DROPS Silke Alpaca
DROPS Silke Alpaca
20% zijde, 80% babyalpaca
Uit het assortiment
find alternatives
DROPS SS24
DROPS 113-17
DROPS design: Model nr. SA-056
----------------------------------------------------------
Maat: S - M - L - XL - XXL - XXXL
Materiaal: DROPS SILKE ALPACA
550-600-650-750-800-900 gr kleur nr. 1340, lichtbeige.

DROPS BREINLD ZONDER KNOP en RONDBREINLD (40 en 80 cm) 4.5 mm – of de maat die u nodig heeft voor een stekenverhouding van 17 st x 22 nld in tricotst = 10 x 10 cm.
DROPS Buffelhoornknopen nr. 537: 6-7-7-7-8-8 stuks.

-------------------------------------------------------

Alternatief garen – Bekijk hier hoe u een ander garen kiest
Garengroep A tot F – Bekijk hier hoe u hetzelfde patroon gebruikt met een ander garen
Garenverbruik als u een alternatief garen kiest – Gebruik onze garenvervanger

-------------------------------------------------------

DROPS Silke Alpaca
DROPS Silke Alpaca
20% zijde, 80% babyalpaca
Uit het assortiment
find alternatives

Instructies voor het patroon

GERSTEKORREL:
Nld 1: * 1 st recht, 1 st av *, herhaal van *-*.
Nld 2: recht boven av en av boven recht. Herhaal nld 2.

RIBBELST (heen en weer gebreid op de nld):
brei alle nld recht.

RIBBELST (in de rondte):
brei 1 nld recht, brei 1 nld av.

TIP VOOR HET METEN:
Vanwege het gewicht van het garen kunt u het werkstuk het beste meten terwijl het hangt.

KNOOPSGATEN:
Maak knoopsgaten op de rechter voorbies. 1 Knoopsgat = kant de 3e st af vanaf middenvoor en zet op 1 nieuwe st op in de teruggaande naald.
Maak knoopsgaten bij een hoogte van:
MAAT S: 7, 16, 26, 36, 46 en 56 cm.
MAAT M: 7, 15, 23, 31, 40, 49, en 58 cm.
MAAT L: 7, 15, 24, 33, 42, 51 en 60 cm.
MAAT XL: 7, 16, 25, 34, 43, 52 en 62 cm.
MAAT XXL: 7, 15, 23, 31, 39, 47, 55 en 64 cm.
MAAT XXXL: 7, 15, 23, 31, 39, 47, 55 en 64 cm.

PATROON: Zie telpatroon M.1 Het telpatroon geeft de goede kant van het werk weer. Zie het telpatroon voor uw maat.
----------------------------------------------------------
LIJF:
Wordt heen en weer gebreid op de rondbreinld van middenvoor naar middenvoor. Zet 159-173-187-203-223-245 st op (inclusief 5 voorbies st aan iedere kant middenvoor) met rondbreinld 4.5 mm en Silke Alpaca. Brei 1 nld av aan de verkeerde kant en ga verder in GERSTEKORREL – zie boven – met 5 voorbies st aan iedere kant in RIBBELST – zie boven. De voorbiezen worden steeds in ribbelst gebreid. Ga bij een hoogte van 6 cm verder in tricotst met de voorbies st als hiervoor. Plaats 2 markeerders in het werk, 42-45-49-53-58-63 st vanaf iedere kant middenvoor om de zijkanten aan te geven (achterpand = 75-83-89-97-107-119 st.) Denk om de KNOOPSGATEN op de rechter voorbies – zie boven. Minder bij een hoogte van 10 cm 1 st aan iedere kant van beide markeerders (= 4 st minder per nld) en herhaal dit minderen iedere 9-9.5-10-10.5-11-11.5 cm in totaal 3 keer = 147-161-175-191-211-233 st. Minder door 2 st r samen te breien. Ga verder tot een totale hoogte van 33-34-35-36-37-38 cm – ZIE TIP VOOR HET METEN! Kant nu 8 st af aan iedere kant (= 4 st aan iedere kant van elke markeerdraad) = 131-145-159-175-195-217 st over op de nld. Laat het werk rusten en brei de mouwen.

MOUW:
Wordt in de rondte gebreid op breinld zonder knop. Zet 49-51-51-55-57-59 st op met breinld zonder knop 4.5 mm en Silke Alpaca. Brei 6 nld ribbelst – zie boven. Plaats een markeerdraad aan het begin van de nld (= midden onder de arm). Meerder bij een hoogte van 10 cm 1 st aan iedere kant van de markeerdraad en herhaal dit meerderen elke 9-4.5-2-1.5-1.5-1 cm in totaal 2-3-5-6-7-8 keer = 53-57-61-67-71-75 st. Kant bij een hoogte van 23-23-22-22-21-21 cm (minder cm voor de grootste maten voor een grotere mouwkop en bredere schouders) 4 st af aan iedere kant van de markeerdraad voor de armsgaten = 45-49-53-59-63-67 st. Laat het werk rusten en brei de andere mouw.

PAS:
Zet de mouwen op dezelfde rondbreinld 4.5 mm als het lijf waar afgekant is voor de armsgaten = 221-243-265-293-321-351 st. Brei 1 nld recht aan de goede kant (met de voorbiezen als hiervoor), minder TEGELIJKERTIJD 11-13-15-3-11-21 st gelijkmatig = 210-230-250-290-310-330 st. Brei 1 nld recht aan de verkeerde kant en ga nu ga verder in M.1 aan de goede kant (zie het telpatroon voor uw maat) met 5 ribbelst aan iedere kant. Na 1 vertikale herhaling van M.1 staan er 100-109-118-122-130-138 st op de nld. Brei 1 nld recht aan de goede kant, minder TEGELIJKERTIJD 8-17-20-24-24-32 st gelijkmatig = 92-92-98-98-106-106 st. Brei 5 nld recht over alle st en kant losjes af.

AFWERKING:
Naai de openingen onder de armen dicht. Naai de knopen aan.

Dit patroon is gecorrigeerd.

Gewijzigd online: 17.04.2009
Symbool 4 and 5 zijn omgewisseld.
M.1 S+M+L: Nieuwe nld 19

Telpatroon

symbols = recht aan de goede kant, av aan de verkeerde kant
symbols = av aan de goede kant, recht aan de verkeerde kant
symbols = brei 2 st in 1 st
symbols = 2 st r samenbreien
symbols = 1 st r afh, 1 r, afgeh st overh
symbols = 1 omsl tussen 2 st
symbols = goede kant: 2 st av samenbreien, verkeerde kant: 2 st r samenbreien
symbols = brei 3 st in 1 st als volgt: 1 st av, 1 st r, 1 st av
symbols = 3 st av samenbreien
symbols = 1 st av afhalen, met de draad achter het werk (van u af)
symbols = houd de draad voor het werk (naar u toe), 1 st av afhalen, houd de draad voor u.
diagram
diagram

Elk van onze patronen hebben specifieke instructievideo's om u te helpen.

Heeft u een vraag? Bekijk een lijst met vaak gestelde vragen (FAQ)

De stekenverhouding bepaalt de uiteindelijke afmetingen van uw werkstuk en wordt normaliter aangegeven in 10 x 10 cm. Het wordt als volgt aangegeven: het aantal steken in de breedte x het aantal naalden in de hoogte - dus: 19 steken x 26 naalden = 10 x 10 cm.

De stekenverhouding is heel erg individueel; sommige mensen breien/haken heel losjes, terwijl anderen vrij strak werken. De stekenverhouding past u aan met de naalddikte, wat de reden is waarom we slechts een suggestie voor de naalddikte geven! U moet deze aanpassen (naar boven of beneden) om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding overeenkomt met de stekenverhouding die aangegeven staat in het patroon. Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan zal het garenverbruik anders zijn, en zal uw werkstuk andere afmetingen krijgen dan het patroon aangeeft.

De stekenverhouding geeft tevens aan welk garen als vervanging kan dienen. U kunt verschillende garens met elkaar vervangen, zolang de stekenverhouding maar hetzelfde is.

Bekijk de DROPS les: Hoe u de stekenverhouding opmeet

Bekijk de DROPS video: Hoe u een proeflapje maakt

De benodigde hoeveelheid garen wordt aangegeven in grammen, dus bijvoorbeeld: 450 g. Om uit te rekenen hoeveel bollen u nodig heeft, moet u eerst weten hoeveel gram er in 1 bol gaat (25 g, 50 g, of 100 g). Deze informatie vindt u door op de individuele garenkwaliteit te klikken op onze site. Deel de hoeveelheid benodigde garen door de hoeveelheid per bol. Bijvoorbeeld, als de bollen 50 gram wegen (de meest gebruikelijke hoeveelheid), ziet de berekening er als volgt uit: 450 / 50 = 9 bollen.

Bij het kiezen van een ander garen is het belangrijk dat de stekenverhouding hetzelfde blijft. De afmetingen van het uiteindelijke werk zijn dan hetzelfde als aangegeven in de tekening bij het patroon. Het is makkelijker om dezelfde stekenverhouding te krijgen als u garen gebruikt uit dezelfde garengroep. Het is ook mogelijk om meerdere draden van een dunner garen te gebruiken om de stekenverhouding van een dikker garen te krijgen. Probeer onze garenvervanger. We raden u aan om altijd een proeflapje te maken.

LET OP: als u een ander garen neemt, kan het kledingstuk een andere 'look en feel' krijgen dan het kledingstuk op de foto, vanwege individuele eigenschappen en kwaliteiten van elk garen.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een ander garen gebruiken dan staat aangegeven in het patroon?

Al onze garens zijn ondergebracht in garengroepen (van A tot F) volgens dikte en stekenverhouding – groep A bevat de dunste garens en groep F de dikste. Dit maakt het makkelijker voor u om alternatieve garens te vinden voor onze patronen, indien u graag ander garen wilt gebruiken. Alle garens binnen dezelfde groep hebben ongeveer eenzelfde stekenverhouding en kunnen elkaar vervangen. Het is wel zo dat verschillende garenkwaliteiten verschillende structuren en eigenschappen hebben, wat het uiteindelijke werkstuk een unieke 'look en feel' geeft.

Klik hier voor een overzicht van de garens in elke garengroep

Bovenaan al onze patronen vindt u een link naar onze garenvervanger, welke handig kan zijn als u een ander garen wilt gebruiken dan staat aangegeven in het patroon. Door het garen in te vullen dat u wilt vervangen, de hoeveelheid (in uw maat) en het aantal draden, stelt de vervanger geschikte alternatieven voor met dezelfde stekenverhouding. Daarnaast wordt aangegeven hoeveel u nodig heeft in de nieuwe kwaliteiten en of u met meerdere draden moet werken. De meeste bollen zijn 50 gram (sommige zijn 25 gram of 100 gram).

Als het patroon met meerdere kleuren wordt gebreid/gehaakt, moet elke kleur apart worden vervangen. Dit geldt ook als het patroon met verschillende draden van verschillende garens wordt gemaakt (bijvoorbeeld 1 draad Alpaca en 1 draad Kid-Silk) dan zult u voor elk individueel alternatieven moeten vinden.

Klik hier voor de garenvervanger

Omdat de verschillende garens verschillende kwaliteiten en verschillend texturen hebben, hebben we ervoor gekozen om het originele garen in het patroon te laten staan. Maar u kunt vrij makkelijk andere opties vinden tussen de beschikbare garenkwaliteiten door onze garenvervanger te gebruiken, of door een garen uit dezelfde garengroep uit te kiezen.

Het is mogelijk dat sommige verkooppunten nog bollen op voorraad hebben van garens die niet meer leverbaar zijn, of dat iemand thuis nog een paar bollen heeft liggen en hier een patroon bij zoekt.

Degarenvervanger laat alternatieve garens zien en de hoeveelheid die u nodig heeft in de nieuwe kwaliteit.

Als u het lastig vindt om te bepalen welke maat u moet maken, dan is het wellicht een goed idee om een bestaand kledingstuk dat goed zit, op te meten. Vervolgens kunt u de maat kiezen door de afmetingen te vergelijken met de afmetingen in de maattekening bij het patroon.

U kunt de maattekening onderaan het patroon vinden.

Bekijk DROPS les: Maattekeningen lezen

De naalddikte die aangegeven is in het patroon geldt slechts als een richtlijn, het is van belang dat de stekenverhouding klopt. En omdat de stekenverhouding per persoon nogal verschillend is, zult u de naalddikte aan moeten passen om ervoor te zorgen dat UW stekenverhouding hetzelfde is als in het patroon – misschien is het nodig dat u 1 of zelfs 2 naalddiktes naar beneden of naar boven moet om de juiste stekenverhouding te krijgen. Daarom raden we ook aan om een proeflapje te maken.

Als u met een andere stekenverhouding werkt dan staat aangegeven in het patroon, dan kunnen de afmetingen van het werkstuk afwijken van de afmetingen volgens de tekening.

Bekijk de DROPS les: Hoe meet u de stekenverhouding

Bekijk de DROPS video: Hoe maakt u een proeflapje voor de stekenverhouding

Als u een kledingstuk van boven naar beneden breit, dan geeft dit meer flexibiliteit en mogelijkheden voor persoonlijke aanpassingen. Het is bijvoorbeeld makkelijker om het kledingstuk te passen terwijl u er mee bezig bent. U kunt ook makkelijker de lengte van de pas en de schouderkoppen aanpassen.

In de uitleg worden alle stappen zorgvuldig uitgelegd in de juiste volgorde. De telpatronen zijn aangepast aan de breirichting en worden zoals gebruikelijk gebreid.

Het telpatroon laat alle naalden en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt gelezen van onder naar boven, van rechts naar links. 1 vierkant = 1 steek.

Als u heen en weer breit, wordt elke andere naald aan de goede kant gebreid en elke andere naald wordt aan de verkeerde kant gebreid. Als u aan de verkeerde kant breit, moet u het telpatroon omgekeerd breien, dus van links naar rechts. rechte steken worden dan averecht gebreid en averechte steken recht, etc.

Als u in de rondte breit wordt elke naald aan de goede kant gebreid en het telpatroon wordt dan van rechts naar links gebreid op alle naalden.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees ik de teltekening bij de patronen?

Het telpatroon laat alle toeren en elke steek zien vanaf de goede kant. Het wordt van onder naar boven gehaakt en van rechts naar links.

Als u heen en weer haakt, wordt elke andere toer aan de goede kant gehaakt: van rechts naar links en elke andere toer wordt aan de verkeerde kant gehaakt: vank links naar rechts.

Als u in de rondte haakt, wordt elke toer in het telpatroon aan de goede kant gehaakt, van rechts naar links.

Als u een cirkelvormig telpatroon haakt, dan begint u in het midden en haakt u naar buiten toe, tegen de klok in, toer na toer.

Meestal beginnen de toeren met een opgegeven aantal lossen (overeenkomend met de hoogte van de volgende steek), deze zijn of in het telpatroon opgenomen, of uitgelegd in het patroon.

Bekijk de DROPS les: Hoe lees je telpatronen voor haken

Instructies om verschillende telpatronen achter elkaar op dezelfde naald/toer te breien/haken, worden meestal als volgt beschreven: “brei/haak A.1, A.2, A.3 in totaal 0-0-2-3-4 keer". Dit betekent dat u A.1 een keer breit/haakt, daarna wordt A.2 een keer gebreid/gehaakt, en A.3 wordt het aantal aangegeven keren (in de breedte) in uw maat gebreid/gehaakt – in dit geval als volgt: S = 0 keer, M = 0 keer, L=2 keer, XL= 3 keer en XXL = 4 keer.

De telpatronen worden zoals gebruikelijk gebreid/gehaakt: begin met de eerste naald/toer in A.1, brei/haak dan de volgende naald/toer in A.2 etc.

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor breien leest

Bekijk de DROPS les: Hoe u telpatronen voor haken leest

De totale breedte van het kledingstuk (van pols tot pols) is groter in de grotere maten, ondanks dat de eigenlijke mouwen korter zijn. De grotere maten hebben langere mouwkoppen en bredere schouders, dus er is een goede pasvorm in alle maten.

De tekening/ het schema met de afmetingen geeft informatie over de volledige lengte van het kledingstuk. Als het een trui of een vest betreft, dan wordt deze vanaf het hoogste punt op de schouder gemeten (meestal het dichtst bij de halslijn), en recht naar beneden tot de onderkant van het kledingstuk. Het wordt NIET gemeten vanaf de punt van de schouder. Op gelijke wijze wordt ook de lengte van de pas gemeten, vanaf het hoogste punt op de schouder en naar beneden tot waar de pas gesplitst wordt voor het lijf en de mouwen.

Op een vest worden de afmetingen nooit over de biezen genomen, tenzij anders aangegeven. Meet altijd binnen de biessteken als u de lengte opmeet.

Bekijk de DROPS les: Maattekeningen lezen

Telpatronen worden vaak herhaald in de breedte op de naald en/of in de hoogte. 1 herhaling van het telpatroon is hoe het te zien is in het telpatroon. Als er staat dat u 5 herhalingen van A.1 op de naald moet breien, dan breit u het patroon in totaal 5 keer achter/na elkaar op de naald. Als er staat dat u 2 herhalingen van A.1 in de hoogte moet breien, dan breit u het hele telpatroon (dus alle naalden van het telpatroon) een keer en begint u opnieuw onderaan bij het begin en breit u het telpatroon nog een keer.

Lossen zijn ietsje smaller dan andere steken en om te voorkomen dat de opzetrand te strak wordt, haken we eenvoudigweg meer lossen om mee te beginnen. Het aantal steken wordt in de volgende toer aangepast zodat het overeenkomt met het patroon en de afmetingen in de tekening.

De rand in ribbelsteek is elastischer en zal ietwat samentrekken vergeleken met bijvoorbeeld tricotsteek. Door te meerderen voor de rand in ribbelsteek, voorkomt u een zichtbaar verschil in breedte tussen de rand in ribbelsteek en de rest van het lijf.

Het gebeurt vrij makkelijk dat u te strak afkant, en door omslagen te maken tijdens het afkanten (terwijl u deze tegelijkertijd afkant) voorkomt u dat de afkantrand te strak wordt.

Bekijk de DROPS video: Hoe kant u af met omslagen

Om gelijkmatig te meerderen (of te minderen) kunt u meerderen op, bijvoorbeeld: afwisselend elke 3e en 4e naald, als volgt: brei 2 naalden en meerder op de 3e naald, brei 3 naalden en meerder op de 4e naald. Herhaal dit tot het meerderen klaar is.

Bekijk de DROPS les: Meerder of minder 1 st afwisselend

Als u liever in de rondte breit dan heen en weer, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen. U moet dan steken midden voor toevoegen (meestal 5 steken) en de instructies volgen. Als u normaal het werk keert en aan de verkeerde kant breit, breit u nu over de extra steken en gaat u verder in de rondte. Aan het einde knipt u het werk open. Neem steken op voor de biezen en werk de afgeknipte randen af.

Bekijk de DROPS video: Hoe breit u knipbiezen en openknippen

Als u liever heen en weer breit dan in de rondt, dan kunt u natuurlijk het patroon aanpassen zodat u de panden apart van elkaar breit en aan het eind aan elkaar naait. Deel de steken voor het lijf in tweeën en voeg 1 kantsteek toe aan elke kant (voor het in elkaar naaien) en brei het voor- en achterpand apart van elkaar.

Bekijk de DROPS les: Kan ik een patroon aanpassen van rondbreinaalden naar rechte naalden?

Herhalingen van het patroon kunnen een beetje anders zijn in de verschillende maten, om de juiste verhoudingen te krijgen. Als u niet dezelfde maat maakt als het kledingstuk op de foto, wijkt uw werkstuk wellicht ietsje af. Dit is met zorg ontwikkeld en aangepaste zodat het totale beeld van het kledingstuk hetzelfde is in alle maten.

Zorg ervoor dat u de instructies en de telpatronen voor uw maat volgt!

Als u een patroon heeft gevonden doe alleen beschikbaar is in damesmaten, dan hoeft het niet heel moeilijk te zijn om deze aan te passen naar een herenmaat. Het grootste verschil is de lengte van de mouwen en het lijf. Begin met breien in de damesmaat die overeenkomt met de borstwijdte. De lengte die erbij komt wordt namelijk gebreid voordat u begint met afkanten voor de armsgaten. Als het patroon van boven naar beneden wordt gebreid, kunt u lengte toevoegen vlak na de armsgaten of voor de eerste mindering op de mouw.

Wat betreft de extra hoeveelheid garen wat u nodig heeft: dit hangt heel erg af van hoeveel lengte u toevoegt, maar het is vaak meter dat u een bol te veel hebt dan te weinig.

Alle garens hebben vezels die uitsteken (door de productie) waardoor een kledingstuk gaat pluizen of pillen. Geborstelde garens (dus meer harige garens) hebben meer van deze losse, uitstekende vezels waardoor het eerder gaat pluizen of pillen.

Hoewel het niet mogelijk is om te garanderen dat geborsteld garen 100% pluisvrij is, is het wel mogelijk om dit drastisch af te laten nemen, door de volgende stappen te ondernemen:

1. Als het kledingstuk klaar is (voordat u het gaat wassen) schudt u het kledingstuk flink uit, zodat de losse haartjes eruit komen. LET OP: gebruik GEEN roller, borstel of andere methode, waardoor aan het kledingstuk getrokken wordt

2. Plaats het kledingstuk in een plastic zak en leg het in de vriezer - de temperatuur zorgt ervoor dat de vezels minder aan elkaar blijven zitten, en uitstekende vezels komen makkelijker los.

3. Laat een paar uur in de vriezer liggen, voordat u het eruit haalt en schudt het kledingstuk dan opnieuw uit.

4. Was het kledingstuk volgens de instructies op het garenlabel.

Pillen is een natuurlijk proces dat zelfs bij de meest exclusieve vezels voorkomt. Het is een natuurlijk teken van dragen dat lastig is te voorkomen en het meest zichtbaar is in gebieden waar de meeste wrijving optreedt, zoals bij de mouwen en de manchetten.

U kunt uw kledingstuk er als nieuw uit laten zien door het pillen te verwijderen met een pluizenkam of pillenverwijderaar.

Kunt u het antwoord op uw vraag nog steeds niet vinden? Scroll dan naar beneden en laat een vraag achter zodat een van onze experts kan proberen u te helpen. Dit wordt normaal tussen 5 tot 10 werkdagen gedaan..
In de tussentijd kunt u de vragen en antwoorden lezen die anderen bij dit patroon achter hebben gelaten of doe mee met de DROPS Workshop op Facebook om hulp te krijgen van mede breisters en haaksters!

Misschien vindt u deze ook leuk...

Avery

nadammm, Japan

113-17 Avery

Kinapau, Italy

Whistlebare Avery

Elaine, United Kingdom

Laat een opmerking achter voor DROPS 113-17

Wij horen graag wat u vindt van dit patroon!

Wilt u een vraag stellen, kies dan de juiste categorie in het formulier hieronder om sneller een antwoord te krijgen. Verplichte velden zijn gemarkeerd met een *.

Opmerkingen / Vragen (62)

country flag Glenna Blomquist wrote:

I don't understand this correction - the symbols are not numbered? This pattern has been corrected. Click here to see the correction/s. Updated online: 17.04.2009 Chart text: Symbol 4 and 5 has been exchanged. M.1 S+M+L: New row 19

25.02.2024 - 21:25

DROPS Design answered:

Dear Mrs Blomquist, the online pattern has already been updated, this means the' correction applies only if you printed the pattern before that day, if you did, you might have to print it again to be sure you get all informations right. Happy knitting!

26.02.2024 - 09:48

country flag Elizabeth Dolan wrote:

Is there a stitch count listed somewhere for this pattern? I am at the end of the second pattern section of M1 chart and seem to be out 3 stitches after decreasing (k2tog. K14 row). Would love to know how many stitches I should have on needles for this row. I am knitting the largest size.

25.07.2020 - 08:36

DROPS Design answered:

Dear Mrs Dolan, do not hesitate to add markers between each repeat this will help you to check the number of stitches on each row as in diagram - Diagram is repeated 16 times in total in size XXXL. Happy knitting!

29.07.2020 - 08:50

country flag Elizabeth Dolan wrote:

I have the correct St count for XXXL (330) starting M1 chart. I am doing kf&b as the increase but I cannot get the increases to work out with the chart. Do I do the increase on the 10th stitch? I wish there was a row by row stitch count.

22.07.2020 - 09:17

DROPS Design answered:

Dear Mrs Dolan, on first row in M.1 you will work diagram like this: (knit front and back 1st stitch, knit next 9 sts), repeat from (to) for 1 repeat in M.1 (= adding markers between each repeat can help). and repeat to the end of the row. You will first increase stitches then work and decrease as shown in diagram - read more about diagrams here). Happy knititng!

29.07.2020 - 08:47

Kira wrote:

Hello, it said my comment was too long so again: Chart M1 is there a decrease between row 11 and 12 as the row gets shorter in the graphic? Also row 13, p2tog purl 16, so a repeat of 18 st or p2tog at the start of row and then purl the rest of row? Same for row 15, k 15 st slip 1 stitch, repeat all 17 stitches? Or only a final slip 1 stitch at very end of row? Thank You!

18.10.2018 - 14:57

DROPS Design answered:

Dear Kira, when working M.1 you will repeat the sts in M.1 as shown in diagram (you can insert a marker to separate each diagram on your needle so that you can always check the number of sts). You will then increase 2 sts in each M.1 on the first row. Then, on row 11 you will decrease 8 times but work only 4 yo's = you will decrease 4 sts in each repeat. On row 13, work: *P2 tog, P16*and repeat from *-* over each repeat. And so on for each row in M.1. Happy knitting!

18.10.2018 - 16:01

country flag Dominique wrote:

Bonjour, pour l\'empiècement, avant de commencer le diagramme il reste pour la taille L 250 mailles, les 10 mailles de bordure sont elles comprises dans ces 150 mailles \r\nmerci pour votre réponse \r\ncordialement

06.06.2018 - 08:28

DROPS Design answered:

Bonjour Dominique, les 10 m de bordure devant sont comprises dans les 250 mailles, mais vous ne devez pas diminuer au-dessus des 5 m de chaque côté, tricotez-les simplement comme avant. Bon tricot!

06.06.2018 - 10:08

country flag Rebecca wrote:

Would you be able to tell me the measurements for the sleeves if I wanted them long, to my wrists and not 3/4 length? Thank you!

16.01.2018 - 04:27

DROPS Design answered:

Dear Rebecca, we are unfortunately not able to adjust every pattern to each individual request but you can adjust sleeve length to your own measurements getting help from similar patterns with same tension. Happy knitting!

16.01.2018 - 09:19

country flag Jessica wrote:

Bonjour je ne comprends pas bien l'EMPIECEMENT des manches. Auriez vous une vidéo pour m'aider ? Merci

28.09.2016 - 21:11

DROPS Design answered:

Bonjour Jessica, quand les manches sont faites, on les remet sur la même aiguille circulaire que le dos et les devants (cf vidéo ci-dessous) et on va tricoter 1 rang sur l'end en répartissant des dim, 1 rang end sur l'env puis on continue ainsi: 5 m point mousse, on répète M.1 en largeur jusqu'à ce qu'il reste 5 m, 5 m point mousse. Bon tricot!

29.09.2016 - 09:08

country flag Anja wrote:

Kan ik dit patroon ook breien van BRUSHED ALPACA SILK?

12.04.2016 - 15:42

DROPS Design answered:

Hoi Anja. Ja, dat kan. Je kan hier lezen hoe je de hoeveelheid materiaal berekent en vergeet niet om een proeflapje te breien.

13.04.2016 - 16:40

Véro wrote:

Bonjour, Je trouve ce modèle très joli. Existe-t-il en français car moi et l'anglais ... heum heum ! Merci d'avance de la réponse. Véro

07.04.2016 - 19:32

DROPS Design answered:

Bonjour Vero, changez la langue du modèle en cliquant sur le menu déroulant sous la photo "Choose your language:English" et sélectionnez "Français". Bon tricot!

08.04.2016 - 08:32

Jessica wrote:

Bonjour, Je suis bloquée dès le début. Je ne comprend pas si les 223 mailles montées (je fais le xxl) comprennent le 5 mailles bordures ou je dois les rajouter ? Merci de votre réponse

02.09.2015 - 22:14

DROPS Design answered:

Bonjour Jessica, les mailles de bordure des devants de chaque côté sont comprises dans le nombre de mailles à monter. Bon tricot!

03.09.2015 - 09:18