Super Sale

BESPAAR 30% op 6 katoenfavorieten!
Geldit tot en met 12.04.2024

Instructies voor het patroon

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht.

RIBBELST (in de rondte op breinld zonder knop):
* brei 1 nld recht en brei 1 nld av *, herhaal van *-*.

PATROON:
Zie telpatronen M.1 en M.2. De telpatronen geven de goede kant van het werk weer. Zowel de heengaande als de teruggaande naalden zijn weergegeven. 1e nld = goede kant:

KNOOPSGATEN:
Maak knoopsgaten op de rechter voorbies.
1 KNOOPSGAT = kant de 4e st vanaf de kant af. Zet in de volgende nld 1 nieuwe st op boven de afgekante st.
Maak knoopsgaten bij een hoogte van:
MAAT S: 2, 11, 19, 28, 36, 45 en 54 cm
MAAT M: 2, 11, 20, 29, 38, 47 en 56 cm
MAAT L: 2, 10, 18, 26, 34, 42, 50 en 58 cm
MAAT XL: 2, 10, 18, 27, 35, 43, 51 en 60 cm
MAAT XXL: 2, 11, 19, 28, 36, 45, 53 en 62 cm
MAAT XXXL:2, 11, 20, 29, 38, 47, 56 en 64 cm
Dus er is ongeveer 2 cm over tot het werk klaar is na het laatste knoopsgat.
--------------------------------------------------------

VEST:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld van middenvoor naar middenvoor. Zet 199-219-239-259-289-319 st op (incl 6 voorbies st aan iedere kant middenvoor) met rondbreinld 2.5 mm en BabyAlpaca Silk.
Brei in RIBBELST - zie uitleg boven. Ga bij een hoogte van 2 cm verder met rondbreinld 3 mm. DENK OM DE KNOOPSGATEN OP DE VOORBIES - zie uitleg boven. Brei de volgende nld aan de goede kant als volgt: 6 voorbies st in ribbelst, 1 st in tricotst, telpatroon M.1A tot er 12 st over zijn en eindig met telpatroon M.1B (= 6 st) en 6 voorbies st in ribbelst. Ga zo verder in patroon. DENK OM DE STEKENVERHOUDING! Plaats 2 markeerders in het werk 53-58-63-68-75-83 st vanaf iedere kant middenvoor om de zijkanten aan te geven = 93-103-113-123-139-153 st tussen de markeerders voor het achterpand. Meerder bij een hoogte van 8-8-9-9-10-10 cm 1 st aan iedere kant van beide markeerders (= 4 st gemeerderd).

Herhaal dit meerderen iedere 6 cm in totaal 5 keer = 219-239-259-279-309-339 st - LET OP: Brei de gemeerderde st in tricotst tot ze aan elke kant in het patroon mee gebreid kunnen worden. Kant af voor de armsgaten bij een hoogte van ongeveer 37-38-39-40-41-42 cm - pas zo aan dat de volgende nld aan de goede kant is en zo dat er 3 of 5 nld in tricotst zijn gebreid na 1 nld met kantpatroon – kant af als volgt: 10-10-10-12-12-12 st aan iedere kant voor de armsgaten (dus 5-5-5-6-6-6 st aan iedere kant van beide markeerders) = 93-103-113-121-137-151 st op het achterpand en 53-58-63-67-74-82 st op elk voorpand. Laat het werk rusten en brei de mouwen.

MOUW:
Wordt in de rondte gebreid op breinld zonder knop. Zet 56-56-58-60-62-64 st op met breinld zonder knop 2.5 mm en BabyAlpaca Silk. Brei in RIBBELST - zie uitleg boven. Plaats een markeerder aan het begin van de nld (= midden onder de mouw). Ga bij een hoogte van 3 cm verder met breinld zonder knop 3 mm en brei de volgende nld als volgt: 0-0-1-2-3-4 st in tricotst, telpatroon M.1A tot er 6-6-7-8-9-10 st over zijn en eindig met telpatroon M.1B (= 6 st) en 0-0-1-2-3-4 st in tricotst. Ga zo verder. Meerder bij een hoogte van 8-8-9-10-10-8 cm 2 st midden onder de mouw (dus meerder 1 st aan iedere kant van de markeerder). Herhaal dit meerderen iedere 4-3-2.5-2-2-2 cm in totaal 10-13-14-16-17-18 keer = 76-82-86-92-96-100 st op de nld - LET OP: Brei de gemeerderde st in tricotst tot ze in het patroon mee gebreid kunnen worden. Kant af voor de mouwkop bij een hoogte van ongeveer 46-46-45-45-44-44 cm (LET OP! Minder cm voor de grootste maten voor een grotere mouwkop en bredere schouders) - pas zo aan dat hetzelfde aantal nld in tricotst na 1 nld in kantpatroon is gebreid als op het lijf - kant af als volgt: 10-10-10-12-12-12 st midden onder de mouw (dus 5-5-5-6-6-6 st aan iedere kant van de markeerder) = 66-72-76-80-84-88 st. Zet de st op een hulpdraad en brei nog een mouw.

PAS:
Zet de mouwen op dezelfde rondbreinld als het lijf waar afgekant is voor de armsgaten = 331-363-391-415-453-491 st. Brei 1 nld in tricotst (1e nld = av aan de verkeerde kant en brei de voorbiezen in ribbelst als hiervoor tot het werk klaar is) en minder TEGELIJKERTIJD 5-13-5-3-3-5 st gelijkmatig (minder niet over de voorbiezen) = 326-350-386-412-450-486 st. Ga verder met rondbreinld 2.5 mm, brei 1 nld recht aan de goede kant en plaats 10-10-10-10-11-11 markeerders in het werk als volgt: Plaats de 1e markeerder na 28-31-31-34-35-38 st, plaats dan 9-9-9-9-10-10 markeerders met 30-32-36-38-38-41 st tussen elke markeerder, na de laatste markeerder staan er nog 28-31-31-35-35-38 st op de nld. De pas wordt in ribbelst gebreid (1e nld = aan de verkeerde kant): Brei 1-1-3-3-1-1 nld zonder te minderen, minder dan 1 st aan de rechterkant van iedere markeerder door 2 st recht samen te breien. Herhaal dit minderen elke 4e nld afwisselend aan de linkerkant en de rechterkant van de markeerders in totaal 16-17-17-19-21-22 keer = 166-180-216-222-219-244 st. Brei 1 nld recht aan de verkeerde kant na de laatste nld met minderen. Brei dan telpatroon M.2 met 6 voorbies st aan iedere kant (Brei in de 9e en 23e nld de laatste st voor de voorbies recht) en minder TEGELIJKERTIJD in de 5e, 17e en 25e nld als volgt: Minder in de 5e nld 15-19-29-29-28-33 st gelijkmatig = 151-161-187-193-191-211 st. Minder in de 17e nld 18-20-30-32-30-34 st gelijkmatig = 133-141-157-161-161-177 st. Minder in de 25e nld 14-18-30-30-26-36 st gelijkmatig = 119-123-127-131-135-141 st. Kant na telpatroon M.2 losjes af met rechte st aan de goede kant.

AFWERKING:
Naai de openingen onder de mouwen dicht. Naai de knopen aan.


Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 02.08.2013
PAS: ... minder TEGELIJKERTIJD 5-13-5-3-3-5 st gelijkmatig (minder niet over de voorbiezen) = 326-350-386-412-450-486 st.

Telpatroon

symbols = Recht aan de goede kant, averecht aan de verkeerde kant
symbols = Recht aan de verkeerde kant
symbols = 2 st recht samen, 1 omsl
symbols = 1 omsl, 1 st r afh, 1 st r, afgeh st overh
diagram
diagram
Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Laat een opmerking achter voor DROPS 134-2

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (49)

country flag Minne wrote:

Grosses difficultées non resolues pour reprendre les mailles des manches tricotées en rond avec le corps du gilet ??\r\nMerci de vos conseils

13.05.2020 - 01:31

DROPS Design answered:

Bonjour Minne, cette vidéo montre comment glisser les mailles des manches sur la même aiguille circulaire que le dos et les devants. Les premiers rangs sont parfois un peu compliqués, vous pouvez vous aider d'une deuxième aiguille circulaire ou bien des aiguilles doubles pointes pour les manches jusqu'à ce que vous soyez plus confortable pour avoir toutes les mailles sur une seule aiguille. Bon tricot!

13.05.2020 - 09:04

country flag Viktorija wrote:

Hi, my mom is knitting this jacket currently and asked me to take a look into the description of the jacket, however I cannot understand it either. "37-38-39-40-41-42 cm - adjust so that next row is worked from RS and so that 3 or 5 rows in stocking st are worked after 1 row with lace pattern" - Does this mean that e.g. 13th row of M1A has to be knitted, then 3/5 rows in stocking st, and then proceed with cast off for armholes? Thanks in advance.

18.09.2019 - 19:57

DROPS Design answered:

Dear Viktorija, depending on which row in M.1A you worked, you should stop after either row 10 or 13 (= if your last lace pattern was the one on row 7) or after last row in diagram or after the first 2 rows in diagram (if your last lace pattern was the 2nd in height in the diagram). Happy knitting!

19.09.2019 - 09:33

country flag Sterenn wrote:

Bonjour, j'ai besoin d'un conseil. Dans les explications de l'empiècement, les diminutions sont bien expliquées mais il n'y a pas d'infos sur le motif. Si je diminue le nombre de mailles régulièrement, comment faire pour que le motif ne change pas (meme nombre de mailles pour le motif M1 A et B) et qu'il soit toujours au meme niveau verticalement? Merci. sterenn

12.07.2015 - 15:31

DROPS Design answered:

Bonjour Mme Sterenn, l'empiècement se tricote au point mousse, puis en suivant le diagramme M.2 (avec les diminutions aux rangs 5, 17 et 25 comme indiqué). Bon tricot!

27.07.2015 - 10:12

country flag Bine wrote:

Hallo Drops-Team, da ich noch einige Knäul Drops Baby Merino übrig habe und bei dieser Anleitung als Garnalternative Drops Baby Merino angegeben ist, möchte ich gerne diese Jacke damit stricken. Worauf muss ich beim Verbrauch achten, wenn ich auf eine der vorgeschlagenen Garnalternativen zurückgreifen möchte: benötige ich gleich viel Gewicht oder kommt es auf die Lauflänge an?

22.08.2014 - 10:47

DROPS Design answered:

Liebe Bine, es kommt immer auf die Lauflänge an. Sie müssen ausrechnen, wie viel Lauflänge Sie beim Originalgarn benötigen (die Angaben finden Sie ja beim Garn) und rechnen das dann zur Lauflänge des Alternativgarns um.

23.08.2014 - 09:52

country flag Michaela wrote:

Guten Tag. Sind bei der Anleitung M2 die Vor- und die Rückreihen dargestellt (=1 Zeile gleich 1 Reihe?)? Oder ist eine Zeile= Vor- und Rückreihe? Besten Dank im Voraus für Ihre Antwort. Mit freundlichen Grüssen, Michaela

29.04.2014 - 08:09

DROPS Design answered:

Liebe Michaela, jede Zeile ist eine R, es sind also alle R dargestellt. Viel Spaß beim Stricken!

30.04.2014 - 21:12

country flag Elisabeth wrote:

Werden die Knopflöcher in die Blende gestrickt?

01.04.2014 - 17:17

DROPS Design answered:

Liebe Elisabeth, ja richtig. Die genaue Vorgehensweise erfahren Sie über der eigentlichen Anleitung unter "KNOPFLÖCHER" (d.h. die 4. M ab dem Rand wird abgekettet).

02.04.2014 - 11:04

Aleksandra wrote:

Hello, I plan to knit this cardigan in one colour of your Babysilk yarn for all its lacy parts and in another, contrasting colour, for the upper part of the body and both sleeves that are knitted in garter stitch according to the pattern. Could you please give me an advice on how much yarn/skeins could that "garter stitch part" take me per size M piece? Many thanks in advance!

18.11.2013 - 19:57

DROPS Design answered:

Dear Aleksandra, we are sorry but are not able to answer individuel request, please ask your Drops store, that could help and advice you. Happy knitting!

19.11.2013 - 09:59

country flag Alice wrote:

Nachtrag zu meinem vorherigen Kommentar: die erste Markierung muss dann nach 35 Maschen eingezogen werden, nicht nach 34...

23.07.2013 - 14:38

country flag Alice wrote:

Hallo liebes Drops Team, ich habe einen kleinen Fehler in der Anleitung entdeckt. Wenn man bei der Passe für Größe XL 3 Maschen von insgesamt 415 M. abnimmt, bleiben 412 M. übrig, nicht 411. Beste Grüße Alice

23.07.2013 - 13:33

DROPS Design answered:

Liebe Alice, vielen Dank! Wir haben die Info an unsere Designabteilung weitergeleitet und dort wird die entsprechende Korrektur vorgenommen.

25.07.2013 - 14:55

country flag Anna wrote:

Hallo! Ich stricke die angegebene Jacke. Wenn ich nach 8cm vier neue Maschen aufnehme, verschiebt sich das Lochmuster?! Die Reihe geht dann nicht mehr, wie in M.1A und M.1B angegeben auf und das Muster ist nicht mehr wie auf dem Foto... Oder habe ich einen Denkfehler gemacht? Eine Antwort wäre super nett!!! Viele Grüße und danke für die vielen tollen Anleitungen, Anna

13.01.2013 - 21:51

DROPS Design answered:

Liebe Anna, das Muster darf sich nicht verschieben. Die seitlich aufgenommenen Maschen werden zunächst rechts gestrickt und erst ins Muster integriert wenn es aufgeht. Viel Spass beim Stricken.

14.01.2013 - 10:44