DROPS Fabel
DROPS Fabel
75% wol, 25% polyamide
vanaf 2.99 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 5.98€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

DROPS SS24
DROPS 116-40
DROPS design: Model nr. FA-086.
--------------------------------------------------------
Maat: 35/37 - 38/40 - 41/43
Voetlengte: 22 - 24 - 27 cm.
Pijp lengte: 18 - 19 - 20 cm.
Materiaal: DROPS FABEL
100 gr voor alle maten kleur nr. 100, naturel.

DROPS BREINLD ZONDER KNOP 2.5 mm - of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 26 st x 34 nld in tricotst = 10 x 10 cm.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Fabel
DROPS Fabel
75% wol, 25% polyamide
vanaf 2.99 € /50g
Het garen om dit patroon van te maken kunt u vanaf 5.98€ krijgen.

De garenkosten worden berekend op basis van het benodigde materiaal voor de kleinste maat en het goedkoopste producttype. Op zoek naar nog een scherpere prijs? Deze vindt u wellicht bij de DROPS Deals!

Instructies voor het patroon

PATROON:
Zie telpatroon M.1 tot en met M.3, de telpatronen geven de goede kant van het werk weer en bevatten 1 patroonherhaling.
MINDEREN VOOR DE HIEL:
Brei de hielminderingen in tricotst
Nld 1 (= goede kant): brei de nld tot er 9-9-10 st overblijven, brei 2 st recht samen achter in de st, keer het werk.
Nld 2 (= verkeerde kant): brei de nld tot er 9-9-10 st overblijven, brei 2 st av samen, keer het werk.
Nld 3 (= goede kant): brei de nld tot er 8-8-9 st overblijven, brei 2 st recht samen achter in de st, keer het werk.
Nld 4 (= verkeerde kant): brei de nld tot er 8-8-9 st overblijven, brei 2 st av samen, keer het werk.
Ga verder met zo minderen met steeds 1 st minder tussen iedere mindering tot er 15-15-17 st over zijn op de nld.
--------------------------------------------------------
--------------------------------------------------------
SOKKEN: Worden in de rondte gebreid op BREINLD ZONDER KNOP.
Zet losjes 56-64-68 st op met BREINLD ZONDER KNOP 2.5 mm en Fabel. Brei 1 nld recht en brei 3 nld boordsteek, 1 st av / 1 st recht. Ga nu verder in boordsteek, 3 st av / 1 st recht (1 st recht boven 1 st recht van de nld met 1 st av/1 st recht). Ga bij een hoogte van 5 cm verder als volgt: 3 st av, * 1 st recht, 3 st av *, herhaal van *-* over de volgende 28-28-32 st, 1 st recht en M.1 over de volgende 24-32-32 st = 59-68-72 st. Ga na 1 vertikale herhaling van M.1 verder met M.2 boven M.1 (met de overige st als hiervoor). Ga zo verder tot het werk ongeveer 18-19-20 cm meet – pas zo aan dat het na een volle herhaling van M.2 is. Hou nu de eerste 31-31-35 st op de nld voor de hiel en zet de overgebleven 28-37-37 st op een hulpdraad (= bovenkant voet).
Brei boordsteek heen en weer over de hiel-st als volgt (aan de goede kant): * 1 st av, 1 st recht *, herhaal van *-* en eindig met 1 st av. Plaats als de hiel 5-5.5-6 cm meet een markeerdraad in het werk. Brei nu MINDEREN VOOR DE HIEL – zie boven! Neem na de hielminderingen 13-14-15 st op aan iedere kant van de hiel en zet de 28-37-37 st van de hulpdraad terug op de nld = 69-80-84 st.
Plaats een markeerdraad voor de 28-37-37 st op de bovenkant voet - dit is nu het begin van de nld.
Ga verder als volgt: 1 st recht, M.3 over de volgende 27-36-36 st en tricotst over de overgebleven st = 66-76-80 st. Ga na 1 vertikale herhaling van M.3 verder als volgt: 1 st recht, * 1 st av, 1 st recht *, herhaal van *-* over de volgende 24-32-32 st en tricotst over de overgebleven st – minder TEGELIJKERTIJD (na M.3) aan iedere kant van de 25-33-33 st in boordsteek op de bovenkant voet als volgt: Voor de 25-33-33 st: 2 st recht samen achter in de st. Na de 25-33-33 st: 2 st recht samen. Herhaal dit minderen om de nld in totaal 6-9-9 keer = 54-58-62 st. Ga verder tot een totale lengte van 18-19-22 cm vanaf de markeerdraad op de hiel (= ongeveer 4-5-5 cm nog te breien). Plaats een markeerdraad aan iedere kant met 27-29-31 st op de bovenkant voet en de onderkant voet. Ga verder in tricotst over alle st, minder TEGELIJKERTIJD voor de tenen aan iedere kant van beide markeerders als volgt: brei de nld tot 3 st voor de markeerdraad, 2 st recht samen, 2 st recht (markeerdraad zit tussen deze 2 st), 2 st recht samen achter in de st. Herhaal dit minderen om de nld in totaal 4-4-4 keer en dan elke nld 7-8-9 keer = 10 st over op de nld. Knip de draad af, haal deze door de overgebleven st, trek de draad aan en zet vast.

Telpatroon

symbols = Recht
symbols = Averecht
symbols = Zet 1 st op een kabelnld en hou deze achter het werk, 1 st recht, 1 st recht van de kabelnld.
symbols = Zet 1 st op een kabelnld en hou deze achter het werk, 1 st recht, 1 st av van de kabelnld.
symbols = Zet 1 st op een kabelnld en hou deze voor het werk, 1 st av, 1 st recht van de kabelnld.
symbols = Brei 2 st in 1 st

symbols = 2 st recht samen
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Laat een opmerking achter voor DROPS 116-40

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (15)

country flag Maya wrote:

Bonjour ! Quand il est écrit "continuer ainsi jusqu'à environ 18-19-20 cm de hauteur", est-ce que cela signifie qu'il faut alterner M1 et M2, ou bien uniquement continuer à enchaîner les M2? Merci d'avance!

02.01.2024 - 18:13

DROPS Design answered:

Bonjour Maya, M.1 n'est tricoté qu'une seule fois en hauteur, quand ce motif est terminé, on tricote M.2 et on répète M.2 en hauteur jusqu'à la hauteur indiquée. Bon tricot!

03.01.2024 - 08:17

country flag Ann wrote:

Skal m1 -m2ogm3 strikkes hver runde?

13.03.2022 - 16:35

DROPS Design answered:

Hej Anne, Du gentager først M.1 hele vejen rundt én gang i højden, så fortsætter du med M.2 og sidst tager du ind ifølge M.3 - God fornøjelse!

15.03.2022 - 15:30

country flag Åsa wrote:

När man efter att ha stickat 5cm och ska börja sticka M1 så står det att man ska sticka en rät. Betyder det att man ska sticka en rät och sen börja med M1 som då också börjar med en rät så det blir 2 räta efter varandra?

17.01.2018 - 22:11

DROPS Design answered:

Hei Åsa. Du begynner med 3 vrang, så strikker du 1 rett og 3 vrang over de neste 28-28-32 maskene. Du har da 1 maske igjen på omgange, denne strikkes rett. Så fortsetter du på neste omgang. God Fornøyelse!

18.01.2018 - 08:30

country flag Astrid Hediger wrote:

Die Strickschrift und die Rapporte sind für mich nicht verständlich. Es gibt ja verschiedene Grössen und Anzahl Maschen. Da es ein sehr schöner Vorschlag ist wäre ich für Ihre Angaben dankbar. Ich verstehe die Strickschrift so: - linke Masche, l rechte Masche, o Umschlag, ect. Gibt ev. eine vorhandene Erklärung dazu?

25.07.2016 - 13:01

DROPS Design answered:

Liebe Astrid, die benutzten Symbole sind in der Liste über der Strickschrift erklärt.

26.07.2016 - 13:27

country flag Therese wrote:

Jeg tror jeg forstod det allikevel.. beklager. Hadde plundret en god stund, men plutselig gikk det opp et lys.

15.10.2012 - 21:02

country flag Therese wrote:

Jeg strikker også den minste størrelsen. Jeg har strikket 5 cm, så langt alt greit. Men når jeg så skal begynne på M1, så skal jeg FØR jeg begynner på det strikke 28 m. 3 vr,*1 r, 3 vr* over de neste 28 m. Det går ikke opp, det går opp i 27. Skal jo ikke begynne på neste mønster før på de neste 28 maskene. Så hva da?

15.10.2012 - 20:51

DROPS Design answered:

Heisann. Flott at du forstod hva du hadde tenkt feil. Lykke til videre med strikkingen. mvh Drops design

24.10.2012 - 11:47

country flag Mette wrote:

Jeg strikker den mindste sok og kan heller ikke få mønstret til at stemme. Mangler en maske når jeg kommer til m2, 3. Række

31.07.2012 - 10:20

DROPS Design answered:

Du har öget 1 m per gentagelse i den sidste p af M.1, saa du har da 27 m til M.2 og saa stemmer det.

18.01.2013 - 21:03

country flag Mette wrote:

Jeg strikker den mindste sok og kan heller ikke få mønstret til at stemme. Mangler en maske når jeg kommer til m2, 3. Række

31.07.2012 - 10:19

country flag DROPS Design wrote:

I M.1 økes det en maske. I str 41/43 strikkes M.1 4 ganger og det økes 4 masker (68+4 = 72).

04.01.2010 - 09:57

country flag Eivor wrote:

Jeg har begynt å strikke modell 116-40, men får det ikke til å stemme. Etter vr bord som skal strikkes over 5 cm står det at jeg skal strikke 28 m med et møster og 32 med etter annet mønster = totalt 68 masker. Det stemmer ikke. Det står heller ikke noe sted at jeg skal ta av masker eller legge til masker .... ?

03.01.2010 - 18:04